m
Spook van de armoede
liet Charlie leven
Moord in Paviljoen 5
CHAPLIN HONDERD JAAR GELEDEN GEBOREN
Sfeervol concert van Con Amore in Hartebrugherk
Beurs van
zomerkleding
KUNST/BUITENLANDSleidóaQowiantzaterdag is april 1989 pagina 8 £QC
LONDON Het affiche
van het eerste optreden
van Fred Karno's London
Comedians in Amerika
anno 1910 heeft één pro
fetische tekst. Onder een
niet erg gelijkend portret
van een aangeschoten
heer met daarnaast de uit
leg „presenting that cle
ver English comedian
Charles Chaplin" staat de
regel „Oh! You'll remem
ber me". De wereld zou
hem herinneren en doet
dat dezer dagen meer dan
ooit. Morgen is het precies
honderd jaar geleden dat
de komiek Charles Cha
plin werd geboren.
Tv-stations allerwegen zien
weer een gelegenheid om het
stof van zijn films te blazen,
een enkeling maakt weer eens
een documentaire over Char
lie. Maar de mooiste hommage
aan de fenomenale komiek,
over wiens creatie Charlie, de
zwerver met bolhoed en slob-
berbroek, filmregisseur Fede-
rico Fellini zei „een Soort
Adam, waarvan wij allemaal
afstammen" is te zien in Lon
den. In het Museum of the
Moving Image, kortweg
MOMI genaamd, aan de South
Bank. Een uitgebreide exposi
tie met Charliania in het mooi
ste filmmuseum ter wereld.
In het Londense MOMI
naast het National Film
Theatre in de walgelijke be
tonnen kunstbunker die nota
bene door de Prins van Wales,
inmiddels berucht architec
tuurcriticus, werd geopend
is Chaplin weer thuis. Het mu
seum ligt namelijk een dikke
kilometer verwijderd van
Lambeth, waar Charles Cha
plin op 16 april 1889 werd ge
boren in East Street (of East
Lane, zoals Chaplin de straat
zelf in zijn autobiografie
noemt). Het laat-Victoriaanse
Lambeth en Southwark zijn de
binnenkomer in de expositie.
Een armoedige, kale, neer
slachtige wijk waar op de fo
to's zelfs de Dickensiaanse
krullen ontbreken. Zijn vader
en moeder woonden er toen zij
hun top bereikten in de Lon
dense music halls. Charlie
Chaplinm en zijn oudere stief
broer Sydney kwamen er
toen hun vader de familie
had verlaten en hun moeder
gezodnheidsproblmen
kreeg in het „werkhuis" te
recht. De wereld kent de ko
miek Chaplin vanuit de perio
de dat het succes begon. Die
van zijn films in Amerika en
van het Grote Geld. Maar het
is die armoedige jeugd in Lam
beth die het leven en het werk
van Chaplin zou bepalen. Hij
bracht er de ongelukkigste ja
ren van zijn leven door, ver
telde hij in „My life in pictu
res". Hoe ongelukkig heeft hij
lang verzwegen. Maar zoals al
leen de journalist Dickens, die
het zag, de armoede van een
eerder Londen gestalte kon
geven in figuren als Oliver
Twist, Bill Sykes en Fagirt, zo
kon alleen Charles Chaplin,
die het aan den lijve onder
vond, die periode weer herle
ven als Charlie, The Tramp.
Een karakter dat 10 januari j.l.
precies 75 jaar geleden gebo
ren werd in Chaplins tweede
speelfilmpje in Hollywood.
Die Charlie, of Chariot, werd
al enkele maanden na de uit
breng van zijn eerste film
let wel: in die tijd een
nationale figuur. Hij werd een
wereldheld in een wereld die
stikte van de „underdogs" die
droomden van mooier en be
ter. Chaplin zelf kon in „Char
lie" zijn angsten sublimeren,
de hardheid van het jij-of-ik-
bestaan vormgeven. Zijn East
Street werd op film „Easy
street" waarin hij even hard
handig als de zwaar gewenk-
brauwde boef Eric Campbell
vóór hem de buurt als politiea
gent zou dwingen. De op straat
geboren filosofie van oog-om
oog. Later zou Chaplin schrij
ven: „In die verre dagen, werd
ik alleen bezig gehouden door
honger en angst voor morgen,
de eeuwige angst voor de vol
gende dag. Geen enkele rijk
dom zal me die angst kunnen
doen vergeten. Ik ben als ie
mand die achtervolgd wordt
door een spook, het spook van
de armoede, het spook van
ontbering".
