[apan, geen land maar ongrijpbaar systeem
Nelissen schetst somber beeld van doping-gebruiker
Onzin over kroonprins
DEK#ER
Liefdeservaringen van vrouwen
Bowie ontsnapt aan
tredmolen van succes
3EKEN/PLATEN
Sleid&iQowuvnt
VRIJDAG 26 MEI
>an mag dan 120 miljoen in-
ners hebben en na de VS de
iotste economische macht
wereld zijn, eigenlijk be
at het land niet. Japan is
>n land in de vorm zoals wij
kennen, maar het is een
Jteem. Een ongrijpbaar en
jegrijpelijk systeem.
onttrekt zich aan de
ep van westerlingen die er
;en mee willen doen. De Ja-
mers die er deel van uitma-
i, kunnen het niet door-
inden, laat staan verande-
,zoei. Het bestaat zonder dat de
>meeste deelnemers het bewust
je effen en het heeft gedaante
rh vorm. laat staan enige
htvaardiging in de wet",
rel van Wolferen, cores
ident van NRC/Handels-
»rïc d 'n Tokyo, die dit consta-
rt, heeft toch geprobeerd
rjjian te ontleden. Van Wolfe-
was in 1962 een van de
181 buitenlanders die Ja-
binnenkwam. Hij is er
ven hangen en heeft op ba-
van vijfentwintig jaar leven
werken het boek „Japan,
onzichtbare drijfveren van
wereldmacht" geschreven.
iet optimistisch
t is bepaald geen lovend
rkstuk geworden over het
lanse fenomeen, dat sinds
ilferen is bovendien niet erg
imistisch gestemd. Hij ziet
Japanse samenleving op
lijn niet zo veranderen als
Westen dat misschien
ag zou willen. Het onbegrip
de irritatie zal van beide
,71 ten eerder toe- dan afne-
n. Als westerse leiders niet
erst behoedzaam omgaan
t het „Systeem Japan", dan
unn dat volgens Van Wolferen
den tot een machtsgreep in
jan en tot een nieuwe koers
et volslagen onvoorspelbare
ralgen",
de economische successen
de journalist Van Wolfe-
niets afdingen, maar over
manier waarop ze tot stand
O ii gekomen en wat de gevol-
voor bijvoorbeeld de Ja-
ac liners zelf zijn, is Van Wol-
Li en niet erg positief. In geld
gedrukt verdienen de Ja-
nners weliswaar veel, de
sten van levensonderhoud
ïlvaart, maar geen welzijn.
prijzen van gas en elektri-
^eit zijn in Japan de hoogste
wereld, huisvesting is
t en bijna onbetaalbaar,
chts een derde van de hui-
n is op riolering aangesloten,
Er worden in Japan enorme salarissen betaald, maar de kosten van levensonderhoud zijn zo hoog
dat de gemiddelde Japanner alleen iets van de welvaart merkt als hij zijn dure yen in het buiten
land kan uitgeven.
FOTO: UPI
de forensentreinen puilen uit,
auto rijden op de verstopte
snelwegen is een voorrecht dat
een fortuin kost en de gemid
delde Japanner betaalt negen
keer zoveel voor een pond
rundvlees als de gemiddelde
Amerikaan. Alleen indien de
Japanner naar het buitenland
gaat, merkt hij dank zij de
dure yen dat hij „rijk" is.
Geestelijke armoede
Naast de materiele armoede is
er ook een grote geestelijke ar
moede Het „Systeem", zoals
Van Wolferen het consequent
noemt, „verdraagt geen onaf
hankelijke burgers met een
goed ontwikkeld gevoel van
politieke verantwoordelijk
heid" en „Japanners worden
door hun onderwijssysteem en
hun meerderen behandeld zo
als een tuinman een heg be
handelt: uitstekende stukjes
persoonlijkheid worden regel
matig weggesnoeid". Van Wol
feren zegt ervan overtuigd te
zijn dat alle 120 miljoen Japan
ners individuen zijn, maar er
niet voor uit durven komen.
De jarenlange indoctrinatie
heeft hun eigen persoonlijk
heid naar de achtergrond ver
drongen en bijna iedere Ja
panner tot een klein onder
deeltje van een groep gemaakt.
