Oostenrijk wil dertiende ster zijn in EG-vlag Politici VS in de ban van het geld 'finale ZATERDAG 22 JULI 1989 PAGINA 20 Hooguit een jaar of zes mag het duren, meent de Oostenrijkse bonds kanselier dr. Franz Vranitzky. Dan moet de blauwe Europese vlag een dertiende gouden ster in de cirkel hebben gekregen; dan moet Oosten rijk volwaardig lid van de Europese Gemeenschap zijn. Afgelopen maandag is de officiële aanvraag van de Oostenrijkse regering in Brussel ingediend. Een ongewoon groot aantal volksvertegenwoordigers is voor stander van aansluiting bij de EG. Maar binnen de EG is weerstand tegen de komst van Oostenrijk: de Alpenrepubliek wil politiek neutraal blijven omdat dat de bestaansgrond van Oostenrijk als soevereine staat is. Geen moment wenst de regering zelfs maar te overwegen de neutrali teit in te leveren als prijs voor het EG-lidmaatschap. WENEN - Oostenrijk, vroeger een machtig keizerrijk, tegenwoordig een kleine republiek in Midden- Europa. Om de dimensies te bepa len: oppervlak ruim twee en een half keer Nederland; bevolkingstal 7,5 miljoen, iets meer dan de helft van Nederland. Miljoenen Bene lux-burgers zijn er inmiddels ge weest om er hun vakantie door te brengen of er doorheen te reizen naar en -van verder gelegen vakan tiedoelen. Oostenrijk mag dan in Midden-Europa liggen, voor ons gevoel is het net zo'n Westeuropees land als de Bondsrepu bliek Duitsland en Italië. Zo voelen ver uit de meeste Oostenrijkers het zelf ook.- Voor hen hoort het land thuis in de Eu ropese Gemeenschap. Oostenrijk denkt als kleine lidstaat, met een dienovereenkomstige stem in het ka pittel, beter af te zijn dan als klein niet- lid. „Zeker, je levert het een en ander in", zegt dr. Manfred Scheich. „Maar de EG kan ook weer extra zeggenschap op leveren. Kijk maar naar Nederland. Op sommige gebieden weegt de stem van Nederland in Europa aanzienlijk zwaar der dan het bevolkingstal zou rechtvaar digen. De landbouwpolitiek is daarvan een goed voorbeeld". Scheich is EG-man in hart en nieren. Hij is de man die de aanvraag van het EG- lidmaatschap heeft voorgekookt. Aan hem is het te danken dat Oostenrijk op de andere leden van de Europese Vrij handelsassociatie (zoals Zweden, Fin land, IJsland en Noorwegen) een voor sprong van een jaar of twee heeft geno men in hun gang naar het EG-lidmaat schap. Drie jaar - van 1983 tot 1986 - was hij ambassadeur van Oostenrijk bij de EG in Brussel. Sindsdien zetelt hij in een kantoor in de bondskanselarij in Wenen. In de keizertijd was dit het bal huis. Hier heeft ooit het Congres ge danst. Scheich heeft tegenwoordig een functie met een lange omschrijving: leider van de economische en integratiepolitieke sectie in het ministerie van buitenlandse zaken, tevens voorzitter van de intermi nisteriële commissie voor de Europese integratie. Onbehagen Trots is Scheich op de ongekend grote instemming die de aanvraag van het EG-lidmaatschap heeft gekregen uit de Nationalrat, de Oostenrijkse Tweede Kamer. Eenstemmig voor toetreding wa ren de regeringspartijen: de sociaal-de mocratische SPÖ en de christen-demo cratische ÖVP. Daarbij voegde zich de rechts liberale oppositiepartij FPÖ, die daarmee het percentage voorstemmers op 94 bracht. Alleen de Groenen met hun 6 procent stemden tegen. Het ka baal dat tegenstanders in de afgelopen maanden hebben geschopt, staat dan ook in geen verhouding tot het aantal te genstemmers. ..De binnenlandse structuren brokkelen af', verklaart Scheich. „Het onbehagen neemt toe. De gevestigde partijen zijn de „NEUTRALITEIT KAN VOORDEEL ZIJN VOOR EG" zondebokken. Dat is niet typisch Oos tenrijks, we hebben dat bij de Europese verkiezingen kunnen constateren. In slechts één EG-land is een partij boven de veertig procent gekomen. Alle partij en in alle landen zijn verder onder de veertig procent blijven