Spannende week voor Van Brienenoordbrug Bijzonder onderwijs moet eigen eindtermen opstellen NIEUW DEEL WORDT NAAST OUDE BRUG GEPLAATST IA 4 BINNENLAND CeUWSoiwant ZATERDAG 11 FEBRUARI 1989 PAGINA 5 ROTTERDAM Iedere Nederlander is eraan ge wend geraakt: „Voor de Van Brienenoordbrug staat een fila van drie ki lometer". Maar binnen af zienbare tijd zal dit ver trouwde bericht uit de ether verdwijnen, want volgende week wordt een belangrijke stap gezet in de verbreding van Neer- lands verkeersknooppunt nummer één. Van Brie nenoordbrug twee is in aantocht. De eerste brug werd in het be gin van de zestiger jaren ter plekke gebouwd, maar door de toename van de scheepvaart was dat voor de tweede versie niet mogelijk. Die brug ligt nu klaar op de werf van de Zwijndrechtse bruggenbouwer Grootint en gaat aanstaande maandag mits het weer meewerkt de grote reis ma ken van de werf naar de defi nitieve vestigingsplaats. De boogbrug die 287 meter lang en 40 meter hoog is en een transportgewicht heeft van 4800 ton, wordt voor het vervoer op twee pontons van 100 bij 30 meter geplaatst, die door vier sleepboten en twee duwboten worden voortbewo gen. Omdat de boog tijdens het twintig uur durende transport vier bruggen moet passeren, worden de pottons extra ver zwaard. zodat de ijzeren kolos vlak boven het water zal lig gen; de uiteinden van de brug zullen bij deining door het wa ter slepen. Op deze wijze kan onder de Botlekbrug worden doorgevaren, waar aan de bo venkant slechts 30 centimeter speling tussen de twee stalen frames zal zijn. Nadat de nieu we Van Brienenoordbrug vol gende week donderdag naast de bestaande brug tussen de pijlers is gemanoeuvreerd, wordt de dag erna gestart met het omhoog vijzelen van de boog. In totaal moet de brug 18 meter de lucht in, hetgeen in stappen van 80 centimeter wordt gedaan. Deze operatie zal ongeveer negen uur in be slag nemen. Zetje Minister Smit-Kroes geeft uit eindelijk volgende week zater dag het laatste „zetje" tijdens een officiële bijeenkomst. Dan zal de nieuwe boog zijn defini tieve plaats hebben, waarna de toevoerwegen en de beweeg bare klap aangelegd worden. In mei van het volgend jaar gaat de nieuwe brug voor het verkeer open, maar dan start de opknapbeurt van de oude brug, die tot medio 1992 zal duren. Na voltooiing van de werkzaamheden zal de capaci teit van de corridor ongeveer zijn verdubbeld. Op de verbre de brug zullen 12 rijstroken beschikbaar zijn in plaats van de huidige 6 rijstroken. Maar tot 1992 blijven de files op de A-16 bij Rotterdam een dage lijks terugkerend ritueel. De Van Brienenoordbrug. ge noemd naar een eiland dat in de Nieuwe Maas ligt, kreeg kort na de ingebruikneming in 1965 dagelijks 29.000 auto's te verwerken. Dat aantal is nu bijna vijfmaal zo groot. Elke dag jakkeren 140.000 perso nen- en vrachtwagens over deze belangrijke verkeersscha- De nieuwe Van Brienenoordbrug lijkt als twee druppels water op de oude brug. Toch is dat schijn, want de boogdelen van de nieuwe brug zijn aan elkaar gelast, terwijl bij de oude nog gebruik is gemaakt van klinkverbindingen. De nieuwe werkwijze geeft een flinke gewichtsbesparing. FOTO: RIJKSWATERSTAAT SUSKE EN WISKE DE KOMIEKE COCO Ten westen van de oude Van Brienenoordbrug wordt, donderdag de nieuwe boogbrug ingevaren, waarna de afbouw kan beginnen. Mei 1990 gaat de brug open voor het verkeer en kan de opknap beurt van de oude brug beginnen. Medio 1992 zal het gehele project, dat 539 miljoen kost, voltooid zijn. FOTO: ANP kei tussen Noord en Zuid-Ne derland. En aan de groei lijkt geen eind te komen. Het opvallend daarbij is de sterke jaarlijkse toename van 5% in de afgelopen vijf jaar, na een aanvankelijke groei van 1% per jaar in de periode 1980 tot 1984. Teneinde het knelpunt op te lossen gaf minister Smit- Kroes van verkeer en water staat in 1984 aan Rijkswater staat de opdracht de brug te verdubbelen. In 1979 was het besluit al genomen