'finale
Tempo doeloe:
Het hotel van
Peter en Annet
Film en
trein
hebben
iets
moois
met
elkaar
CISARUA (WEST-JA VA) - Peter
Scheer had heel wat om achter zich
te verbranden. Vele jaren was hij
directeur van de middelgrote rij
school Tempo in Haarlem. „Kijk,
elf personenauto's en een 24-tons
Daf had ik. Was een goede rij
school, die goed liep. Nu nog trou
wens, ik heb hem aan m'n zoon
overgedaan. Ik moest er een keer
mee ophouden", legt Scheer met
het fotoboek op schoot uit, terwijl
hij in zijn voor Javaanse begrippen
fraaie huurhuis terugdenkt aan Ne
derland. Even maar, want een
nieuw begin vergt alle aandacht.
Als 64-jarige nog aan een nieuwe
toekomst gaan bouwen, dat vergt
moed en veel idealisme.
De stokoude hulp van Soenda groet het
bezoek omstandig met de handen vlak
tegen elkaar, de duim tegen de neus.
Scheer glimlacht erom; het is de nu vrij
wel uitgestorven wijze waarop vrijwel ie
dere Javaan vroeger placht te groeten.
Vroeger. De gedachte daaraan liet Scheer
niet los, zeker niet nadat zijn vrouw was
overleden. „Als ik er niet meer ben, ga
dan terug naar Indonesië. Doe het
maar", zei ze op haar sterfbed.
Er was voor Peter Scheer veel om naar
terug te verlangen. De Indische geschie
denis van de familie Scheer gaat terug
tot 1924, toen zijn vader er als politie
man aan het werk ging. Peter groeide er
op en bleef tot 1939, toen de HBS-oplei-
ding hem naar Nederland trok. Nadat de
oorlog roet in het eten had gegooid ging
hij in 1947 als marinier terug naar het
land van zijn jeugd, een bestaan dat hij
twee jaar later verruilde voor dat van
planter op de plantages. Grote delen van
Java en Sumatra rekende hij tot zijn
werkterrein, totdat de anti-Hollandse
sfeer hem te gortig werd. Het duurde "tot
1959 voordat hij Indonesië voor gezien
hield. „Alles heb ik, er achtergelaten,
zonder een cent kwam ik in Nederland
aan", herinnert Scheer zich. Via een
baantje bij een verffabriek belandde hij
in de rijschoolwereld, waarin hij na 1967
zijn sporen verdiende. Tot vorig jaar
dan. „Ik was indertijd weliswaar goed
pissig vertrokken, maar het land zat nog
altijd in m'n hart. Toen ik na de dood
van mijn vrouw opnieuw met 'mijn ge
dachten in Indonesië zat, kwam ik An
net tegen". Scheers nieuwe vrouw, in de
Gordel van Smaragd geboren maar met
een Nederlands accentje opgevoed was
in ons land in verband met een studie in
computerkunde en boekhouden. Ook zij
had het in Nederland wel gezien; het
pact met Peter was gauw gesloten, analy
seren de twee achteraf, terwijl gebeden
klinken vanuit de moskee in de buurt.
En zo kwamen de Scheers uiteindelijk in
de pittoreske en wonderschone groente
streek rond Lembang terecht. Daar
trouwden ze en kochten ze een paar
maanden geleden een lapje grond van
bijna een hectare. Op dat prachtige plek
je, omringd door karakteristieke groente-
velden en uitkijkend over het glooiende
groene land rond Bandung, moet een
droom uitkomen.
„Als je wat ouder wordt ga je wel eens
Het is iets waar heel wat mensen van dromen. Als je
jaren van je leven in Indië hebt achtergelaten blijft
er iets over van heimwee. De gedachte aan tempo
doeloe krijgt je op een gegeven moment weer in z'n
greep; dan ga je een reis maken naar Indonesië,
terug naar je wortels. Wie van drastische
maatregelen houdt gaat voorgoed terug. Die
spannende stap nam kortgeleden Peter Scheer (64);
hij verbrandde al zijn schepen achter zich en trok
met zijn hebben en houden naar Indonesië, het land
van Insulinde waar hij jaren als planter had
doorgebracht. Nu is hij met zijn Indonesische
vrouw Annet in de heuvels bij Lembang, niet ver
van bloemenstad Bandung, bezig met de bouw van
een eigen hotelletje met maar een paar kamers:
Insulinde Wisata Indah, Mooi Toeristisch
Indonesië.
