Chester en de geest van Septimus Severus Montbron en de Charente door de ogen van Sartre a£eidóc0otvtant CHESTER - Bijna tweeduizend jaar geleden kwam de Romeinse keizer Septimus Severus de Britten een geducht lesje leren. Met ener gie en visie bracht hij deze provin cie weer gehoorzaam onder het ge zag van de Romeinen, ging tekeer tegen de barbaren uit het Noorden, repareerde de muur van Hadrianus en liet de verdedigingsmuren van het Romeinse fort Deva herbou wen. Muren die nog steeds deel uitmaken van de fameuze, van rode zandsteen opgetrokken City Walls van het beroemde Chester, lange tijd Engelands hoeksteen aan de rand van Wales. Septimus Severus mag dan in zijn tijd al van aanpakken hebben geweten, de afge lopen twintig jaar hebben de inwoners van het twintigste eeuwse Chester een soortgelijk staaltje uitgehaald Tegen woordig is het weer mogelijk als toerist een bijna ononderbroken ronde te ma ken over de oude stadsmuren. ,,The roman empire needs you", adver teert het toerismekantoor, iedereen'die wil kan met een Romeinse schild wacht/VVV-gids een rondje maken. Die kilometers lange muren waren in de ja ren zestig een krakkemikkige bende, net als trouwens de bebouwing van de oude binnenstad met de karakteristieke witte huizen met zwarte vakwerk-steunbalken. Twintig jaar geleden stond een groot deel van de honderden zwartwitte gevels in Chester op instorten. Graantje Chester kende min of meer dezelfde pro blemen als oude steden op het vasteland en ook in Nederland. De balans tussen broodnodige vooruitgang en cultuurbe houd is in zulke plaatsen immer wankel, menige ij veraar voor verantwoorde mo numentenzorg zal dat kunnen beamen. Chester heeft van alle tijdperken tussen de dertiende eeuw en nu een graantje meegepikt; maar zonder zo nu en dan een fikse opknapbeurt zijn de gebouwen gedoemd roemloos ten onder te gaan. De oorlog had ze geen goed gedaan en na '45 wekte het woord „wederopbouw" bij het gemeentebestuur pas in de laatste plaats associaties op met oude gebouwen - die een face-lift behoeven. Het was de tijd van de grootschalige vooruitgangs planning, hetgeen doorgaans neerkwam op „grootschalig slopen". Het was uit „The Cross" vormt het hart van Chester. O balustrade) de Rows, de eeuwenoude extra eindelijk de dreigende sloop van een oude en zeer geliefde pub, die de tegen krachten onder de Chesterse bevolking in de jaren zestig mobiliseerde. Dank zij de beweging die toen ontstond kunnen toeristen weer zonder zorgen door het bekende Kruis van de stad lo pen. Daar komen oude prachtig opge knapte straten samen met de eeuwenou de zwartwitte huizen als getuigen. Over de Rows, de extra trottoirs met winkels op de eerste verdieping, wordt weer druk gewandeld, een bezigheid die twintig jaar geleden soms ronduit gevaarlijk was. Watergate „Charles had echt gelijk", meent een ge pensioneerde inwoner van Chester op het moment dat de sluiter van de toeris tencamera z'n werk doet. Het fotodoel is p de eerste verdieping van de huizenrij (met trottoirs. Bishop Lloyd's Palace, een van de typi sche zogeheten „Black and White"-hui- zen in Watergate Street. De toerist, die zich vanaf de hoger gelegen Rows juist op dat moment afvraagt of't nou Tudor, Georgian of Elisabethan is wat hij staat te kieken, reageert aanvankelijk wat ge schrokken op de ongevraagde toelich ting. „De Prince of Wales bedoel ik, die toe vallig ook nog Earl van Chester is. Char les dus, ik weet precies wat hij bedoelde met z'n uithaal naar de architecten van deze tijd", zo gaat de zestiger, voormalig gemeenteambtenaar, door. „Gelukkig hebben we hier op tijd in de gaten gehad wat we dreigden kwijt te raken". Wie op 's mans aanraden bij de ge meentelijke archieven van Chester de boeken inkijkt wordt onherroepelijk ge troffen door de zeer deprimerende ver slagen uit de jaren zestig. Door de gelei delijke aftakeling van de eeuwenoude ge Het was een in jaren opgebouwde ergernis die de Britse kroonprins Charles ertoe bracht architecten in zijn land een veeg uit de pan te geven. De architectonische janboel en kille zakelijkheid die volgens hem van veel stadscentra afstraalt, acht hij veroorzaakt door mensen die geen oog hebben voor cultureel erfgoed. De kroonprins sprak via de televisie