[apan, geen land maar ongrijpbaar systeem Nelissen schetst somber beeld van doping-gebruiker Onzin over kroonprins DEK#ER Liefdeservaringen van vrouwen Bowie ontsnapt aan tredmolen van succes 3EKEN/PLATEN Sleid&iQowuvnt VRIJDAG 26 MEI >an mag dan 120 miljoen in- ners hebben en na de VS de iotste economische macht wereld zijn, eigenlijk be at het land niet. Japan is >n land in de vorm zoals wij kennen, maar het is een Jteem. Een ongrijpbaar en jegrijpelijk systeem. onttrekt zich aan de ep van westerlingen die er ;en mee willen doen. De Ja- mers die er deel van uitma- i, kunnen het niet door- inden, laat staan verande- ,zoei. Het bestaat zonder dat de >meeste deelnemers het bewust je effen en het heeft gedaante rh vorm. laat staan enige htvaardiging in de wet", rel van Wolferen, cores ident van NRC/Handels- »rïc d 'n Tokyo, die dit consta- rt, heeft toch geprobeerd rjjian te ontleden. Van Wolfe- was in 1962 een van de 181 buitenlanders die Ja- binnenkwam. Hij is er ven hangen en heeft op ba- van vijfentwintig jaar leven werken het boek „Japan, onzichtbare drijfveren van wereldmacht" geschreven. iet optimistisch t is bepaald geen lovend rkstuk geworden over het lanse fenomeen, dat sinds ilferen is bovendien niet erg imistisch gestemd. Hij ziet Japanse samenleving op lijn niet zo veranderen als Westen dat misschien ag zou willen. Het onbegrip de irritatie zal van beide ,71 ten eerder toe- dan afne- n. Als westerse leiders niet erst behoedzaam omgaan t het „Systeem Japan", dan unn dat volgens Van Wolferen den tot een machtsgreep in jan en tot een nieuwe koers et volslagen onvoorspelbare ralgen", de economische successen de journalist Van Wolfe- niets afdingen, maar over manier waarop ze tot stand O ii gekomen en wat de gevol- voor bijvoorbeeld de Ja- ac liners zelf zijn, is Van Wol- Li en niet erg positief. In geld gedrukt verdienen de Ja- nners weliswaar veel, de sten van levensonderhoud ïlvaart, maar geen welzijn. prijzen van gas en elektri- ^eit zijn in Japan de hoogste wereld, huisvesting is t en bijna onbetaalbaar, chts een derde van de hui- n is op riolering aangesloten, Er worden in Japan enorme salarissen betaald, maar de kosten van levensonderhoud zijn zo hoog dat de gemiddelde Japanner alleen iets van de welvaart merkt als hij zijn dure yen in het buiten land kan uitgeven. FOTO: UPI de forensentreinen puilen uit, auto rijden op de verstopte snelwegen is een voorrecht dat een fortuin kost en de gemid delde Japanner betaalt negen keer zoveel voor een pond rundvlees als de gemiddelde Amerikaan. Alleen indien de Japanner naar het buitenland gaat, merkt hij dank zij de dure yen dat hij „rijk" is. Geestelijke armoede Naast de materiele armoede is er ook een grote geestelijke ar moede Het „Systeem", zoals Van Wolferen het consequent noemt, „verdraagt geen onaf hankelijke burgers met een goed ontwikkeld gevoel van politieke verantwoordelijk heid" en „Japanners worden door hun onderwijssysteem en hun meerderen behandeld zo als een tuinman een heg be handelt: uitstekende stukjes persoonlijkheid worden regel matig weggesnoeid". Van Wol feren zegt ervan overtuigd te zijn dat alle 120 miljoen Japan ners individuen zijn, maar er niet voor uit durven komen. De jarenlange indoctrinatie heeft hun eigen persoonlijk heid naar de achtergrond ver drongen en bijna iedere Ja panner tot een klein onder deeltje van een groep gemaakt. Maar waarom laten al die Ja panners dat gebeuren? Waar om werken ze keihard om niet verder te komen dan materië le armoede en waarom schui ven ze hun eigen persoonlijk heid volkomen terzijde? Van Wolferen: „De gebruikelijke verklaring is dat Japanners gedreven worden