Een met de zelfontspanner gemaakte foto i
i de nieuwkomers in de toeristenbranche voor wat hun Insulinde Wisata Indah moet worden.
FOTO: P. SCHEER
kijken hoe anderen het doen na hun
pensioen. Het heeft me altijd wat gele
ken om een stukje grond te hebben om
daar oud te worden. De gedachte aan het
opzetten van een klein hotelletje voor
toeristen kwam pas veel later. Maar dan
wel een hotelletje waarin de gasten echt
kennismaken met het land, met niet al
te veel luxe en ook niet te duur; we hoe
ven er niet rijk van te worden. Als ik
maar bezig kan zijn, anders ben ik snel
oud en chagrijnig".
Op het veldje in Cisarua worden de eer
ste uitingen van dit streven al zichtbaar.
De arbeiders van de gecontracteerde
aannemer zitten juist op de vrije namid
dag een vuurtje te stoken onder het af
dak van het eerste gebouw dat bijna
klaar is. Daarin komen behalve een keu
ken, waar Annet met een hulp de scepter
gaat zwaaien ook een verblijf. De andere
verblijven zullen in de komende maan
den verrijzen; inmiddels wordt op de
plek waar eerst een bloemkoolveld was
de laatste hand gelegd aan de tegelvloe
ren in de personeelswoningen. Intussen
zit ook de fundering in de grond voor
het eerste logeergebouw voor gasten.
Deze bestaat uit vier kamers en ligt een
sawah-terras lager dan de rest. Volgens
plan moet dit gebouw in mei gereed zijn.
Het vinden van de juiste locatie was
geen eenvoudige opgave, zeggen Peter en
Annet. „We wilden in een mooi lande
lijk gebied zitten, niet te toeristisch. Dat
lukte niet direct. De vader van een ken
nis van onze vriend Daradjat bracht uit
komst. Maar dan ben je er nog niet. Heb
je eenmaal een stuk grond op het oog,
dan moet je nog zien dat je je voor één
totaalbedrag voor de rest van je leven
inkoopt in een nabijgelegen waterbron.
De handelsgeest van de mensen komt
dan boven, voor je het weet betaal je
veel meer voor hetzelfde water dan een
andere gebruiker. Zander mensen als
Daradjat waren we wellicht financieel
nog meer uitgeknepen en hadden we
onze verdere plannen wellicht niet meer
compleet kunnen uitvoeren". Bij aange
legenheden als deze hebben ze veel ge
had aan hernieuwde kennismakingen
met vrienden uit Peters planterstijd. „Ik
hpb vele jaren met ze op rubberplantages
van wel 2500 hectare gewerkt. Het zijn
altijd vrienden gebleven. Toen ik Annet
nog niet kende schreef ik ze al over mijn
plannen. Ze zagen er wel wat in en wil
den me helpen. Hun aanbod was wel
kom, want als Nederlander mag ik hier
geen grond kopen". Een snelle terugkeer
naar haar eigen land kwam Annet ook
wel gelegen. De Nederlandse kou begon
haar parten te spelen; door de echtvere
niging kon het paar de zakelijke plannen
in eigen hand houden en hoefde er geen
zakenpartner van buiten te worden ge
haald. Het lapje grond in Cisarua is niet
echt groot, maar ruim genoeg voor de
opzet van het Insulinde Wisata Indah
zoals het (inmiddels) echtpaar het voor
ogen had. Een architect was gauw gevon
den, een betrouwbare aannemer even
eens.
En zo begint het Mooi Toeristisch Indo
nesië vorm te krijgen. Maar niet té toe
ristisch, benadrukken de nieuwelingen in
de reiswereld. „Wat een verblijf bij ons
moet gaan kosten staat Tiog niet hele
maal vast, maar het mag niet duur zijn.