Maar waarom laten al die Ja
panners dat gebeuren? Waar
om werken ze keihard om niet
verder te komen dan materië
le armoede en waarom schui
ven ze hun eigen persoonlijk
heid volkomen terzijde? Van
Wolferen: „De gebruikelijke
verklaring is dat Japanners
gedreven worden door alge
meen belang. En inderdaad,
Japan schijnt te bewijzen dat
een leven geschoeid op werke
lijk gemeenschappelijke leest
mogelijk is. Voor zover een
buitenstaander het kan beoor
delen, leggen de meeste Ja
panners zich gedwee neer bij
de dagelijks terugkerende eis
om hun persoonlijke verlan
gens en belangen onderge
schikt te maken aan die van
de gemeenschap".
En met dit antwoord komen
we weer terug bij het „Sy
steem". Want dat „Systeem"
legt de miljoenen Japanners
elk uur van de dag hun wil op.
En dat is vreemd, want Japan
is geen dictatuur of een collec-
tivistische communistische
staat Het „Systeem" maakt de
dienst uit en bestaat uit minis
teriële functionarissen, enkele
politieke groeperingen en
groepjes bureaucraten-onder
nemers. Ook de politie en pers,
de georganiseerde onderwe
reld en landbouwcoörporaties
zijn belangrijke onderdelen er-
Afgeknotte piramide
Een essentieel verschil met de
westerse samenleving is dat er
in de Japanse samenleving
geen eindverantwoordelijke
aan te wijzen valt. Niemand is
de baas, niemand is de hoogste
in de hiërachie. Niet minister
president A. of topondernemer
B. heeft het uiteindelijk voor
het zeggen, maar de groep. En
in die groep is, zoals gezegd,
niemand eindverantwoorde
lijk. „Natuurlijk, er is een
hiërachie, beter gezegd: een
complex van elkaar overlap
pende hiërarchieën Maar wat
ontbreekt is een top; het is een
afgeknotte piramide. Er is
geen hoogste instantie met ul
tieme beleidsbepalende zeg
genschap".
Dat systeem zonder aan
spreekbare eindverantwoorde
lijke instantie of persoon
maakt het voor de rest van de
wereld erg moeilijk Japan te
begrijpen en ermee te commu
niceren. Ook al omdat Japan
ners andere waarden en nor
men hebben dan westerlingen.
Volgens Van Wolferen zijn Ja
panners eerder pragmatisch
dan principieel. Ze hebben,
schrijft hij, nagenoeg geen en
kel besef dat er waarheden,
regels, principes of normen be
staan die, ongeacht de omstan
digheden, altijd gelden. Argu
menten die de ene dag gelden,
zijn de volgende dag onbruik
baar. De flexibiliteit van de
Japanse waarheid is ongekend
groot. Westerse zakenmensen
en diplomaten worden er soms
wanhopig van en kwalificeren
de Japanse logica dan maar als
smoesjes en leugens die het ei
gen belang moeten dienen. De
Japanner ziet dat anders, om
dat zijn normbesef anders is.
Door dit wederzijds onbegrip
lopen gesprekken en onder
handelingen tussen westerlin
gen en Japanners vaak op een
dood spoor.
Niet vriendelijker
Het gevolg van enerzijds het
ondoorgrondelijke „Systeem"
en anderzijds dat gebrek aan
principes, is dat de verhouding
met het Westen er niet vrien
delijker op wordt. De econo
mische successen, de enorme
overschotten op de handels- en
betalingsbalansen en de al
leenheerschappij op grote ter
reinen van de wereldhandel,
worden door westerlingen niet
zelden gezien als een gevolg
van de Japanse onwil westerse
produkten toe te laten op hun
eigen markt. Het Westen
en met name de Verenigde
Staten neemt niet langer
genoegen met een Japan dat
zijn markt gesloten houdt voof
buitenlandse produkten, maar
aan de andere kant de wereld
wel overspoelt met zijn eigen
waar.
De irritatie groeit, evenals de
druk op de Japanse leiders om
daar iets tegen te doen. Maar
dat kunnen de Japanse leiders
niet omdat ze geen staatsman
nen zijn in de zin zoals wij ze
kennen.
Japanse leiders maken deel uit
van het „Systeem" en zijn in
feite incompetent te doen wat
het Westen van hen vraagt.
Maar die incompetentie kun
nen ze natuurlijk moeilijk toe
geven en vandaar dat ze de
vijandigheid van de wereld
aan de Japanners uitleggen
als: de hele wereld is tegen
ons. En die verklaring wordt
gretig geaccepteerd. De term
„Japannertje pesten" wordt
door Japanse commentatoren
te pas en te onpas gebruikt om
redelijke buitenlandse eisen te
verklaren en te ontzenuwen.