door alge meen belang. En inderdaad, Japan schijnt te bewijzen dat een leven geschoeid op werke lijk gemeenschappelijke leest mogelijk is. Voor zover een buitenstaander het kan beoor delen, leggen de meeste Ja panners zich gedwee neer bij de dagelijks terugkerende eis om hun persoonlijke verlan gens en belangen onderge schikt te maken aan die van de gemeenschap". En met dit antwoord komen we weer terug bij het „Sy steem". Want dat „Systeem" legt de miljoenen Japanners elk uur van de dag hun wil op. En dat is vreemd, want Japan is geen dictatuur of een collec- tivistische communistische staat Het „Systeem" maakt de dienst uit en bestaat uit minis teriële functionarissen, enkele politieke groeperingen en groepjes bureaucraten-onder nemers. Ook de politie en pers, de georganiseerde onderwe reld en landbouwcoörporaties zijn belangrijke onderdelen er- Afgeknotte piramide Een essentieel verschil met de westerse samenleving is dat er in de Japanse samenleving geen eindverantwoordelijke aan te wijzen valt. Niemand is de baas, niemand is de hoogste in de hiërachie. Niet minister president A. of topondernemer B. heeft het uiteindelijk voor het zeggen, maar de groep. En in die groep is, zoals gezegd, niemand eindverantwoorde lijk. „Natuurlijk, er is een hiërachie, beter gezegd: een complex van elkaar overlap pende hiërarchieën Maar wat ontbreekt is een top; het is een afgeknotte piramide. Er is geen hoogste instantie met ul tieme beleidsbepalende zeg genschap". Dat systeem zonder aan spreekbare eindverantwoorde lijke instantie of persoon maakt het voor de rest van de wereld erg moeilijk Japan te begrijpen en ermee te commu niceren. Ook al omdat Japan ners andere waarden en nor men hebben dan westerlingen. Volgens Van Wolferen zijn Ja panners eerder pragmatisch dan principieel. Ze hebben, schrijft hij, nagenoeg geen en kel besef dat er waarheden, regels, principes of normen be staan die, ongeacht de omstan digheden, altijd gelden. Argu menten die de ene dag gelden, zijn de volgende dag onbruik baar. De flexibiliteit van de Japanse waarheid is ongekend groot. Westerse zakenmensen en diplomaten worden er soms wanhopig van en kwalificeren de Japanse logica dan maar als smoesjes en leugens die het ei gen belang moeten dienen. De Japanner ziet dat anders, om dat zijn normbesef anders is. Door dit wederzijds onbegrip lopen gesprekken en onder handelingen tussen westerlin gen en Japanners vaak op een dood spoor. Niet vriendelijker Het gevolg van enerzijds het ondoorgrondelijke „Systeem" en anderzijds dat gebrek aan principes, is dat de verhouding met het Westen er niet vrien delijker op wordt. De econo mische successen, de enorme overschotten op de handels- en betalingsbalansen en de al leenheerschappij op grote ter reinen van de wereldhandel, worden door westerlingen niet zelden gezien als een gevolg van de Japanse onwil westerse produkten toe te laten op hun eigen markt. Het Westen en met name de Verenigde Staten neemt niet langer genoegen met een Japan dat zijn markt gesloten houdt voof buitenlandse produkten, maar aan de andere kant de wereld wel overspoelt met zijn eigen waar. De irritatie groeit, evenals de druk op de Japanse leiders om daar iets tegen te doen. Maar dat kunnen de Japanse leiders niet omdat ze geen staatsman nen zijn in de zin zoals wij ze kennen. Japanse leiders maken deel uit van het „Systeem" en zijn in feite incompetent te doen wat het Westen van hen vraagt. Maar die incompetentie kun nen ze natuurlijk moeilijk toe geven en vandaar dat ze de vijandigheid van de wereld aan de Japanners uitleggen als: de hele wereld is tegen ons. En die verklaring wordt gretig geaccepteerd. De