steken". Des te opvallender vindt Scheich de bre de overeenstemming in zijn land waar het gaat om de Europese koers. „Natuur lijk, er zijn nuances, maar desondanks is de overeenstemming in de gehele maat schappij groot. Gezien de dramatische interne spanningen die in andere landen aan de toetreding tot de EG voorafgin gen. mag Oostenrijk voorbeeldig worden genoemd. De conclusie mag zijn dat de EG in Oostenrijk een zeer integratiebe- wuste en tot samenwerking bereide part ner zal vinden". Neutraliteit Dat kan zijn, maar binnen de EG wordt daar op voorhand anders over gedacht. Wat betreft de Belgische minister van buitenlandse zaken, Eyskens, kan Oos tenrijk geen lid worden als het zijn „eeu wigdurende" neutraliteit wil handhaven. En de Nederlandse staatssecretaris van economische zaken, Yvonne van Rooy, heeft kort geleden voor de Duitse Kamer van Koophandel verkondigd dat Oos tenrijk buiten de EG moet blijven om dat de EG voorlopig de handen vol heeft aan het realiseren van een binnenmarkt in een Europa zonder grenzen. Boven dien: de EG wil niet alleen vrije handel, maar wil ook groeien naar politieke een heid. Hoe past daarin Oostenrijks poli tieke neutraliteit? Scheich: „Een aantal politici binnen de EG denkt dat de komst van Oostenrijk een hindernis voor die ontwikkelingen zal zijn. Wij delen die zorg niet. Het bui ten alle discussie stellen van onze neu traliteit hindert de weg naar de Gemeen schap niet. In economisch, sociaal en fi nancieel opzicht heeft Oostenrijk een in breng te leveren. En politiek gezien: juist onze neutraliteit kan een voordeel zijn voor de EG". Dat vereist enige toelichting. Scheich: „We moeten niet bang zijn voor een samenwerkingsproces in héél Manfred Scheich weet zeker dat Oostenrijk jaren duren. Europa. Voor de contacten met Oost-Eu ropa kan het lidmaatschap van Oosten rijk voor de EG een waardevolle aanvul ling zijn. Want onze neutraliteit heeft een Oost-Westfunctie. Ik wil die rol voor Oostenrijk overigens niet dramatiseren: vroeger was ze aanzienlijk belangrijker dan nu. Toch vervult Oostenrijk nog steeds een katalysatorrol bij de verbete ring van de betrekkingen tussen Oost en West". V oorbeeldig Hoe denkt de Oostenrijkse regering de bezwaren binnen de EG weg te nemen? Scheich: „Om te beginnen hebben we recht op een normale procedure, zoals ook Spanje, Portugal en Griekenland hebben gehad. Oostenrijk voldoet aan de toetredingsvoorwaarden in het EG-basis- verdrag: wij zijn een voorbeeldige demo cratie met een voorbeeldig management. Binnenmarkt of niet, we zullen er geen Voor bondskanselier Vranitzky is Oostenrijks neutraliteit niet bespreekbaar. EG-lid te worden? Kan Oostenrijk niet voortbestaan als buitenstaander? „Natuurlijk zullen we zonder EG overle ven. Maar dan wel met minder groei, minder dynamisch. We zullen in Europa achterop raken. Anderzijds is het een ge geven dat in een zodanige onderlinge af hankelijkheid van elkaar leven dat nie mand meer politiek en economisch ge heel zelfstandig kan voortbestaan. Twee derde .van onze totale export bijvoor beeld gaat naar EG-landen. We moeten de Europese ontwikkelingen hoe dan ook meemaken. Als dat dan toch moet, kun je het beter doen als lid, zodat je je eigen stem kunt laten horen en invloed op het beleid kunt uitoefenen". Waarom komt Oostenrijk zo laat, terwijl het zo prat gaat op zijn Westeuropese oriëntatie en zijn vele banden met de EG? Scheich: „In de loop der jaren hebben zich grote veranderingen voltrokken in de politieke geografie in Europa. Wij hebben na de Tweede Wereldoorlog de neutraliteit aangenomen om de bezet- tingsstatus kwijt te raken en een vrije westerse democratie te worden. Zonder neutraliteit was er in Oostenrijk geen westerse democratie, laat men dat toch goed beseffen. Dat was onze specifieke bijdrage aan de veiligheid in