Werelden van verschil Prikkelende Kate Bush „De drie dames K.": skieën en lange verhalen Aangrijpende terugblik op joodse jongensjaren Instructieve uitgaven voor grafisch ontwerpers BOEKEN/PLATEN EeidócSouocmt Drie vrouwen brengen een week vakantie tussen kerst en nieuwjaar samen door in een hooggelegen dorp in de Alpen. Dat is een mooi gegeven, niet erg orgineel maar wel een ge makkelijk uitgangspunt voor een veelzijdig verhaal. „De drie dames K." van Helke Sander vormen een uitgespro ken vrolijk groepje, in het dorp al gauw bekend als „de meiden" die in de gaten wor den gehouden, skieën in de ochtenduren en doen daarna boodschappen. Van twee van hen zijn de kinderen én de mannen al het het huis uit. De derde is zwanger en in de steek gelaten. Hun alleen-zijn heeft hen in die week bijeen ■gebracht en gebonden. Als be scherming tegen de lange wre de nachten vertellen ze elkaar verhalen met als voorwaarden dat er een kern van waarheid in zit en dat in droevige ver halen ook de vrolijke kanten worden belicht. Waarom heeft de schrijfster de drie dames de letter K. als achternaam gegeven? Daar kun je als lezeres alleen maar naar gissen. Zou het met Kaf ka te maken hebben Ja, zo blijkt uit diverse interviews met de auteur, maar ook met de „Verhalen van K." van Brecht, een serie mini-verha len, soms niet meer dan een paar zinnen. Die bondigheid wil de schrijfster evenaren en met haar stijl, ontbloot van alle franje en omhaal, is dat ook aardig gelukt. En verder vindt de schrijfster de letter K. een mooie letter, goed en dui delijk uit te spreken. Machtsverschil Rode draad door alle verhalen is het machtsverschil tussen mannen en vrouwen, de psy chologische oorlog tussen de twee seksen. Steeds doemt het zelfde type man in de verha len van de dames K. op, zo ie mand als bijvoorbeeld de zoon van de SS'er die zo bang is de liefde van vrouwen te verlie zen dat hij liever liegt en op de vlucht slaat dan de confronta tie met vrouwen aangaat. In het genoemde interview zegt ze daarover: „Aangezien Duitsland vol zit met SS'ers kan het natuurlijk niet uitblij ven dat mijn generatie heel wat zoons van SS'ers kent en daar geschiedenis mee heeft. In dit verhaal van mevrouw K. over de SS-zoon interes seerde mij vooral dat het zwij gen van de moeder die de va der tijdens de oorlog niets vroeg over zijn werk in het concentratiekamp wordt voortgezet door de zoon. Zo zie je hoe de verschrikking door gaat. Ik geloof niet dat de oor log iets eenmaligs was. De massale vernietiging, die toen voor het eerst als een industrie werd aangepakt, gaat nu op andere wijze door. Tegenwoor dig produceren we, met de ogen open, onze eigen vernie tiging. We hebben zelfs geen vijand meer nodig. Het is per vers." Aangrijpend is ook het verhaal van de ene mevrouw K. over geboorte en hoe een vrouw geen toestemmig krijgt zittend te bevallen, terwijl haar intuï tie haar influistert dat zo'n houding beter voor haar is. De vroedvrouwen en artsen ver bieden haar te zitten of te staan tijdens de vreselijke be valling. Twintig jaar later hoorde dezelfde vrouw K. hoe de chef van de kliniek carriè re maakte met zijn onderzoe ken naar zittend bevallen, ter wijl in zijn kliniek vrouwen lachgas toegediend kregen en tussen maandag negen uur en vrijdag vijf uur hun kinderen kregen, zodat de chef in de weekeinden vrij bleef. Waar om dit verhaal speciaal voor de zwangere mevrouw K. op beurend zou moeten zijn? De andere mevrouw K. ant woordt: „Het kan je moed ge ven je niet te laten intimide ren en te vertrouwen op je ei gen zintuigen. En ik vertel het om mijzelf ,moed in te spre ken." En een andere mevrouw K. „Zij bedoelt dat ons kletsen en kletsen en praten en lamente ren en nog eens kletsen ergens toe dient". „Het helpt ongeluk ken te voorkomen," zei