Rentree
Andersen
roept vele
vragen op
Sa, SPORT
CeidaeSoirumt
I
1/
Bob Roll Indiaan in de winter, profwielrenner in de zomer
/voetbaliërlei
rii
Museum
ZATERDAG 4 MAART 1989 PAGINA 11
Haan uit de gratie
Arie Haan maakt moeilijke
-tijden door. Nog maar enkele
maanden geleden werd hij
door de fans en de spelers van
VfB Stuttgart op handen ge
dragen, hetgeen vooral bleek
bij zijn veertigste verjaardag
op 16 november, maar nu
Jürgen Klinsmann door een
blessure niet in staat is te sco
ren en de defensie fout op
fout stapelt en de formatie
van Haan vrijwel zeker is uit
geschakeld in de titelrace be
gint de achterban te morren.
Zelfs in de spelersgroep
neemt de bewondering voor
de Nederlander af. Haan
proeft ook zelf het begin van
het ongenoegen bij de ploeg
en heeft tijdens een bijeen-
Careca blijft
De Braziliaan Careca heeft
zijn contract bij Napoli ver
lengd met twee seizoenen. De
verbintenis van de spits liep
in juni van dit jaar af. De in
ternational tekende vrijdag
een contract tot juli 1991. Fi
nanciële details werden niet
bekend gemaakt.
Benefiet
Oud-internationals uit dertien
landen zullen zondag in Augs
burg een benefietwedstrijd
spelen tegen een selectie van
de Sovjetunie. De opbrengst
komt ten goede aan de slacht
offers van de aardbevings
ramp in Armenië. Men ver
wacht ongeveer 15.000 toe
schouwers. Tot degenen, die
zijn uitgenodigd, behoren
Franz Beckenbauer, Carlos
Alberto, Mario Kempes en
Arie Haan.
Schandaal
Spelers, oud-spelers en be
stuursleden van de Tsjecho-
slowaakse eerste divisieclub
Bohemians zijn afgelopen
week in Praag voor de rech
ter verschenen. Zij worden
beschuldigd van fraude en het
aannemen van steekpennin
gen. Tot de gedaagden beho
ren de vroegere voorzitter,
penningmeester en secretaris.
Zij zouden tussen 1977 en 1987
clubgelden in geheime fond
sen hebben laten verdwijnen.
Onder de één entwintig spe
lers, die in staat van beschul
diging zijn gesteld, bevinden
zich de huidige aanvoerder
Tomas Matejeck, aanvaller
Zdenek Valek en de vroegere
internationals Tibor Micinec
en Jiri Ondra.
Voorbereiding WK
Het WK '90 nadert met rasse
schreden. Als gastland is Ita
lië uiteraard vrijgesteld van
kwalificatieduels, maar dat
betekent niet dat Italië zich
niet terdege aan het voorbe
reiden is op dat hoogtepunt in
het leven van een tifosi. Maar
liefst twaalf vriendschappelij
ke duels zijn op dit moment al
gepland tot april van het vol
gende jaar. Vier keer is daar
bij sprake van een WK-test
hetgeen inhoudt twee inter
lands in een periode van vier
dagen.
Het oefenprogramma luidt: 25 maart
DEN HAAG De brede
zitting van de ronkende
tractor is ingeruild voor
£et ranke zadeltje van een
racefiets en de boerderij
draait door zonder de
boer. Kim Andersen was
wegens herhaaldelijk do
pinggebruik door de In
ternationale Wielerunie
(ÜCI) levenslang in de
ban gedaan en leek voor
goed veroordeeld tot dras
sige akkers, groene wei-
cx377f den en agrarisch flora.
Maar zie, in een tijd dat de
u'-23$-internationale sportwereld
al het mogelijke doet om
het dopinggebruik aan
i banden te leggen, keerde
de UCI op rasse schreden
54 van zijn eerdere besluit
55 I terug, veranderde de re
glementen en verleende
ÉKim Andersen per 1 janu
ari van dit jaar gratie. De
terugkeer van een Deense
tiebuk banneling in het peloton.