Europa. In de jaren vijftig, kort na de soevereini teitsoverdracht, schilderde Oost-Europa een vijandig beeld van de EG. Sindsdien is er een geweldige ontwikkeling geweest. Het vijandbeeld bestaat niet meer. De EG is van zes naar twaalf leden gegroeid en heeft enorm gewonnen in gewicht en pluriformiteit. Voor Oostenrijk is nu de tijd rijp om daarbij aan te haken". Oostenrijk is lid van de EVA, de vrij handelsassociatie van Europese niet-ge- bonden landen. Waarom nu toch de keus voor de EG? „De EVA is een organisatie van buiten staanders. Naar die landen gaat niet meer dan tien procent van onze export. De EVA gaat het alleen om vrije handel, niet om nauwere politieke of economi sche samenwerking. De EG daarentegen groeit naar een Europese unie. Daar ho ren wij in thuis. De EVA-landen volgen onze stappen met de grootste belangstel ling. Er zullen zeker meer EVA-leden een aanvraag voor het EG-lidmaatschap lid wordt van de EG, al zal het nog enige FOTO: PERS UNIE begrip voor hebben wanneer het in de procedure tot vertraging komt. Ook zon der vertraging zullen de onderhandelin gen jaren vergen. In die tijd zijn wij be schikbaar voor een politieke dialoog met alle regeringen van de EG-staten. We zullen alle hoofdsteden bezoeken, want naar onze mening is de neutraliteit voor al in de hoofden, niet in de politiek een probleem.. Niemand hoeft zich erdoor te laten afschrikken". En het bezwaar dat de EG het te druk heeft met het verwezenlijken van de bin nenmarkt? „We erkennen zonder meer de prioriteit van de Europese binnenmarkt. Die wil len wij niet verstoren. Maar anderzijds: Brussel zal altijd overbelast zijn, want na de binnenmarkt komen er weer ande re prioriteiten. Wij zijn ervan overtuigd dat de tijd tot eind 1992 kan worden ge bruikt voor de normale toetredingspnj- cedure. Onze structuren zijn in Brussel heel bekend". Waarom die enorme wil om volwaardig indienen. Overigens zullen we tijdens de besprekingen met de EG natuurlijk loyaal EVA-lid blijven". Ziet u Oostenrijk inderdaad lid van de EG worden? „Ja, wij worden lid. Maar het zal jaren duren, want het is technisch moeilijk. We moeten een dialoog voeren met alle lidstaten en wederzijds niet bang zijn voor een bepaalde openheid, voor creati viteit en voorstellingsvermogen. Echter, hoe langer je wacht, hoe moeilijker het zal worden. De EG groeit steeds verder". Moet er binnenslands nog veel worden aangepast om na de jaren van onderhan delingen zonder schokken in de EG te worden opgenomen? „Natuurlijk zijn er aanpassingsproble men. We zullen de onderhandelingstijd dan ook hard nodig hebben om in eigen land de structuren aan te passen. Ander zijds zijn de verschillen ook weer niet zo groot. We komen niet uit de lucht val len, zoals destijds Griekenland, Spanje en Portugal. Sinds de oorlog zijn we al tijd nauw betrokken gebleven bij de ont wikkelingen in Europa. De economisch- sociale aanpassingsproblemen zullen niet dramatisch zijn. Zeker niet zo erg als nu nog in landen die al weer jaren lid van de EG zijn". Dat laatste vindt ook bondskanselier Vranitzky: „Onze economie staat niet zo ver af van die van de EG. Wij zijn een moderne industriestaat met een hechte democratie en een goed management. De aanpassingsproblemen moeten wor den opgelost in de jaren dat er onder handeld wordt". Hoe lang zullen de onderhandelingen duren? Vranitzky: „Tussen de vier en zes jaar, schat ik". En wat vindt hij van de tegenstand in sommige EG-landen tegen Oostenrijks toetreding? „Wat voor tegenstand? Tot nu toe heb ben ons geen echte bezwaren bereikt". Is de Oostenrijkse regering eventueel be reid de neutraliteit van het land op te ge ven? Vranitzky: „Nee. onder geen voorwaar de. Onze neutraliteit staat nummer een, toetreding tot de EG nummer twee. In die volgorde zal niets veranderen". RINK DROST De