HISWA 89 Hiswa 89 wordt anders dan anders Nieuws op de Hiswa n li mal Ie Zorgen voor morgen inde watersport Cül 25 februari t/m 5 maart AMSTERDAM WT&ÊI Eenheid in vaardiploma's Onroerend schip Ceidac SouACMit' ZATERDAG 18 FEBRUARI 1989 PAGINA 31 De Hiswa, waar, wanneer, wat De Hiswa 89 gaat open op zaterdag 25 februari en sluit op zondag 5 maart. Hij wordt gehouden in de zeven hallen van het Euro pacomplex van de RAI te Amsterdam. Openingstij den: dagelijks van 10 tot 17 uur; van maandag 27 febru ari tot en met vrijdag 3 maart ook 's avonds van 19 tot 22 uur. Toegangsprijs: dagkaart volwassenen (ook 's avonds geldig, mits men tussentijds de RAI niet ver laat): 15 gulden; jeugd 4 t/ mil jaar onder geleide en houders Pas 65: 7,50 gul den. Avondkaart volwasse nen 10 gulden. De Trein/ Toegangsregeling is van toepassing. Oranje borden met P RAI verwijzen naar de parkeerplaatsen; gratis pendelbussen zorgen voor verder vervoer naar de RAI. Treinreizigers uitstappen op het station Amsterdam RAI. Wie via het Centraal Station komt, kan de tram lijnen 4 en 25 nemen. Er komt in 1989 een uniform vaardiploma-systeem dat kan worden gebruikt bij de vaarscholen en watersportverenigingen in heel Nederland. De ANWB, Hiswa, KNWV en Recron hebben hiervoor overeenstemming bereikt en hun tot op heden gebruikte diplomalijnen samengevoegd tot een duidelijk stelsel dat onder de naam CWO (Commissie Watersport Opleidingen) naar buiten wordt gebracht. Voor de consument betekent dit een veel duidelijker structuur in de watersportopleidingen. Voortaan kan bij elke vaarschool en KNWV-vereniging die opleidingen verzorgt, hetzelfde soort diploma behaald worden. Ook kan men een begonnen opleiding voortzetten bij een instituut elders. Vaste Hiswa-klanten zullen even met de ogen moeten knipperen wanneer ze van zaterdag 25 februa ri tot en met zondag 5 maart de editie 1989 van deze fameuze wa tersporttentoonstelling zich zien ontvouwen. Sinds de zogenaamde natte Hiswa, te houden in septem ber op en langs het Amsterdamse IJ, weer tot traditie verheven is, heeft zich de krachtpatserij van grote, kostbare, luxe, exclusieve pleziervaartuigen naar die tijd en locatie verplaatst. Voor de droge Hiswa in de Amsterdamse RAI blijft meer het kleinere grut gere serveerd, een respectabel aanbod met veel nieuws ertussen van zeil en motoijachten, zeilplanken, zei len en masten mitsgaders zo'n beetje alles wat zich met het begrip watersport verenigen laat, dat wel, maar voor het eerst toch duidelijk anders van karakter en gericht op een andere doelgroep. Directeur L. Bakker die over de beurzen en tentoonstellingen in het RAI-complex gaat, zegt het zo: „De droge beurs is be zig om zich anders te positioneren. Méér aandacht voor de waterrecreatie en voorlichting. Interessanter voor begin nende watersporters. De wensen van de consument beter in de peiling. Meer dan ooit is er sprake van een brede expositie waarin de branche collectief naar buiten treedt. Eén van de verschillen ten op zichte van voorafgaande jaren betreft bijvoorbeeld de grotere mogelijkheid tot directe verkoop door detaillisten. Onder In het houtpaviljoen kunnen bezoekers van de Hiswa de bouw van een wherry op de voet volgen. zoek heeft namelijk uitgewezen dat er bij de bezoekers behoefte bestaat aan shop pen, aan winkelen. Dank zij een verrui ming van het tentoonstellingsreglement kunnen belangstellenden hun water- sportkleding, surfartikelen en kleinere scheepsbenodigdheden in de RAI kopen en direct mee naar huis nemen. En aan gezien een beurs waar de consument centraal staat, open dient te zijn op tij den die de consument aantrekkelijk vindt, kan men dit jaar op alle doorde- En zo is er meer. „Bij een publieksvrien