term „Japannertje pesten" wordt door Japanse commentatoren te pas en te onpas gebruikt om redelijke buitenlandse eisen te verklaren en te ontzenuwen. Van Wolferen is dan ook som ber gestemd. Door zijn finan ciële greep op de wereld is Ja pan een machtsfactor van be tekenis geworden. Of de Ja panners dat nu willen of niet. Maar een wereldmacht heeft bepaalde verantwoordelijkhe den en zolang de Japanse lei ders gedwongen door het „Systeem" die blijven ont kennen en negeren, zullen de problemen tussen Japan en de rest van de wereld alleen maar groter worden. KOERT BOUWMAN K.G. van Wolferen: „Japan, de onzichtbare drijfveren van een wereldmacht". Uit geverij Balans. Prijs 55,-. ADVERTENTIE 2 (1) Wlm Kan De dagboeken van Wim Kan Deel 2: De Televisietijd 3 (3) Philip Metcalfa 1933 4 (4) Cees Nooteboom De wereld een reiziger 5 (5) Marilyn French Haar moeder» dochter Cazemier 3oeken- Tijdschriften (opermolen 10. >317 PB Leiden Tel 071-22 00.22 J. Ginsberg bv Breestraat 127-129 Boek- en kantoorboekhandel Veenerick Noordelnde 33 2371 CM Roelofarendsveen Tel. 01713-16033. - t-ïzandvliet BOEKHANDEL BV ...uw l.ibris boekhandel e( Leiden. Leiderdorp. Oegstgeest Katwijk, Voorschoten De moeilijkheid met boeken over-het koningshuis is dat ze meestal niets toevoegen aan wat we al wisten. Oude foto's worden weer opgeduikeld, misschien in een andere volg orde gezet en anecdotes wor den nog eens naverteld. Dat is ook het geval bij het zo juist verschenen fotoboek „Willem-Alexander. Prins van Oranje. Portret van een mo derne troonopvolger" van Ans Herenius-Kamstra. Eigenijk ziet het boek groot formaat paperback er op het eerste gezicht prima uit. Veel van de tachtig foto's van de kroon prins kenden we al. Maar ze zijn lekker groot afgedrukt, waarvan een groot aantal in kleur, en dat maakt het bekij ken ervan zeker de moeite waard. Helaas gaan af en toe je tenen krullen bij het lezen van de teksten. Ans Herenius vervalt nogal eens in kleutertaal en rakelt allerlei niet ter zake doende dingen op. Een voor beeld uit het hoofdstuk over de studententijd van de prins, waarbij hij net een parrd aan het Leidse Rapenburg heeft gekocht. „De volgende vragen interes seren mij - en vele anderen, denk ik. Heeft de prins een hypotheek opgenomen? Dat zou hem schelen in de inkom stenbelasting, want de hypo theekrente is aftrekbaar. Beta len de andere studenten ka merhuur? Dat zou hem ook schelen in zijn inkomstenbe lasting En zo gaat het maar door. In een ander hoofdstuk somt Herenius de prinsessen op die voor een eventueel huwelijk met de prins in aanmerking komen. „Gesteld dat prins Willem-Alexander per se een bruid van koninklijke bloede wil. Wie zou hij dan een aan zoek kunnen doen? Hoe dan ook een protestantse prinses; dat staat vast", aldus de schrijfster, „want het overwe gend protestantse Nederland hecht aan een protestants vor stenhuis. De Spaanse prinses sen Elena en Cristina vallen dus af. Ook prinses Stephanie van Monaco. Aleen de Noorse Martha Louise en de Zweedse Viktoria bijven over Maar ook bij Viktoria, die ove rigens nog maar elf is, is er een probleem Zij is troonop volger en dat zou een huwelijk met Willem-Alexander be hoorlijk in de weg kunnen staan, constateert Herenius. Blijft dus eigenlijk als enige Martha Louise over. „Theorie, gissingen", conclu deert de schrijfster aan het eind van dit hoofdstuk. Wat dat betreft heeft ze gelijk. Maar nog beter zou het zijn ge weest, wanneer ze deze onzin gewoon zou hebben weggela- CLARISSE BUMA Ans Herenius-Kamstra: „Willem-Alexander. Prins van Oranje. Portret van een moderne troonopvolger". Uitgeverij Zomer Keu- ning. Prijs 24,90. Marjan Berk: komisch