1 II inal e Wereld niet-j zonder „Wie alleen naar loonzakje kijkt, werkt aan eigen werkloosheid" ZATERDAG 30 SEPTEMBER 1989 PAGINA 24 CNV -V OORZITTER HENK HOFSTEDE: In de schaduw van de onderhandelingen tus sen CDA en PvdA over een centrum-links kabinet werd de vakbeweging half september opgeschrikt door een uitzonderlijke ruzie tus sen FNV en CNV. In de openbare vergade ring van de Sociaal Economische Raad (SER) hekelde CNV-voorzitter Henk Hof stede de hardnekkige opstelling van de FNV, die een eigen hoofdstuk wilde laten opnemen in het SER-advies over het sociaal-econo misch beleid voor de middellange termijn. In het advies, bestemd voor het nieuwe kabinet, stelde de FNV als enige SER-delegatie dat over vier jaar in het gehele bedrijfsleven een 35-urige werkweek moet zijn ingevoerd. „De FNV blokkeert zo de totstandkoming van een sociaal akkoord", beet Hofstede zijn FNV-collega Johan Stekelenburg toe tot ver bazing van de overige SER-leden en de ver zamelde pers. Stekelenburg pareerde de kri tiek, maar gaf later toe dat de 35-urige werk week voor hem geen hard, onwrikbaar stand punt is. Nu de stofwolken zijn opgetrokken, zijn Stekelenburg en Hofstede tot de conclu sie gekomen dat FNV en CNV gezamenlijk moeten optrekken om een sociaal akkoord tussen overheid, werkgevers en werknemers te bereiken. FNV -VOORZITTER JOHAN STEKELENBURG: een centraal akkoord hebben verkleind. „Daarbij spelen heel andere zaken een rol. Ik geef toe dat de looneis van vier procent van onze Industriebond een complicerende factor kan zijn. Aan de andere kant moet je dat ook weer niet overdrijven. Vier procent kan de indus trie best aan en economisch kan het geen kwaad omdat het binnen de be schikbare ruimte blijft". „Bovendien wordt de werkgevers nu wel heel duidelijk de rekening gepresenteerd. Men denkt dat loonmatiging vanzelf gaat, dat je daarvoor geen harde afspra ken hoeft te maken, dat er niets hoeft te worden gedaan aan herverdeling van ar beid, aan scholing, bestrijding van de werkloosheid en ga zo maar door. Die opstelling wreekt zich nu. De werkgevers vergeten gemakshalve dat de maatschap pelijke omgeving drastisch is veranderd. Je hoort in tegenstelling tot een paar jaar geleden nauwelijks nog een werkgever praten over slechte winstontwikkelingen. Om die reden verwacht ik niet dat de werkgevers de inzet van vier procent erg hoog zullen vinden. Natuurlijk zullen ze ach en wee klagen, maar dramatisch vin den ze het vast niet". „Ook de meeste werknemers in de in dustrie zien dat het aanzienlijk beter gaat met hun bedrijfstak en dat de werk gevers geen bijdrage leveren aan de op lossing van de maatschappelijke proble men. Ook zien velen hun werkdruk toe nemen zonder dat er nieuwe collega's bijkomen. Dan is het begrijpelijk dat ze geen geld willen laten zitten en dat ze zeggen: geef ons er maar wat extra's bij, want dat vergroot de arbeidsvreugde". Maar is zo'n hoge looneis ook verstan dig? „Nee", erkent Stekelenburg. „Aller eerst wordt het vraagstuk van de koppe ling er niet eenvoudiger door. Overigens zegt de Industriebond ook: als er gekop peld zou worden op een hoger niveau, zeg maar tussen de twee en vier procent, dan zijn wij bereid met de leden te pra ten over een terughoudender loonbeleid. Zegt de overheid daarentegen: we zetten in op een inkomensontwikkeling van twee procent, dan wordt het wel heel las tig om de welvaartsontwikkeling voor ie dereen op een gelijk niveau te houden. De Industriebond zal dan niet met zijn looneis omlaag gaan en geld in de bedrij ven laten zitten terwijl er geen