p 1 tl 0 c Ie i Producers met een passie 'BLACK RAIN' NIEUWSTE FILM VAN UNIEK DUO Yakuza Xenofobie £eidóe6ou/tcuit' INA ZATERDAG 13 JANUARI 1990 PAGINA 37 - 'WOQpME - Zij was President van fs i,wentieth Century Fox Studios in lie z)80. Hij was Executive Vice Pre- ven jjent voor wereldwijde filmpro- kktie bij Columbia Pictures. Bei- tein liepen ze weg van die banen m samen films te gaan produce- in. Banen goed voor jaarsalarissen ie met vijf nullen geschreven wor- .en, ruilden ze in voor een jaren- -ethang knokken om een enkel film- van de grond te krijgen. it zönley R. Jaffe en Sherry Lansing. Hij zelln rustige, kalende gentleman, lid van oude filmaristocratie (zijn vader Leo op tffe was president van Columbia Pictu- s). Zij een aantrekkelijke, struise van half-Duitse afkomst (haar n goeder, Margot Heiman, ontvluchtte lijk ïzi-Duitsland toen ze zeventien was), elen; het van onopgemerkte bijrol-actrice eree; moddervette krantekoppen bracht als ereerste studiobazin. Samen produ- ze vijf films in zeven jaar. Niet n. ster veel. Maar hun laatste twee wa- geheide hits, 'Fatal Attraction' en he Accused'. Eerder waren ze betrok- bij nog meer spraak- en geldmaken- films. Zij bij 'The China Syndrome', met 'Kramer versus Kramer'. Holly- lod let haarscherp op dit unieke pro- ktieteam gevormd door twee ex-stu- D^bazen. Om hun films die nét iets neer'er w'"en zÜn dan alleen amusement. Ims met een passie. Van producers prol{t een passie. bjj ,jnk niet dat het gemakkelijker is om k bjns te produceren voor Amerikanen n complete filmstudio's onder hun nt ijsde hebben gehad. Sherry Lansing is >p dleerste om die gedachte naar een ver rijk te verwijzen: „Ik heb vijf jaar ïdgelopen met het script voor 'The mejcused'. Vijf jaar met 'Fatal Attrac- icdrf Niemand wilde die films maken, gjimand vond de scripts goed. Regis- van|rs wezen ze af actrices en acteurs lie- per| me staan. Dat heeft niets met mijn gdeif'tie als vrouw in Hollywood te ma li. Tien jaar geleden was vrouw-zjjn in filmwereld nog bijzonder. Toen ik op n vijfendertigste hoofd van Fox werd, 3den de kranten nog schreeuwende ppen. Na mij werd onder anderen ,wn Steel hoofd van Columbia. Dat MenPcht kreeg a' een normale journalistie- f^ehandeling op de zakenpagina's. Er at! inmiddels hordes vrouwen op be- •H grijke posten werkzaam, vooroorde- H^Vzijn er niet meer. Ik heb nooit ge- gfkt dat een idee of een script van me ii|d ^gewezen omdat ik een vrouw J5. Men vond het gewoon niet goed, t leuk, of men zag er niets in". nj^J|hebt inmiddels een serie vrouwelijke jsseurs: Penny Marshall, Joan Mic- Silver, Susan Seidelman, Randa lesser God' regisseerde, is door mij keer gevraagd. Ze wilde niet", ry Lansing moet iets met een film >ben' wil ze hem gaan produceren, moet bij haar meer zijn dan enkel :rtainment'. In 'The Accused' speel- ody Foster een brutaal, uitdagend gije dat in een café door een aantal ,fepnen verkracht wordt. De film vertel baar pijnlijke verhaal om recht te ®lgen. Waarbij het publiek in dat café, ra heeft toegekeken en piet ingegrepen, indelijk in de beklaagdenbank te- itkomt. „Niemand wilde die film n, iedereen was er bang voor", her- Sherry Lansing zich. „Het zou wel rbei 1 d !heden op het simpele feit kon gooien, ik een vrouw ben. Maar het is ge- 1eeyn niet zo". lechtste actrice OOk! attraction' idem dito. Al is het na enorme wereldwijde succes van die 1 nauwelijks voorstelbaar, ook in dat zag men het niet. Sherry Lansing Stanley Jaffe en Sherry Lansing willen films maken die ergens over gaan". geloofde in het verhaal van die keurig getrouwde man die een slippertje maakt en dan door zijn liefde-van-een-nacht achtervolgd wordt en het mes op de keel krijgt. De