tot het Britse volk en repte daarbij van de „verkrachting van Britse binnensteden". De opmerkelijke ontboezemingen kwamen aan het eind van een jaar waarin het spraakmakende en alom geroemde renovatieprogramma van de oude Engelse vestingstad Chester voltooid was. Twintig jaar strijd is er voor nodig geweest om Chester - waarschijnlijk tot volle tevredenheid van Charles - te redden van de projectontwikkelaars. Voorde voorvechters van de „conservation" is 1988 het jaar geworden waarin werd geoogst; Chester is weer letterlijk „de oude", een van Engelands meest geliefde steden onder vakantiegangers uit heel de wereld. Toeristen herkennen de arbeid die in twee decennia is verricht en doen de bezoekerscijfers weer stijgen. Vorig jaar bezochten ruim 150.000 buitenlanders de stad. bouwen in de ommuurde stad waren de oorspronkelijke bewoners naar prettiger woonoorden in buitenwijken getrokken. Het fraaie erfgoed was onleefbaar gewor den, steeds meer borden en aanplakbil jetten verkondigden officieel de onbe woonbaarheid van de krotten. De kans op instorten van grote delen van het stadscentrum en het bankroet van de bestaande toeristenindustrie kwa men snel naderbij; de bekende dubbel deksbussen denderden in die tijd nog dwars door het centrum. Uitlaatgassen en trillingen hinderden niets of nie mand, alleen de getergde oude black- and-white-huizen zouden er last van kunnen hebben. En die stonden toch op de nominatie te worden neergehaald om plaats te maken voor moderne kantoren, zo was de gedachte. Prijzen Die ontwikkeling was zelfs voor de laat ste bewoners onafwendbaar; de herstel- kosten van de panden die tot op het fun dament „ziek" zouden zijn, bleken hoger dan de waarde van de gebouwen zelf. Een onderzoeksbureau kwam tot de con clusie dat ten minste vierhonderd pan den tot de probleemgevallen moesten worden gerekend. In de periode die volgde op die onheils boodschap is enorm veel gepresteerd, ge noeg om in 1981 de European Prize for the Preservation of Historic Monuments te winnen en in 1983 de Europa Nostra Medal. Er werd een full-time „conserva tion officer" aangesteld; honderden pan den werden aangekocht met gelden van de gemeente, de regionale en landelijke overheid, van kerken, van speciale reno vatiefondsen en Britse monumentenzor gorganisaties. Eigenaren van veel histori sche gebouwen werd de helpende hand toegestoken met renovatiesubsidies. In tussen werden jarenlang aanvragen afge wezen van projectontwikkelaars voor de verwezenlijking van duizenden vierkan te meters kantoorruimte binnen de stadsmuren. De conservering van de oude stad kreeg voorrang boven sloop en nieuwbouw. Daarbij werd veel aan dacht geschonken aan het in ere herstel len van de unieke Rows. Het plaveisel van middeleeuwse straatjes werd weer mooi gemaakt. Oude steegjes kregen een opknapbeurt, vestiging van winkels werd aangemoedigd. Wie nu als toerist door zulke steegjes loopt, wordt aangenaam getroffen door de aanblik van oude-stijl-uithangborden aan de karakteristieke gevels waarachter hypermoderne (bijna trendy) winkels schuilgaan. Na de herstelperiode heeft de gemeente veel moeite gedaan mensen zover te krijgen weer in het stadshart te gaan wonen; ontvolking, een bekend probleem in steden met een verpauperd centrum, was ook Chester niet vreemd. Nu de grote klus in Chester is geklaard, is het autovrije stadscentrum weer zeer gewild als vestigingsplaats voor winkel en gezin. Succesverhaal Chester is een succesverhaal, mensen komen van heinde en verre om het aan te horen en de bewijzen met eigen ogen te zien. Toeristen en stads vernieuwers uit heel Europa worden niet alleen aan getrokken door die mooie zwartwitte huizen en het verhaal erachter. De City Walls hebben ook zo hun charme; in welke stad kun je tegenwoordig nog, bij na zonder onderbreking, over een deels Romeinse, deels middeleeuwse en ne gentiende eeuwse muur om het centrum lopen? De unieke verdediging biedt een prachtig voetpad dat bezoekers binnen een uur langs alle mooie en historische plekken van Chester brengt. Langs de Chester Cathedral, langs het door Wil lem de Veroveraar gebouwde Chester Castle, langs de beroemde renbaan, die van oudsher door de Britten ,,'t Soep bord" wordt genoemd vanwege z'n