nieuwe investeringen plaatsvinden noch werkge legenheid wordt gecreëerd. Daar schiet je niets mee op. Ook de uitkeringsgerech tigden niet". Formatie De FNY-voorzitter erkent dat de looneis een zekere druk kan leggen op de forma tiebesprekingen tussen PvdA en CDA. Immers, de PvdA wordt door menigeen beschouwd als „de partij die de vakbe weging in het gareel kan houden". Steke lenburg haalt over dit laatste zijn schou ders op. „We hebben onze eigen verant woordelijkheden. Het is waar dat de PvdA net als wij herstel van de koppe ling wil en daarin iets verder gaat dan het CDA. Maar hoe ver de PvdA uitein CNV-voorzitter Henk Hofstede: milder over de looneis van de Industriebond FNV dan FNV- voorzitter Stekelenburg. FOTO: CEES VERKERK AMSTERDAM - FNV-voorzitter Johan Stekelenburg is de aanvaring met zijn CNV-collega Hofstede ei genlijk al weer vergeten. Er zijn op •het moment van het gesprek be langrijkere zaken die de aandacht vragen. Zo is er de verrassende looneis van vier procent die de Industriebond heeft ge steld, dwars tegen het FNV-beleid in. Ook de bestuurlijke perikelen binnen de vervoersbond houden Stekelenburg be zig. Problemen met het CNV, proble men intern. Wordt hierdoor het beeld van een sterke en hechte vakbeweging niet zwaar aangetast? Stekelenburg ziet het minder somber. „Pittige discussies zijn we nooit uit de weg gegaan, noch intern, noch binnen de SER. Wat dat ruzietje met het CNV be treft: het enige wat ik heb gezegd is dat de FNV niet kon leven met de vrijblij vende formulering in het SER-advies over de aanpak van de werkloosheid. Daarnaast heb ik het belang van arbeids duurverkorting weer eens aangestipt. Dat is alles". Volgens de FNV-voorzitter had de zaak niet hoeven escaleren als Hofstede er niet zelf een nummer van had gemaakt. „Ik geef toe, de onenigheid was niet in het belang van de mensen die we beiden vertegenwoordigen. Daarom heb ik Hofstede later opgebeld en hem gezegd: 'Ik weet niet wat voor belang jij er bij hebt maar, hoe dan ook, dit mag niet meer voorkomen'. Ik vind het een beetje vreemd dat ik later moest lezen dat Hofstede verrast was over dat telefoon tje en over het feit dat ik hem toch na afloop van de vergadering de hand schudde. Ik ben altijd geneigd zaken en persoonlijke elementen te scheiden. Je kunt best een stevig verschil van mening hebben zonder dat daar de persoonlijke verhoudingen onder hoeven te lijden. Maar laten we er maar over ophouden". Eén ding wil de FNV-voorzitter er nog wel over kwijt, namelijk de reacties van enkele vertegenwoordigers van werkge verszijde. „Ze hadden met me te doen,' informeerden naar mijn positie, of ik nog wel voldoende gezag en krediet had en of ik mijn eigen mensen die betrok ken waren bij de opstelling van het ad vies had teruggefloten. Een soort leed vermaak, 'Van Lede-vermaak' zou je ook kunnen zeggen", grinnikt hij, er di rect aan toevoegend: „Schrijf dat maar niet op want ik hou niet van woordgrap pen". Van terugfluiten is overigens, aldus Ste kelenburg, geen sprake geweest. „Ook in de commissies hebben we steeds gezegd dat de formulering harder moest. Het betrof gewoon een hoofdstuk in het ad vies dat ons niet beviel en dat we heb ben getracht te veranderen". Anderezaken Stekelenburg gelooft niet dat de gebeur tenissen van de laatste tijd de kans op delijk wil gaan is niet duidelijk. Als het uitdraait op een inkomensverbetering voor ambtenaren en uitkeringsgerechtig den van twee procent, dan zien we het zelfde gebeuren als wat tijdens de eerste twee kabinetten-Lubbers het geval was: de uitkeringen