De gesel van Union Carbide mal Ie Ccidóc (Soivwwit1 ZATERDAG 1 APRIL 1989 PAGINA 27 FOTO'S: PIET DEN BLANKEN BHOPAL - De herinnering is soms een gesel. Dezer dagen wordt India 940 miljoen gulden rijker. Maar slechts een zeer beperkte kring roept hosanna. Het volk voelt opnieuw de pijn, de verontwaardiging laait weer op. Zeker daar in Bophal, de stad van een dikke miljoen mensen. In de krottenwijken krepeert een menigte, die in de nacht van 3 op 4 december 1984 verrast wordt door een gifwolk. Methyl-isocynaat heet het goedje, dat 3300 doden maakt en honderdduizenden, ach eigenlijk ontelbare, gewonden veroorzaakt. De veertig ton gif ontsnapt uit een opslagtank van Union Carbide, een Amerikaanse multinational, die zelfs in eigen land een loopje neemt met de milieu-eisen. „Een reactionaire menseneter, bezeten van winstmaken", constateert het gezaghebbende magazine Fortune. Ruim een maand geleden, op 14 februari, is de grootste industriële ramp aller tijden met een schikking afgekocht. Union Carbide betaalt 940 miljoen gulden, India trekt zijn strafklacht wegens doodslag door schuld in. Het akkoord lokt verbijstering en woede uit. Het bedrag is marginaal, de voorwaarde onacceptabel, zo vindt het volk, dat nog dagelijks de gesel van het verleden voelt. Het trekt naar de hoofdstad New Delhi voor een massaal protest. Professor Madhu Dandavata, leider van de voornaamste oppositiepartij Janata, protesteert in het Indiase Hogerhuis. „Mijn land heeft verraad gepleegd aan de slachtoffers van de giframp en zich overgeleverd aan Union Carbide". Maar ook in de kring van studenten en juristen, die spontaan een solidariteitscomite oprichten, heerst onbegrip. Is 940 miljoen een rechtvaardig bedrag voor 3300 doden en die ontelbare gewonden? Bij een bevestigend antwoord rest de vraag of het geld wel bij de juiste lieden terecht komt. In de sloppen van Bophal klinkt een ontkennend antwoord. De regering van premier Rajiv Gandhi wijst op de realiteit. Een De giframp heeft diepe wonden achtergelaten. Niet alleen lichamelijk ook geestelijk. Boven: Sinds december 1985 staat dit beeld van een moeder met een hand voor haar ogen en een kind op haar arm voor de poort van Union Carbide in Bophal. Een werk van de Nederlandse beeldhouwster Ruth Waterman, die inmiddels de toegang tot India ontzegd is. proces kan al gauw twintig jaar kosten. Dat heelt de wonden toch ook niet. En dan, weer dat financiële plaatje. Wat zou een veel hogere schadevergoeding in 2010 nog werkelijk wat waard zijn, gezien de vlotte geldontwaarding? Maar woordvoerder Jabbar Kahn van „Bophal Gas Pint Mahila Udyog Sangathan", de vereniging van slachtoffers, praat alleen in termen van leed. Die vereisen in zijn ogen een gang naar het Internationale Hof van Justitie. Nog elke maand sterven er gemiddeld zo'n 25 bewoners in de krottenwijken rond Union Carbide, de fabriek die tot spookhuis verworden is en nog slechts bewoond wordt door een bewakingsdienst. „Moordenaar Carbide", waarschuwt de omheining. In totaal hebben 540.000 mensen een schadeclaim ingediend bij de Indiase overheid. Een geflatteerd cijfer geeft Kahn toe. Oplichters grijpen hun kans. Zo gaat het verhaal over een man, die na twee jaar hard werken in Bombay nietsvermoedend terugkeert in de sloppen van Bophal en snel het gevang in mag. Zijn familie heeft hem als dodelijk slachtoffer van de giframp opgegeven teneinde een paar duizend guldens schadeloosstelling te incasseren. De vereniging van slachtoffers acht 300.000 claims reëel. Het is de laatste hoop op een beetje geld en dus een beetje leven voor de blinden en invaliden, de mensen die lijden aan ademhalingsstoornissen, verlammingen, bloedarmoede, lever-, long- en nieraandoeningen, mentale depressies, nachtmerries en angstpsychoses. En voor de vrouw, die een misvormd kind baart. Fotograaf Piet den Blanken zag al het lijden en legde het vast. „De mensen waren blij met de aandacht. Ze voelden zich door alles en iedereen vergeten", merkt hij op. De herinnering is soms een gesel. TWAN VAN DEN BRAND Niet iedere slachtoffer is in staat om zijn recht te halen. Deze oude Indiër werd blind, maar verzwakte ook lichamelijk zozeer dat hij niet in de rij kon gaan staan om een schadeclaim in te dienen. Onder: De rampfabriek in Bophal. Union Carbide leed in de gehele wereld een enorm prestigeverlies en probeerde onder zijn verantwoording uit te komen, door een wraakzuchtige ontslagene als schuldige aan te wijzen. Nog altijd krepeert de bevolking in de krottenwijken van Bophal. „Killer Carbide". De protestkreet op de muur, die Union Carbide van de krottenwijken scheidt. Enkele maanden na de ramp sloot de fabriek zijn deuren om nooit meer open te gaan.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1989 | | pagina 27