bij zondere vorm. Vanaf de muur heb je ook prachtig uitzicht over het amfithea ter van Chester, de grootste van de twee die in Groot-Brittannië zijn opgegraven. Als iemand twintig jaar geleden niet had geroepen „Chesters gezicht is haar ge luk", zou het nu niet meer bestaan. ARJEN VAN DER SAR MONTBRON - Wie voor het eerst in Frankrijk op vakantie gaat, moet niet in de Dordogne of aan de zuidkust beginnen. De in vele talen bezongen charme van deze regio's wordt door velen zo bin dend ervaren, dat het moeilijk wordt om het vervolgens elders in Frankrijk nog echt naar je zin te krijgen. Ten onrechte natuurlijk. Frankrijk telt vele gebieden waar je in het vakantiebe stek van enkele weken mooie herinne ringen en verlangens aan overhoudt. De herinnering, zo heeft Friedrich Mo- ser eens geschreven, is het enige paradij selijke domein van de mens dat onaan tastbaar is. De Franse schrijver en filo soof Jean-Paul Sartre definieerde zijn le ven eens als één lange opbouw van her inneringen, in dienst waarvan het altijd op de toekomst gerichte verlangen staat. Elke stap voorwaarts, zo observeerde Sartre in zijn autobiografie „De Woorden", betekent een uitbreiding van het eigen verleden. Hoekstenen Vakanties in onbekende oorden kunnen hoekstenen vormen in de opbouw van een persoonlijk herinneringscomplex. Ze behoren tot de, helaas beperkte, moge lijkheden van de gemiddelde werknemer om het ongeziene te verkennen en nieu we beelden toe te voegen aan de herin nering, die volgens de Amerikaanse cul tuurcriticus Christopher Lash in zijn es say „De cultuur van het narcisme" niet rijk genoeg kan zijn. Voor Lash vormt de herinnering het voorwaardelijke fun dament voor een gelukkige levensavond. Niet de opbouw van het pensioen maar van de waardevaste herinnering is in dit verband de beste oudedagsvoorziening. Moser, Sartre en Lash verwoordden een realiteit die door de meeste mensen diep wordt gevoeld, maar niet zo concreet wordt ervaren. De razernij waarmee bij voorbeeld Amerikaanse en Japanse toe risten doorgaans Europa fotograferen - ze maken nooit de indruk echt aanwe zig te zijn, zien geen beelden, maar leg gen ze vast - lijkt een extreme bevesti ging van wat deze schrijvers en denkers in zo'n glorieus levensperspectief hebben geplaatst. De feitelijke vakantieviering, zo is mijn ervaring, haalt het zelden bij het plezier van voorproef en nasmaak. De fysieke aanwezigheid op een vreemde plaats heeft iets onwezenlijks en ongrijpbaars. Je houdt jezelf voortdurend voor dat je het werkelijk bent die daar rondloopt, kijkt en geniet. Maar het wordt pas „werkelijkheid" lang nadat je weer thuis bent. Obstakel De herinnering aan een vakantie kan met andere woorden een ernstig obstakel zijn bij het kiezen van een nieuwe, onbe kende vakantiebestemming. Als het je ergens goed is bevallen, slaat de herinne ring eraan om in het verlangen ernaar. Je wilt het nog eens overdoen, maar dan beter en anders. De letterlijke invulling van dat verlangen loopt vrijwel altijd uit op een diepe teleurstelling. Wat je met de terugkeer naar een eerder bezochte plaats beoogt, is de bevestiging van de herinnering daaraan. En dat laatste is onmogelijk: het duplicaat is altijd min der dan het origineel, de herhaling altijd zwakker dan het eenmalige. Toch is de verleiding groot en iedereen geeft daar met een zekere regelmaat aan toe, mij zelf daarbij niet uitgezonderd. Het zou daarom opnieuw de Dordogne worden, jaren geleden onze eerste va kantiebestemming in Frankrijk. Te laat voor het reserveren van een van de hon derden campings daar, moesten we de Périgord laten voor wat ze is en uitwij ken naar een ander gebied. Dat werd de Charente, het door de toeristenindustrie met een handjevol campings en sum miere beschrijvingen karig bedeelde voorland van de Dordogne. De Charente, een op de kaart lastig tra ceerbaar gebied, krult zich om de weste lijke grens van de Dordogne heen en vormt zo het voorland van de Périgord- Blanc. Niet ver dus van waar we ons het meeste „thuis" voelden. De camping (Les Georges du Chambon, 37 kilometer ten oosten van Angouléme en twee kilo meter ten westen van het plaatsje Mont bron) bleek een van de mooiste van de vele campings die we in Frankrijk al aandeden. Uren