Amerikaanse volksvertegenwoordigers zijn steeds min- der kieskeurig geworden als het gaat om de ethische regels waaraan ze zijn onderworpen. Zozeer zelfs dat in de Senaat en het Huis van Afgevaardigden sprake is van een 'diepe ethische' crisis, die inmiddels een aantal prominenten de kop heeft gekost. Kandidaat-minister van defensie John Tower kon niet worden benoemd wegens 'rokkenjagerij' en 'dronkenschap'. De voorzitter van het Huis, Jim Wright, moest ontslag nemen omdat hij zich in onacceptabele fi nanciële avonturen had gestort. Hij sleepte zijn collega Tony Coelho mee die had 'vergeten' zeer aanzienlijke win sten op zijn aandelen aan de fiscus te melden. Veel Ameri kaanse politici gaan gebukt onder een niet te bedwingen geldzucht. Oorzaak: hun salarissen zijn verhoudingsgewijs laag, terwijl de mogelijkheden om aardig wat bij te verdie nen zeer groot zijn. Het Congres heeft intussen een zuive ringsproces in gang gezet en president Bush wil de ethische touwtjes strakker aanhalen. Of het baat? Jim Wright, voorzitter van het Huis van Afgevaardigden, moest aftreden omdat hij de ethische regels had overtreden waaraan Amerikaanse politici zich moeten houden. FOTO: AP WASHINGTON - De Amerikaan se vliegtuigindustrie legde enkele weken geleden ongeveer 280.000 dollar op tafel om invloedrijke po litici naar een vliegshow in Parijs te brengen. Zij verbleven - vaak met echtgenote en ettelijke medewer kers - in een goed hotel, genoten vorstelijke maaltijden en kregen in een enkele geval ook nog een ver blijfsvergoeding toegestopt. In januari werden 27 congresleden door de Amerikaanse tabaksindustrie naar Californié gevlogen voor enkele gesprek ken over de toekomst van het roken in de VS. Het gezelschap werd onderge bracht in hotelsuites die 300 dollar per nacht kostten. Sommigen kregen een vergoeding van 1000 a 2000 dollar voor het spreken van een enkel woord. On derwijl bevonden weer andere politici zich, op kosten van het bedrijfsleven, in de bergen van Utah om zich over de wintersport te laten informeren. Voor een Amerikaans congreslid is zo iets heel gewoon. Hij laat zich overal naartoe brengen, als een prins behande len en zich allerlei vergoedingen in han den stoppen. De ethische regels waaraan hij is onderworpen staan het accepteren van vliegtickets, hotelkamers en maaltij: den toe, als de gebeurtenis waaraan hij deelneemt tenminste iets met de uitoefe ning van zijn ambt te maken heeft. „Een uitnodiging tot corruptie", zo is wel eens gezegd. Een lid van het Huis van Afgevaardig den verdient jaarlijks 89.500 dollar. Dat is naar Amerikaanse begrippen minder dan een schijntje en benadert bij lange na niet de topsalarissen bij de best beta lende bedrijven die rond de 825.000 dol lar liggen, onkostenvergoedingen niet meegerekend. Ook vakbondsbestuurders verdienen meer dan politici. De voorzit ter van de erg kleine bond van piloten is goed voor 243.000 dollar, terwijl een collega van de grootste bond 572.000 dollar incasseert. Spreekbeurten De meeste congresleden proberen dan ook hun 'karige' loon aan te vullen. Spreekbeurten zijn erg populair. Daar mee kunnen zij hun inkomen met tien duizenden guldens aanvullen. Maar dat zijn relatief kleine bedragen. Het wordt pas echt een miljoenendans als het gaat om de verkiezingskas. Een politicus mag, vrijwel zonder beperkingen, fond sen werven voor de verkiezingscampag ne. Alleen wil de fiscus weten waar het geld vandaan is gekomen en hoe het is besteed. Zo is bekend geworden dat een politicus twee jaar geleden ruim 14.000 dollar opvoerde voor maaltijden die hij, merkwaardigerwijze, genoten had in een zaak die elektronische apparatuur ver koopt. Een collega betaalde een jeep uit zijn verkiezingsfonds. Pacs Het wervan van fondsen is voorbehou den aan zogenaamde 'Political Action Committees' (PAC's). Burgers, bedrijven