en de ambtenarensalaris sen blijven op afstand. De bedoeling, ook van de PvdA, was die tendens wat om te buigen en te kijken of er een wat meer gelijkwaardige ontwikkeling zou kunnen plaatsvinden. Dat wordt nu moeilijker". Los van het inkomensvraagstuk is er het probleem van de langdurige werkloos heid en dan vooral onder allochtonen, gehandicapten, vrouwen en jongeren. Op een aantal punten heeft de FNV al wat blokkades voor centrale afspraken hier over weggenomen. Bijvoorbeeld de eis van een 35-urige werkweek. „De werkge vers verschieten van kleur als we alleen al het wóórd arbeidsduurverkorting in de mond nemen. De FNV blijft vasthou den aan arbeidsduurverkorting zonder het te hebben over een 35-urige werk week. Die blokkade heb ik weggehaald zodat werkgevers geen alibi meer kun nen gebruiken zoals: we kunnen en wil len het niet want de vakbeweging stelt onmogelijke eisen". Scholing De overheid trekt jaarlijks enorme be dragen uit voor scholing en werkerva ring maar het geld komt niet op. Dat maakt het volgens de FNV-voorzitter des te belangrijker dat werkgevers en werknemers op centraal niveau afspra ken maken. „De financiële bijdragen van sociale zaken kunnen als basis die nen. Daar bovenop kan vanuit de loon som geld worden vrijgemaakt. De af spraken kunnen vervolgens op cao-ni veau nader worden ingevuld". „Als er geen allesomvattend akkoord te bakken is laten we dan in elk geval de gezamenlijke intentie uitspreken de werkloosheid aan te pakken. Anders vrees ik dat er niets van terechtkomt. Maar de vraag is of we de werkgevers hier enthousiast voor krijgen. Als je het hebt over scholingsinspanningen, waar voor wij bereid zijn in te leveren, dan roepen ze meteen dat het te veel kost. Nogal kortzichtig, dacht ik zo. Vroeger betaalden werkgevers de kosten van scholing zelf. Bovendien kan dat geld toch vrij snel weer worden terugver diend". Als het aan de FNV ligt zal er snel met de informateur en de werkgevers gepraat moeten worden. „Desnoods om af te spreken dat we niets doen. Als er maar een gesprek komt", zegt Stekelenburg. „Want ik heb er niet zo veel zin meer in om steeds weer te smeken om een cen traal akkoord. Ik zeg niet dat het in alle opzichten per se nodig is en dat alleen op basis van een akkoord de zaken kun nen worden geordend. Ik denk wèl dat het van behing is. Maar om nu te zeggen 'zonder afspraken stort de wereld in' lijkt me ook wat overdreven". MARGA RIJERSE UTRECHT - Henk Hofstede strooit zelden of nooit met zwaar beladen woorden. De voorzitter van het Christelijk Nationaal Vak verbond (CNV) houdt er evenmin van op de voorgrond te treden. Maar degene die het in z'n hoofd haalt een sociaal akkoord tussen overheid, werkgevers en werkne mers te blokkeren, kan op een fikse reprimande van hem rekenen. Daarom kapittelde Hofstede zijn FNV- collega Johan Stekelenburg tijdens de laatste openbare vergadering van de SER. In de ogen van het CNV speelde de FNV met vuur. „Ik heb geen spijt ge had van mijn harde kritiek", vertelt Hofstede. „Het moest gewoon gebeuren. Het is nu trouwens achter de rug: Steke lenburg is teruggekomen op de harde eis van een 35-urige werkweek. Ik voel geen rancune. We kunnen elkaar recht in de ogen kijken". Het CNV heeft bewust op een aanvaring met de FNV aangestuurd. Op de bu reaus van het christelijk vakverbond, dat met 300.000 leden drie keer zo klein is als de FNV, was de zaak al dagen eerder voorbereid. Achter de schermen pro beerden verbondsbestuurders de ma noeuvre van de FNV nog tegen te hou den. Maar toen de FNV volhield besloot