De strafvermindering van de
:e fêUGI wekt op zich bevreem
ding. Het sportjaar van 1988
Verdwijnt in de boeken als het
,(|rijaar van de doping. De on-
le deugden van Bulgaarse gewi-
chtheffers met verdachte pille
tjes en drankjes in Seoul werd
door de internationale sport
wereld nog met een licht sch
ouderophalen afgedaan; de do-
pingmisbruik van sprintko-
jiing Ben Johnson ontnam de
Olympische Spelen in één
klap zijn glans. En ook de
wielrennerij bleef enkele
maanden daarvoor allesbehal-
brandschoon. Tour-winnaar
Pedro Delgado werd betrapt
op het gebruik van probeneci-
goedje om dopingge-
camoufleren, terwijl
bij revelatie Gert-Jan Theu-
'öisse een verhoogde testoste-
ron-schaal werd waargeno
men. En het verhaal wil dat
misdragingen van Franse top-
renners door de Tour-directie
met de mantel der liefde be
dekt werden en hen een
pilaatsje in de bezemwagen
werd aangeboden in plaats
O,
van een zetel in de strafbank.
Hoe dan ook, het toch al ge
schonden imago van de wie
lersport liep een nieuwe fikse
deuk op.
Eigen keuken
Het was dan ook niet voor
niets dat vrijwel iedere inter
nationale sportbond in de don
kere dagen rond Kerst in de
eigen keuken rondsnuffelde
en kwam tot een verscherpte
dopingcontrole en strafopleg
ging. De nieuwe regelgeving
van de UCI staat daar enigs
zins haaks op. Een eerste do-
pingvergrijp levert een prof in
de nieuwe opzet een schorsing
van drie maanden voorwaar
delijk (was één maand) op. In
de praktijk komt dat er op
neer dat een renner onge
stoord verder kan fietsen. Bij
een tweede constatering van
misbruik Van verboden mid
delen in een tijdsspanne van
24 maanden moet een coureur
zes maanden zijn licentie afge
ven. Drie maanden voor de
eerste overtreding en drie
maanden voor de tweede.
Voorheen bedroeg de straf
maat in totaal vier maanden.
En
die
de
derde keer binnen twee jaar
van ongeoorloofde drankjes en
tabletten snoept wordt voor
twaalf maanden geschorst en
niet meer levenslang zoals
vroeger. Een aanmerkelijke
strafverlichting dus van een
bond die 22 jaar geleden als
een der eersten de strijdbijl te
gen dopinggebruik had opge
vat. Maar navraag van de
bond bij gerenommeerde Eu
ropese en ook Amerikaanse ju
risten leerde dat er enige lacu
nes in de wetgeving van de
UCI staan. Een levenslange
schorsing bij een profwielren
ner zou als een verbod op het
uitoefenen van een beroep uit
gelegd kunnen worden. En dat
bleek in strijd met de interna
tionale wetgeving.
Kim Andersen valt de twijfel
achtige eer te beurt de eerste
en vooralsnog enige renner te
zijn die wegens dopinggebruik
zijn licentie voor het leven
diende in te leveren. Vanzelf
sprekend is de lange Deen ook
de eerste die profiteert van de
Kim
Andersen
was
gespeciali
seerd in lange
ontsnap-
1 pingen. De
vraag is, of hij
dat na een
afwezigheid
van een jaar
nog kan.
FOTO: AP
strafvermindering. In totaal
werd de coureur ruim vijftien
maanden van deelname aan
wedstrijden uitgesloten. In de
nieuwe regelgeving
voldoende om per 1 janu
wederom een licentie af te ha
len.
In de herfst van 1986 begon de
ellende voor Andersen toen na
afloop van de Italiaanse koers
Coppa Placci de verboden stof
Norefedrine in zijn urine werd
aangetroffen. In de daaropvol
gende lente liep Andersen op
nieuw tegen de lamp. Na de
Waalse Pijl moest hij zijn plas
je inleveren, andermaal werd
daarin de aanwezigheid van
Norefedrine aangetoond. An
dersen moest vier maanden
aan de kant, maar de straf
bleek een weinig heilzame
werking gehad te hebben. Do
pingcontrole na afloop van de
Tour du Limousin in 1987
wees uit dat Andersen weder
om met zijn vinger door
snoeppot had geroerd. Een on
natuurlijk hoge dosis testoste-
Schuldvraag
De schuldvraag wenst Anders-
en in het midden te laten. „Ik
ben me in ieder geval van
geen kwaad bewust". In de
overtuiging ook nimmer Nore
fedrine tot zich genomen te
hebben, liet Andersen bij dr.