om aan de westzijde van de bestaande brug een tweede brug te bou wen. In 1986 werd daadwerke lijk een begin gemaakt. Geregeld komt de vraag naar de Van Brie- De tweede Van Brienenoord brug wordt maandag over de Oude en Nieuwe Maas van Zwijndrecht naar Rotterdam gebracht. Voor belangstellen den is dat goed te volgen, mits er geen mist is die roet in het eten gooit. Bij minder dan een kilometer zicht gaat de opera tie niet door. Om 10.00 uur gaat het trans port de Oude Maas op om ach tereenvolgens de Spijkenisser- brug (17.00 uur) en de Botlek- brug (18.30 uur) te passeren. Om 22.00 uur wordt onder de spoorhefbrug bij het Rotter damse Noordereiland gevaren. Op donderdag 16 februari vindt het invaren van de boogbrug plaats. Dat karwei begint om 12.00 uur en zal om streeks 18.00 uur zijn afgerond. Vrijdag 17 februari wordt om 12.00 uur begonnen met het optakelen van de brug. In to taal moet 18 meter worden overbrugd. Zaterdag 18 februari zal minis ter Smit-Kroes rond 12.30 uur de officiële plaatsing verrich ten. Uiteraard zijn al deze ge gevens onder voorbehoud. De werkzaamheden op don derdag kunnen worden gade geslagen vanaf de Schaardijk te Rotterdam. Vanaf de me trostations Kralingse Zoom en Capelsebrug rijden gratis pen delbussen. Over het gehele project is na bij de brug een expositie inge richt. Met veel foto's en ma quettes is de Van Brienenoord- corridor in beeld gebracht. Het informatiecentrum is gratis toegankelijk op werkdagen en ook op zaterdag 18 februari van 10.00 tot 16.00 uur. Adres: Toepad 5. Rotterdam. Telefoon 010-4523877. nenoordbrug niet wordt ver vangen door een tunnel. Toen in 1958 de keus werd gemaakt tussen een brug en tunnel, viel de laatste variant af omdat het transport van gevaarlijke stof fen te riskant werd geacht. Nu er al een brug ligt, is voor de omgeving een verdubbeling de minst ingrijpende oplossing. Bovendien is het financieel en esthetisch het meest verant woord. Want het neerleggen een onderdeel van het totale plan: de Van Brienenoord-cor- ridor. De kosten van het pro ject bedragen 539 miljoen gul den, waarvan 215 miljoen wordt besteed aan de werk zaamheden voor de verbre ding van de brug. Elke brug krijgt de beschik king over rijbanen voor het doorgaande verkeer, die zijn gescheiden van de rijbanen voor het plaatselijke verkeer. Deze scheiding betekent dat men al ver vóór de brug een keuze zal moeten maken voor de' richting, die men nó de brug uit wil. Ook moest het bedieningshuis voor het open- en dichtdoen van het beweegbare deel van de brug worden 'vervangen. De oude regelkamer zat aan de kant waar de nieuwe brug komt. Vanuit het nieuwe be dieningshuis zullen straks de beweegbare delen van beide bruggen worden bediend. En ook het fiets- en bromfietsver- keer profiteert van de aanleg. Er komt aan de oostzijde een geheel nieuw fietspad voor beide rijrichtingen. Verzakkingen Door het plaatsen van de nieu we brug worden ook de ver zakkingen gecorrigeefd, die bij de oude brug in de loop de ja ren zijn ontstaan. De Van Brienenoordbrug is aan de noordkant tien centimeter la ger komen te liggen, doordat de grond onder de pijlers min der stevig is dan die aan de overkant. Door het plaatsen van nieuwe pijlers wordt de grond aan de rechter Maas oever weer enigszins „terugge drukt". Maar er heeft«zich bij de oude brug ook een verzak king voorgedaan over de leng terichting. De brug helt naar de oostzijde over. omdat de pij lers zijn scheefgezakt. Dat pro bleem wordt verholpen door de nieuwe brug - aan de wes telijke kant dus - voor een deel op de oude pijlers te plaatsen. Het gewicht moet de pijlers weer in evenwicht trekken. Medio 1992 is het karwei ge klaard en zal de Van Brienen oordbrug zijn dagelijkse „ster- spot" op de radio kwijtraken. Maar de verkeersprognoses Op de werf van Grootint in Zwijndrecht ligt de boogbrug, die 287 meter lang en 40 me ter hoog is en een transportge wicht heeft van 4800 