uiterste consequentie van een passie. Lansing nu: „Ik heb ook wel eens na een relatie 's avonds in een auto langs een bepaald huis gereden om er naar binnen te kijken'-'. Ze heeft een neus voor de actualiteit. Haar films zijn de verlengstukken van de vette krante koppen. De Morele Bildzeitung van Amerika. Ze begon als actrice. „De slechtste actrice die er ooit voor de ca mera's gestaan heeft", lacht ze. „Ik zou mezelf onmiddellijk ontslaan". Haar laatste rolletje speelde ze in 'Rio Lobo'. Als een .dom, onschuldig mooi meisje dat slachtoffer van mannen is geworden. „Ik ben nu 45", zegt Sherry Lansing. „Toen ik opgroeide was er nauwelijks een mogelijkheid om film te studeren. En ik wilde ontzettend graag deel uitma ken van dat wereldje. Dus werd ik maar actrice. Ik voelde me verschrikkelijk on gemakkelijk, was voortdurend hyperner veus. Maar ik heb wel m'n ogen goed de kost gegeven. Toen ik ophield, heeft nie mand dat ooit gemerkt". Ze ging scripts lezen, startte een carrière in de filmbusi- néss en bracht het tot de top. „Ik wilde daar eigenlijk meteen weg", zegt ze. „Ik mocht films maken, maar ik had niets te zeggen over de distributie ervan". Zo was ze betrokken bij het maken van 'Chariots of Fire' en zag dat de distribu tie-afdeling van Fox geen interesse had en de film doorverkocht aan een ander. 'Chariots of Fire' kreeg een Óscar. Ze was betrokken bij Martin Scorsese's 'King of Comedy' en zag dat de film na een beperkte uitbreng door Fox werd op geborgen in de kluizen. „Ik was er gaan werken omdat ik van film houd. Maar hoe succesvoller ik werd, hoe verder ik weggepromoveerd werd van wat ik het liefste deed. Uiteindelijk had ik het ge voel dat ik me meer om de parkeerplaat sen van de studio bekommerde dan om film. Toen ik het gezicht van Martin Scorsese zag na 'King of Comedy' dacht ik: nu moet ik weg. Ik had al die tijd een clausule in m'n contract: Wanneer ik de mogelijkheid zou zien om zélf films te produceren, mocht ik vertrekken". Nu dus een pure actiefilm voor haar. 'Black Rain'. Over twee Amerikaanse politiemensen in botsing met Japan, de Japanse politie, de Japanse onderwereld, de Yakuza. Michael Douglas kwam met het script bij Lansing en Jaffe binnen. Hij wilde de hoofdrol spelen en het daarom niet alleen produceren. Met Sherry Lansing had hij al succesvol sa mengewerkt in haar filmstudio-tijd, met 'The China Syndrome'. Sherry Lansing: „Stanley en ik hadden nog nooit een film van dit formaat gedaan. Een groots opgezette actiefilm. Maar net iets meer dan alleen die opwindende rit langs de achtbaan. Twee dingen spraken me aan. Het verhaal gaf ons de mogelijkheid in de bestaande spanningen tussen Oost en West te duiken. Speciaal die tussen Ja pan en Amerika. In Amerika bestaat die. Japanners kopen hele stukken van Ame rika op. Hotelketens, noem maar op, laatst nog die aankoop door Sony van Columbia Pictures. Dat maakt een hoop Amerikanen ongerust. Dat soort span ning bestaat tussen Michael Douglas en Ken Takakura, de hoofdrolspelers van 'Black Rain'. Ze staan voor hun land en ■cultuur. Douglas staat voor individuali teit, spontaniteit. Takakura voor de groep, voor discipline. Ze moeten elkaar leren begrijpen en leren respecteren. Als onze twee landen. Niemand is beter of slechter. We zijn alleen anders. Een tweede punt dat me aantrok is de morele tweeslachtigheid van onze samenleving. Toen ik een kind was had je nog nooit gehoord van 'insider trading' op de beurs, politici bedrogen nog niet, men sen bedonderden de inkomstenbelasting niet. Jonge mensen nu nemen al bij voorbaat aan dat iedereen een beetje corrupt is. De Nick Conklin van Mi chael Douglas zegt: 'Heel New York is een 'grey