Van Wolferen is dan ook som
ber gestemd. Door zijn finan
ciële greep op de wereld is Ja
pan een machtsfactor van be
tekenis geworden. Of de Ja
panners dat nu willen of niet.
Maar een wereldmacht heeft
bepaalde verantwoordelijkhe
den en zolang de Japanse lei
ders gedwongen door het
„Systeem" die blijven ont
kennen en negeren, zullen de
problemen tussen Japan en de
rest van de wereld alleen
maar groter worden.
KOERT BOUWMAN
K.G. van Wolferen: „Japan,
de onzichtbare drijfveren
van een wereldmacht". Uit
geverij Balans. Prijs 55,-.
ADVERTENTIE
2 (1) Wlm Kan
De dagboeken van Wim Kan
Deel 2: De Televisietijd
3 (3) Philip Metcalfa
1933
4 (4) Cees Nooteboom
De wereld een reiziger
5 (5) Marilyn French
Haar moeder» dochter
Cazemier
3oeken- Tijdschriften
(opermolen 10.
>317 PB Leiden
Tel 071-22 00.22
J. Ginsberg bv
Breestraat 127-129
Boek- en kantoorboekhandel
Veenerick
Noordelnde 33
2371 CM Roelofarendsveen
Tel. 01713-16033.
- t-ïzandvliet
BOEKHANDEL BV
...uw l.ibris boekhandel
e( Leiden. Leiderdorp. Oegstgeest
Katwijk, Voorschoten
De moeilijkheid met boeken
over-het koningshuis is dat ze
meestal niets toevoegen aan
wat we al wisten. Oude foto's
worden weer opgeduikeld,
misschien in een andere volg
orde gezet en anecdotes wor
den nog eens naverteld.
Dat is ook het geval bij het zo
juist verschenen fotoboek
„Willem-Alexander. Prins van
Oranje. Portret van een mo
derne troonopvolger" van Ans
Herenius-Kamstra. Eigenijk
ziet het boek groot formaat
paperback er op het eerste
gezicht prima uit. Veel van de
tachtig foto's van de kroon
prins kenden we al. Maar ze
zijn lekker groot afgedrukt,
waarvan een groot aantal in
kleur, en dat maakt het bekij
ken ervan zeker de moeite
waard.
Helaas gaan af en toe je tenen
krullen bij het lezen van de
teksten. Ans Herenius vervalt
nogal eens in kleutertaal en
rakelt allerlei niet ter zake
doende dingen op. Een voor
beeld uit het hoofdstuk over
de studententijd van de prins,
waarbij hij net een parrd aan
het Leidse Rapenburg heeft
gekocht.
„De volgende vragen interes
seren mij - en vele anderen,
denk ik. Heeft de prins een
hypotheek opgenomen? Dat
zou hem schelen in de inkom
stenbelasting, want de hypo
theekrente is aftrekbaar. Beta
len de andere studenten ka
merhuur? Dat zou hem ook
schelen in zijn inkomstenbe
lasting
En zo gaat het maar door. In
een ander hoofdstuk somt
Herenius de prinsessen op die
voor een eventueel huwelijk
met de prins in aanmerking
komen. „Gesteld dat prins
Willem-Alexander per se een
bruid van koninklijke bloede
wil. Wie zou hij dan een aan
zoek kunnen doen? Hoe dan
ook een protestantse prinses;
dat staat vast", aldus de
schrijfster, „want het overwe
gend protestantse Nederland
hecht aan een protestants vor
stenhuis. De Spaanse prinses
sen Elena en Cristina vallen
dus af. Ook prinses Stephanie
van Monaco. Aleen de Noorse
Martha Louise en de Zweedse
Viktoria bijven over
Maar ook bij Viktoria, die ove
rigens nog maar elf is, is er
een probleem Zij is troonop
volger en dat zou een huwelijk
met Willem-Alexander be
hoorlijk in de weg kunnen
staan, constateert Herenius.
Blijft dus eigenlijk als enige
Martha Louise over.
„Theorie, gissingen", conclu
deert de schrijfster aan het
eind van dit hoofdstuk. Wat
dat betreft heeft ze gelijk.
Maar nog beter zou het zijn ge
weest, wanneer ze deze onzin
gewoon zou hebben weggela-
CLARISSE BUMA
Ans Herenius-Kamstra:
„Willem-Alexander. Prins
van Oranje. Portret van een
moderne troonopvolger".
Uitgeverij Zomer Keu-
ning. Prijs 24,90.