ton, te wachten op het transport naar Rotterdam, dat 20 uur zal du- FOTO: RIJKSWATERSTAAT wijzen nu al uit dat „het Ter- bregscplein" de aansluiting van de A-16 (Rotterdam-Bre da) op de A-20 (Hoek van Hol- land-Gouda) die twijfelach tige eer zal overnemen. Dat knooppunt is bij plannen be trokken om ten noorden van Rotterdam een nieuwe rijks weg aan te leggen naar de snelweg Rotterdam-Den Haag. Maar dat zijn nog papieren plannen. LUCAS BOLSIUS CDA-SENATOR EN HOOGLERAAR ONDER WIJSRECHT POSTMA: Minister Deetman van onderwijs lijkt erg zelfverzekerd over zijn plannen voor de basisvorming en de daarbij behorende eindtermen. Maar of daar wel zoveel redenen voor zijn, is maar de vraag. Onderwijsorganisaties verwijzen de vorige maand verschenen voorstellen voor eindtermen naar de la; in de politiek worden grote vraagtekens gezet achter de praktische haalbaarheid (te weinig tijd voor te veel vakken) en er bestaat.zorg over de scheve schaats die de minister in grondwettelijk opzicht dreigt te gaan rijden. DEN HAAG „Als er dan eindtermen basisvor ming moeten komen ik ben daar niet op voorhand van overtuigd dan moet het bijzonder onder wijs de gelegenheid krij gen eigen eindtermen te formuleren". Dat zegt prof.dr. A. Postma, Eerste-Kamerlid voor het CDA en bijzonder hoogleraar onderwijsrecht in Amsterdam en Groningen. Eindtermen voor de basisvorming geven aan wat alle leerlingen van vijftien/zestien jaar minimaal moeten weten. De minister wil die eindter men vaststellen en daarin ziet prof. Postma problemen met de vrijheid van onderwijs. In de praktijk immers bepalen de eindtermen voor het grootste deel, zo niet helemaal, de in houd van de lessen. En dat kan niet, gelet op die vrijheid van onderwijs. Dus, meent de senator, moet het bijzonder on derwijs van r.k. scholen tot en met de Vrije Scholen van de antroposofen de gelegen heid krijgen hun eigen eind termen te formuleren, die ove rigens wel door de minister moeten worden getoetst. Bij gebleken onenigheid zou de Onderwijsraad het laatste woord moeten spreken. Prof. Postma: „De minister wil zelf de eindtermen vaststellen om daarmee greep te krijgen op de kwaliteit van het onder wijs. Die kwaliteit moet om hoog, want de samenleving heeft behoefte aan meer en beter opgeleide mensen. De minister spreekt over de kwa liteitsverhoging mede met het oog op de (economische) posi tie i land het nigd Europa, maar ook ten op zichte van Japan en de Vere nigde Staten". „Zo'n redenering geeft het verschil aan met het onderwijs in de vorige eeuw tot en met de eerste helft van de twintig ste eeuw. Toen ging het om de ontplooiing van individuele kinderen: de hogere burger school (hbs) werd opgericht om aan de verlangens van een deel van de bevolking, een ze kere elite, tegemoet te komen. Nu gaat het om de „verhef fing" van het hele volk". Postma: „Je kunt het ook zo zeggen: vroeger was onderwijs het middel voor ontplooiing of emancipatie van individuele kinderen, nu is onderwijs een investeringsmiddel van een sa menleving in haar geheel. De overheid heeft daarin een stu rende taak. Daarvoor zijn be- heersingsinstrumenten nodig en de minister heeft gekozen voor onder meer eindtermen". „Dat de minister zo handelt, is helemaal niet zo merkwaardig. Niemand kan immers ontken nen dat de omstandigheden volstrekt anders zijn gewor den; de oude beleidsvormen passen niet meer op de huidige en toekomstige situatie. Bo vendien doet de minister z'n plicht, zou je kunnen zeggen. Hij moet volgens de grondwet immers zorgen voor het mate riële welzijn van het volk en onderwijs is een belangrijke factor voor de economie van een land, hebben we gezien" „Het verzet tegen de plannen van de minister met de basis vorming met name tegen de eindtermen is voor een groot deel te herleiden tot een botsing van die „economische" belangen met belangen van kinderen. Sommigen vinden de plannen schadelijk voor het welzijn van het individuele