Rentree Andersen roept vele vragen op Sa, SPORT CeidaeSoirumt I 1/ Bob Roll Indiaan in de winter, profwielrenner in de zomer /voetbaliërlei rii Museum ZATERDAG 4 MAART 1989 PAGINA 11 Haan uit de gratie Arie Haan maakt moeilijke -tijden door. Nog maar enkele maanden geleden werd hij door de fans en de spelers van VfB Stuttgart op handen ge dragen, hetgeen vooral bleek bij zijn veertigste verjaardag op 16 november, maar nu Jürgen Klinsmann door een blessure niet in staat is te sco ren en de defensie fout op fout stapelt en de formatie van Haan vrijwel zeker is uit geschakeld in de titelrace be gint de achterban te morren. Zelfs in de spelersgroep neemt de bewondering voor de Nederlander af. Haan proeft ook zelf het begin van het ongenoegen bij de ploeg en heeft tijdens een bijeen- Careca blijft De Braziliaan Careca heeft zijn contract bij Napoli ver lengd met twee seizoenen. De verbintenis van de spits liep in juni van dit jaar af. De in ternational tekende vrijdag een contract tot juli 1991. Fi nanciële details werden niet bekend gemaakt. Benefiet Oud-internationals uit dertien landen zullen zondag in Augs burg een benefietwedstrijd spelen tegen een selectie van de Sovjetunie. De opbrengst komt ten goede aan de slacht offers van de aardbevings ramp in Armenië. Men ver wacht ongeveer 15.000 toe schouwers. Tot degenen, die zijn uitgenodigd, behoren Franz Beckenbauer, Carlos Alberto, Mario Kempes en Arie Haan. Schandaal Spelers, oud-spelers en be stuursleden van de Tsjecho- slowaakse eerste divisieclub Bohemians zijn afgelopen week in Praag voor de rech ter verschenen. Zij worden beschuldigd van fraude en het aannemen van steekpennin gen. Tot de gedaagden beho ren de vroegere voorzitter, penningmeester en secretaris. Zij zouden tussen 1977 en 1987 clubgelden in geheime fond sen hebben laten verdwijnen. Onder de één entwintig spe lers, die in staat van beschul diging zijn gesteld, bevinden zich de huidige aanvoerder Tomas Matejeck, aanvaller Zdenek Valek en de vroegere internationals Tibor Micinec en Jiri Ondra. Voorbereiding WK Het WK '90 nadert met rasse schreden. Als gastland is Ita lië uiteraard vrijgesteld van kwalificatieduels, maar dat betekent niet dat Italië zich niet terdege aan het voorbe reiden is op dat hoogtepunt in het leven van een tifosi. Maar liefst twaalf vriendschappelij ke duels zijn op dit moment al gepland tot april van het vol gende jaar. Vier keer is daar bij sprake van een WK-test hetgeen inhoudt twee inter lands in een periode van vier dagen. Het oefenprogramma luidt: 25 maart DEN HAAG De brede zitting van de ronkende tractor is ingeruild voor £et ranke zadeltje van een racefiets en de boerderij draait door zonder de boer. Kim Andersen was wegens herhaaldelijk do pinggebruik door de In ternationale Wielerunie (ÜCI) levenslang in de ban gedaan en leek voor goed veroordeeld tot dras sige akkers, groene wei- cx377f den en agrarisch flora. Maar zie, in een tijd dat de u'-23$-internationale sportwereld al het mogelijke doet om het dopinggebruik aan i banden te leggen, keerde de UCI op rasse schreden 54 van zijn eerdere besluit 55 I terug, veranderde de re glementen en verleende ÉKim Andersen per 1 janu ari van dit jaar gratie. De terugkeer van een Deense tiebuk banneling in het peloton. De strafvermindering van de :e fêUGI wekt op zich bevreem ding. Het sportjaar van 1988 Verdwijnt in de boeken als het ,(|rijaar van de doping. De on- le deugden van Bulgaarse gewi- chtheffers met verdachte pille tjes en drankjes in Seoul werd door de internationale sport wereld nog met een licht sch ouderophalen afgedaan; de do- pingmisbruik van sprintko- jiing Ben Johnson ontnam de Olympische Spelen