Wel weten we zeker dat een verblijf bij
ons zicht moet geven op het échte Indo
nesië, ver van de toeristenfuiken en de
voorgekookte handel". Te oordelen naar
het eerste reisschema dat de twee - tij
delijk nog op briefpapier van- de Haar
lemse rijschool - hebben' vervaardigd
voor een meerdaags verblijf in hun een
voudige paradijsje is het ze rtienens. Na
een onthaal op het enkele auto-uren ver
derop gelegen vliegveld van Jakarta voe
ren zij hun gasten in een busje onder
meer langs Bogor (het vroegere Buiten
zorg), langs onafzienbare theetuinen,
hoge bergpassen, vulkanen, uitgestrekte
sawahs, watervallen en stranden. Scheer
zou geen ex-planter zijn als hij de gasten
niet om zes uur 's morgens mee zou ne
men naar de vroege rubbertap op een
plantage waar hij zelf heeft gewerkt. En
welke gerenommeerde Nederlandse reis
organisatie neemt nog zoals Scheer de
moeite z'n gasten een hele ochtend in te
wijden in de geheimen van de kweek,
pluk, fabrikage en verpakking van thee?
„De deskundige voorlichting krijgt u
vari de gepensioneerde administrateur.
Lunch op de onderneming. Aan het ein
de van de dag nemen we nog een duik in
het tot Ranca-Bali behorende natuurlijke
warmwaterbad. Voor het diner verwacht
Annet u weer op Insulinde Wisata In
dah", zo maakt het ontwerp-reisschema
de reiziger lekker. Zeker weten dat oude
vrienden van het tweetal 's avonds bij
Annets Indonesische diner levende Ke-
capi (muziek van Soenda) zullen verzor
gen.
Zo krijgt een zo lang gekoesterde droom
langzaamaan vorm. Als we al weer enige
tijd terug zijn van Java brengt de post
nog een juichende brief van Peter en An
net. De bouw schiet eindelijk wat op, ze
popelen om de eerste gasten te kunnen
verwelkomen. De tuinman heeft naast
de bouwplaats de eerste boontjes, kom
kommers en savoyekool al oogstklaar;
sinaasappelboompjes worden geplant.
Ideeën over een kippenren en een konij
nenhok zijn al geboren en ook het bank
je dat uitzicht biedt op het moestuintje
is inmiddels geïnstalleerd. En terwijl de
winter Nederland nog in z'n greep heeft,
klagen Peter en Annet in hun brief qua-
si-serieus over het weer tijdens hun natte
moesson die spoedig voorbij zal zijn.
„Het is hier de laatste dagen zo koud,
's avonds zelfs soms 21 graden Celcius!
We denken erover om straks in het
hoofdgebouw een open haard te ma
ken".
ARJEN VAN DER SAR
Een kleinschalige onderneming als Insu
linde Wisata Indah is uiteraard niet te
rug te vinden in de reisgidsen van geken
de Nederlandse reisorganisaties. De fa
milie Scheer heeft een Nederlands con
tactadres: P. Scheer, Floris Balthasar-
straat 7, 2064 XK Spaarndam, tel. 023 -
37.56.51.
DEN HAAG - Film en trein heb
ben iets met elkaar. Al heel lang.
Want een van de korte films waar
mee de gebroeders Lumière op 28
december 1895 in Parijs hun Ciné
ma Lumière aan de Boulevard des
Capucines startten, heette „L'arri-
vée d'un train", aankomst van een
trein in het station van La Ciotat.
Vandaar dat de Nederlandse
Spoorwegen, in feeststemming
door het 150-jarig bestaan van de
spoorwegen in ons land, en de
Haagse Filmstichting een program
ma van ruim 36 internationale
speelfilms samenstelden, waarin
die koppeling van trein en film nog
eens benadrukt wordt.
Een filmtrein die als Cinema Express in
verkorte vorm langs een aantal filmhui
zen in ons land snelt en die in z'n totali
teit (33 films) tussen 2 maart en 5 april
in de Cinematheek van het Haags Film
huis aan de Denneweg te zien zal zijn.