Genadeloze hardheid
In het Momi vind je de affi
ches en bladmuziek met daar
op de namen van Charles en
Hannah Chaplin, die kort aan
de top stonden. Chaplins vader f
werd geveld door de drank.
Zijn moeder raakte eerste haar
stem kwijt, en in de armoede
daarna begaf haar geest het.
Zodat ze vele jaren in een in
richting zou moeten doorbren
gen. Aan de muren en in de
vitrines van het Momi de
maanbrieven van de overheid
aan vader Chaplin om die paar
shilling voor het onderhoud
voor zijn zoon te betalen. Cha
plin junior maakte zijn entree
als jongetje in de vaudeville
met zijn moede. Hij leerde
daar de hardheid van het pu
bliek kennen en zou daar later
met „Charlie at the show" een
filmische parodie op geven
waarbij hij zelf als dronkeman
de onruststoker onder de toe
schouwers was. Als jongetje
stond hij al in de schijnwer
pers. Hij kende de nummers
die zijn moeder als soubrette
zong, imiteerde haar met suc
ces voor haar collega's. Toen
zijn moeders stem het bij een
optreden begaf, en ze niet ver
der kon, zond een slimme the
aterdirecteur het jongetje Cha
plin de planken op. Hij mocht
zijn imitatie brengen. Het
werd een enorm succes. Maar
het tekende ook de genadeloze
hardheid van het theater in
die dagen, waar niemand echt
opkeek van een tomaat. Mis
schien heeft de angst voor dat
veelkoppige monster publiek,
waarbij succes en verguizing
broertjes zijn, hem de keus
voor de film doen maken. In
elk geval was het een dappere
keus voor een nieuw medium
dat Chaplin in dat beroemde
contract met de Keystone Film
Company op 25 september
1913 verzegelde. Ook het con
tract ligt in het Momi.
Lady Chaplin
Veel van de documenten en
attributen in de expositie zijn
in bruikleen gegeven door
Lady Oona Chaplin, de wedu
we van Charlie. Daarnaast is
er het materiaal dat Chaplin
zelf minitieus bijhield in knip-
selboeken van zijn wereldsuc
cessen. En er is zijn kostuum,
de schoenen, het stokje, de bol
hoed en de te wijde broek.
Chaplin zelf heeft uit en te na
het ontstaan en de betekenis
van dat „masker" verklaard:
De armoede, de hoop op beter
met het snorretje van de ijdel-
heid. Het zou in de loop der ja
ren veranderingen ondergaan.
In het Momi de vorm die het
kreeg in een van de laatste op
tredens van de klassieke zwer
ver. In „Modern Times"
(1936), een van Chaplin be
langrijkste filmwerken. De ex
positie gaat verder met Cha
plin die zich zelf tot „Citizen
of the world" maakt, Chaplin
De kieine man bijna vermalen door de machine: klassiek beeld uit Chaplins meesterwerk „Modern Times".
FOTO: PR
die in de periode van de Kou
de Oorlog Amerika van een
andere kant ziet, de grijze
Chaplin in Vevey. Alles fanta
sierijk verbeeld en voorzien
van teksten die uit Chaplins
autobiografische teksten ko
men: „My Trip Abroad", „A
Comedian sees the World, „My
Autobiography" en „My Life
in Pictures". Zodat het lijkt of
Chaplin zelf de gids is door dit
leven in foto's, films, docu
menten en herinneringen.
Kinderspul?
Hoe groot was Chaplin als ar
tiest nu eigenlijk? Die vraag
valt wel eens in een tijd waar
in Hollywood grossiert in we
reldsterren en waarin die alle
maal miljonair lijken te zijn, of
ze nu kunnen acteren of niet.