een derde. MARSCHA VAN NOESEL Maarten 't Hart: „De unster-verha len. Uitgave De Arbeiderspers. Prijs ƒ26,90. Bob den Uyl: „Het land is niet ondankbaar"-verhalen. Uitgave Querido. Prijs 24,90. Wat moet een lezer nou toch met de nieuwe verhalen van Maarten 't Hart. Er staan er een dozijn bij elkaar in zijn nieuwe bundel met de titel „De unster". Als voorbeeld ga ik direct maar in op de ge beurtenissen in een van die verhalen. Het heet „De naga pers" en het beslaat bijna der tig pagina's. Het is een war boel. De eerste scene speelt zich af in de trein. De ik van het ver haal is getuige van de ellende die een bejaard echtpaar over komt, dat met een klein hond je in de trein zit. Eerst moeten we kennelijk lachen om de grap dat de conducteur voor de hond een stempel zet op de strippenkaart zonder dat uit te kunnen leggen. Als de oudjes uitstappen in Rotterdam-Zuid, is de oude baas niet vlug ge noeg, zodat de deur dichtglijdt, terwijl zijn vrouw al op het perron staat. De kop van het hondje zit tus sen de deuren en in de wan hoop komt niemand op het idee, dat er voor zulke geval len een noodrem in de trein zit. Intussen zijn we nog maar drie pagina's op streek en zijn er al vele zouteloze Maarten 't Hart-grappen gevallen. Dan gaat het verhaal opeens in op de reden waarom de hoofdpersoon in de trein zit. Een hele verhandeling over de herdenking van de beroemde professor Cleveringa van de Leidse universiteit en zijn roemruchte rede uit het begin van de oorlog volgt. Niks geen grappen, maar historische fei ten. Wachttoren De hoofdpersoon is op weg naar een plaats waar hij in het kader van deze viering een herdenkingsrede moet gaan houden. Dan treedt een meisje met de Wachttoren hem in de trein tegemoet, waarop een kerel op hem afkomt die hem hasj wil verkopen. Want zo gaat dat in Nederlandse trei nen! Drugsdealers en gods dienstfanaten struikelen over ie- Na zes pagina s gaat het ver haal nog steeds over van alles en geheel niets. Het wordt niet beter. De hoofdpersoon komt aan in een verwarrend ge bouw waar men wel of niet op hem zit te wachten, dat is de grote vraag. Hij moet uitvoerig uitleggen dat hij etholoog is (nee geen etnologie, ha, ha), vervolgens- moet hij uitleggen dat hij geen sterke drank wil drinken, maar Spa (uit de Ar dennen, ha, ha), waarna priet praat met de notabelen en an dere vooraanstaande bezoe kers van de komende lezing volgt. Er wordt gegeten, ter wijl gecauseerd wordt over cremeren, het enge van de film Psycho, de homeopathie en de manier waarop mensen sterven. FOTO: SP Maarten 't Hart FOTO: DIJKSTRA „De unster" telt ongelooflijk veel dieptepunten, waarin op zo'n manier, ongebonden, zon der lijn, centraal thema of ge voel voor constructie, een ver haal wordt verteld. Als ergens de telefoon gebruikt moet worden, gaat 't Hart grappen verzinnen over wat er met de telefoonverbindingen allemaal fout kan gaan. Als in het verhaal „De glas plaat" beschreven wordt, hoe hij zijn volgepropte souterrain van zijn huis aan de Amster damse wallen leeghaalt we gens brandgevaar, laat hij al lerlei Snip-en-Snap-types de revue (of de container met het afval) passeren en iets van hun gading uitzoeken. Dat geeft weer een hoop lol over de domheid en het stomme taalgebruik van de gewone man. Kortom: Weer een boek van Maarten 't Hart om zeer snel te vergeten. Anders lees ik de nieuwe bun del verhalen van Bob den Uyl, die veel consistenter is, in zijn niet aflatende reeks van te leurstellingen over het leven en de menselijke hoedanighe den. Maar hij is daar zelf het slachtoffer van en hij draagt manmoedig het leed, in tegen stelling tot 't Hart die als een nieuwe Hildebrand naar het domme volkje om hem heen kijkt, zonder dat het in zijn kop op komt dat hij mogelijk nog dommer is. Zeven