wandelen Hij ligt als een fleurig dessin uitgevou wen over een groen en glooiend terrein langs de Tardoire, een lieflijk stromende zijarm van de rivier de Charente. Kleine groepjes tenten liggen ver van elkaar verspreid. Een zandstenen boerenhoeve met paardestallen, een eenvoudige ge meenschappelijke ruimte en het privé- verblijf van de campingbeheerders, een ouder echtpaar uit de Charente dat uit munt in vriendelijkheid en behulpzaam heid, vormt het geruststellende bewa kingscentrum van dit vakantieverblijf. De dag begint er 's morgens rond half negen, wanneer een bakker uit de buurt zijn nog op houtvuur gerezen pain de campagne, stokbroden en croissants komt bezorgen. Alles in de luwte van uitgestrekte loofbossen, waar je nog uren kunt wandelen zonder een woord Neder lands of Engels te horen. Een recreatieve idylle kortom, die naast de verrukkingen van een authentiek en afwisselend land schap, de stilte en de nauwelijks aange taste architectuur van enkele dorpen en gehuchten ook specifieke vakantievoor zieningen als een zwembad en blinkend sanitair biedt. Niets Het nabijgelegen plaatsje Montbron (een supermarkt, een winkelstraat, een markt pleintje, twee restaurants, drie cafés en een voetbalveld voor een krakkemikkige overdekte tribune) spant misschien wel de kroon. Het mooifr van Montbron is dat het niets is. In zijn onkreukbare on wil te voldoen aan de overspannen ver wachtingen van de reisfolder-lyriek, ver tegenwoordigt het de Franse provincie voorbeeldig. De grote verleiding schuilt in zijn toonbeeld van de belofte, in zijn onvolmaakte aankondiging van het vol maakte en in de soevereine kalmte waar mee het dat doet. (ADVERTENTIE) Met Sijthoff's Educatieve Dienst naar Sicilië In de loofbossen van de Charente kun je nog uren wandelen zonder andere Nederlanders tegen te komen. Hier, op steenworpsafstand van de on weerstaanbare Dordogne, ga je iets be grijpen van het uitzonderlijke dat in het normale steekt, zolang het zichzelf maar blijft. In de verkwikkende leegte van Montbron laadt het verlangen zich hoog op en loop je vol met herinneringen. Herinneringen van een zeldzamer genre dit keer. Je kunt naar Montbron terugke ren zonder het genoemde risico dat de fysieke werkelijkheid de herinnering er aan verslaat. Je herinnert je immers iets dat zichzelf was. is en hopelijk ook zal blijven. Niet in de Dordogne, de streek waar zijn familiewortels liggen, maar in de Cha rente kijk je plotseling naar Frankrijk door de ogen van Jean-Paul Sartre. Hij bracht zijn kleuterjaren door in Thiviers, zestig kilometer onder Montbron, en be greep al vroeg de kracht van het onvolle dige en onvoltooide, dat pas in de herin nering verder groeit. De Charente, met haar goedbewaarde onvolmaaktheid, is in de tegemoetko ming daaraan bijna volmaakt. De Educatieve Dienst van Sijthoff Pers houdt zich bezig met een groot aantal activiteiten ten dienste van het onderwijs. Naast lespakketten, hulp bi] het opzetten van een project, boeken met les-ideeen en rondleidingen door het gebouw van Sijthoff Pers om met eigen ogen te zien hoe een modem dagblad wordt ver vaardigd, wordt er ook elk jaar in de herfstvakantie een educatieve buitenlandse reis voor onderwijsgevenden georganiseerd. Behalve de „gewone" culturele attracties van een bepaald land staan op het programma ook schoolbezoeken, teneinde Nederland se docenten de gelegenheid te geven kennis te maken met andere educatieve culturen. De reis wordt doorgaans begeleid door een kenner van het te bezoeken land en wordt voorafgegaan door een kennismakingsbijeenkomst in het gebouw van Sijthoff Pers te Rijs- Dit jaar voert de trip naar Sicilië, over welk eiland een rondreis wordt gemaakt onder begeleiding van Prof. dr. L. de Blois, hoogle raar oude geschiedenis aan de Katholieke Universiteit van Nijme gen. De turbulente geschiedenis van Sicilië, brandpunt van vele cultu ren, en de gave staat,-waarin Griekse, Romeinse, Normandische en andere bouwwerken zich bevinden, staat borg voor een unieke Wilt u hierover, of over de andere activiteiten van Sijthoff's Edu catieve Dienst meer weten, bel dan 's ochtends 070-190596, José Gerding of Monique Brummelkamp.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1989 | | pagina 23