Op de tv zie je zijn films, net
zoals die van Laurel Hardy
trouwens, vaak weggestopt in
de hoekjes van de televisie
kinderkamer. Is Chaplin „kid
stuff" (kinderspul) geworden?
Als we even de oudere filmer
Chaplin vergeten die te ver
weg was geraakt van de oer
bron van zijn inspiratie, de
angsten van zijn jeugd en het
syndroom van de kleine-man-
met-het-zyerverspakkie an.
Dan blijft er een artiest zonder
weerga over. Zet om het even
welke collega in de kunsten
met beelden van Chaplin in
het donker en hij zal onmid
dellijk herkennen en erken-
Van Picasso tot Léger. Van
Einstein tot Gandhi. „The Se
venth Art" heet een deel van
de* Momi-expositie dan ook.
Dapp<
het i
De i
ventiviteit van de filmer Cha
plin, dé mime-speler Chaplin
die als een balletdanser door
die perfect gechoreografeerde
zwart-wittë wereld wervelde,
het idee van dat minieme
zwervertje dat het op moest
menen tegen alles dat groter
was, mensen, dingen, institu
ten, de wereld. Het werkt nog
altijd. Kijk naar de eerste de
beste straatartiest. Net zoals
Fellini had ook hij niet be
staan zonder Chaplin. En Cha
plins werk was het eerste
werk van een „komediant" dat
door kunstcollega's over de
hele wereld, door schilders,
filmers, schrijvers en filosofen,
als Kunst gerespecteerd werd.
»er
En dan neigen we te vergeten
hoe dapper Chaplin was in de
keuzes van zijn onderwerpen.
Hij nam het op tegen de Kai
ser („Shoulder Arms"), tegen
Hitler die vier dagen na
hem geboren werd („The
great dictator"), tegen urbani
satie en automatisatie („Mo
dern Times"), tegen schijnhei
ligheid, wreedheid en hypocri
sie (o.m. „Monsieur Verdoux").
Hij nam het in Amerika op te
gen het daar gepredikte isola
tionisme, hij nam het op tegen
het McCarthyisme. Toen film
makers in Polen in 1980 een
embleem zochten voor hun ge
zamenlijke strijd voor vrijheid,
kozen zij de figuur van de
kleine zwerver Charlie als
hun embleem.
„Ik heb gehongerd, gestreden
en om me heen geslagen",
schreef Chaplin in een voor
woord van een Duitse biogra
fie uit 1929. „Tot mijn verdriet
zich ontlaadde in gelach. En
nu lacht de hele wereld om r
en kent me als clown. Het
goed, dat zovelen niet weten
welke pijn ten grondslag ligt
aan die lach. Zij zouden dan
misschien nog alleen glimla
chen, en uit die glimlach zou
zich een traan losmaken. Ik
heb heel hard gewerkt, als je
aan-het-lachen-maken werk
kan noemen. Waarschijnlijk
zal ik er aan sterven. De r
zal nog eens even de oren spit
sen, zoals op Oudejaar in „Gol-
drush", maar een nieuw»
miek zal zijn schoten afvuren
en Charlie, de clown, zal
geten zijn. Wanneer een paar
mensen dan weten, dat niet al
leen een clown verdween, zal
ik tevreden mijn onmogelijke
schoenen uittrekken en zach
tjes wegsluipen. Nergens
heen".
Dat „nergens" is „overal" ge
worden. „Oh! You'll rei
ber me" zei zijn eerste Ameri
kaanse affiche. Chaplin is niet
verbeten. Niet echt.
RFRT .TANRMA
Rust
koers
amster
zeker is li
veau dez<
x Doi
i klein
gen w
meer dai
aantal n<
de beurse
mene ine
eerste dri
punt. Da
1,5 punt a
de interi
wijten di<
een lage
toonde d<
deeld bee
uitzonder
del.