Marjan Berk: komisch
Annemarie Oster: subtiel
Prins Willem-Alexander op de
omslag van het boek als leer
ling van de Rijks Luchtvaart
School.
FOTO: PR
Beide schrijfsters hebben in
hun carrière iets met het thea
ter te maken gehad; in hun
nieuwe boeken hebben ze het
allei over moderne vrouwen
van rond de veertig, die eigen
lijk nog steeds de weg in het
doolhof van de liefde niet
kunnen vinden.
Annemarie Oster doet dat in
vier zeer subtiele verhalen in
haar boekje „Hoe moet je kij
ken?"; Marian Berk heeft in
haar boek (zij noemt het een
roman) over een vrouw die
met heren uit „betere" krin
gen van alles onderneemt,
meestal tot verdere vergroting
van haar gevoel niet gelukkig
te zijn. Dit verhaal heet „De
kracht van de liefde of, Hallo,
daar ben ik weer" en de ironie
van de titel is in het hele boek
te vinden. Komisch en daar
door soms ongewild grof. An
nemarie Oster en Marjan Berk
mogen dan wel veel gemeen
schappelijks bezitten, ze staan
mijlenver uiteen.
De vier hoofdpersonen uit de
verhalen van Oster hebben
telkens een vrouw als hoofd
persoon, die nogal in de pro
blemen is gekomen door eroti
sche ervaringen, in of buiten
het huwelijk. In het eerste
verhaal zie je moeder en doch
ter. De moeder voelt zich zo
vastgelopen in haar erotische
ervaringen, dat zij een relatie
begint met haar gynaecoloog,
al weet ze zich daar totaal
geen raad mee. Eigenlijk is zij
niets verder dan haar dochter,
die ook niet weet hoe zij met
haar eerste sexuele ervaringen
om moeten gaan, zoals uit een
heel mooi slot blijkt.
Fijnzinnigheid
Ook de andere verhalen uit
„Hoe moet je kijken?" hebben
deze fijnzinnigheid. De moe
der pakt de boodschappen uit,
terwijl haar kinderen in de
kamer zitten te praten met
vriendjes. De vrouw voelt een
wereld van verschil, maar dat
blijkt haar ervaring en gevoel.
Dat de kinderen met verschil
lende vaders te maken heb
ben, is meer haar probleem
dan het hunne.
De twee andere verhalen uit
dit boekje zijn evenzeer te be
wonderen. Een ervan be
schrijft de verwarring van een
vrouw na een eerste erotische
ervaring met een andere
vrouw: klein, aftastend, voor
zichtig, maar heel verwarrend.
Het boekje van Marjan Berk is
veel komischer van benade
ring. Ene Regien de Kooning
verhuist van man naar man.
Ze is fysiotherapeute en komt
zo vanzelf al lichamelijk in
contact met mannen. Er is
weinig voor nodig of zij doet
ook haar kleren uit en dan is
er weer een nieuwe relatie,
vaaktot ieders ongeluk. Een
belangrijke deel van het ver
haal is de stoere voetbalheld,
keeper Lomme, de man van
haar leven, maar ook daar
komt de klad in, als hij het er
met anderen op na gaat hou
den. Wat zij ook zal doen.
Alles komisch en grappig, al is
er natuurlijk die ondertoon
van tragiek. Maar die blijkt
niet altijd zo. Het vrouwtje Re
gien dartelt wat langs haar
mannen heen en is daar wei
nig subtiel in.
Des te sterker blijft het boekje
van Annemarie Oster ï'n de
gedachten. „Hoe moet ik kij
ken?" geeft een boeiend beeld
van sexuele wanhoop en ang
sten van vrouwen.
JAN VERSTAPPEN
Annemarie Oster: „Hoe
moet je kijken?" - verhalen.
Uitgave De Arbeiderspers.
Prijs ƒ26,90.
Marjan Berk: „De kracht
van liefde of Hallo, daar ben
ik weer"-roman. Uitgeverij
Arbeiderspers. Prijs 26,90.
Tin Machine met v.l.n.r. drummer Hunt Sales, gitarist Reeves
Gabrels, zanger David Bowie en bassist Tony Sales.
De lange carrière van David
Bowie kent veel muzikale
gezichten. Als de kameleon
van de popmuziek was elke
nieuwe elpee even verras
send als anders, wat hem
een haat-, liefde-verhouding
met zijn publiek bezorgde.