Annemarie Oster: subtiel Prins Willem-Alexander op de omslag van het boek als leer ling van de Rijks Luchtvaart School. FOTO: PR Beide schrijfsters hebben in hun carrière iets met het thea ter te maken gehad; in hun nieuwe boeken hebben ze het allei over moderne vrouwen van rond de veertig, die eigen lijk nog steeds de weg in het doolhof van de liefde niet kunnen vinden. Annemarie Oster doet dat in vier zeer subtiele verhalen in haar boekje „Hoe moet je kij ken?"; Marian Berk heeft in haar boek (zij noemt het een roman) over een vrouw die met heren uit „betere" krin gen van alles onderneemt, meestal tot verdere vergroting van haar gevoel niet gelukkig te zijn. Dit verhaal heet „De kracht van de liefde of, Hallo, daar ben ik weer" en de ironie van de titel is in het hele boek te vinden. Komisch en daar door soms ongewild grof. An nemarie Oster en Marjan Berk mogen dan wel veel gemeen schappelijks bezitten, ze staan mijlenver uiteen. De vier hoofdpersonen uit de verhalen van Oster hebben telkens een vrouw als hoofd persoon, die nogal in de pro blemen is gekomen door eroti sche ervaringen, in of buiten het huwelijk. In het eerste verhaal zie je moeder en doch ter. De moeder voelt zich zo vastgelopen in haar erotische ervaringen, dat zij een relatie begint met haar gynaecoloog, al weet ze zich daar totaal geen raad mee. Eigenlijk is zij niets verder dan haar dochter, die ook niet weet hoe zij met haar eerste sexuele ervaringen om moeten gaan, zoals uit een heel mooi slot blijkt. Fijnzinnigheid Ook de andere verhalen uit „Hoe moet je kijken?" hebben deze fijnzinnigheid. De moe der pakt de boodschappen uit, terwijl haar kinderen in de kamer zitten te praten met vriendjes. De vrouw voelt een wereld van verschil, maar dat blijkt haar ervaring en gevoel. Dat de kinderen met verschil lende vaders te maken heb ben, is meer haar probleem dan het hunne. De twee andere verhalen uit dit boekje zijn evenzeer te be wonderen. Een ervan be schrijft de verwarring van een vrouw na een eerste erotische ervaring met een andere vrouw: klein, aftastend, voor zichtig, maar heel verwarrend. Het boekje van Marjan Berk is veel komischer van benade ring. Ene Regien de Kooning verhuist van man naar man. Ze is fysiotherapeute en komt zo vanzelf al lichamelijk in contact met mannen. Er is weinig voor nodig of zij doet ook haar kleren uit en dan is er weer een nieuwe relatie, vaaktot ieders ongeluk. Een belangrijke deel van het ver haal is de stoere voetbalheld, keeper Lomme, de man van haar leven, maar ook daar komt de klad in, als hij het er met anderen op na gaat hou den. Wat zij ook zal doen. Alles komisch en grappig, al is er natuurlijk die ondertoon van tragiek. Maar die blijkt niet altijd zo. Het vrouwtje Re gien dartelt wat langs haar mannen heen en is daar wei nig subtiel in. Des te sterker blijft het boekje van Annemarie Oster ï'n de gedachten. „Hoe moet ik kij ken?" geeft een boeiend beeld van sexuele wanhoop en ang sten van vrouwen. JAN VERSTAPPEN Annemarie Oster: „Hoe moet je kijken?" - verhalen. Uitgave De Arbeiderspers. Prijs ƒ26,90. Marjan Berk: „De kracht van liefde of Hallo, daar ben ik weer"-roman. Uitgeverij Arbeiderspers. Prijs 26,90. Tin Machine met v.l.n.r. drummer Hunt Sales, gitarist Reeves Gabrels, zanger David Bowie en bassist Tony Sales. De lange carrière van David Bowie kent veel muzikale gezichten. Als de kameleon van de popmuziek was elke nieuwe elpee even verras send als anders, wat hem een haat-, liefde-verhouding met zijn publiek bezorgde. Iedereen heeft wel zijn eigen favoriete Bowie-plaat. De laatste paar jaar leek de mu zikant in een creatieve im passe te verkeren. Hoewel