De koop
vertrouw
vertrouw
lende
wordt. Ir
beurs a
beurs in
matig o
bedrijfsle
kende r
maar rek
resultatei
als k
het Cent
week me
de groei
r de t
ringen,
genheid,
nationaal
flatie, he
goed, tei
1990 uits
de werkl
genkind,
schuwd i
te loonst
Zorgen r
zich ovei
wikkelin
Staten, c
dat er w
verbeter:
tekort op
op de b
het Plan
leggers ii
tieke ine
de Vere
beleggen
De groe
hoeveel!
landsche
leiding 1
bezint zi
gelen on
verlenin
topleidin
banken
ech
gens de
Algemer
mggeei
bovenm;
Hij erke
deel var
of
ook onr
drijft, is
leiding
Nederlai
kortlope
de halfje
langlope
middeld
sobligati
Van de
stond P
langstell
gehoude
gaderinj
de
stemmir
maatreg
ste over
In de
wacht d
flinke s
die in c
18%-stij£
Met Cré
i V<
-v... nett
duitkeri
t/m 198
na belas
de strop
vorig j,
winst v;
Veel ni<
wereld,
steeg 45
den. O
deze we
Telegra;
ters-Klu
over: Gi
Douglas
plus 409
plus 209
to plus
een ver
Toch w
stellinge
zakte de
brocade:
bedrijfsi
naar be
bedrijfsi
ren. Da
iets kon
aan eei
niets mi
maken
ie wijte
I eoncurr
van de
Paar ja<
Philidor slaagt
in moeilijk werk
Fauré en Dvorak
Concert door het Philidor Trio met
medewerking van Tony Rous (viool)
en Pieter Roosenschoon (altviool).
Evenals bij zijn concert op 18
april van het vorig jaar, met
violist Tony Rous en altist Pie
ter Roosenschoon uitgebreid
tot kwintet, trok het Philidor
Trio met een van de late wer
ken van Gabriël Fauré gister
avond opnieuw een clubje van
enkele tientallen fijnproevers
van deze belangwekkende
maar weinig toegankelijke
muziek. Ditmaal was voor
Fauré's kwintet in c (opus 115)
gekozen, uitgevoerd door de
genoemde gastspelers en de
vaste leden van het gezel
schap, Jet Röling (piano), Mi
chel Francois (viool) en Chris-
tiaan Norde (cello), stuk voor
stuk musici met een uitsteken
de staat van dienst. Het „moei
lijke" werk van Fauré werd
dan ook allerminst een opgave
voor een beleefd maar ge
kweld publiek. Met hun spran
kelende vertolking van deze
prachtige muziek namen de
vijf musici radicaal elke reser
ve, die wellicht na de waar
schuwende inleiding van Jet
Róling bij het publiek postge
vat mocht hebben, weg. Haar
toelichting had Jet Röling bo
vendien geïllustreerd met
Fauré's Barcarolle in C (opus
116) en de ernstiger Nocturne
(opus 119), beide voor piano
solo en uit dezelfde late perio
de van de componist. Daarmee
reeds de oren van het publiek
voorbereidend op het aanslui
tend uit te voeren kwintet.
Het kwintet in c is absolute
muziek die moeilijk onder één
noemer te vangen is. De com
pacte liggingen en ongebruike
lijke samenklanken lijken
soms aansluiting te vinden bij
het impressionisme maar on
derscheiden zich door een gro
tere mate van abstractie: har
monie en melodie gaan volle
dig in elkaar op, terwijl mar
kante ritmes wel geen over
heersende, maar in ieder geval
een heel eigen bijdrage aan
het geheel leveren. Het trans
parante spel van het Philidor
Trio (Kwintet) zette de door
wrochte compositie feilloos in
zijn specifieke glans neer en
vergrootte daarmee bij de aan
wezigen aanzienlijk de waar
dering voor deze muziek. Rag
fijn samenspel maakte vooral
van het andante moderato èn
het allegro molto een feest.
Na zo'n overwinning fungeer
de Antonin Dvoraks romanti
sche kwintet in A, met zijn
zangerige motieven en warme,
minder gecompliceerde ak
koorden als een weldadig ver
volg op het programma voor
de pauze. Ook hier verbaasde
het ensemble de zaal met een
absoluut gevoel voor timing en
zeer effectieve dynamische ef
fecten.