Hans Howald in Magglingen
de herkomst van het goedje
naspeuren. De renner kwam
vervolgens tot de conclusie dat
de Norefedrine-sporen het ge
volg waren van het gebruik
van (tegenwoordig verboden)
coffeïne-tabletten. „De pillen
moeten toen of oud of bedor
ven zijn geweest. Daar moet
het aan gelegen hebben. Ik
weet dat ik geen verboden
middelen gebruikt heb. Maar
dat geen bewijs",
ir de herkomst 1
hoeveelheid testosteron tast
Andersen eveneens in het
duister. „Ik snap er nog steeds
niets van. Dertien dagen voor
dien viel een testosteron-test
nog negatief uit. Vijf dagen
voor de wedstrijd hetzelfde la
ken een pak. En dan blijk je
ineens positief te zijn. Ik zal er
wel nooit achter komen wat
daar precies gebeurd is".
Voor de UCI stond de schuld
van de Scandinaviër echter
vast. Op het UCI-congres op
29 januari van het vorige jaar
werd Andersen aan de
schandpaal genageld en voor
het leven uitgesloten. De
maximale straf kwam voor de
zondaar als een slag in het ge
zicht. Na weken tussen hoop
en vrees geleefd te hebben,
hopend op de mildheid van de
UCI, werkte de straf verlam
mend. Kim Andersen, ooit
en drager van
de gele trui in de Ronde van
Frankrijk, hoefde niet meer in
het peloton terug te keren.
Na van de eerste klap beko
men te zijn keerde Andersen
terug naar zijn geboorteland
Denemarken. De Deen verliet
Luxemburg, sinds zijn prof-de-
buut in 1981 zijn verblijfplaats
gedurende het seizoen, en be
trok in het Jutlandse Malling
een boerderij. Daar, vijftien
kilometer ten zuiden van Aar-
hus, stond zijn tweede thuis,
dat hij twee jaar geleden na ja
ren sparen had gekocht. Het
betekende voor Andersen de
toekomst, het nieuwe tijdperk
als hij zijn fiets definitief aan
de kant moest zetten. Alleen
kwam die toekomst voor hem
noodgewdongen wat te vroeg.
Gratieverzoek
Andersen zag het niet zitten
om op 30-jarige leeftijd en in
de kracht van zijn leven al
„veroordeeld" te worden tot
de boerderij. Via de Deense
wielerbond diende hij bij de
'UCI een gratie-verzoek in.
Ook zijn ploegleider Roger Le-
geay van Z-Peugeot, wendde
zich tot het college. Andersen:
„Er werd me toen meegedeeld
dat er misschien een verande
ring van de regels op komst
was en dat ik daar hoop uit
mocht putten".
De Deen klampte zich vast
aan die vage toezeggingen,
kreeg moraal en ging boven
dien weer in training. Maar
zonder concreet doel, werd het
trainen vaak een kwelling.
„Fasegewijs bereidde ik me zo
voor, alsof ik de volgende dag
mijn licentie terug zou krijgen.
Maar soms was de onzekerheid
zo groot, de toekomst zo vaag
dat ik één, twee weken de
fiets aan de kant zette. Dan
zag ik het even niet meer zit
ten. Ja, je werd er soms gek
Daarom liet Andersen bij tijd
en wijle de boel de boel, nam
afstand van het wielrennen en
concentreerde zich op andere
dingen. De bezigheden rond
zijn pas verworven boerderij
(„Ik heb zelden zo hard
moeten werken") en zijn nieu
we vriendin die hij in de afge
lopen zomer had leren ken-
vormden voor hem een
reddingsanker, een mogelijk
heid om de beslommeringen
te ontvluchten. „Ik leid
de bewust mijn aandacht Van
de kwestie af om me zelf niet
te ergeren. Af en toe moest dat
gewoon even. Mensen die ik
niet eens kende, stuurden ook
brieven of spraken me moed
in. Ook mijn ploeggenoten
hebben altijd voor honderd
procent achter me gestaan. Dat
heeft me gesterkt".
Angst om in het peloton terug
te keren heeft de Deen niet.
„Ik denk namelijk dat renners
zich in mijn situatie kunnen
verplaatsen, begrijpen hoe de
vork in de steel zit." En dan
fel: „Ik ben toch verdorie niet
schuldig als ik limonade drink
en iemand in mijn fles een een
of ander vreemd goedje heeft
geknoeid. Begrijp je?"
In hét vorige jaar heeft An
dersen zo:n 21.000 trainingski
lometers op de fiets afgelegd.