verhalen bevat het boekje van Den Uyl met de mooie titel „Het land is niet ondankbaar", een onvergetelij ke naam die je ergens in een Zuidhollands dorpje op een boerderij kunt zien staan. Het gaat over reiservaringen, en jeugdherinneringen. Oorlogs herinneringen met name. Maar ook verhalen over krankzinnige tochten in Belgi sche steden en dorpen, waarin alles met elkaar samenhangt, omdat het levensgevoel van teleurstelling en het besef van onmacht altijd op ironische manier meespeelt. Er zijn mo menten in zijn verhalen, die je kunt vergelijken met scenes uit vertellingen van 't Hart. Zoals de beschrijving van een reis naar het Noorden, om in Winsum in een literair forum plaats te nemen. Alles wat op die reis gebeurt heeft met een persoon te maken, met zijn verwachtingen en met zijn te kortkomingen. Een „leerzame samenspraak" is voor mij het mooiste verhaal uit dit boekje. De reis en de gesprekken tij dens die reis van de ik, de croupier Harry en de aan de drank geraakte Vlaamse dich ter Maurice, die moet worden opgehaald voor Poetry Inter national. Het is in al zijn droefheid en grappigheid bijna Tsjechow. JAN VERSTAPPEN Omslagfoto van „Zeg vooral nooit dat jullie joods zijn". FOTO: RIJKSINSTITUUT VOOR OORLOGSDOCUMENTATIE Joseph Joffo: „Zeg vooral nooit dat jullie joods zijn". Uitgeverij Bzztóh. Prijs ƒ29,50. „Zeg vooral nooit dat jullie joods zijn". Dat is Joseph Jof- fo's meest praktische advies in de strijd tussen mens en men- sachtigen, volk en machtheb bers die zich nog dagelijks voordoet. De ongelijke strijd tussen mensen die niet anders willen dan een zo goed moge lijk bestaan opbouwen en de lieden die zich gerechtigd voe len te moorden. Soms laat „Zeg vooral nooit dat jullie joods zijn" zich lezen als een spannend jongensboek, waarbij de lezer zich mag be trappen op een redelijke mate van sensatiezucht: wat zal de twee vluchtende joodse broer tjes nou weer overkomen en hoe redden ze zich er deze keer uit. Joseph Joffo graaft diep in zijn geheugen en volgt een spoor terug dat zo'n veer tig jaar geleden werd gelegd door hem en zijn iets oudere broertje Maurice in het begin van de jaren veertig tijdens de Duitse bezetting van Frank rijk. Joffo beschrijft de vlucht uit het bezette Parijs naar fa milie in het relatief vrije Zuid- Frankrijk. Joseph en Maurice beginnen hun tocht als kinde ren en zijn volwassen als zij de eindstreep halen. Het is niet duidelijk waar die verande ring zich precies voltrekt, al neemt de schrijver zelf daar het moment voor, waarop de twee jongens de deur van hun ouderlijk huis achter zich dichttrekken. Althans: dan wordt het kindertijdperk afge sloten. Maar dat is niet hele maal waar; de twee jongens gedragen zich de eerste kilo meters van hun vluchttocht nog als de kinderen die zij nu eenmaal zijn, waarna zij lang zaam en per gebeurtenis naar volwassenheid groeien. Treffend moment in deze ont wikkeling is de nacht waarin de broertjes door een jongen, nauwelijks ouder dan zij,, over de demarcatielijn worden ge gidst; de uitgeputte Joseph probeert te slapen, maar weet niet dat zijn broertje weg is. De reden: Maurice heeft in alle stilte de weg terug afge legd en is zelf voor betaalde gids gaan spelen. Maurice is de kinderjaren dan allang voorbij. Wisselvallig De wijze waarop Joseph Joffo zijn verslag doet, is wisselval lig. In sommige passages treedt hij op als een enthousiaste en zeer betrokken verteller die zich de dingen nog perfect herinnert, anderemomenten is hij literair schrijver, die van afstand kleur en geur in zijn beschrijvingen verwerkt en de gebeurtenissen als op film de lezer aanbiedt. Een aaneen schakeling van scherpe mo menten, verhoren, angst en opluchting, handeltjes en han del. De dag waarop Joseph zijn gele ster ruilt tegen een zak