het CNV de aanval in te zetten. Hofstede spreekt tegen dat het om een ordinaire ruzie binnen de vakbeweging ging en plaatst zijn kritiek in een breder verband. „Er is haast bij het bereiken van een sociaal akkoord. Daarom zou het zo zonde zijn als er binnen de SER ernstige meningsverschillen blijven be staan. Als we in het najaar geen afspra ken op centraal niveau kunnen maken, zal Nederland volgend jaar worden over spoeld door een loongolf'. En dat, zo weet Hofstede, vertroebelt niet alleen de verhouding tussen de sociale partners maar maakt ook de positie van de werk lozen er niet rianter op. Hofstede weigert overigens te spreken van een 'gematigd loonbeleid', zoals de afgelopen jaren gebruikelijk was. „Ik noem het liever een verstandig loonbe leid. Dat betekent dat je als bond niet moet overvragen en dat je bij het stellen van looneisen geld moet incalculeren voor werkloosheidsbestrijding en scho ling. En, niet te vergeten: de koppeling tussen lonen in het bedrijfsleven, ambte narensalarissen en uitkeringen moet ze ker doorgaan!". Met die laatste opmerking snijdt de CNV-voorzitter een gevoelig punt aan. De werkgevers moeten hier immers wei nig van hebben en in de politiek wordt zelfs door de PvdA genuanceerd gedacht over het automatisme van de koppeling. Hofstede: „Wij zitten als CNV dicht te gen een automatische koppeling aan. Uitkeringen mogen niet meer de dupe zijn van elk zuchtje in de economie. Ambtenaren zouden eigenlijk nog méér moeten krijgen dan de groei van de lo nen in het bedrijfsleven. Als het zuinige beleid voor hen wordt doorgezet, wil over drie jaar niemand meer bij de over heid werken! Gelukkig bespeur ik bij zo wel CDA als PvdA een sterke neiging tot koppeling. Zelfs de werkgevers in de SER hebben een koppeling onder be paalde voorwaarden voorzichtig om armd. Ik verwacht dat er bij het overleg over een sociaal akkoord wel een com promis tussen de wensen van vakbewe ging, overheid en werkgevers uit de bus zal rollen". Onbespreekbaar Uit de woorden van Hofstede blijkt dat het CNV bereid is een overeenkomst te sluiten waarbij alle partijen iets inleve ren. Deze conclusie blijkt in grote trek ken juist te zijn. „Maar", voegt hij er fel aan toe, „het is voor ons onbespreekbaar dat de uitkeringen niet volledig mee groeien als er een verstandige loonont wikkeling is. Pas als er op het loonfront erg gekke dingen gebeuren, is er reden om te bezien of de uitkeringen wat min der moeten groeien". In dit verband is het opmerkelijk dat Hofstede zich niet druk maakt om de looneis van vier procent van de Indus triebond FNV. Sterker nog, hij reageert heel wat positiever dan Stekelenburg: „Die eis is wel wat aan de hoge kant, maar niet overdreven. Het gaat prima in de industrie, die kan zich dat best ver oorloven. Bovendien kan zo'n claim een aanmoediging zijn voor alle partijen om tot een centraal akkoord te komen. Ik kan me ook voorstellen dat de FNV- bond wat inbindt als er zo'n akkoord wordt gesloten. Verder lijkt het me lo gisch dat in sectoren van het bedrijfs leven waarin het wat minder goed gaat, de looneisen niet zo fors zijn. Het ge middelde van de loonontwikkeling komt dan rond de twee en een half procent te liggen, het percentage ^aar het Centraal Planbureau van uitgaat". Hofstede kan er niet omheen dat de werkgevers verdergaande lastenverlich ting voor het bedrijfsleven hoger in het vaandel hebben staan dan koppeling en werkloosheidsbestrijding. „Dat is inder daad jammer. In de SER gelooft bijna niemand meer in lastenverlichting. Wij zijn pas bereid hierover te gaan