Die eerste cinematografische aankomst
van een trein op de 16 meters bibber-
beeld van dat vroege celluloid anno
1895 moet een schok veroorzaakt heb
ben bij die eerste bezoekers (het waren
er 35, later pas liep het storm). De trein
die links op het doek het station binnen
kwam stormen, recht op de toeschou
wers leek af te rijden om ten slotte
„langs" hen tsjoekend tot stilstand te ko
men, had iets van magie. De anekdotes
willen dat de toeschouwers in elkaar do
ken van schrik en onder de stoelen kro
pen om zich te verbergen. Die hevige
„magie" van dat eerste uur is de film
kwijt en is de spoorweg kwijt. Treinen
gaan steeds sneller, film kan steeds
meer. Maar niettemin zijn beide elkaar
opvallend lang trouw gebleven. Sla een
handboek als Leslie Halliwells „Film-
goer's Companion" op en onder het
steekwoord Treinen kom je een kolom
men lange rij titels van films tegen waar
in die trein een rol speelt. En dan niet
omdat erin toevallig een trein ergens op
de achtergrond langs spoort. Nee, omdat
die trein in een scène, een deel van de
film of zelfs de hele film een overheer
sende rol speelt. Vanaf die eerste korte
western, Porters „The Great Train Rob
bery" uit 1903 via Buster Keatons mees
terwerk „The General" (1927), Hitch-
cocks „The lady vanishes" (1938) tot en
met Konchalovsky's „Runaway Train"
uit 1985.
Hitchcock
Je zou er een aardig eind over weg kun
nen filosoferen, er Freud zelfs bij kun
nen halen. Maar nuchter blijvend, kun
je met de samenstellers van Cinema Ex
press concluderen dat de beweging bin
nen de beweging van de trein-in-de-film
speelfilmmakers blijkbaar is blijven
boeien. En daarbij: zo'n trein levert het
filmverhaal de door de tijd bewegende
Aristotelische drama-principes als een
heid van plaats en handeling. Simpel ge
zegd: een visueel aardiger variant op het
verhaal dat zich in een kamer, een huis
of een kasteel afspeelt. Sidney Gilliats
scenario voor „The lady vanishes"
speelt zich zo goed als geheel binnen die
trein af: een van de buitenwereld afge
sloten ruimte als operatiekamer yoor re
gisseur Hitchcock. (Diens „Strangers on
a train" werd niet gekozen omdat daar
ondanks de titel de trein een veel kleine
re rol speelt). Andrej Konchalovsky's
onderschatte „Runaway train" - zeer
vrij naar een oorspronkelijk gegeven van
de Japanner Kurosawa - is de uiterste
consequentie van de typische treinfilms:
de locomotief heeft de handeling overge
nomen van de hoofdrolspelers. John
Voight en Eric Roberts zijn gevluchte
gevangenen die er met een locomotief en
een aantal rijtuigen vandoor denken te
gaan, tot die loc er met hen vandoor
gaat. Zij. zijn „runaways", de locomotief
is dat ook. Die bepaalt het verdere tra
ject van hun korte leven langs de spoor
baan. Op hol geslagen wordt hij een
nieuwe gevangenis voor hen.
200 dollar
Leendert de Jong van het Haags Film
huis en samensteller van Cinema Ex
press: „Je denkt bij trein en film in eer
ste instantie aan thrillers, aan snelheid,
aan suspense. Maar treinen en stations
hebben op film even vaak met roman
John Voight onderaan de
tiek te maken. Zelfs met humor. We
hebben een beeld proberen te geven van
al die combinaties in onze programme
ring". Dat programmeren is overigens
niet alleen een handboek pakken en wat
films aanstrepen. Titels kan iedere film-
gek min of meer oplepelen. Maar je
moet die films ook nog zien te vinden.
Plus de rechten om ze te vertonen. De
Jong: „Het wordt steeds moeilijker films
te pakken te krijgen. De rechten van ou
dere films zijn tientallen malen van eige
naar veranderd en er bestaat geen- we
reldwijde vraagbaak voor. Je telefoonre
keningen lopen dan ook huizenhoog op.
Commerciële films van de grote studio's
in Hollywood over laten komen, kost je
behalve een kapitaal aan vrachtkosten
nog eens 200 dollar per vertoning. Voor
een festival als dit niet haalbaar. We
draaien voor tachtig procent films op 16
mm".