delijke opzet hoort een overzichtelijke indeling", zegt Bakker. „Het hart van de komende tentoonstelling vormt daarom de Europahal met zijn tientallen langs een speciaal gebouwde steiger opgestelde grote pleziervaartuigen. In de aangren zende hallen worden de andere facetten van de waterrecreatie ondergebracht. Zo zijn in de Westhal motoren, scheepsac- cessoires, onderdelen en apparatuur te zien. In de Amstelhal ligt het accent op de oeverrecreatie en de Zuidhal is gere serveerd voor de sportboten. De Noord hal biedt onderdak aan open zeilboten, roei-, vis- en bijboten en wat er dan nog over is krijgt een plaats in de Oosthal". In de vernieuwde Hiswa is veel ruimte vrijgemaakt voor de overdracht van in formatie, aldus Bakker. Zo verrijst er in de Amstelhal een voorlichtingscentrum van het Nederlands Bureau voor Toeris me waar alles over oeverrecreatie aan de weet te komen valt. Verder is in deze hal een niet eerder vertoond aanbod van charter- en verhuurbedrijven gebundeld. In de Noordhal demonstreert het Ko ninklijk Nederlands Watersportverbond het International Measurement System, zijnde een nieuw meetsysteem waarmee door gebruikmaking van verfijnde com puterapparatuur de handicap voor zee gaande scherpe jachten kan worden be paald. Informatie geven ook de Konink lijke Marine, de Reddingmaatschappij en, de Kustwacht, de ANWB en de Rijkspolitie die zich gezamenlijk presen teren onder de leus: „Verantwoord va ren". In een speciaal houtpaviljoen kun nen de bezoekers de afbouw gadeslaan van een wheriy en de surfers komen aan hun trekken in het surfpaviljoen waar een groot aantal fabrikanten en impor teurs in de surfbranche onder de noemer „Nederlandse Vereniging voor Windsurf Promotion" vertegenwoordigd zijn. Voor liefhebbers van hypermoderne wedstrijdzeiljachten tenslotte ligt in de Amstelhal de Equity Law II te pronk die gaat deelnemen aan de langste en zwaarste zeilwedstrijd ter wereld, de Whitbread Round the World Race 1989/ 90. Eromheen speelt zich een modeshow af van een speciaal ontwikkelde kledin glijn. Het toekomstbeeld voor de binnen landse toeristisch-recreatieve sector op het water is niet zonder zorgen. De man die dit zegt, is prof. A. Dietvorst van de werkgroep Recre atie Landbouwuniversiteit Wage- ningen, en een menigte cijfers, ter gelegenheid van de Hiswa 89 bij el kaar geplozen, staaft zijn bekom- Zo werden er vorig jaar slechts 15.000 surfplanken verkocht tegen 23.000 in 1987, een daling van liefst 35 procent. „De explosieve ontwikkeling van het plankzeilen ligt achter ons. Er is nog wel groei te verwachten, maar die zal niet meer zo spectaculair zijn". Hetzelfde geldt voor de verhuurmarkt van plezier vaartuigen waar in 1989 een groei met slechts vijf procent voorzien wordt. En zo gaat het liedje door. De sterke groei (met tien tot vijftien procent) van de verhuur in de sector grote zeilschepen met vaste bemanning zal dalen naar on geveer vijf procent. De import van ple ziervaartuigen blijkt, na de onstuimige toename in de laatste jaren, te stagneren en bovendien daalde de waarde der geïmporteerde schepen van 35.000 naar 24.000 gulden gemiddeld. Voorts wordt een daling van misschien wel 2,5 pro cent jaarlijks verwacht in de bezettings graad van jachthavens. Bij de grote wa tersport, kortom, is sprake van enige marktverzadiging en de sportvisserij geeft zelfs een daling te zien, zowel in het aantal lidmaatschappen van visvere nigingen als in de verkoop van visdocu- menten. Hoe komt dit en wat te doen? Want een zorgelijk toekomstbeeld hoeft volgens prof. Dietvorst nog niet zonder uitda ging te zijn. Hij begint met te constate ren dat, in tegenstelling tot de algemene opvatting, de netto vrije tijd voor het