TOM STRENGERS
Vier hulpverpleegsters van het Weense
Lainz-ziekenhuis hebben afgelopen paar jaren zeker
48, maar misschien wel tweehonderd bejaarde
patiënten gedood. Het laat zich raden dat de
verontwaardiging in Oostenrijk geen grenzen kent.
Want ook de nabestaanden van die andere duizenden
patiënten vragen zich nu af of hun vader of moeder,
hun opa of oma wel zo'n vredige dood is gestorven.
Onze verslaggever peilde deze week de reacties in de
Oostenrijkse hoofdstad.
ROUW ROND WEENSE TATORTKLINIEK
WENEN Ze is oud,
heeft zilvergrijze lokken.
Noem haar maar Maria. In
de linkervuist klemt ze
drie anjers: een witte, een
rode en een rose. Aan
haar rechterarm bungelt
een tas. Maria weet wat ze
wil. Het oudje sjokt weg
van paviljoen 5. Enkele
verpleegsters, een arts en
even later ook een vrien
delijke agent dringen
vruchteloos aan op een te
rugkeer.
Maar Maria verkiest de houten
banken in de vredige tuin van
het ziekenhuis, waar keizer
Franz Josef vanaf zijn sokkel
streng over de perken tuurt.
Ze sloft van het ene bankje
naar het andere, achtervolgd
door een radeloze maar vast
houdende verpleegster. Na
ruim een uur wordt dochter
lief opgetrommeld. Die mag
het weerbarstige oudje met
dwingende hand naar binnen
duwen.
En daar, in paviljoen 5 van het
Lainz-ziekenhuis in Wenen,
zit ze nu ongetwijfeld nog. In
het 'Dodenpaviljoen' van de
'Tatortkliniek'. Het oude, ma
jestueuze hospitaal heeft sinds
vorige week vrijdag geen ge
brek meer aan lugubere bijna
men. „Massamoord", draagt
Andreas, een jonge Wener die
net de poort binnenstapt, bij
aan het drama. „Waar moet
dat naar toe met de naam van
Oostenrijk".
Tegenover de politie hebben
de vier hulpverpleegsters, de
'Engelen des Doods', inmiddels
de moord op de 48 patiënten
bekend. Volgens haar onder
vragers heeft de 30-jarige
hoofdverdachte Waltraud W.
duidelijk gemaakt, dat het me
rendeels „lastige patiënten"
betrof, „die zo beter af zijn".
De methodes van de vier lie
gen er niet om. Ze injecteer
den met overdoses insuline en
het kalmeringsmiddel rophy-
nol, of ze gaven de patiënten
'Mundpflege', zo bekenden ze.
De vertaling van die laatste
term, is niet zo onschuldig als
hij klinkt: een mede-verdachte
kneep de neus van een bejaar
de dicht en hield de mond met
een houten spatel open, waar
op Waltraud W. een flinke
hoeveelheid water naar bin
nen goot, die doorsijpelde naar
de longen.
De Heks
In Oostenrijk, Wenen en in de
tuin van het Lainz-ziekenhuis
in het bijzonder is het drama
al een week lang gesprek van
de dag. Tussen de perken van
de 'Tatortkliniek', zij aan zij op
de houten bankjes, wisselen de
patiënten de jongste waarhe
den en geruchten uit. Ze we
ten dat Waltraud W. al jaren
lang voor 'De Heks' dóórgaat
en dat ze regelmatig beweerde:
„Bij mij is altijd wel een bed
vrij". Een lugubere boodschap,
beseffen de patiënten nu ze
daar in het Weense zonnetje
over nadenken. „Maar geen
naam in de krant. Ik moet
hier nog langer liggen. Boven-
mijn
De vier verdachten in de Weense moordzaak van links naar rechts:
Waltrud Wagner Maria Gruber Irene Leidolf en Stefanie Mayer.
dien heb ik het best r
De schrik zit er goed in. Niet
»ens zozeer bij de patiënten die
de inmiddels gesloten afdeling
D van paviljoen 5 bevolkten.
Veel meer bij het verplegend
personeel. Dat mag van de po
litie echter geen mond open
doen in het belang van het on
derzoek. Maar een hulp ver
pleegster kan het niet laten.