Iedereen heeft wel zijn eigen
favoriete Bowie-plaat. De
laatste paar jaar leek de mu
zikant in een creatieve im
passe te verkeren. Hoewel
hij commercieel gezien ui
terst succesvol materiaal af
leverde en bijvoorbeeld met
„The Glass Spider Tour",
een uitverkochte wereld
tournee ondernam, had hij
zijn creatief immer uitda
gende houding, ingeruild
voor de zekerheid van het
zwarte pak. Hij was meer za
kenman dan muzikant ge
worden. Had dat nog even
voortgeduurd, dan had een
nietsvermoedende passant
hem waarschijnlijk op straat
aangesproken met: „Was u
vroeger niet David Bowie?".
De muzikant heeft echter op
tijd de opwinding en het ge
vaar herontdekt, dat van
hem een van de meest fasci
nerende pop-idolen maakte.
Het antwoord luidt Tin Ma
chine, een kwartet waarvan
Bowie de zang en gitaarpar
tijen voor zijn rekening
neemt. En daarmee is hij
ontsnapt aan de tredmolen
van succes, hoewel deze
nieuwe uitdaging, commer
cieel gezien, genoeg ingre
diënten bevat om het verle
den in de schaduw te zetten.
Hoewel... Tin Machine is
dan misschien rauw en roc
ky, het kwartet leunt zwaar
op dat verleden
Speelplezier
In veel opzichten doet Tin
Machine denken aan The
Power Station, het uitstapje
van Robert Palmer. Ook bij
Bowie lijkt het speelplezier
op de eerste plaats te komen.
Daarom werden in een
Newyorkse studio alle num
mers, veertien in totaal, di
rect op de band ingespeeld.
Drummer Hunt Sales: „We
wilden de opwinding vast
leggen, die we voelden toen
we de nummers voor het
eerst speelden. In een tijd
waarin bijna iedere muzi
kant gebruik maakt van alle
mogelijkheden die een mo
derne studio biedt, kozen wij
voor een podium-benade
ring. Want ook in een zaal
moet je het hebben van het
moment".
David Bowie: „Die manier
van werken, bleek direct
een prima selectie-proces te
zijn. Als we een nummer op
namen en we kregen geen
kippevel, viel het direct af.
We wilden tevoorschijn ko
men met een doos vol ener
gie".
Solo-gitarist Reeves Gabrels:
„We hadden op een gegeven
moment zoveel materiaal,
dat we even hebben overwo
gen er een dubbel-elpee van
te maken, maar platenmaat
schappij EMI (die tot op heL
laatste moment niets van dit
project afwist) zag dat niet
zitten".
Hoe het kwartet zich op het
podium beweegt, is te zien in
de door Julien Temple gere
gisseerde live-video, die
werd opgenomen in The
Ritz Club, een verbouwde
bioscoop in New York.
Maandag worden de beel
den, samen met een inter
view, door BBC 2 (20.30 uur)
uitgezonden.
Verschil met The Power
Station is, dat Bowie eigen
lijk de enige echte ster is in
het gezelschap. Je zou kun
nen zeggen dat de basis voor
Tin Machine zo'n twaalf jaar
geleden werd gelegd, toen
David Bowie de elpee „Lust
For Life" van Iggy Pop pro
duceerde. Het ritmeteam dat
toen gebruikt werd, bestond
uit de broertjes Hunt en
Tony Sales. Tony Sales: „Tij
dens die sessie werd het idee
geboren in de toekomst eens
iets samen te doen. Dat het
zo lang zou "duren, had ik
niet verwacht".
Gitarist Reeves Gabrels is
een ex-kunstacademie stu
dent uit New York, die Bo
wie in de lente van 1988 ont
moette tijdens een liefdadig
heidsvoorstelling van de bal
letgroep La La La Human
Steps in Londen. Reeves had
de muziek gecomponeerd.
„Ik gaf Bowie een demon
stratie-bandje. Acht maan
den later belde hij mij op en
zei: ik ben op zoek naar een
gitarist en volgens mij ben jij
uiterst geschikt voor die
baan. Maar het drong pas tot
mij door dat ik met Bowie
werkte toen we op een dag.
in zijn huis in Zwitserland
wat aan het rommelen wa
ren pn ik „Ziggy Stardust"
speelde. Op het moment dat
hij begon mee te zingen,
dacht ik: het is David Bo-
Kwaliteiten
Wat Tin Machine de moeite
waard maakt, zijn niet al
leen de kwaliteiten van zijn
muzikanten, die zich be
heerst maar energiek uitle
ven in Jimi Hendrix-achtige
gitaarpartijen en strakke,
krachtige ritmes. Het kwar
tet leunt zwaar op Bowie's
talent als schrijver en com
ponist En dat hij nog altijd
weet hoe hij zijn gouden pen
moet hanteren, laat Bowie
horen in stijvolle composities
waarin hij tegelijkertijd een
stukje van zijn ziel blootlegt.