in één klap zijn glans. En ook de wielrennerij bleef enkele maanden daarvoor allesbehal- brandschoon. Tour-winnaar Pedro Delgado werd betrapt op het gebruik van probeneci- goedje om dopingge- camoufleren, terwijl bij revelatie Gert-Jan Theu- 'öisse een verhoogde testoste- ron-schaal werd waargeno men. En het verhaal wil dat misdragingen van Franse top- renners door de Tour-directie met de mantel der liefde be dekt werden en hen een pilaatsje in de bezemwagen werd aangeboden in plaats O, van een zetel in de strafbank. Hoe dan ook, het toch al ge schonden imago van de wie lersport liep een nieuwe fikse deuk op. Eigen keuken Het was dan ook niet voor niets dat vrijwel iedere inter nationale sportbond in de don kere dagen rond Kerst in de eigen keuken rondsnuffelde en kwam tot een verscherpte dopingcontrole en strafopleg ging. De nieuwe regelgeving van de UCI staat daar enigs zins haaks op. Een eerste do- pingvergrijp levert een prof in de nieuwe opzet een schorsing van drie maanden voorwaar delijk (was één maand) op. In de praktijk komt dat er op neer dat een renner onge stoord verder kan fietsen. Bij een tweede constatering van misbruik Van verboden mid delen in een tijdsspanne van 24 maanden moet een coureur zes maanden zijn licentie afge ven. Drie maanden voor de eerste overtreding en drie maanden voor de tweede. Voorheen bedroeg de straf maat in totaal vier maanden. En die de derde keer binnen twee jaar van ongeoorloofde drankjes en tabletten snoept wordt voor twaalf maanden geschorst en niet meer levenslang zoals vroeger. Een aanmerkelijke strafverlichting dus van een bond die 22 jaar geleden als een der eersten de strijdbijl te gen dopinggebruik had opge vat. Maar navraag van de bond bij gerenommeerde Eu ropese en ook Amerikaanse ju risten leerde dat er enige lacu nes in de wetgeving van de UCI staan. Een levenslange schorsing bij een profwielren ner zou als een verbod op het uitoefenen van een beroep uit gelegd kunnen worden. En dat bleek in strijd met de interna tionale wetgeving. Kim Andersen valt de twijfel achtige eer te beurt de eerste en vooralsnog enige renner te zijn die wegens dopinggebruik zijn licentie voor het leven diende in te leveren. Vanzelf sprekend is de lange Deen ook de eerste die profiteert van de Kim Andersen was gespeciali seerd in lange ontsnap- 1 pingen. De vraag is, of hij dat na een afwezigheid van een jaar nog kan. FOTO: AP strafvermindering. In totaal werd de coureur ruim vijftien maanden van deelname aan wedstrijden uitgesloten. In de nieuwe regelgeving voldoende om per 1 janu wederom een licentie af te ha len. In de herfst van 1986 begon de ellende voor Andersen toen na afloop van de Italiaanse koers Coppa Placci de verboden stof Norefedrine in zijn urine werd aangetroffen. In de daaropvol gende lente liep Andersen op nieuw tegen de lamp. Na de Waalse Pijl moest hij zijn plas je inleveren, andermaal werd daarin de aanwezigheid van Norefedrine aangetoond. An dersen moest vier maanden aan de kant, maar de straf bleek een weinig heilzame werking gehad te hebben. Do pingcontrole na afloop van de Tour du Limousin in 1987 wees uit dat Andersen weder om met zijn vinger door snoeppot had geroerd. Een on natuurlijk hoge dosis testoste- Schuldvraag De schuldvraag wenst Anders- en in het midden te laten. „Ik ben me in ieder geval van geen kwaad bewust". In de overtuiging ook nimmer Nore fedrine tot zich genomen te hebben, liet Andersen bij dr. Hans Howald in Magglingen de herkomst van het goedje naspeuren. De renner kwam vervolgens tot de conclusie dat de Norefedrine-sporen het ge volg waren van het gebruik van (tegenwoordig verboden) coffeïne-tabletten. „De pillen moeten