knikkers: „Dat was mijn eerste handel". Overigens zijn voor de lezer beide vormen van aanpak van de schrijver aan trekkelijk, waarbij Joffo con sequent emotioneel afstand be waart tussen zichzelf en de ge beurtenissen. Tegen het einde geeft hij daar een mogelijk niet zo bedoelde maar wel treffende toelichting op, wan neer hij schrijft: „Gegroeid, gehard, veranderd... Misschien is ook mijn hart eraan gewend geraakt, gewapend tegen ram pen. Misschien is het al niet meer in staat, diep verdriet te hebben". In elk geval krijgt verdriet in deze roman nauwelijks kans, ook niet, wanneer de broertjes horen dat hun vader uiteinde lijk toch is opgepakt: „Ik heb mamma al gezien. Ik heb ook gezien dat papa er niet is, ik heb begrepen dat hij er nooit meer zal zijn..." Dezelfde va der die de jongens op pad stuurde met het advies: „Zeg vooral nooit dat jullie joods zijn". Verraad? Welnee. Het is een van de wapens om te overle ven en de broertjes zullen dit wapen nodig hebben, meer dan eens. Bovendien maakt Joffo heel goed duidelijk, dat de mening van een al dan niet gehate en willekeurige vreem deling echt niet opweegt tegen de kans op overleven. Dan maar even niet joods, in de mening van die ander dan. Het maakt niets uit. FRITS BROMBERG Verbittering om verloren levens Ant. P. de Graaft: „Brieven i veld". Uitgeverij Van Wijnen. Prijs 19,95 Ant. P. de Graaff begint het eerste hoofdstuk van zijn boek „Brieven uit het veld" met een motto: „Wat ik van daag doe is belangrijk, want ik geef er een dag van mijn leven voor". Hij vervolgt zijn boek met fragmenten uit het dagboek dat hij tussen 29 april 1949 en 14 mei 1950 bij hield in voormalig Neder- lands-Indië. Inderdaad, dat was de tijd van de vader landse oorlog tegen de Indo nesische opstandelingen, de stuiptrekkingen van Neder land als koloniale mogend heid. En De Graaff wisselt zijn dagboeknotities af met fragmenten uit brieven van oud-militairen en familiele den c.q. nabestaanden. Als er iets uit naar voren komt, dan is het verbittering over de dagen die daar, in die misplaatste oorlog, verlo ren zijn gegaan. Verloren, omdat ze gewijd werden aan onbelangrijke, om niet te zeggen onterechte bezighe den. Maar meer nog dan de verbittering om verloren da gen, spreekt uit dit boek ver bittering om verloren levens. De Graaff heeft daar al eerder blijk van gegeven, in zijn boeken „De heren wor den bedankt" en „De weg te rug", maar zijn 'veteranen- ziekte' is ongeneeslijk; hij zal niet rusten voordat iedereen in Nederland weet dat er in die zogenaamde 'na-oorlogse' jaren nog 4665 mannen sneu velden. Voor wie niet als jongeman werd weggerukt uit het beschermde Neder land van 1946 en niet ge dwongen werd in de tropen te vechten, zijn de gevoelens van De Graaff en zijn kame raden niet altijd even ge makkelijk te begrijpen. Er spreekt zoveel onvrede uit, het is zo zuur soms, dat het averechts werkt; irritatie wekt in plaats van begrip. Dat is bijvoorbeeld het geval als De Graaff een briefschrij ver aldus citeert: „Als één van de kameraden sneuvel de, was het dan een wonder dat er wraak genomen werd en dat er maar één wet gold: oog om oog en tand om tand? De enige eerlijke oorlog in de toekomst zou zijn, om alle staatshoofden met knuppels een stadion in te jagen en wij als toeschouwers, liefst op de eerste rij". Echt verstandige taal is dat niet, laat staan een waarde volle suggestie. Maar authen tiek is het wel. De Indië-ve- teranen voelen zich verra den. Ze snakken naar erken ning, ze willen dat de over heid (die inderdaad de ver keerde beslissing nam hen te sturen) van zich laat horen. In die zin kan „Brieven uit het veld" een functie vervul len, het geeft inzicht in de denkwereld van veteranen. De Graaff toont aan, zij het voornamelijk impliciet, dat een overheid