„Paul vindt
ja-knikkers altijd
zeer bedreigend"
Databank van Haagse Muzeman
Op 18 december 1964, een stormachtige winterdag, brandde
binnen enkele uren het vermolmde Gebouw van Kunsten
en Wetenschappen aan de Haagse Zwarteweg tot aan de
grond toe af. Op diezelfde avond presenteerde de jurist Paul
van Vliet enkele kilometers westwaarts in een verbouwd
ijspakhuis aan de Nieuwe Schoolstraat zijn kersverse cabaret
PePijn. De Haagse burgemeester Kolfschoten, die zich van
het inferno op de Zwarteweg naar deze première had
gespoed, beklom tegen twaalven met het bluswater nog in
zijn haar het podium en sprak de heilwens uit: „Le roi est
mort, de koning is dood, vive le petit prince, leve de kleine
prins".
Van Vliet viert zijn kwart eeuw onderweg in de vaderlandse
kleinkunst van 26 tot en met 30 december met vijf speciale
shows in het Scheveningse Circustheater, waar hij in
vogelvlucht het spoor terug volgt naar 1964.
Ter gelegenheid van dit artistieke jubileum ging Leo
Thuring te rade bij de vrouw achter de jubilaris, Lidewij de
Iongh, die als stille vennoot in hun boerderij in Breukelen
zijn zorgzame samenleving belichaamt.
Geboren: 10 september 1935 in Den
Vader: Paul van Vliet sr, tekenleraar,
poppenmaker.
Moeder: Louise van Lakerveld, lera
res voedingsleer.
Grootvader: Piet van Vliet, Tweede-
Kamerlid voor de ARP.
Grootmoeder: Grietje Grimm, af
stammelinge van de gebroeders
Grimm.
Lagere scholen: Den Haag, Fries
land, Den Haag.
Middelbare school: 's-Gra venhaags.
Christelijk Gymnasium.
Eindexamen gymnasium alpha 1954.
Militaire dienst: Infanterie, Welzijns
zorg Officier van de Westenbergka
zerne in Schalkhaar (1954-1956).
Studie: Geschiedenis en Rechten in
Leiden (1956-1963). Meestertitel in
december 1963.
Leidsch Studenten Cabaret: Laat je
zoon studeren (1958-1961) met Lise-
lore Gerritsen, Floor Kist en Kai van
Oven.
Tv-debuut: VPRO. Laat je zoon stu
deren (juni i960).
Theater PePijn: in verbouwd ijspak
huis aan de Haagse Nieuwe School
straat start op 18 december 1964 Ca
baret PePijn met Liselore Gerritsen,
Ferd Hugas en Rob van Kreeveld.
Programma's: Oh Pardon (1965),
Opus 2 (1965-1966), Dag en nacht
(1967-1969) en Opus 4 (1969-1971).
De ontbinding van Cabaret PePijn
vindt plaats in juni 1971. PePijn
wordt gesplitst in de BV PePijn en
de Stichting Theater PePijn.
De jas van Claus: februari 1966.
Zomerprogramma's: Avond aan zee
I: Kurzaal Scheveningen, 1970,
Avond aan zee II: Kurzaal Scheve
ningen, 1971, Avond aan zee III:
Kurzaal Scheveningen, 1972, Avond
aan zee IV: Kurzaal Scheveningen,
laatste bespeler vóór de sluiting en
restauratie in 1975.
One Man Shows: Noord West (1971-
1973), Tien jaar onderweg (1974-
1977), Vandaag of morgen (1978-
1980), Theatershow '81-'82 (1981-
1983), Wat gaan we doen? (1984-
1985). Over Leven (1986-1987), Een
gat in de lucht (1988-1990).
Engelse One Man Shows: The truth
behind the dykes (zomer 1973), A
dutch treat (zomer 1976), An even
ing with Paul van Vliet (zomer
1980), Made in Holland (herfst
1986).