Zo'n tien, tot vijftienduizend
minder dan in een normaal
seizoen. De trainingsachter
stand kan Andersen echter
niet verontrusten. Uiterlijk
tenminste niet. Ook het ont
breken van wedstrijdritme
(dat veel renners na enkele
weken absentie al kunnen
merken) en uithoudingsver
mogen stoort hem niet. „Ik
denk dat ik dat met mijn rou
tine en sterke motivatie snel
genoeg weer op het benodigde
niveau kan brengen. Straks als
de voorbereidingswedstrijden
afgelopen zijn, kunnen we
zien hoe de vlag erbij staat".
Maar toch, de onzekerheid is
veranderd, maar nog immer
aanwezig. Kan een 31-jarige
nog aan de in heviger mate
toegenomen concurrentiestrijd
in het peloton wennen? Kan
Andersen zijn manco, de één
jarige absentie, werkelijk naar
de achtergrond verdringen en
wederom op zijn oude niveau
in de rondte fietsen En krijgt
hij de tijd om het brandmerk
van de veroordeling te laten
verdwijnen? Kortom, hoe lang
laat een veroordeling wegens
dopinggebruik zijn sporen ach
ter....
PETER WEKKING
49,6]
;AGRIGENTO Een ade
laar aan de linkeroorlel,
een amulet slingerend aan
het rechteroor, aan alle
vingers knotsen van rin
gen, om de pols een brede
armband en een ketting
met talismannen om de
hals. Alles van zwaar zil
ver, handwerk van india
nen.
Jn de Siciliaanse Wielerweek
Was de Amerikaan Bob Roll
jQQlangs een aparte verschij
ning. Op frisse ochtenden wil-
-de_hij.ook wel eens broek van
luipaardhuid aantrekken of
"een leren jack met grote
doodskop achterop. Hij was
dan ook nog maar net terug
-van een winter in de Sierra
Nevada, ten noordwesten van
"iDeath Valley", waar hij lééft
n wal als een indiaan,
ising isSinds hij acht jaar geleden ont
snapte aan de jeugdbende van
Oakland in Californië is hij in
de zomer wielrenner en in de
^^kWinter indiaan. „Na het sei-
g^K$óên trek ik me terug in mijn
Hgolókhut in de bergen. Ik woon
daar heel alleen op 3000 meter
hoogte met tien meter sneeuw
om mij heen. De beschaving is
minstens honderd mijl ver
weg. Soms ga ik bij de india
nen van de Zuni-stam op be
zoek, soms kloppen ze op mijn
deur tijdens de jacht".
In zijn zelfgebouwde blokhut
ontbeert Roll electriciteit en
warm water. „Het léven in de
bergen is primitief. Na een
wielerseizoen met die massa's
mensen langs de kant, al dat
lawaai en de druk van het
presteren wil ik niet anders.
Als ik bij mijn hut aankom,
zoek ik een dikke boom en
hak ik die tot brandhout. Na
de eerste sneeuwval, dood ik
met pijl en boog een hert.
Soms twee. Dat ïs mijn mond
voorraad voor de hele winter.
Schiet ik er een moet ik zuinig
aandoen, schiet ik twee herten
kan ik de hele winter volop
vlees eten. De huiden gebruik
ik als deken. Zo'n hert doden
is niet zo'n kunst. Door de eer
ste sneeuw raken ze in de war,
ze weten niet direct wat er ge
beurt en bovendien zijn ze ge
makkelijk te volgen".
Roll leerde bij de indianen ook
een vrouw kennen. Omdat hij
als blanke niet in de Zuni-
stam kan worden opgenomen,
komt zij af en toe op bezoek in
de blokhut. „Kiara heet ze en
ze is geweldig. Op een avond
kwam ze op bezoek en was ik
niet thuis. Ik was gaan drin
ken met een paar indianen. Ze
heeft zich die avond verstopt
en gewacht tot ik thuis kwam.
Toen ik sliep bond ze me met
touwen aan het bed vast en
gaf me vervolgens een pak
slaag met de bezem."
Als Bob Roll van zijn berg
valt, is het met hem gedaan.
Niemand weet dat hij daar zit,
niemand mist hem. „Het is
best zo", vertelde hij op Sicilië,
„het is daar heerlijk. Ik kan
daar dagen alleen zijn met
mijn gedachten. Ik ben van
niemand afhankelijk. Verze
keringen hoef ik niet, ik be
taal daar geen belasting, niets.
Jeugdbende
De wielrenner/indiaan is Cali-
forniër. Hij groeide op in Oak
land en werd op jonge leeftijd
lid van een jeugdbende. „Ik
was bijna elke dag verwikkeld
in knokpartijen op straat. Met
de bende hebben we ook auto's
gestolen. Voor je achttien jaar
bent, kan justitie je niet veel
maken. De politie zet je hoog
uit een of twee dagen in de ge
vangenis. Maar op 18-jarige
leeftijd ben je volwassen en
draai je voor lange tijd de ge
vangenis in voor het stelen
van een auto".