het niet kan maken jonge mensen naar de andere kant van de wereld te sturen, hen daar bloot te stellen aan gevaar, en ver volgens hen die levend te rugkeren links te laten lig gen. STEVO AKKERMAN John Murphy en Michael Rowe: „Het ontwerpen van merken en logo'»". Jenny Muiherin: „Presentatietech nieken voor de grafisch ontwerper". Twee delen uit de serie Graphic De sign Workshop. Uitgeverij Gade. Prijs per deel 49,50. De opdracht tot het ontwerpen van een logo of .beeldmerk is voor een grafisch ontwerper een boeiende maar moeilijke opgave. Het beeldmerk of logo bepaald het gezicht van een bedrijf en dient derhalve de uitstraling te hebben van dat bedrijf. Een op het eerste ge zicht simpel ogend logo blijkt meestal te zijn voorafgegaan door heel wat mislukte of af gekeurde ontwerpen. De werkwijze om te komen tot een verantwoord logo wordt behandeld in het boek „Het ontwerpen van merken en lo go's", dat deel uit maakt van de serie Graphic Design Workshop. Beginnende ont werpers vinden hierin een handleiding om het ontwerpen van een logo of beeldmerk praktisch aan te pakken. Met tal van voorbeelden, voorzien van veel illustraties, wordt aangegeven hoe men de op drachtgever benadert en op welke wijze de eerste schetsen voor een ontwerp ontstaan en vervolgens worden uitge werkt. Een interessant hoofdstuk is dat waarin de schrijvers, twee doorgewinterde ontwerpers, een aantal praktijkvoorbeel den geven van het onstaan of omwerken van bestaande beeldmerken. Boeiend is te zien hoe de opdracht tot het aanpassen van het beroemde Coca-Colabeeldmerk werd verwerkt. Een hoofdstuk over de juridische aspecten van beeldmerken en logo's maken dit fraai ogende boek com pleet. Een boek uit dezelfde serie is „Presentatietechnieken voor de grafisch ontwerper". Volgens schrijfster Jenny Mui herin wordt in de opleiding van grafici te weinig aandacht besteed aan de presentatie van een ontwerp bij de klant. Een ontwerp, hoe briljant en origi neel ook, maakt geen enkele kans als het niet op een goed doordachte, attractieve 'manier aan de cliënt wordt aangebo den. Een dosis flair van de kant van de ontwerper om de cliënt te overtuigen dat hij de juiste man voor de opdracht heeft gekozen is daarbij onont beerlijk. Belangrijker is natuurlijk de uitwerking van het aan de klant te presenteren werkstuk. De technische mogelijkheden daartoe worden in dit boek, voorzien van ruim 250 illustra ties, uitgebreid behandeld. Lettertypen, technieken voor het zetten, het maken van dummies, visuele hulpmidde len, het is slechts een kleine greep uit de veelheid van gra fische mogelijkheden die aan bod komen. Voor grafische studenten is het merendeel hiervan „gesne den koek". Het boek toont zijn sterkste kant in de praktische tips, aangedragen door diverse ervaren ontwerpers om een ontwerp op de meest doeltref fende en aantrekkelijke ma nier aan de klant te presente ren. HANS SCHNEIDER Het Coca-Cola beeldmerk vóór (links) en na de aan| Wie met het aanschaffen van de elpee „The Sensual World" de zinneprikkelen- de wereld van Kate Bush binnenstapt, kan onmoge lijk ontsnappen aan het kip- pevel, dat dit kleurrijke klankenpalet biedt. De componiste legt haar fanta sie bloot in elf nummers, die de luisteraar in eerste •instantie zullen leegzuigen door de overrompelende hoeveelheid instrumenten en stemmen, waarvan de schoonheid met elke keer draaien nieuwe diepte be reikt. Kate Bush, nog altijd een van de meest inventieve, zoniet de meest vindingrij ke artieste uit de popmu ziek, komt ook met „The Sensual World" weer ver rassend voor de dag. Hoe wel haar muziek zich wat de structuur betreft, be weegt binnen het popidi oom, voegt ze er elementen aan toe die het gevoel van pure opwinding bij het be luisteren alleen maar ver groten. Lag