toen of oud of bedor ven zijn geweest. Daar moet het aan gelegen hebben. Ik weet dat ik geen verboden middelen gebruikt heb. Maar dat geen bewijs", ir de herkomst 1 hoeveelheid testosteron tast Andersen eveneens in het duister. „Ik snap er nog steeds niets van. Dertien dagen voor dien viel een testosteron-test nog negatief uit. Vijf dagen voor de wedstrijd hetzelfde la ken een pak. En dan blijk je ineens positief te zijn. Ik zal er wel nooit achter komen wat daar precies gebeurd is". Voor de UCI stond de schuld van de Scandinaviër echter vast. Op het UCI-congres op 29 januari van het vorige jaar werd Andersen aan de schandpaal genageld en voor het leven uitgesloten. De maximale straf kwam voor de zondaar als een slag in het ge zicht. Na weken tussen hoop en vrees geleefd te hebben, hopend op de mildheid van de UCI, werkte de straf verlam mend. Kim Andersen, ooit en drager van de gele trui in de Ronde van Frankrijk, hoefde niet meer in het peloton terug te keren. Na van de eerste klap beko men te zijn keerde Andersen terug naar zijn geboorteland Denemarken. De Deen verliet Luxemburg, sinds zijn prof-de- buut in 1981 zijn verblijfplaats gedurende het seizoen, en be trok in het Jutlandse Malling een boerderij. Daar, vijftien kilometer ten zuiden van Aar- hus, stond zijn tweede thuis, dat hij twee jaar geleden na ja ren sparen had gekocht. Het betekende voor Andersen de toekomst, het nieuwe tijdperk als hij zijn fiets definitief aan de kant moest zetten. Alleen kwam die toekomst voor hem noodgewdongen wat te vroeg. Gratieverzoek Andersen zag het niet zitten om op 30-jarige leeftijd en in de kracht van zijn leven al „veroordeeld" te worden tot de boerderij. Via de Deense wielerbond diende hij bij de 'UCI een gratie-verzoek in. Ook zijn ploegleider Roger Le- geay van Z-Peugeot, wendde zich tot het college. Andersen: „Er werd me toen meegedeeld dat er misschien een verande ring van de regels op komst was en dat ik daar hoop uit mocht putten". De Deen klampte zich vast aan die vage toezeggingen, kreeg moraal en ging boven dien weer in training. Maar zonder concreet doel, werd het trainen vaak een kwelling. „Fasegewijs bereidde ik me zo voor, alsof ik de volgende dag mijn licentie terug zou krijgen. Maar soms was de onzekerheid zo groot, de toekomst zo vaag dat ik één, twee weken de fiets aan de kant zette. Dan zag ik het even niet meer zit ten. Ja, je werd er soms gek Daarom liet Andersen bij tijd en wijle de boel de boel, nam afstand van het wielrennen en concentreerde zich op andere dingen. De bezigheden rond zijn pas verworven boerderij („Ik heb zelden zo hard moeten werken") en zijn nieu we vriendin die hij in de afge lopen zomer had leren ken- vormden voor hem een reddingsanker, een mogelijk heid om de beslommeringen te ontvluchten. „Ik leid de bewust mijn aandacht Van de kwestie af om me zelf niet te ergeren. Af en toe moest dat gewoon even. Mensen die ik niet eens kende, stuurden ook brieven of spraken me moed in. Ook mijn ploeggenoten hebben altijd voor honderd procent achter me gestaan. Dat heeft me gesterkt". Angst om in het peloton terug te keren heeft de Deen niet. „Ik denk namelijk dat renners zich in mijn situatie kunnen verplaatsen, begrijpen hoe de vork in de steel zit." En dan fel: „Ik ben toch verdorie niet schuldig als ik limonade drink en iemand in mijn fles een een of ander vreemd goedje heeft geknoeid. Begrijp je?" In hét vorige jaar heeft An dersen zo:n 21.000 trainingski lometers op de fiets afgelegd. Zo'n tien, tot vijftienduizend minder dan in een normaal seizoen. De trainingsachter stand kan Andersen echter niet verontrusten. Uiterlijk tenminste niet. Ook het ont breken van