hij commercieel gezien ui terst succesvol materiaal af leverde en bijvoorbeeld met „The Glass Spider Tour", een uitverkochte wereld tournee ondernam, had hij zijn creatief immer uitda gende houding, ingeruild voor de zekerheid van het zwarte pak. Hij was meer za kenman dan muzikant ge worden. Had dat nog even voortgeduurd, dan had een nietsvermoedende passant hem waarschijnlijk op straat aangesproken met: „Was u vroeger niet David Bowie?". De muzikant heeft echter op tijd de opwinding en het ge vaar herontdekt, dat van hem een van de meest fasci nerende pop-idolen maakte. Het antwoord luidt Tin Ma chine, een kwartet waarvan Bowie de zang en gitaarpar tijen voor zijn rekening neemt. En daarmee is hij ontsnapt aan de tredmolen van succes, hoewel deze nieuwe uitdaging, commer cieel gezien, genoeg ingre diënten bevat om het verle den in de schaduw te zetten. Hoewel... Tin Machine is dan misschien rauw en roc ky, het kwartet leunt zwaar op dat verleden Speelplezier In veel opzichten doet Tin Machine denken aan The Power Station, het uitstapje van Robert Palmer. Ook bij Bowie lijkt het speelplezier op de eerste plaats te komen. Daarom werden in een Newyorkse studio alle num mers, veertien in totaal, di rect op de band ingespeeld. Drummer Hunt Sales: „We wilden de opwinding vast leggen, die we voelden toen we de nummers voor het eerst speelden. In een tijd waarin bijna iedere muzi kant gebruik maakt van alle mogelijkheden die een mo derne studio biedt, kozen wij voor een podium-benade ring. Want ook in een zaal moet je het hebben van het moment". David Bowie: „Die manier van werken, bleek direct een prima selectie-proces te zijn. Als we een nummer op namen en we kregen geen kippevel, viel het direct af. We wilden tevoorschijn ko men met een doos vol ener gie". Solo-gitarist Reeves Gabrels: „We hadden op een gegeven moment zoveel materiaal, dat we even hebben overwo gen er een dubbel-elpee van te maken, maar platenmaat schappij EMI (die tot op heL laatste moment niets van dit project afwist) zag dat niet zitten". Hoe het kwartet zich op het podium beweegt, is te zien in de door Julien Temple gere gisseerde live-video, die werd opgenomen in The Ritz Club, een verbouwde bioscoop in New York. Maandag worden de beel den, samen met een inter view, door BBC 2 (20.30 uur) uitgezonden. Verschil met The Power Station is, dat Bowie eigen lijk de enige echte ster is in het gezelschap. Je zou kun nen zeggen dat de basis voor Tin Machine zo'n twaalf jaar geleden werd gelegd, toen David Bowie de elpee „Lust For Life" van Iggy Pop pro duceerde. Het ritmeteam dat toen gebruikt werd, bestond uit de broertjes Hunt en Tony Sales. Tony Sales: „Tij dens die sessie werd het idee geboren in de toekomst eens iets samen te doen. Dat het zo lang zou "duren, had ik niet verwacht". Gitarist Reeves Gabrels is een ex-kunstacademie stu dent uit New York, die Bo wie in de lente van 1988 ont moette tijdens een liefdadig heidsvoorstelling van de bal letgroep La La La Human Steps in Londen. Reeves had de muziek gecomponeerd. „Ik gaf Bowie een demon stratie-bandje. Acht maan den later belde hij mij op en zei: ik ben op zoek naar een gitarist en volgens mij ben jij uiterst geschikt voor die baan. Maar het drong pas tot mij door dat ik met Bowie werkte toen we op een dag. in zijn huis in Zwitserland wat aan het rommelen wa ren pn ik „Ziggy Stardust" speelde. Op het moment dat hij begon mee te zingen, dacht ik: het is David Bo- Kwaliteiten Wat Tin Machine de moeite waard maakt, zijn niet al leen de kwaliteiten van zijn muzikanten, die zich be heerst maar energiek uitle ven in Jimi Hendrix-achtige gitaarpartijen en