ac tieve type vrijetijdsbesteder niet is toege nomen. „Het Sociaal Cultureel Rapport merkt hierover op: vooral omdat de groepen die als regel ontvankelijk zijn voor nieuwe activiteiten (de gemiddeld jongeren, hoger opgeleid, met een rela tief hoog beschikbaar consumptief ver mogen), het in de jaren tachtig drukker hebben gekregen met hun dagelijkse ta ken, lijkt bij hen de rek uit het vrijetijd- spatroon te zijn. Dit betekent dat het kiezen van een nieuwe activiteit vrijwel altijd ten koste zal gaan van een reeds beoefende. Mede daarom gaat de con currentie om het vrije uur waarschijnlijk steeds heviger worden. Individuele sporten als golf, tennis en trimmen ken nen een onstuimige groei en vormen ge duchte concurrenten voor de individuele sportmogelijkheden op het water". Maak het water aantrekkelijker, luidt dan het parool. Hoe is het echter in de praktijk met dit streven gesteld? „Wat het vaarwater betreft", aldus Dietvorst niet zonder ironie, „kun je constateren dat er althans voor de grotere doorgaan de routes de laatste jaren geen verslech tering is opgetreden. Het hoofdnet voor de toervaarder is intact gebleven, dat wil zeggen: de in het verleden gesignaleerde ontbrekende schakels ontbreken nog steeds. En ook in andere opzichten geen opzienbarende verbeteringen. Zo is er van de 899 bruggen in dit hoofdnet voor de toervaart die bediend zouden moeten worden, bij meer dan 90 procent nog iets mis. Bij 70 procent van de bruggen en sluizen schort het ernstig aan de be diening op zondag, bij 30 procent op za terdag en bij 15 procent door de week. Ruimer baan voor de watersport, wordt op de Hiswa bepleit, want boven de toekomst pakken zich donkere wolken samen. FOTO: PR Ongunstig is de ontwikkeling op het stuk van de brug- em sluisgelden; deze heffin gen blijken op veel plaatsen snel te stij gen". Is de situatie op de grote doorgaande routes stabiel en derhalve nog steeds voor verbetering vatbaar, op lager schaalniveau moet de toestand volgens Dietvorst vaak zorgelijk heten. „Door het sterk veranderde gebruik van agrari sche grond en de daarmee gepaard gaan de herzieningen van het waterstelsel - vaarpolders worden rij polders; ver vanging van beweegbare bruggen door dammen met duikers - en de optreden de verlanding van polderwateren - ach terstallig onderhoud; voedselrijkdom - verdwijnen allerlei mogelijkheden voor met name de kleine watersport. Eigenlijk heeft de openluchtrecreatie in het steek spel met de landbouw en de milieuzorg geen eerlijke kans gekregen. In vergelij king met de machtsblokken die agrariërs en natuurbeschermers hebben gevormd, valt de recreatielobby totaal in het niet". Aldus filosoferend komt Dietvorst tot de vraag of er, in navolging van het plan voor de stedelijke knooppunten in de Vierde Nota Ruimtelijke Órdening, niet gewerkt zou kunnen worden aan de ont wikkeling van knooppunten in het vaar wegennetwerk teneinde de ontwikkeling van het watertoerisme een duw in de goede richting te geven. De hoogleraar wijst dan op het Groene Hart van Hol land waarvoor in een studie reeds is aan gegeven hoe het toervaartnet aldaar ver sterkt kan worden door het scheppen van mogelijkheden. „Op deze manier zou een netwerk van toeristisch-recrea tieve stelsels voor de waterrecreatie kun nen ontstaan met interessante vooruit zichten voor investeerders". Op sommige plaatsen overigens ziet Dietvorst deze ontwikkeling al in gang gezet. „Ik noem de plannen om van Gouda weer een havenstad te maken, en de inspanningen van Hoorn, Heusden, Veere en Gonnchem. Dat deze gedachte ook op een meer bescheiden schaal ge stalte kan krijgen, zien we in het Recrea tiebasisplan van Waterland waar, afhan kelijk van het type knooppunt, voorzie