wedstrijdritme (dat veel renners na enkele weken absentie al kunnen merken) en uithoudingsver mogen stoort hem niet. „Ik denk dat ik dat met mijn rou tine en sterke motivatie snel genoeg weer op het benodigde niveau kan brengen. Straks als de voorbereidingswedstrijden afgelopen zijn, kunnen we zien hoe de vlag erbij staat". Maar toch, de onzekerheid is veranderd, maar nog immer aanwezig. Kan een 31-jarige nog aan de in heviger mate toegenomen concurrentiestrijd in het peloton wennen? Kan Andersen zijn manco, de één jarige absentie, werkelijk naar de achtergrond verdringen en wederom op zijn oude niveau in de rondte fietsen En krijgt hij de tijd om het brandmerk van de veroordeling te laten verdwijnen? Kortom, hoe lang laat een veroordeling wegens dopinggebruik zijn sporen ach ter.... PETER WEKKING 49,6] ;AGRIGENTO Een ade laar aan de linkeroorlel, een amulet slingerend aan het rechteroor, aan alle vingers knotsen van rin gen, om de pols een brede armband en een ketting met talismannen om de hals. Alles van zwaar zil ver, handwerk van india nen. Jn de Siciliaanse Wielerweek Was de Amerikaan Bob Roll jQQlangs een aparte verschij ning. Op frisse ochtenden wil- -de_hij.ook wel eens broek van luipaardhuid aantrekken of "een leren jack met grote doodskop achterop. Hij was dan ook nog maar net terug -van een winter in de Sierra Nevada, ten noordwesten van "iDeath Valley", waar hij lééft n wal als een indiaan, ising isSinds hij acht jaar geleden ont snapte aan de jeugdbende van Oakland in Californië is hij in de zomer wielrenner en in de ^^kWinter indiaan. „Na het sei- g^K$óên trek ik me terug in mijn Hgolókhut in de bergen. Ik woon daar heel alleen op 3000 meter hoogte met tien meter sneeuw om mij heen. De beschaving is minstens honderd mijl ver weg. Soms ga ik bij de india nen van de Zuni-stam op be zoek, soms kloppen ze op mijn deur tijdens de jacht". In zijn zelfgebouwde blokhut ontbeert Roll electriciteit en warm water. „Het léven in de bergen is primitief. Na een wielerseizoen met die massa's mensen langs de kant, al dat lawaai en de druk van het presteren wil ik niet anders. Als ik bij mijn hut aankom, zoek ik een dikke boom en hak ik die tot brandhout. Na de eerste sneeuwval, dood ik met pijl en boog een hert. Soms twee. Dat ïs mijn mond voorraad voor de hele winter. Schiet ik er een moet ik zuinig aandoen, schiet ik twee herten kan ik de hele winter volop vlees eten. De huiden gebruik ik als deken. Zo'n hert doden is niet zo'n kunst. Door de eer ste sneeuw raken ze in de war, ze weten niet direct wat er ge beurt en bovendien zijn ze ge makkelijk te volgen". Roll leerde bij de indianen ook een vrouw kennen. Omdat hij als blanke niet in de Zuni- stam kan worden opgenomen, komt zij af en toe op bezoek in de blokhut. „Kiara heet ze en ze is geweldig. Op een avond kwam ze op bezoek en was ik niet thuis. Ik was gaan drin ken met een paar indianen. Ze heeft zich die avond verstopt en gewacht tot ik thuis kwam. Toen ik sliep bond ze me met touwen aan het bed vast en gaf me vervolgens een pak slaag met de bezem." Als Bob Roll van zijn berg valt, is het met hem gedaan. Niemand weet dat hij daar zit, niemand mist hem. „Het is best zo", vertelde hij op Sicilië, „het is daar heerlijk. Ik kan daar dagen alleen zijn met mijn gedachten. Ik ben van niemand afhankelijk. Verze keringen hoef ik niet, ik be taal daar geen belasting, niets. Jeugdbende De wielrenner/indiaan is Cali- forniër. Hij groeide op in Oak land en werd op jonge leeftijd lid van een jeugdbende. „Ik was bijna elke dag verwikkeld in knokpartijen op straat. Met de bende hebben we ook auto's gestolen. Voor je achttien jaar bent, kan justitie je niet veel