area'. Een grijs gebied tussen zwart en wit in. Waarom zou ik niet een beetje van de grote hoop pikken als ik ook nog het tuig van de straat houd. En de Japanse politieman die Takakura neerzet, leert hem dat je niet 'een klein beetje oneerlijk' kunt zijn. Omdat je er jezelf uiteindelijk mee ondermijnt". „Het is moeilijk filmscripts te vinden die over mensen gaan, waar jij zélf naar zou willen kijken", zegt Stanley Jaffe. Hij maakte zijn grootste hit als producer met 'Kramer versus Kramer', met Dus- tin Hoffman die zijn zoon probeert te behouden tijdens een scheidingsproces. „Een film die verschrikkelijk belangrijk voor me was", zegt Jaffe. „Ik was kapot toen ik het boek las. Ik had net zelf een scheiding achter de rug en ik liep rond als één grote, open wond". Ook bij hem die persoonlijke aanleiding voor zijn produkties. „We hebben tot nu toe 'klei ne films' gemaakt. En die kosten ook ge noeg geld tegenwoordig, hoor, dat is het niet, maar ik wilde wel eens op deze schaal werken. Met een film die dingen laat zien waar we allemaal over lezen. We zien niet zo bar veel van Japan op film. Japanse films komen maar met mondjesmaat in Amerika en dan zijn ze bovendien voor een zeer gespecialiseerd publiek en vaak ook nog historische films a la Kurosawa". Zijn keuze om met de hele filmploeg naar Japan te trek ken bleek niet geheel zonder risico. Jaffe en Lansing keerden halverwege de opna mes voortijdig terug naar Amerika, om daar de dure decors op de Paramount 'backlot' na te bouwen. Het verhoogde het totale filmbudget in niet geringe mate. De onverstoorbaar lijkende Jaffe is nu laconiek over die moeilijkheden: „Het was een combinatie van dingen. Ten eerste het taalprobleem. Alles moest via tolken. Ten tweede: Japan is geen film land als Amerika. Films worden er meestal in studio's opgenomen. Men is er niet gewend aan opnames op lokatie, op straat. En er zijn ook veel te weinig figuranten te krijgen. Osaka, een stad van acht miljoen inwoners, telt 325 offi cieel ingeschreven figuranten. De werk loosheid is er zeer laag, iedereen heeft iets te doen, dus niemand had interesse. Bovendien blijkt onderhandelen moei lijk. Japanners zeggen niet graag 'nee'.- Je vraagt of je toestemming kunt krijgen om daar of daar te filmen, het antwoord is 'ja'. Maar wanneer je er komt, blijkt het niet te kunnen. Men is er ook niet gewend om overuren te maken. Wan neer wij een ruimte hadden gehuurd van negen tot vijf, dan ging er precies een minuut over vijf een hand voor de ca mera. Afgelopen. Uit". „Men is er ook niet genegen het hele verkeer stop te zetten voor een filmop name. Autoriteiten willen het publiek liever geen ongemak bezorgen. Bijvoor beeld een opname op een plein in Osaka dat je kunt vergelijken met Newyorkse Time Square. Ja, we konden er filmen tussen zes en negen uur 's ochtends. Dat hebben we vier dagen achtereen moeten doen, terwijl die scène - hadden we één hele nacht kunnen filmen - anders in één keer op film had gestaan. Aan de an dere kant is het 't meest buitengewone land op het gebied van serviceverlening. Iedereen, van 'bell boy' tot kelner, doet z'n uiterste best voor je. Men stelt er een eer in z'n job goed te doen". Verhalen als zou de Japanse maffia, de Yakuza, een hand in de moeilijkheden gehad hebben, doet Stanley Jaffe schou derophalend af. „Daar kan ik geen nee en geen ja op zeggen. Zelf weet ik het niet. Ik heb wel van Japanners gehoord: zie je die daar, dat is Yakuza. Die Ja panse maffia heeft 180.000 leden en in sommige steden staan ze zelfs in het te lefoonboek. Bij nachtopnames op een plein reed er voor de zoveelste maal een vuilniswagen langs. 