„Wanneer je nu bij een patiënt
komt, weet je niet wat hij van
je denkt: is dit een moordena
res of een behulpzame
De afgelopen dagen hebben de
nabestaanden van de 3126 pa
tiënten die sinds 1982 op de
„Dodenafdeling" zijn gestor
ven, massaal hun zorg geuit.
Ze draaien het nummer van
Heinz Denk, ombudsman van
de Weense gezondheidsdienst.
Lekke band
Andere verontwaardigde men
sen bellen niet. Ze reageren op
hun manier. Een verpleger
van paviljoen 5 vond dezer da
gen zijn auto met lekgestoken
banden terug op de parkeer
plaats. En het aantal bommel
dingen bij het Lainz-zieken
huis is deze week opgelopen
De bijzondere vergadering van
de Weense gemeenteraad be
gint donderdag met een mi
nuut stilte. Burgemeester Hel
mut Zilk praat over „het
zwaarste uur uit mijn leven en
misschien uit dat van alle
raadsleden". En wethouder
Stacher verkondigt: „Onze be
langrijkste opgave is het nu
om het vertrouwen van de pa
tiënten in de artsen en ver
pleegkundigen te herstellen".
De gemeenteraad besluit een
onderzoekscommissie van in
ternationale experts in te stel
len. Die moet uitzoeken hoe
het allemaal zover heeft kun
nen komen in het Lainz-zie
kenhuis. En hoe het in de toe
komst voorkomen kan wor
den. De zoveelste commissie
overigens die zich met de af
faire gaat bemoeien. Ook de
gezondheidsdienst heeft er al
een aangesteld en burgervader
Zilk besloot eerder zelf tot de
vorming van een 'disciplinaire
Moordzaken
En uiteraard is er ook nog de
afdeling moordzaken van de
Weense politie. Die werkt met
dertig man sterk aan de zaak
van de 'Engelen des Doods'.
De leider van het onderzoek is
dr. Max Edelbacher. Hij wil
wel even praten, ook al heeft
hoofdcommissaris Gunther
Bogl een informatiestop afge
kondigd. Maar details kan en
wil hij niet geven.
Edelbacher wenst evenmin te
speculeren. Hij houdt zich aan
de feiten: vier daders hebben
tot nu toe 48 moorden bekend,
al krabbelen ze sinds donder
dag weer wat terug. „Een van
FOTO'S: AP
de gevallen kunnen we met
eigen bewijsmateriaal onder
steunen. Alleen een bekente
nis is onvoldoende voor een
veroordeling". Misschien zijn
er nog meer daders, doet Edel
bacher geheimzinnig, mis
schien loopt het slachtoffe
raantal nog wel op. Het onder
zoek heeft zich tot nu toe toe
gespitst op de afgelopen twee
jaar De komende weken dui
ken de rechercheurs verder
terug in de tijd. Een van de
verdachten heeft al gezegd dat
ze in dat geval op wel twee
honderd doden kunnen stui-
Edelbacher reageert ook op de
kritiek die deze week over de
Weense politie is heenge-
strooid. „Die is onjuist, on
rechtvaardig ook". De aantij
gingen betreffen een eerder
onderzoek van Edelbacher en
zijn manschappen naar de
mysterieuze dood van een pa
tiënt in paviljoen 5. Op 19 april
1988 sterft daar de 84-jarige
Anna Urban aan een overdosis
rophynol. Een arts maakt te
genover afdelingschef prof. dr.
Franz Pesendorfer gewag van
zijn vermoeden dat er opzet in
het spel is geweest. De chef
haalt de politie erbij. Maar als
die naarstig begint te speuren
op de afdeling, trekt Pesendor
fer elke medewerking in. Hij
weigert de naam van zijn in
formant te noemen danwel an
dere aanwijzingen te geven.
„We stuitten op een muur van
stilzwijgen. Daardoor liep het
onderzoek vast", herinnert po
litiechef Edelbacher zich. Deze
week heeft Waltraud W. de
moord op Anna Urban be
kend.