maken. De politie zet je hoog uit een of twee dagen in de ge vangenis. Maar op 18-jarige leeftijd ben je volwassen en draai je voor lange tijd de ge vangenis in voor het stelen van een auto". Toen Roll dat besefte, besloot hij te ontsnappen aan de jeugdbende. „Dat was moeilijk, want zo'n bende laat je niet zo maar gaan. Ik moest dus weg gaan naar een totaal andere wereld, ver weg. Zo kwam ik in de Sierra Nevada terecht, mijlenver van het overbevolk te Californië. De indianen hebben er voor gezorgd, dat ik de eerste winter niet ben doodgevroren. Ik had alleen een tent bij me. De Zuni's ga ven me een dikke buffelhuid". In de zomer ging Bob Roll wielrennen. Groot en sterk kon hij goed meekomen in de amateurkoersen. Binnen drie jaar kreeg hij i beroepsrenner aangeboden van Mike Neel. De ploegleider van 7Eleven zag in hem een ideale helper voor kopman Andy Hampsten. Neel zegt over de zonderling: „Zo lang hij fietst, blijft hij in de ploeg. Hij is vreselijk sterk en trekt de ploeg op beslissende mo menten door de moeilijkheden heen. Hampsten heeft veel aan hem te danken bij zijn over winningen in de Ronde van Zwitserland '87 en Ronde van Italië '88". Volgens Bob Roll zal Hamp sten dit jaar de Ronde van Frankrijk winnen. „De Giro rijdt hij als training, net als Delgado dat vorig jaar heeft gedaan. Andy is een fantasti sche wielrenner. In de bergen kunnen niet veel zijn- wiel houden. Ik zal er voor zorgen, dat hij geen domme dingen uithaalt in de koers". Na een winter eenzaamheid stapt Roll graag op de fiets. „Als coureur ben je net een baby. Van 's morgens vroeg tot 's avonds laat wordt alles voor je gedaan. De mecaniciën poetst je fiets, de wrijft je benen en zorgt voor je voeding, de ploegleider zegt wat je moet doen. Het fijne van deze sport vind ik ande ren te helpen. Vooral Andy. Als hij na afloop „Thank you Bob" zegt, is dat voor mij vol doende. De wielerploeg is een grote familie, we zijn allemaal broers van elkaar". Roll koerst als beroepsrenner, hij wordt door de Amerikaan se sponsor goed betaald. Elk jaar tekent hij een nieuw con tract, zonder het te lezen. „Geld interesseert me niet. Ik heb het niet nodig als ik de bergen intrek. Ik hoef ook niets te sparen voor later. Mijn salaris gaat automatisch naar de bank. Mijn broer en zus kunnen er hun studie van be talen. Mijn ouders mogen het gebruiken voor een reis naar China als ze willen, want zelf bezitten ze niets. Als zij ie mand kennen die geld nodig heeft, mogen ze het geven. Aan de kerk, of aan mensen die honger hebben". Geld heeft voor Roll geen waarde. „Als ik rijk wilde worden, zou ik het zware beroep van wielrenner niet uitoefenen. Dan was ik wel advocaat, diamantslijper of drugssmokkelaar geworden". Eerzucht Roll heeft ook nauwelijks eer zucht. Om uitslagen geeft hij niets, Behalve in één koers: Parijs-Roubaix. „Ik vind het heerlijk over de kasseien te ra cen. Dat ligt me goed. Ik hoop dat ik die race dit jaar voor ei gen kans kan rijden. Parijs- Roubaix is de enige koers, die ik kan winnen". Roll zal in het komende sei zoen niet vaak als winnaar ge huldigd worden. Wel zal hij overal opvallen met zijn ver schijning. Met alle versierselen volgt hij de gewoonten van de indianen. „Zij leven tenminste zoals het in de natuur toegaat. Bij de dieren zijn de mannetjes het mooist, bij de Indianen maken de mannen zich mooi, de vrouwen niet. Alleen in de blanke-samenleving is het an ders, zijn het de vrouwen die zich mooi maken. Mijn voor keur gaat uit naar de levens opvatting van de indianen. Recht-toe-recht-aan, puur na tuur". door Frank Werkman We kunnen binnenkort weer een inzamelingsactie verwachten. Welke zendgemachtigde zich met deze klus gaat