Buitenlandse tournees: New York,'
Los Angeles, Toronto en Londen
(mei en juni 1974), Verenigde Sta
ten, Canada, Nederlandse Antillen,
Suriname, Venezuela (1960), Brazi
lië. Uruguay, Argentinië, Chili
(1969), Indonesië, Singapore, Bang
kok, Hong Kong (1972), Nederland
se Antillen (1975), Singapore, Bang
kok. Hong Kong, Japan (1979), Sin
gapore, Borneo, Jakarta (1981), Ver
enigde Staten, Canada (1982). Vere
nigde Arabische Emiraten, Saudiara-
bië, Nederlandse Antillen, Oman,
Bahrein, Londen (1986).
Onderscheidingen: Erelid van de Ne
derlandse Standwerkersbond (1962),
Winnaar ICC-Cabaretconcours
(1965), Edison voor LP „Een avond
aan zee" (1971), Gulden Humor van
Verenigde Limburgse Carnavalsvere
nigingen (1972). Gouden Harp
(1974), Officier le klas in de Ko
ninklijke Orde van de Poolster van
Zweden (1976), een tulp naar hem
genoemd (1978), Ridder in de Orde
van Oranje Nassau (1987).
mieters om tegengas te krijgen. Dat ge
ven we elkaar ook. Als hij aan een nieu
we show werkt worden alle teksten tot
en met de punten en komma's tegen het
licht gehouden. Op het laatst heb ik een
boodschappenlijstje met notities over de
volgorde, over woorden die volgens mij
met elkaar vloeken en over coupletten
die overbodig zijn naar mijn smaak. Op
die manier heb ik het dan zo druk als
een klein baasje".
„Als hij een tekst heeft voorgelezen, die
net geschreven is, wordt er uitgebreid
over gepraat. „Een prima idee", zeg je
dan misschien, „maar yanuit die en die
optiek komt het naar mijn mening wel
licht beter tot zijn recht". Dat is overi
gens niks nieuws. Vijfentwintig jaar gele
den, deden we met cabaret PePijn niets
anders. Daar werd ook volop gediscus
sieerd over de volgorde, over de teksten
en de liedjes. Paul vond dat geweldig. En
dat vindt hij nog steeds. Hij wil weten
hoe de mensen die hij vertrouwt erover
denken".
„Ik vraag me af hoe lang hij het nog vol
houdt. Het moeilijkste van zijn vak is de
frequentie waarmee hij zijn ideeën moet
spuien. Dit land is zó klein dat hij ge
dwongen is om de anderhalf, twee jaar
een show te maken. Dat is pure roof
bouw op de kop. En je kunt op alles be
zuinigen. maar nou net niet op je her
sens. Het tempo waar hij in werkt, ligt te
hoog. Dat weet hij zelf ook. Hij zou er
eigenlijk langer over moeten doen. Maar
helaas is dat financieel geen haalbare
kaart".
„Ondertussen houdt hij het al vijfen
twintig jaar vol. En hoe. Hij is in zijn
vak het meest allround en heeft het
breedste publiek. Dat zijn feiten waaro
ver geen discussie mogelijk is. Zijn lied
jes zijn me persoonlijk het liefst. Maar
zodra hij weer een ongelooflijk debiel
persoon op de planken neerzet ga ik wel
gegarandeerd onderuit".
Schaterlach
„Thuis geeft hij uiteraard wat minder
aanleiding voor een wilde schaterlach.
Maar geloof me of niet: ik heb hem in al
die jaren geen dag chagrijnig meege
maakt. Misschien weet hij niet eens wat
een rot bui is. En saai is hij ook al niet".
„Hij kan wel nerveus zijn. Bloedner
veus, als hij weer eens te veel aan zijn
kop heeft en de zaak niet meer kan be
happen. Dat kan ook heel behoorlijk op
je zenuwen werken, heb ik gemerkt. Die
steeds weer terugkerende spanning over
iets van ontzettend belang zoals een
nieuwe show. Dat is om gek van te wor
den".