ningen zijn gedacht als kortverblijf-kam- peeraccommodatie, kiosk annex sanitai re faciliteiten, trekkershutten, aanlegstei gers en picknickplaatsen". Het ontwik kelen van zo'n vaarwegennetwerk met knooppunten is volgens Dietvorst ook van belang uit het oogpunt van natuur- en landschapszorg. Immers: „Door een concentratie van voorzieningen kan de druk op kwetsbare gebieden wellicht wat worden weggenomen". Daarnaast echter deze waarschuwing: „Hoe belangrijk de onderlinge afstemming van de verschil lende elementen in zo'n toeristisch-re- creatief geheel is, wordt aangetoond door vergelijkbare ontwikkelingen bij de recreatie te land. Wanneer voorzienin gen en attracties niet een ruimtelijke en functionele samenhang vertonen met bijvoorbeeld een stadscentrum, is het ef fect voor de plaats in kwestie uiterst ge ring. Onderzoek heeft aangetoond dat slechts tien procent van de ondernemers in de toeristisch-recreatieve branche sy stematisch nadenkt over de toekomst. Het wordt tijd voor extra inspanningen om de bedrijfstak uit de hobbysfeer te halen en meer marktgerichtheid bij te brengen". PIET SNOEREN Naar aanleiding van de Hiswa vestigt het ministerie van VROM de aandacht op de mogelijkheid om pleziervaartuigen in de scheepsregisters van het kadaster te boek te laten stellen. Daardoor wor den op een schip de regels van toepas sing die gelden voor onroerend goed. Een eerste belangrijk gevolg hiervan is dat het vaartuig, net als een huis, met hypotheek bezwaard kan worden. Men kan dus geld lenen en het schip daarvoor als zekerheid aanbieden. Verder biedt te- boekstelling de eigenaar een betere juri dische bescherming als de boot wordt gestolen. Teboekstelling brengt met zich mee dat het vaartuig voorzien wordt van een zogenaamd brandmerk, bestaande uit een cijfer- en lettercode. In het Ka daster wordt bij dat brandmerk een nauwkeurige omschrijving van het schip en de eigendomstoestand opgenomen. Ook degene die overweegt een tweede hands pleziervaartuig te kopen, kan voordeel hebben als het schip van zijn keuze al is geregistreerd. Wanneer bij be zichtiging blijkt dat er een brandmerk is aangebracht, valt bij het Kadaster na te gaan of de verkoper ook werkelijk de ei genaar is. Het aanbrengen van het brandmerk. Aldus bij het Kadaster geregistreerde schepen gelden als onroerend goed, hetgeen belangrijke voordelen heeft. Een noviteit die op de Hiswa sterk de aandacht zal trekken, is de ho vercraft voor recreatief gebruik, ge ïmporteerd door Ventour te Utrecht. Liefst vijf modellen zijn er: de Olympus HP, de Ventour 01, de Winner 2000, de Voyager en de Starship TX500. De hover- craftsport met lichte toestellen is een opkomende markt in Europa, zo wordt verzekerd. Hovercrafts zouden geluidsarm zijn, geen vervuiling veroorzaken en geen op- pervlakteschade aanrichten omdat ze vrijwel geen contact maken met de op pervlakte waarover ze scheren. Mits ze alleen gebruikt worden op het water, kan men volstaan met een registratie als snelle motorboot bij het plaatselijk post kantoor. Kosten 47,50 gulden. Waar men ook van op zal kijken, dat is de Acomo 3200, gepresenteerd als fit nessboot. Hij lijkt op de apparaten in fit nesscentra waarmee arm-, been-, rug- en buikspieren gestaald worden, met dit verschil dat hij drijft en dat de lichaams oefeningen twee schoepraderen in bewe- ?,ing zetten, ongeveer als bij een water iets. Op elke auto te transporteren; het gewicht bedraagt slechts 35 kilo. De prijs is 3200 gulden. Op het terrein van de zeilsport verdient de Dehler 36 CWS aandacht, een nieuwe, zeer snelle en handzame 36-voeter waarop het Cen traal Winch Systeem geïntroduceerd wordt. Het komt erop neer dat alle val len, schoten, strekkers en