belasten, is onbekend, maar ik gok op de ATV-omroepen in sommige kringen ook wel aangeduid als Algemene Truttigheid Verspreiders. Na de krukassen en de drempels is nu de aperots aan de beurt. En waar kan zich deze laatste oprisping van nationale lotsverbondenheid beter op richten dan ons Nieuwe Land, het aan de zee ontrukte rijk van opperhoofd Han Lammers? Nieuwste loot aan de stam van landelijke leuractiviteiten is het beoogde sportmuseum in Dronten. Dit oord genoot tot dusver bekendheid vanwege het ontmoetingscentrum De Meerpaal en het pretcentrum De Flevohof. Maar daar moet verandering in komen, zo menen de initiatiefnemers. Wat hen betreft richt heel op recreatie belust Nederland straks de motorkap van kadett en volkswagen naar Dronten voor een stevige duik in het sportieve verleden. Begin deze week kregen we meer inzicht in het project, dat pal naast De Flevohof moet verschijnen. Daar komen jaarlijks zo 'n half miljoen mensen hun zakgeld verteren. Voldoende volk in de buurt om ze een extra dukaat uit de zak te kloppen derhalve. Hele ritsen museumpjes in Emmen en Ommen-land danken hun bestaan aan de tijdelijke bewoners van bungalowparken tenslotte. Dus met een héél dorp op een steenworp afstandmoeten de plannenmakers hebben gedacht. De potentiële museumdirectie heeft zelfs nog meer bedacht om de landerige leegloper voor het gesloten videocircuit, de bingomiddag en het plaatselijke schaapscheren weg te rukken. Bezoekers aan het sportmuseum kunnen, zo is de bedoeling, zelf de benen strekken op een atletiekbaan of als echte apen een heuse rots beklimmen. Belangstellenden mogen derhalve in trainingspak komen, zo wordt gemeld. Dat komt goed uit, want het trainingspak is in vakantieland toch al de meest populaire outfit. Hele horden geciviliseerde holbewoners gaan tegenwoordig zó gekleed op pad. Niet alleen naar bos en heide, maar ook naar Chinees en Griek. Deze bonte rijen dienen zich dus vanaf pakweg 1992 te vervoegen bij het museum in Dronten om daar ook kennis te nemen van onbekende sporten, zoals daar zijn klootschieten, kaatsen, kastiebal en dergelijke. Dat klinkt mooi, maar men maakt een denkfout. Mensen in trainingspak zijn absoluut niet belust op actie. Wie zich in het aanpalende Center Pare in de buurt van Dronten hult in zo'n uitmonstering doet dat doorgaans uit pure luiheid. Men slaapt er zelfs in. Hetgeen aan de smoezelige staat, waarin dit soort tenues zich vaak bevindt ook is af te lezen. De enige daad die regelmatig wordt gedaan is het ontkurken van een bierfles en het maken van een peristaltische beweging. Het sportmuseum moet tussen de zes en tien miljoen gulden gaan kosten. Een flink bedrag, ondanks het feit dat de architect Rem Koolhaas wiens ontwerp voor een nieuw stadhuis door de Haagse bevolking het mooist werd gevonden) aan de wieg staat van het ontwerp. Om de zaak financieel een beetje rond te breien moet straks iedere sporter in ons land een bijdrage leveren. Men neemt dan tevens deel aan een loterij met een maandelijkse prijzentrekking. Hoofdprijs: een lang weekeinde in een bungalow van Piet Derksen in Flevoland. Zo snijdt het mes aan twee kanten. Het getuigt van durf en ondernemerszin om in een tijd dat musea overwegen werken te verkopen om een verbouwing te bekostigen een museum op te richten. In Haarlem en Friesland bestaan al materiaalverzamelingen van honkbal, kaatsen en de elfstedentocht, maar ze leiden een kwijnend bestaan. Ik vrees dat het 't beste is de maquette van Koolhaas in een reeds bestaand rariteitenkabinet onder te brengen. Kan de liefhebber zich er over honderd jaar nog eens over verbazen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1989 | | pagina 11