het accent bij de elpee „The Dreaming" op de drums en werd „Hounds Of Love" vooral gekenmerkt door de fantasierijke, knap uitgewerkte concept-aanpak van „The Ninth Wave" (de tweede plaatzijde), op „The Sensual World" zijn het vooral de combinatie van Ierse invloeden (niet voor het eerst) en het gebruik van de stemmen van het Trio Bulgarka, die hun uit werking niet missen. Lang getwijfeld Dat Kate Bush gebruik maakt van Yanka Rupkhi- na, Eva Georgieva en Stoy- anka Boneva was een sprong in het diepe, waaro ver ze lang heeft getwijfeld. Had ze eerder de het Bul gaarse trio voor haar karre tje gespannen, dan had de plaat maanden eerder in de winkel gelegen. Nu duurde het vier jaar. Daarvan bracht ze er overigens onge veer twee door in diverse studio's, maar vooral die van haar zelf, samen met haar vriendje Del Palmer. Hij is deze keer verant woordelijk voor alle opna men en de mix van „Walk Straight Down The Midd le", terwijl hij af en toe ook basgitaar speelt. En was ze niet voor zichzelf aan het werk dan verleende ze wel een vriendendienstje zoals aan Midge Ure met wie ze de passionele vocalen op nam voor het duet „Bro thers Sisters" van zijn el pee „Answers To Nothing". Eigen stempel Maar de belangrijkste basgi taarpartijen worden niet ge speeld door Palmer, maar door Eberhard Weber, John Giblin en Mick Karn, die alle drie een duidelijk en ei gen stempel drukken. Dave Gilmour (Pink Floyd) komt ook nog even kijken en le vert zijn vurig klinkend solo-werk af op het ritmi sche „Love And Anger" (de eerste single in Amerika) en „Rocket's Tail", dat mis schien het best kan worden' vergeleken met „James And The Cold Gun". Het a- cappela begin, waarbij Kale Bush wordt ondersteurA door Trio Bulgarka (een schitterende combinatie door de warme stem van Kate en de vibrerende, wat schrille zang van het trio) is huiveringwekkend mooi. Visueel karakter Ook tekstueel zijn er op „The Sensual World" een aantal hoogstandjes te vin den. „Thé Fog", „Heads We're Dancing" en „Deepei Understanding" zijn daar voorbeelden van. Het drie tal heeft zo'n sterk visueel karakter, dat je bijna zelf het onderwerp van de num mers wordt. Bij de eerstge noemde bekruipt je het ge voel dat je kreeg bij de eer ste zwemles, „Heads We're Dancing" (met een indruk wekkende orkestpartij) handelt over een ontmoe ting met een persoon, die uiterst onderhoudend is Met veel plezier denkt de hoofdpersoon terug aan die samenkomst totdat hij leerl met wie hij heeft zitten pra ten. Het bleek Hitier te zijn en hij verandert dan ook gelijk zijn mening. „Deeper Understanding" (waarbij de basgitaar accenten legt en het Trio Bulgarka opnieuw voor prachtige achtergrond zang zorgt) gaat over een computerfreak, die zijn ap paraat als enige vriend ziet Eigen interpretatie Kate Bush laat genoeg ruimte voor eigen interpre tatie en wie wil, krijgt allf ruimte om te fantaseren zo- ■als bijvoorbeeld in „Bet- ween A Man And Woman' en „Love And Anger" Voor wie een brok in zijn keel wil krijgen, is er „This Woman's Work". Kat( schreef het nummer vooi de film „She's Having M) Baby" en dat is precies waarover het gaat. Het is een van de gevoeligst songs van de plaat, gegoten in een weemoedig klinken; de orkestratie, maar voora met een intens zingendf Kate, die opnieuw haar har' in haar werk legt. De zangeres kiest ook o{ „The Sensual World" vooi een doorwrochten maniei om haar teksten over t< brengen. Soms houdt dal het midden tussen zingen en acteren en zorgt het er voor dat (in het begin) niei .alles altijd even duidelijk verstaanbaar is. Maar „TÏtf Sensual World" is opnieuw een bewijs van Kate's bij zondere talent, een talent dat hopelijk nog vaak kan worden gekoesterd. HANS PIËI

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1989 | | pagina 18