naden ken als het aantal werklozen en arbeids ongeschikten sterk is teruggedrongen. Een eenvoudige rekensom leert dat de overheid in vier jaar vier miljard gulden bespaart als 200.000 mensen met een uitkering van gemiddeld 20.000 gulden aan een baan worden geholpen. Een deel van dit vrijkomende bedrag mag voor mijn part aan belastingverlaging worden besteed. Maar voordat het zo ver is, moet de werkloosheid worden aange pakt". Signaal Het CNV weigert te zeggen wat voor volgend jaar een redelijke loonsverho ging zou zijn, maar vindt wel dat twee procent van de totale loonsom (lonen, sociale premies en pensioenpremies) aan werkloosheidsbestrijding moet worden besteed. „Als vakverbond zijn wij niet in staat en bereid de loonruimte te bepalen. Dat moet in vrije onderhandelingen over de cao's gebeuren. We willen wel een signaal geven dat het de hoogste tijd is voor de aanpak van de werkloosheid. Een werknemer die alleen naar z'n loon zakje kijkt, werkt aan z'n eigen werk loosheid. Helaas stuit elk percentage dat je noemt, of het nou om lonen, arbeids tijdverkorting of het verplicht aannemen van bepaalde categorieën werknemers gaat, op grote weerstand van de werkge vers. Die moeten zich eens realiseren dat het oplossen van de werkloosheid voor iederéén gunstig is. De ondernemers zijn gebaat bij een gevarieerd aanbod van werknemers. Tegen de werkgevers zeg ik daarom: zoek je arbeidskrachten in je ei gen maatschappij en kom niet met pa niekverhalen over personeel dat je uit andere landen moet aantrekken omdat bij ons de vakkennis ontbreekt". Ook de overheid en de politiek hebben het in de ogen van Hofstede niet al te best gedaan. „Het ministerie van sociale zaken heeft geld overgehouden uit de pot voor werkloosheidsbestrijding. Dat is pure armoede. Armoede in de uitvoe ring van werkgelegenheidsplannen, wel te verstaan. Afspraken die zijn gemaakt worden traag of met veel problemen na gekomen. Van de plannen waarover vo rig jaar tussen overheid en sociale part ners een akkoord is bereikt, is niets te rechtgekomen. En waarom niet? Omdat de Tweede Kamer veel te lichtzinnig is geweest en deze plannen niet wilde be handelen. Dat is geweldig dom. En wat zagen we in de verkiezingscampagne? Toen begon iedereen opeens weer mooie verhalen te houden over het oplossen van de werkloosheid". Juichen Van een CDA-PvdA-kabinet verwacht Hofstede veel. In elk geval veel meer dan van een centrum-rechts kabinet. „Ons programma hangt traditioneel al tijd tussen CDA en PvdA. Het nieuwe beleid dat CDA en PvdA voorstaan juich ik toe. Wij zijn de bezuinigingen beu. Maar we zullen niet blindelings ac cepteren wat die twee partijen tijdens de kabinetsformatie afspreken. Ik verwacht binnenkort een uitnodiging voor een ge sprek met informateur Lubbers. Dan zal ik hem duidelijk maken dat het regeer akkoord niet al te strak moet zijn en niet als een soort bijbel mag worden be schouwd. Een te gedetailleerd regeerak koord holt de functie van het parlement uit en leidt tot verstarring van het be leid, zoals de afgelopen jaren onder meer met de uitkeringen is gebeurd". Aan het slot van zijn serieuze betoog veroorlooft Henk Hofstede zich einde lijk een frivole opmerking: „De werkge vers zeggen nu nog weinig in een sociaal akkoord te zien. Maar als het werkelijk tot een centrum-linkse coalitie komt, zullen ze wel anders piepen. Let maar FNV- voorzitter Johan Stekelenburg: Werkgevers krijgen nu de rekening gepresenteerd". FOTO: CEES VERKERK £eidóe@ou*a/nt

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1989 | | pagina 24