Er is de zoetzure passie van
een door liefde gekwelde
man in „Prisoner of love",
er is een krachtig pleidooi
tegen drugs in „Crack City"
en er is een in een stevig
rockjasje vervatte kijk op de
wereld. Bowie acteert, als'
vanouds, met zijn stem in
wat zonder twijfel zijn luid
ste en stevigste elpee mag
worden genoemd.
HANS PIËT
GRATIS ELKE WOENSDAG DE
BIJLAGE BIJ UW KRANT MET
INFORMATIE OVER FILMS.MUZIEK
THEATER, RECREATIE,EXPOSITIES
EN EEN COMPLETE AGENDA
Sinds het moment waarop de
Canadese onderzoekscommis
sie zich over de dopingzaak
Johnson buigt, wordt de sport
wereld herhaaldelijk opge
schrikt door de verschillende
onder ede afgelegde verklarin
gen. De laatste opzienbarende
mededeling is, dat de befaam
de Canadese sprinter zelfs met
veterinaire middelen voor de
Olympische Spelen zou zijn
klaargestoomd. Steeds duide
lijker wordt dat (te) veel top
sporters naar verboden midde
len grijpen om de verwachtin
gen in te lossen. Tot ongenoe
gen uiteraard van de atleten,
die zich wel beheersen, de
sportmensen die niets moeten
hebben van pillen en injecties.
Zij acteren liever op een lager
niveau dan met hun lichaam
enig risico te lopen.
De opzienbarende affaires in
1988 zijn voor de sportjourna
list Jean Nelissen aanleiding
geweest alle dopingzaken eens
op een rijtje te zetten. De be
langrijkste voorvallen uit de
laatste twintig jaar passeren de
revue. Hij heeft zijn boek de
titel „De Anabolica-mannen"
meegegeven. Het is niet be
doeld als een wetenschappelij
ke verhandeling, maar vooral
om de achtergronden te be
lichten.
Nelissen is daarin voortreffe
lijk geslaagd. Hij confronteert
de lezer heel afstandelijk met
de harde feiten en laat zien
dat in de race naar de roem en
het grote geld niets meer te
gek is.
De door hem samengestelde
indrukwekkende lijst met po
sitieve dopingcontroles maakt
eigenlijk alles al duidelijk. Ne
lissen gaat echter verder. Hij
beschrijft met veel gevoel voor
dramatiek op welke manier
-met de gezondheid van de at
leten wordt gesold. Legt ver
banden tussen oorzaken en ge
volg.
Sober signaleert hij dat vele
met doping geprepareerde
sportlieden opmerkelijk jong
zijn gestorven, dan wel op re
latief jonge leeftijd met tal van
fysieke problemen worden ge
confronteerd. Hij verwijst naar
een bekende, vroeger indertijd
ook op dopinggebruik betrapte
Nederlandse wielrenner die
bijna niets meer kan onthou
den. Schildert hoe wordt ge
tracht gebruik van stimuleren
de middelen goed te praten.
Hij geeft ook de voorstanders
van (gelimiteerd) gebruik de
kans zich uit te spreken.
Hoewel Jean Nelissen vooral
bekendheid geniet als wieler
sportverslaggever, beperkt hij
zich niet tot deze tak van
sport. Zelfs de grootste twijfe
laar wordt uit de droom gehol
pen. Dopinggebruik komt
overal voor en is onverbreke
lijk met de topsport verbon
den. Ook Jean Nelissen onder
kent dat. Desondanks houdt
ook deze door de wol geverfde
verslaggever zijn twijfels. Dat
blijkt als de affaire Gert-Jan
Theunisse wordt beschreven.
Het is de enige keer dat Nelis
sen zich wat op de vlakte
houdt. Het .maakt „De Anabo
lica-mannen" er niet minder
lezenswaardig door.
PETER VAN PUTTEN
Jean Nelissen: „De Anaboli
ca-mannen". Uitgave WIN
publiciteit BV.
Atleet Ben Johnson verlaat
Seoul, nadat aan het licht is
gekomen dat hij doping heeft
gebruikt tijdens de Olympische
Spelen.
FOTO: AP