Inmiddels ook is prof. dr. Pe
sendorfer tot nader order ge
schorst. Burgemeester Zilk
ging daar hoogstpersoonlijk
toe over op aandrang van de
politie, die dit keer niet op een
muur van zwijgen wil vastlo
pen. Haar vertrouwen in de
chef-arts, die zelf vorige week
overigens wel de zaak op
nieuw aan het rollen bracht
omdat hij zo zijn bedenkingen
had over de dood van drie pa
tiënten, is verdwenen. „Maar
zie deze schorsing alsjeblieft
niet als een voor-veroorde
ling", smeekte wethouder Sta
cher afgelopen woensdag.
Pesendorfer voelt zich echter
wel degelijk de zondebok. „Ie
mand moet verantwoordelijk
gesteld worden. Het is niet
meer dan logisch dat ze dan bij
het hoofd van een afdeling te
recht komen. Vraag me niet
hoe de vier tot hun daden zijn
gekomen. Wellicht wilden ze
tonen dat zij het zijn die het
werk doen en dus kunnen be
slissen over leven en dood".
Daarmee verwijst Pesendorfer
naar de discussie die in Oos
tenrijk opgelaaid is over het
werk en de competentie van
hulpverpleegsters. Zij leren in
185 uur hoe patiënten te voe
den, bedden te verschonen en
bloemen te schikken. Maar in
veel ziekenhuizen moeten ze
het werk van een gediplo
meerde kracht doen.
TWAN VAN DEN BRAND
Hartebrugkerk (Leiden): Concert
door Christelijke Oratoriumvereni
ging Con Amore onder leiding van
In een gepaste entourage, de
Leidse Hartebrugkerk, gaf
Con Amore gisteravond een
concert dat volledig uit reli
gieuze werken bestond. Er
heerste van begin af aan een
wat ongedwongen sfeer, daar
het merendeel van dè aanwe
zigen achterstevoren in de
kerkbanken zat om een goed
zicht te hebben op het koor
dat zich, op instagatie van diri
gent Piet Kiel jr., boven, nabij
het orgel had opgesteld. Deze
oplossing was uit nood gebo
ren, omdat wanneer het koor
voorin zou staan, het moeilijk
zou zijn om orgel en koor gelij
ke tred te laten houden, aan
gezien in de Hartebrugkerk de
orgelklanken er enkele secon
den over doen voordat ze
voorin de kerk hoorbaar zijn.
Grofweg viel het concert in
vier delen uiteen: werken voor
orgel (solo), werken voor koor
met orgel, werken voor een
altsolist en orgel en één werk
voor een altsolist, koor en or
gel. Het koor zong onder lei
ding van Piet Kiel jr. geïnspi
reerd, maar vaak wat te traag.
Wel werd er overwegend zui
ver en verstaanbaar gezongen,
waarbij wel opvallend was dat
de damesstemmen overheer
sten. De samenwerking met
het orgel verliep niet altijd
even harmonieus, maar dat lag
meer aan de onoplettendheid
van de organist dan aan de in
zet van het koor. Ook in de so-
lowerken voor orgel viel op
het spel van de organist het
een en ander aan te merken.
Het werk 'Komm Heiliger
Geist, Herre Gott' van Buxte-
hude (1637-1707) mocht nog
overtuigend klinken, Joop
Schets wist hier namelijk de
melodieuze lijnen die door het
werk lopen nog duidelijk tot
uiting te laten komen. Met het
'Cantabile' van César Franck
(1822-1890), dat door zijn wis
selingen in dynamiek en regis
ters van een hoge moeilijk
heidsgraad is, kon hij wel erg
slecht uit de voeten.
Anders was het gesteld met de
soliste Marijke Derksen. Hoe
wel zij soms wat te uitbundig
en met teveel vibrato haar lie
deren zong, en in het lage re
gister niet over genoeg volume
beschikte, wist zij met haar
warme stem te ontroeren en
dan met name,in de 'Drei Bi-
blische Lieder' van Antonin
Dvorak. In deze fijnzinnige
werkjes bleek ook duidelijk
het vakmanschap van de Tsje
chische componist uit de hele
subtiele orgelversierinkjes.