Het Nederlands Filmmuseum in Am
sterdam is de laatste jaren dan wel
steeds actiever met het verzamelen, be
waren en conserveren van oude filmko-
pieën, zolang er maar één enkele kopie
van een film in hun archief zit, mag die
het Filmmuseum niet uit en kan die al
leen binnen eigen muren gedraaid wor
den. Internationaal (de Parijse Cinéma-
thèque, het British Film Institute) is
men langer bezig, dus verder en is er
meer geld voor kopieën en is er meer ge
regeld. De Jong krijgt bijna voor elk fes
tival dat hij mede-organiseert (de jaar
lijkse Cinemathema's zoals het recente
„Film and Fashion", dat de NS overi
gens op zijn spoor bracht) de steun van
het Institut Francais om kopieën uit
Frankrijk te halen (óók van niet-Franse
films) terwijl het BFI in Londen kopieën
levert, daarvoor een honorarium vraagt
en zélf de vertoningsrechten met de
rechthebbenden regelt. De moeilijkhe
den betreffen niet alleen de ouwetjes uit
de filmhistorie. Zelfs van een tamelijk
recente film als „Silver Steak Express"
(een comedy-thriller uit '76 inude trein
van Los Angeles naar Chicago) bleek in
Nederland geen kopie meer te vinden.
RAIL-rorjlantiek
Zoals iedereen in zijn leven wel eens een
romantische ontmoeting in de trein ge
had heeft, heeft ook de film zijn rail-ro-
mantiek. Mooiste film in die categorie is
het tussen de treinen, in de stations
wachtkamer spelénde „Brief Encounter"
(1946), met de onmogelijke liefde tussen
Trevor Howard ^n Celia Johnson. Een
gegeven van Nodi Coward. En natuurlijk
Vittorio de Sica's „Stazione Termini"
met Jennifer Jones en Montgomery
Clift. Ook al een film waar een vertrek
kende trein het onherroeplijke einde van
een relatie betekent. Aankomst en ver
trek blijven de stations waartussen zich
mensenlevens en emoties zullen bewe
gen. Ook volgens het spoorboekje: het is
de achtergrond voor de groei naar man
nelijke volwassenheid van de puber Mi-
los in Jiri Menzels „Hou de treinen in
het oog" uit de bloeiperiode van de
Tsjechische cinema, het is achter het
stuur van de locomotief dat Pietro Ger-
mi in zijn eigen film „II Ferroviere" (De
machinist, '56) zijn levenslot bepaalt.
Spooktrein
Humor en film: uit '52 Charles Crigh-
tons (jawel dezelfde Crighton die „A fish
called Wanda" maakte) „Titfield Thun
derbolt, een zachtaardige komedie waar
in de Britten toen zo goed waren, over
de bewoners van een dorpje die zelf hun
opgeheven spoorlijn gaan exploiteren
(de film ging destijds hier in première
met de slogan: „Vlug, veilig en voorde
lig, een visitekaartje voor de Nederland
se Spoorwegen"). Of die beroemde scène
in de trein uit Billy Wilders „Some Like
it Hot", waarin Marilyn Monroe in
nachtjapon een babbeltje-voor-het-sla-
pengaan komt maken op de rand van de
couchette van een verbijsterde Jack
Lemmon-in-travestie. Er rijden ook en
kele Nederlandse wagons mee in de „Ci
nema Express": „Spooktrein", de thriller
die de Tsjech Karl Lamac hier draaide
met Jan Musch en Fientje de la Mar in
de hoofdrollen. De film werd in '39 uit
gebracht tijdens het 100-jarig bestaan
van de spoorwegen. En Erik van Zuylens
„De laatste trein" ('75) waarin hij zich
naar eigen zeggen liet inspireren door de
Tsjechische film van die dagen. En na
tuurlijk Jos Stellings „De wisselwach
ter". Zelfs animatie ontbreekt niet via
Hagenaar Paul Driessens absurd-humo
ristische „Treinhuisje", met een snel
trein die op gezette tijden door de wo
ning van een bejaarde dame raast.
Leven op en langs de rails is niet anders
dan het leven elders. De emoties liggen
er alleen geconcentreerder bij elkaar,
opgestapeld in wagons vol. En je komt
er mensentypes tegen die je niet elke dag
in je straatje ziet. „Cinema Express"
rangeert al die gekken, zwervers, verlief
den, verloofden, overspeligen, gangsters
en oplichters even op één spoor.
BERT JANSMA
'fieidóc ©oirumt'