„Dan heeft hij eerst uren in zijn werk-
hok zitten ploeteren. En als het daar dan
niet lukt komt hij hierheen geijsbeerd.
Koffie, koffie en maar denken. Die man
ziet alles, hoort alles en denkt ondertus
sen ook nog: wat kan ik er mee doen?
Als hij wezenloos voor zich uit staart, zit
hij gegarandeerd keihard te werken. Dan
draait die twaalf-sporenband in zijn
hoofd op volle toeren. Op zo'n moment
denk ik wel eens: „Laat ons één ding be
spaard blijven. Ik hoop, dat ik aan het
einde van zijn schitterende carrière geen
man over de vloer krijg, die de godgan
selij ke dag met zijn plakboeken tussen
de geraniums zit".
LEO THURING
LIDEWIJ DE IONGH: DE VROUW ACHTER PAUL VAN VLIET:
ZATERDAG 16 DECEMBER 1989 PAGINA 27
is gq
dere
toe
0n|REUKELEN - Achter de kloeke
:n. beve met bijgebouwen, waar Paul
i" v(an Vliet zijn thuiswedstrijden
^nder publiek speelt, strekt zich
mter11 bovenmodale tuin uit met sap-
gazons ter grootte van een
mDetbalveld en met forse boompar-
hejen, die tientallen meters van de
eibstallen eindigen bij de oever van
zo[p kronkelende Aa. Deze overdui
B-keus-rivier uit het Verka-
ï-album over Utrechtse land-
:happen, vormt tevens een privé
Waterlinie, die de bewoners vrij-
aart van een permanente invasie
jJer^n dagjesmensen, die anders gega-
[jj ^ndeerd als variant op het aloude
naaspies kijken' uit de dorpskom van
buireukelen zouden oprukken naar
ie h; boerderij van Van Vliet om te
,ehc*hterhalen hoe deze bekende Ne
derlander er bij zit.
!,Ikl
ele p
Op 3or Lidewij de Iongh is dat een hele
oos ruststelling. Al jaren is zij de stille
nnoot van Van Vliet en belichaamt zij
vrior hem in dag- en nachtdienst zijn
de irgzame samenleving. In het rijk der
is zij de dame du palais naast de
van deze vorstvriendelijke Hage-
wilt ar, die na gedane vrolijke zaken tot in
ht holst van de nacht een willig en at-
ht oor bij haar vindt.
"Oaul en ik zijn verstokte nachtmen-
en V', heeft ze inmiddels tot haar niet ge
in er^ge opluchting ontdekt, „en dat treft
r zois geweldig. We staan laat op en ver-
•lgens zorg ik, dat er een ouderwets
■n d^tbijt op tafel komt. Met een eitje dus.
sen us de krant en sju. Het is er allemaal",
leef; Avonds maak ik doorgaans een or-
n dcntelijke Hollandse pot. Want Paul
Je tidt het heerlijk om thuis gewoon te
1 en;n. Buiten de deur krijgt hij al vol-
tddyende reebiefstukjes en supersausjes
ndje-geschoven, maar zulk verfijnd restau-
netitvoedsel verwacht hij niet van mij.
w(l komt ons allebei goed uit, want ko-
i> 's niet mijn sterkste punt. Ik kan wel
is vee' maken, voor tien, twintig men-
tegelijk. Als je dus van plan bent
gs te komen valt er genoeg te smikke-
van draadjesvlees en sudderlap. Om
de goudeerlijke bal gehakt nog maar
zwijgen. Ook nooit weg, zou ik zo
boli^n
Dirift31 doen we n08 meer samen? We
t ^delen soms een eindje, praten veel,
aakt veel en aIs Pau' vertrokken is pak ik
je i boek of vlij ik mij voor de buis. Te-
hori'sie vmcl nog steec*s een ongeloof-
itact e uitvinding. Met name documentai-
en en speelfilms kan ik blijven consu-
om ren" a's n'et worden uitgezon-
iaan v'nd 'k moeiteloos wel wat anders
k„Jr ik mijn tijd nuttig mee kan vullen.