Toen Roll dat besefte, besloot
hij te ontsnappen aan de
jeugdbende. „Dat was moeilijk,
want zo'n bende laat je niet zo
maar gaan. Ik moest dus weg
gaan naar een totaal andere
wereld, ver weg. Zo kwam ik
in de Sierra Nevada terecht,
mijlenver van het overbevolk
te Californië. De indianen
hebben er voor gezorgd, dat ik
de eerste winter niet ben
doodgevroren. Ik had alleen
een tent bij me. De Zuni's ga
ven me een dikke buffelhuid".
In de zomer ging Bob Roll
wielrennen. Groot en sterk
kon hij goed meekomen in de
amateurkoersen. Binnen drie
jaar kreeg hij i
beroepsrenner aangeboden
van Mike Neel. De ploegleider
van 7Eleven zag in hem een
ideale helper voor kopman
Andy Hampsten. Neel zegt
over de zonderling: „Zo lang
hij fietst, blijft hij in de ploeg.
Hij is vreselijk sterk en trekt
de ploeg op beslissende mo
menten door de moeilijkheden
heen. Hampsten heeft veel aan
hem te danken bij zijn over
winningen in de Ronde van
Zwitserland '87 en Ronde van
Italië '88".
Volgens Bob Roll zal Hamp
sten dit jaar de Ronde van
Frankrijk winnen. „De Giro
rijdt hij als training, net als
Delgado dat vorig jaar heeft
gedaan. Andy is een fantasti
sche wielrenner. In de bergen
kunnen niet veel zijn- wiel
houden. Ik zal er voor zorgen,
dat hij geen domme dingen
uithaalt in de koers".
Na een winter eenzaamheid
stapt Roll graag op de fiets.
„Als coureur ben je net een
baby. Van 's morgens vroeg tot
's avonds laat wordt alles voor
je gedaan. De mecaniciën
poetst je fiets, de
wrijft je benen en zorgt voor je
voeding, de ploegleider zegt
wat je moet doen. Het fijne
van deze sport vind ik ande
ren te helpen. Vooral Andy.
Als hij na afloop „Thank you
Bob" zegt, is dat voor mij vol
doende. De wielerploeg is een
grote familie, we zijn allemaal
broers van elkaar".
Roll koerst als beroepsrenner,
hij wordt door de Amerikaan
se sponsor goed betaald. Elk
jaar tekent hij een nieuw con
tract, zonder het te lezen.
„Geld interesseert me niet. Ik
heb het niet nodig als ik de
bergen intrek. Ik hoef ook
niets te sparen voor later. Mijn
salaris gaat automatisch naar
de bank. Mijn broer en zus
kunnen er hun studie van be
talen. Mijn ouders mogen het
gebruiken voor een reis naar
China als ze willen, want zelf
bezitten ze niets. Als zij ie
mand kennen die geld nodig
heeft, mogen ze het geven.
Aan de kerk, of aan mensen
die honger hebben".
Geld heeft voor Roll geen
waarde. „Als ik rijk wilde
worden, zou ik het zware
beroep van wielrenner niet
uitoefenen. Dan was ik wel
advocaat, diamantslijper of
drugssmokkelaar geworden".
Eerzucht
Roll heeft ook nauwelijks eer
zucht. Om uitslagen geeft hij
niets, Behalve in één koers:
Parijs-Roubaix. „Ik vind het
heerlijk over de kasseien te ra
cen. Dat ligt me goed. Ik hoop
dat ik die race dit jaar voor ei
gen kans kan rijden. Parijs-
Roubaix is de enige koers, die
ik kan winnen".
Roll zal in het komende sei
zoen niet vaak als winnaar ge
huldigd worden. Wel zal hij
overal opvallen met zijn ver
schijning. Met alle versierselen
volgt hij de gewoonten van de
indianen. „Zij leven tenminste
zoals het in de natuur toegaat.
Bij de dieren zijn de mannetjes
het mooist, bij de Indianen
maken de mannen zich mooi,
de vrouwen niet. Alleen in de
blanke-samenleving is het an
ders, zijn het de vrouwen die
zich mooi maken. Mijn voor
keur gaat uit naar de levens
opvatting van de indianen.