strakke, krachtige ritmes. Het kwar tet leunt zwaar op Bowie's talent als schrijver en com ponist En dat hij nog altijd weet hoe hij zijn gouden pen moet hanteren, laat Bowie horen in stijvolle composities waarin hij tegelijkertijd een stukje van zijn ziel blootlegt. Er is de zoetzure passie van een door liefde gekwelde man in „Prisoner of love", er is een krachtig pleidooi tegen drugs in „Crack City" en er is een in een stevig rockjasje vervatte kijk op de wereld. Bowie acteert, als' vanouds, met zijn stem in wat zonder twijfel zijn luid ste en stevigste elpee mag worden genoemd. HANS PIËT GRATIS ELKE WOENSDAG DE BIJLAGE BIJ UW KRANT MET INFORMATIE OVER FILMS.MUZIEK THEATER, RECREATIE,EXPOSITIES EN EEN COMPLETE AGENDA Sinds het moment waarop de Canadese onderzoekscommis sie zich over de dopingzaak Johnson buigt, wordt de sport wereld herhaaldelijk opge schrikt door de verschillende onder ede afgelegde verklarin gen. De laatste opzienbarende mededeling is, dat de befaam de Canadese sprinter zelfs met veterinaire middelen voor de Olympische Spelen zou zijn klaargestoomd. Steeds duide lijker wordt dat (te) veel top sporters naar verboden midde len grijpen om de verwachtin gen in te lossen. Tot ongenoe gen uiteraard van de atleten, die zich wel beheersen, de sportmensen die niets moeten hebben van pillen en injecties. Zij acteren liever op een lager niveau dan met hun lichaam enig risico te lopen. De opzienbarende affaires in 1988 zijn voor de sportjourna list Jean Nelissen aanleiding geweest alle dopingzaken eens op een rijtje te zetten. De be langrijkste voorvallen uit de laatste twintig jaar passeren de revue. Hij heeft zijn boek de titel „De Anabolica-mannen" meegegeven. Het is niet be doeld als een wetenschappelij ke verhandeling, maar vooral om de achtergronden te be lichten. Nelissen is daarin voortreffe lijk geslaagd. Hij confronteert de lezer heel afstandelijk met de harde feiten en laat zien dat in de race naar de roem en het grote geld niets meer te gek is. De door hem samengestelde indrukwekkende lijst met po sitieve dopingcontroles maakt eigenlijk alles al duidelijk. Ne lissen gaat echter verder. Hij beschrijft met veel gevoel voor dramatiek op welke manier -met de gezondheid van de at leten wordt gesold. Legt ver banden tussen oorzaken en ge volg. Sober signaleert hij dat vele met doping geprepareerde sportlieden opmerkelijk jong zijn gestorven, dan wel op re latief jonge leeftijd met tal van fysieke problemen worden ge confronteerd. Hij verwijst naar een bekende, vroeger indertijd ook op dopinggebruik betrapte Nederlandse wielrenner die bijna niets meer kan onthou den. Schildert hoe wordt ge tracht gebruik van stimuleren de middelen goed te praten. Hij geeft ook de voorstanders van (gelimiteerd) gebruik de kans zich uit te spreken. Hoewel Jean Nelissen vooral bekendheid geniet als wieler sportverslaggever, beperkt hij zich niet tot deze tak van sport. Zelfs de grootste twijfe laar wordt uit de droom gehol pen. Dopinggebruik komt overal voor en is onverbreke lijk met de topsport verbon den. Ook Jean Nelissen onder kent dat. Desondanks houdt ook deze door de wol geverfde verslaggever zijn twijfels. Dat blijkt als de affaire Gert-Jan Theunisse wordt beschreven. Het is de enige keer dat Nelis sen zich wat op de vlakte houdt. Het .maakt „De Anabo lica-mannen" er niet minder lezenswaardig door. PETER VAN PUTTEN Jean Nelissen: „De Anaboli ca-mannen". Uitgave WIN publiciteit BV. Atleet Ben Johnson verlaat Seoul, nadat aan het licht is gekomen dat hij doping heeft gebruikt tijdens de Olympische Spelen. FOTO: AP

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1989 | | pagina 11