Ut voor niets noemt Paul mij de BV
"t Jarre'kiP- Dat ben ik dus".
wej
eemtoeroe
ervai
hoe
ezien van deze plaats tussen het
pluimvee is Lidewij de
gh ook nog de dochter van een Rot-
HH^amse staalfabrikant, die zijn verga
ingen altijd opende met het voorle-
Tr^~ri van een brief van de apostel Paulus.
denkt dat ze op hem lijkt, maar voegt
■elijk waarschuwend aan toe: „Mis-
[en is dat alleen maar wishfull thin-
Ik vond hem geweldig, een einde
Vader was een soort goeroe, een fi-
lof, op wie je blind kon varen. Ik was
op die man. Als hij met moeder in
Vlattheus Passion zong, sprongen de
en in mijn ogen. Ze lappen het toch
ir weer, dacht ik elk jaar opnieuw,
h was voor mij in die tijd religie. Ik
er niet genoeg van krijgen",
moest wel van zeer goeden huize ko-
t om vader te kunnen bijbenen. Hij
een denkwijze ontwikkeld, waar
f terse en westerse filosofieën in elkaar
rvloeiden. Daardoor leek het of hij
voortdurend met je eens was. Als ik
te berde bracht keek hij me glimla-
d aan. „Dat is heel aardig", zei hij
Op zo'n moment moest je goed op-
:n, want voordat je er erg in had zat
lem. Muurvast. Hij zag steeds weer
om je in je eigen missers te laten
ïn".
mijn beurt zocht ik naarstig naar
:n waar ik hem op kon betrappen.
:en dag zei ik: 'God is een enorme
tripper. Uit alle kerken worden al-
|r gebeden naar boven gestuurd. En
geniet hij van. Hij is een showbizz-
ir, die bejubeld wil worden'. Zo va-
dacht ik, nu heb ik je klem gezet,
kom je nooit meer uit. Hij ant-
rdde: 'Dat is juist het leuke van die
r oveii God kan niet zonder liefde. Hij wil
alle mensen van hem houden. Daar
die gebeden voor'. Op een gegeven
In het rijk der muzen fungeert Lidewij de Iongh als de dame du palais naast de troon van de vorstvriendelijke
Hagenaar Paul van Vliet.
moment heeft ook moeder het besluit
genomen er geen eigen mening meer op
na te houden. Dat vond ze verspilde
moeite. Vader dacht immers voor twee.
Die had altijd gelijk, wat nog waar was
ook. Hij zat nooit ergens naast, draaide
nergens om heen. Elk woord uit zijn
mond was gelijk raak, elke mening, elke
gedacht bleek een schot in de roos te
zijn".
„Pas na vaders dood heb ik ontdekt dat
moeder een slimme, briljante particulier
is, die je ook niet kunt omdouwen. Die
vrouw weet echt niet wat stress is. Dat
maakt mij wel eens bang".
Weegschaal
„Zelf ben ik een echte weegschaal. Ik
houd van harmonie. Als de boel in ba
lans is, ervaar ik dat als een gelukstoe
stand. Afgezien van de gebruikelijke
kicks haal ik uit die momenten mijn in
tense tevredenheid. Dat alles in dit huis
draait om dat vak van Paul ervaar ik
niet als bedreigend voor die harmonie.
Dat is een vast gegeven, waarvan ik te
voren op de hoogte was. Als je zijn tour-
neelijst ziet begrijp je gelijk dat er geen
ruimte is voor iets anders. Alleen de
zondagen heeft hij vrij. Maar de tijd die
je dan hebt is toch te kort om andere
dingen te ondernemen. Dat is jammer,
want er is uiteraard heel wat meer in het
leven dan showbusiness. Je zou naar
concerten kunnen gaan, naar musea.
Noem maar op. Helaas zit dat er niet
in".