Recht-toe-recht-aan, puur na
tuur".
door Frank Werkman
We kunnen binnenkort weer
een inzamelingsactie
verwachten. Welke
zendgemachtigde zich met
deze klus gaat belasten, is
onbekend, maar ik gok op de
ATV-omroepen in sommige
kringen ook wel aangeduid als
Algemene Truttigheid
Verspreiders. Na de krukassen
en de drempels is nu de
aperots aan de beurt. En waar
kan zich deze laatste oprisping
van nationale
lotsverbondenheid beter op
richten dan ons Nieuwe Land,
het aan de zee ontrukte rijk
van opperhoofd Han
Lammers?
Nieuwste loot aan de stam van
landelijke leuractiviteiten is
het beoogde sportmuseum in
Dronten. Dit oord genoot tot
dusver bekendheid vanwege
het ontmoetingscentrum De
Meerpaal en het pretcentrum
De Flevohof. Maar daar moet
verandering in komen, zo
menen de initiatiefnemers.
Wat hen betreft richt heel op
recreatie belust Nederland
straks de motorkap van kadett
en volkswagen naar Dronten
voor een stevige duik in het
sportieve verleden.
Begin deze week kregen we
meer inzicht in het project, dat
pal naast De Flevohof moet
verschijnen. Daar komen
jaarlijks zo 'n half miljoen
mensen hun zakgeld verteren.
Voldoende volk in de buurt
om ze een extra dukaat uit de
zak te kloppen derhalve. Hele
ritsen museumpjes in Emmen
en Ommen-land danken hun
bestaan aan de tijdelijke
bewoners van
bungalowparken tenslotte. Dus
met een héél dorp op een
steenworp afstandmoeten
de plannenmakers hebben
gedacht.
De potentiële museumdirectie
heeft zelfs nog meer bedacht
om de landerige leegloper voor
het gesloten videocircuit, de
bingomiddag en het
plaatselijke schaapscheren weg
te rukken. Bezoekers aan het
sportmuseum kunnen, zo is de
bedoeling, zelf de benen
strekken op een atletiekbaan
of als echte apen een heuse
rots beklimmen.
Belangstellenden mogen
derhalve in trainingspak
komen, zo wordt gemeld. Dat
komt goed uit, want het
trainingspak is in
vakantieland toch al de meest
populaire outfit. Hele horden
geciviliseerde holbewoners
gaan tegenwoordig zó gekleed
op pad. Niet alleen naar bos en
heide, maar ook naar Chinees
en Griek. Deze bonte rijen
dienen zich dus vanaf pakweg
1992 te vervoegen bij het
museum in Dronten om daar
ook kennis te nemen van
onbekende sporten, zoals daar
zijn klootschieten, kaatsen,
kastiebal en dergelijke.
Dat klinkt mooi, maar men
maakt een denkfout. Mensen
in trainingspak zijn absoluut
niet belust op actie. Wie zich
in het aanpalende Center Pare
in de buurt van Dronten hult
in zo'n uitmonstering doet dat
doorgaans uit pure luiheid.
Men slaapt er zelfs in. Hetgeen
aan de smoezelige staat,
waarin dit soort tenues zich
vaak bevindt ook is af te
lezen. De enige daad die
regelmatig wordt gedaan is het
ontkurken van een bierfles en
het maken van een
peristaltische beweging.
Het sportmuseum moet tussen
de zes en tien miljoen gulden
gaan kosten. Een flink bedrag,
ondanks het feit dat de
architect Rem Koolhaas wiens
ontwerp voor een nieuw
stadhuis door de Haagse
bevolking het mooist werd
gevonden) aan de wieg staat
van het ontwerp. Om de zaak
financieel een beetje rond te
breien moet straks iedere
sporter in ons land een
bijdrage leveren. Men neemt
dan tevens deel aan een loterij
met een maandelijkse
prijzentrekking. Hoofdprijs:
een lang weekeinde in een
bungalow van Piet Derksen in
Flevoland. Zo snijdt het mes
aan twee kanten.
Het getuigt van durf en
ondernemerszin om in een tijd
dat musea overwegen werken
te verkopen om een
verbouwing te bekostigen een
museum op te richten. In
Haarlem en Friesland bestaan
al materiaalverzamelingen
van honkbal, kaatsen en de
elfstedentocht, maar ze leiden
een kwijnend bestaan. Ik
vrees dat het 't beste is de
maquette van Koolhaas in een
reeds bestaand
rariteitenkabinet onder te
brengen. Kan de liefhebber
zich er over honderd jaar nog
eens over verbazen.