en instellingen: ze mogen allemaal PAC's oprichten of de kassen daarvan spekken. Hun macht wordt steeds gro ter. In 1980 ontvingen de congresleden al meer dan 60 miljoen dollar van de PAC's. Vong jaar brachten zij maar liefst 174 miljoen dollar bijeen. Daarvan ging 70 procent naar de verkiezingsfond sen van zittende congresleden. De meer dan drieduizend politieke actie comités hebben het Amerikaanse verkie zingssysteem behoorlijk verziekt. Hun macht en invloed zijn groter dan die van de politieke partijen zelf. Het geld komt voor het grootste deel van bedrijven, in stellingen en belangengroepen die vin den dat de een of andere afgevaardigde of senator extra financiële hulp nodig heeft. Waar uiteraard hand- en span diensten van de politicus tegenover moeten staan. Vooral de leden van het Huis van Afge vaardigden zijn volkomen in de greep van deze kapitaalkrachtige comités, om dat ze om de twee jaar gekozen moeten worden en dus in een vrijwel permanen te en onbetaalbaar dure verkiezingsstrijd zijn gewikkeld. Een afgevaardigde heeft al gauw ettelijke honderdduizenden dol lars nodig voor een campagne. Een sena tor - die om de zes jaar wordt ge- of herkozen - moet meer dan een miljoen dollar in kas hebben. Zit dat geld eenmaal in de verkiezings kas, dan komt het er nooit meer uit. De politicus mag het fonds als een soort spaarpot gebruiken. Menige volksverte genwoordiger heeft zo een aardig pen sioenfonds gevormd. Sommigen hebben zelfs al meer dan een miljoen opzij kun nen leggen. Er kleeft nog een bezwaar aan de PAC's. Zij geven hun geld meestal aan zittende politici omdat die al een zekere mate van invloed en bekendheid hebben ver worven. Dat maakt het voor een buiten staander uitermate moeilijk zich een plaats in de politiek te veroveren. En zit tende senatoren en afgevaardigden raken daardoor steeds meer aan hun zetels vastgeroest. De Democraten, die zowel in het Huis van Afgevaardigden als in de Senaat een meerderheid hebben, profiteren daarvan het meest. Zij willen dan ook niets we ten van de afschaffing van het PAC-sy- steem. President Bush, een Republikein, daarentegen wil er wel van af en heeft enkele voorstellen gedaan om de finan- ciéle handel en wandel van de volksver tegenwoordigers te stroomlijnen. Loonsverhoging Als daardoor bronnen van neveninkom sten opdrogen, willen de politici ter compensatie wel een forse loonsverho ging. Maar dat zou niet goed overkomen op de kiezers, die 'Washington' toch al zien als een peperdure politieke samen zwering. Begin dit jaar hebben sommige congresleden wel geprobeerd hun salaris sen te laten optrekken tot ongeveer 130.000 dollar per jaar, maar uiteinde lijk durfde het Congres die stap toch niet te zetten, uit angst nog meer uit de gunst van de kiezers te geraken. Ieder politieke deskundige in de VS is daarentegen van mening dat de salaris sen wel degelijk drastisch verhoogd moeten worden, al was het alleen maar om kwalitatief goede mensen voor de politiek te interesseren. Het lijkt er intussen op dat het zuive ringsproces in de Amerikaanse politiek langzaam maar zeker op gang komt. De ethische problemen die mannen als John Tower en Jim Wright hun politieke Wa terloo hebben bezorgd, krijgen steeds meer aandacht. Bovendien zijn de con gresleden er zich meer dan ooit van be wust dat er een regelrechte vertrouwens crisis tussen hen en het kiezersvolk be staat en dat die crisis ernstige gevolgen voor de politiek kan hebben. Het feit dat het opkomstpercentage bij elke verkie zing zelden de 50 procent overschrijdt, spreekt wat dat betreft boekdelen. De vraag blijft alleen of ze de politieke moed kunnen opbrengen om het sy steem dat steeds meer vervuild en ver stopt raakt, open te breken. JO WIJNEN EeidóctBoutcmt

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1989 | | pagina 20