reeflijnen on derdeks naar de kuip leiden waar bedie ning met één grote elektrische lier moge lijk is. Een kleine bemanning volstaat. Op het „houteiland" van de Hiswa springt de trailerbare tweemanskielboot voor open water „Jan van Gent" in het oog. Het tuig van 16,8 en de spinnaker van 17,7 vierkante meter stempelen dit (eventueel zelf te bouwen) schip tot een snelle en sportieve verschijning. Vanwe ge de ruime mogelijkheid om spullen waterdicht op te bergen en de royale voorkuip een geëigende snelzeiler voor tochten op ruim water. Ook de Victoire 855 waaraan vorm is gegeven door zoon Dick van de bekende ontwerper Dick Koopmans Sr., verdient vermelding. Het rondspant schip waarvan het vriendelij ke gedrag in zeegang wordt geprezen, is leverbaar met twee kielversies. De 1 me ter 60 diepe vinkiel maakt van de 855 een comfortabele cruiser/racer, terwijl een 1 meter 20 stekende bulbkiel ook ondiepe vaargebieden binnen bereik brengt. Veel aandacht is besteed aan een ideeën en vindingen zijn verwerkt. leefbaar, sfeervol interieur met een hoog afwerkingspeil. De Surfcat vervolgens, nog een noviteit. Men moet zich daarbij een catamaran voorstellen, gebouwd van twee surfplan ken. In amper een kwartier met behulp van een simpel bouwpakket te vervaar digen uit twee willekeurige surfplanken. Gewicht ongeveer 15 kilo, dus gemakke lijk mee te nemen. Ander surfnieuws: Stephan van den Berg Windsurfing brengt als primeur drie speciale wed strijdsurfplanken die tot nu toe alleen aan professionals werden verkocht, maar voortaan ook ten dienste staan van de recreant of aankomende wedstrijdsurfer. Het zijn een Courserace board, een Sla lom board en een Wave board, dus voor elke Worldcupdiscipline een model. Broer Ron van Stephan bouwt desge wenst een surfplank op maat voor iedere klant. De gebruikte materialen zijn hoogwaardige koolstof, Aramidevezels en epoxy. Bij de accessoires valt de wetenschappe lijk verantwoorde medicijnkoffer „Nau- tipharm" op, samengesteld door de be kende lange-afstandzeilers Eilco Kase- mier en dr. Renato Kasseroller. De kof- ferinhoud, compleet met instructiebla den en een 80 pagina's dik handboek, is speciaal afgestemd op de vaart op rui mer water en de ongemakken die zich daar - met name in de tropen - kunnen voordoen. Elders worden de TWC Dyno-Chip en TWC Compu-Charged van Moverza BV getoond die het defini tieve einde van lege accu's beloven. Het brein van het systeem is een micro-chip die de werkelijke accu-status meet en de verliezen in het laadcircuit, inclusief ver bruik, compenseert en correcties aan brengt bij temperatuurzwenkingen, ter wijl een andere chip zorgt voor een laad/ ontlaadcyclus die de accu's actief houdt, waardoor de levensduur tot 300 procent kan worden verlengd. Nieuw ook is het tweedelig scheepsroer van Gökdemir's. Het biedt de mogelijk heid om supersnel te wenden wanneer de veiligheid op het water in gevaar komt, niet onbelangrijk in deze tijd van toenemende drukte op de vaarwegen. Het roer is eenvoudig te monteren en maakt boegschroeven overbodig. Op de zelfde wijze rekent de Uni-Plotter van Datema af met hulpstukken voor de na vigatie als parallellineaal en koersdrie- hoek. Zelfs onder de meest ongunstige omstandigheden kunnen er snel en nauwkeurig koersen en peilingen mee in de kaart gezet worden. Bij LA 84 tenslot te de primeur van de waterdichte sok, bestemd voor wedstrijd- en andere zei lers die in alle seizoenen doorvaren. De sokken zijn vervaardigd van latexrubber, vallen ruim over de normale sokken en sluiten boven de enkels waterdicht af. „Hierdoor bliiven de voeten lekker warm", stelt de folder in het vooruit zicht.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1989 | | pagina 31