Con Amore wist het meest te
overtuigen in de bekende
koorwerken 'Lead me, Lord'
van de Britse componist S.S.
Wesley en het 'Geistliches
Lied' van Felix Mendelsohn-
Bartholdy (1809-1847). In het
eerstgenoemde werk slaagde
het koor erin de intensiteit die
dit werk kenmerkt, doordat er
van wisseling in de dynamiek
in het geheel geen sprake is,
naar behoren te vertolken. Het
'Geistliches Lied' van Mendel
sohn vergde nog veel meer
van het koor, en uiteraard ook
van de solist en de organist.
Gezegd moet worden dat hoe
wel de overgangen in volume,
zowel van koor, soliste en or
gel niet altijd even mooi en
soepel tot stand kwamen, de
musici tesamen, door hun inle
vingsvermogen in dit god
vruchtige werk, tot een heel
aanvaardbaar resultaat kwa-
mei1 PETER VAN VEEN
Voor een uitgebreide
agenda, ook voor de ko
mende dagen, raadplege
men „UIT", de gratis we
kelijkse bijlage van deze
krant.
bioscopen
ALPHEN AAN DEN RIJN EU
ROCINEMA I (Van Boetzelaer-
straat 6, tel. 01720-20800): The
Bear (al); 18.45, 21.15. za. zo.
wo. ook 13.45. zo. ook 16.15.
EUROCINEMA II: Rain Man (al);
18.45, 21.30. za. zo. wo. ook
13.30. zo. ook 16.00. EUROCI
NEMA III: Dead pool (12); 18.30,
21.00. zo. ook 16.00. Avontuur
met een staartje (al); za. zo. wo.
14.00. EUROCINEMA IV:
Twins (al); 18.45, 21.30. za. zo.
wo. ook 13.45. zo. ook 16.15.
LEIDEN LUXOR (Stationsweg
19, tel. 071-121239): Twins (al);
19.00, 21.15. za. zo. wo. ook
14.30. LIDO en STUDIO
(Steenstraat 39, tel. 124130):
Rain Man (al); 14.30, 18.45,
21.15. Working girl (12); The
Accused (12); The Bear (al);
14.30, 19.00, 21.15. A fish cal
led Wanda (al); 19.00, 21.15. do.
vr. ma. di. 14.30. Lady en de Va
gebond (al); za. zo. wo. 14.30.
•TRIANON (Breestraat 31. tel.
123875): Amadeus (al); 20.00.
za. zo. ook 14.00. REX (Haar
lemmerstraat 52. tel. 071-
125414): Maagd af (16); 14.30,
19.00, 21.15.
KATWIJK CITY THEATER I
(Badstraat 30, tel. 01718-74075):
Fish called Wanda (al); 19.00,
21.15. za. zo. wo. ook 14.45.
CITY THEATER II: Cocktail (al);
19.00, 21.15. zo. ook 14.45. Tom
and Jerry (al); za. wo. 14.45.
VOORSCHOTEN GREENWAY
(tel. 01717-4354): A fish called
Wanda (al); do. t/m zo. 19.00,
21.15. ma. t/m wo. 20.15. za. zo.
wo. 15.45. Big (al); do. 19.00. vr.
za. 19.00, 21.15. zo. 19.00. Mu-
jeres (al); do. 20.45. zo. t/m wo.
20.45.
15.45. Frank en Frey; z
zo. wo. 14.00. De nieuwe avoi
turen van Pippi Langkous; z
LEIDEN De Leidse zomer-
kledingbeurs wordt dinsdag 18
en woensdag 19 april gehou
den in het pand aan de Caeci-
liastraat 18. De organisatie is
in handen van de Nederlandse
Vereniging van Huisvrouwen
en de Unie van Vrijwilligers.
Op 18 april kan de kleding
worden aangeboden tussen
tien en vier uur. Dinsdag
avond wordt er verkocht van
zeven tot negen uur. Dat ge
beurt ook woensdag van
tot twee uurr
kaasma
Commiss
kg: Fabrii
stuks. st<
den per
gram wit