„Nou moet je daar niet over blijven
doorzeuren. Je weet tevoren dat je met
oogkleppen door het leven zult moeten
gaan. Als je dit vak goed wilt uitoefenen,
als je een perfectionist bent zoals Paul,
kun je er niks anders bij doen: Uiteraard
zit daar een levensgroot gevaar in. Het
zou behoorlijk griezelig kunnen worden.
Kijk maar naar Wim Kan. Goddank
wordt dit huis niet getiranniseerd door
het vak. Het beheerst wel onze tijd.
Maar het blijft de bedoeling dat onder
dit dak iedereen aan zijn trekken komt.
En dat lukt nog vrij aardig ook".
„Waarschijnlijk zorgen de kinderen er
voor dat het niet uit de hand loopt. Ma-
nuël en Laurien zouden het niet pikken
als Paul opeens heel moeilijk ging lopen
doen. Ik denk dat je met tieners in huis
niet eens de kans krijgt een artistieke
zombie te worden. Kinderen rammen
daar gegarandeerd doorheen. Die zijn al
lergisch voor alles wat riekt naar aanstel
lerij en moeilijk gedoe. Bij Paul is daar
trouwens geen sprake van. Achteraf
blijkt zelfs dat ze elkaar aardig vinden.
Wat je ook tevoren niet weet. Je mag het
alleen maar in stilte hopen".
„Ondertussen blijft het wel een raar we
reldje, waar artiesten in moeten zien te
overleven. Eigenlijk mag een mens al
leen met goed fatsoen een microfoon
grijpen voor een dokter in de zaal, voor
de brandweer misschien of voor een
gebed om vrede. Maar nu grijpt iemand
een microfoon om zijn eigen stem te
versterken. Dat is toch hoogst merk
waardig. Je gaat ook nog wat hoger staan
dan de anderen en dan versterk je je
stem. Mijn hemel, wie dat lef heeft mag
toch wel zorgen dat hij wat te zeggen
heeft. En over de teksten die hij uit
spreekt, moet hij verrekt goed nadenken
om die gotspe ordentelijk te kunnen in
vullen".
FOTO: MILAN KONVALINKA
„Over dat soort dingen praten we thuis.
Over het dreigend gevaar, dat het een
eng vak zou kunnen worden. Als je zo
bezig bent als Paul, moet je zorgen dat je
integer blijft. Ik vind het persoonlijk een
eng, calvinistisch woord. Maar het dekt
naar mijn smaak wel de lading. Je mag
waarachtig blij zijn en God op je blote
knieën danken als je kans ziet in dit vak
normaal te blijven".
„Volgens mij is dat Paul tot nu toe aar
dig gelukt. Hij heeft ook niet zo'n le
vensgroot ego als heel wat andere arties
ten. Hij is wel een solitair van huis uit.
Je moet hem absoluut niet vastbinden,
geen claims pp hem leggen. Want gega
randeerd krijgt hij claustrofobische ge
voelens zodra hij merkt dat hij zelf niet
meer mag beslissen".
„Daarom is het des te merkwaardiger
dat hij in zijn carrière verrassend weinig
van zijn kinderlijke dingen is kwijtge
raakt. Je moet maar eens voor de aardig
heid de keren turven dat hij het woord
'gezellig' in de mond neemt. Hij haakt
naar gezelligheid, naar vriendschap en
genegenheid. Maar ook hij weet don
dersgoed dat zijn vak daar amper de
ruimte voor biedt. Het is een vak, dat
schuw en argwanend maakt. Wie kun je
nog vertrouwen en wie heeft het op je
gemunt? Paul is als de dood om vreemd
te worden. Hij is bang voor het isole
ment en vindt ja-knikkers zeer bedrei
gend". -
Tegengas
„Als hij je hoog heeft zitten kun je alles
tegen hem zeggen. Dan vindt hij het
Paul van Vliet door de jaren heen.
SeidócSouumt1