'Yakuza' zeiden Ja panners tegen me". De Amerikaanse pers verweet de makers van 'Black Rain' een racistische houding ten opzichte van Japan. Zowel Jaffe als Lansing gooien dat verwijt onmiddellijk overboord. Ons gesprek vindt vlak na de Japanse première van hun film plaats. Jaffe: „Een 'quote' uit de Japanse pers: 'De meest authentieke film over Japan na de oorlog in Japan opgenomen'. Het Japanse publiek klapte bij een aantal scènes". Lansing: „Voor ons gevoel doet de Ja panse politie het in de film te keurig. Maar zij hadden uiteindelijk het pro bleem óók opgelost. Alleen niet op de Clint-Eastwod-manier. Ken Takakura roept tegen Douglas: 'Dit is Amerika niet, dit kun je hier niet doen'. Hij heeft gelijk, het Japanse publiek klapt ervoor. Douglas leert van hem, zoals hij weer van Douglas leert. Er bestaat in Japan het gevoel dat men te veel in de groep leeft. Er bestaat de neiging individuali teit meer ruimte te geven. Onze film geeft de gevoelens op de achtergrond van het verhaal juist heel nauwkeurig weer". Jaffe: „Er bestaat een zekere xenofobie, vreemdelingenhaat, in Japan. Net zoals elders op de wereld. Ik heb het van twee mensen van in de vijftig aan den lijve ondervonden. Zo erg dat ik er bijna op los geslagen had. Aan de andere kant: er is ook een enorme interesse voor ónze vorm van samenleving. In Hongkong heb ik Japanners met z'n honderden in rijen voor winkels zien staan. Dezelfde mensen die in Tokyo elke dag tweemaal twee uur met de trein heen en weer rei zen naar hun werk. En die thuis zonder klagen met z'n drieèn of vijven in een kamer leven die de helft van deze hotel kamer is. In Japan weet men ook dat die enorme rijkdom die het land heeft an ders vertaald zou kunnen worden. Het Westen krijgt een steeds sterkere invloed op hun leven en denken". Je zou door al die teksten bijna vergeten dat 'Black Rain' uiteindelijk maar een gewone actiefilm is. En behoorlijk hard. Sherry Lansing: „Je kunt nu eenmaal geen film over de maffia, of de Yakuza maken, zonder geweld. Maar je hebt twee soorten geweld. We hebben het niet willen exploiteren, hebben er zelfs scènes uitgehaald die we net iets te veel von den. Ook daar hebben we verantwoorde lijkheden als filmproducenten". Dank zij haar duiken politieman Michael Douglas en sexy tegenspeelster Kate Capshaw in elk geval niet meteen het bed in. Lan sing: „Eerst was daar sprake van in het script. Maar dat vond ik zo'n cliché. Mi chael ontmoet haar in de film als' zijn politiepartner net is vermoord. Ont hoofd zelf. En dan het bed in? Over m'n lijk". Over hun samenwerking zegt Sherry Lansing: „Stanley en ik hebben een erg unieke relatie. Ik vind hem - mét Mi chael Douglas trouwens - de beste pro ducer die ik ken. We werken nu zeven jaar samen. En we zijn het al die tijd met elkaar oneens. We zijn privé geen vrienden van elkaar, zien elkaar alleen wanneer we werken. Die onenigheid maakt dat onze uiteindelijke keuzes be ter zijn, sterker. Daar zijn we het wél over eens". Voor het zelf regisseren, zegt ze, ontbreekt haar het geduld. „Ik houd van het overzicht, ik zie de details niet die een regisseur wel moet zien". Stanley Jaffe: „Ik wil films maken die ergens over gaan. Er is in Amerika een grote interesse voor hoeveel geld je kunt verdienen. Ik merk dat wanneer ik lezin gen geef over filmproduktie op universi teiten. Maar zo werkt het niet. Zo werk ik niet. Dat is geen vorm van nederig heid of bescheidenheid van me. Ik wéét gewoon niet hoe dat moet. Een van de mooiste films die ik geproduceerd heb is een kleine western, 'Bad Company'. De kenners roepen nu dat het een 'classic' in z'n genre is. Maar niemand is er naar gaan kijken". BERT JANSMA

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1990 | | pagina 37