kind. Ze denken dat op grond van hun mensbeeld. De antro posofen, die de Vrije Scholen hebben opgericht, denken zo, maar ook uit confessionele hoek rijzen bezwaren". „Ik denk trouwens dat heel veel mensen de minister ei genlijk gelijk geven. Ze den ken dat zijn no-nonsensebeleid de beste garantie is voor een materieel wel voorzien leven van hun kinderen. In die zin zou het inhoudelijke verzet weieens een elite-verzet kun nen zijn. En dat is niets nieuws; heel vaak is het een kleine groep die (anti-)bewe- gingen in gang zet. Hoeveel mensen waren er eigenlijk echt betrokken bij de oprich ting van de confessionele schoL len in het begin van deze Grondwet De CDA-senator wijst op een ander aspect: de minister komt in conflict met de grondwet. „De eindtermen zullen in de praktijk de inhoud van het on derwijs gaan bepalen, en dat kan grondwettelijk niet. Het leerplan van de school wordt indirect bepaald door de eind termen en op hun beurt zou den die eindtermen moeten worden vastgesteld door de minister. Die constructie is niet aanvaardbaar, gelet op de grondwettelijke vrijheid van onderwijs. Ook niet in de vorm zoals de minister die la ter heeft voorgesteld: hij be paalt voor de duur van één jaar de eindtermen en vervol gens stelt de wetgever, het parlement, die eindtermen „Dat lijkt best aardig, maar in de praktijk zal het parlement die eindtermen die de minister had vastgesteld en waarmee de scholen al een jaar werken, natuurlijk niet kunnen wijzi gen. De meest zuivere vorm is dat de wetgever de eindter men vaststelt voor het open baar onderwijs en dat het bij zonder onderwijs zelf eindter men ontwikkelt. De minister moet vanwege het publieke belang de eindtermen van het bijzonder onderwijs toetsen en in geval van een geschil kan de Onderwijsraad de doorslag geven Zo zou het naar mijn idee kunnen, vooropgesteld dat eindtermen noodzakelijk dachte van het zelf formule ren van eindtermen door het bijzonder onderwijs uitstekend binnen de gedachten van het CDA over het „maatschappe lijk middenveld". „CDA-voor- zitter Van Velzen heeft het er voortdurend over: de overheid moet terugtreden om dat „maatschappelijk middenveld" de kans te geven (de voor waarden scheppen) om de ei gen verantwoordelijkheid vorm te geven. Het idee van eigen eindtermen door en voor het bijzonder onderwijs sluit daar perfect bij aan" Prof. Postma zegt zich overi gens ambtshalve niet zo druk te maken over de kwestie van de eindtermen: „Het voorstel ligt nog maar bij de Tweede Kamer én het is de vraag hoe en of wij het hier in de Eerste Kamer krijgen. We wachten dus maar rustig af". Inmiddels hebben de meeste organisaties kritisch gerea geerd op de presentatie van de concept-eindtermen voor ba sisschool en basisvorming. Ze zijn daartoe ook uitgenodigd door de minister, die een „bre de discussie" wil over de kwestie. De Katholieke Onderwijsva korganisatie KOV heeft in een commentaar aangegeven dat zij de minister met zijn proce durele plannen niet serieus kan nemen. De bewindsman wil de eindtermen vaststellen in augustus van dit jaar en te gelijkertijd heeft hij het over een „brede discussie" Die tijd is veel te kort voor een goede gedachtenwisseling. vindt de KOV. De kamerbe handeling vindt in elk geval niet voor Pasen plaats; tot na die behandeling is het dus on zeker of de plannen doorgaan. De Besturenraad Protestants Christelijk Onderwijs (over koepeling van schoolbesturen) is om dezelfde redenen van oordeel dat de eindtermen te vroeg zijn gemaakt. De minister heeft de concept- eindtermen vorige maand tij dens een feestelijke bijeen komst gepresenteerd gekre gen. Dat feestje is de perso neelsorganisatie PCO in het verkeerde keelgat geschoten. Een blijde ambtenaar Bas van Eyndhoven had gezegd dat de bijeenkomst een uitdrukking is van het belang dat de over heid stelt aan de verhoging van de kwaliteit in het onder wijs. De PCO spreekt honend Naar zijn oordeel past de ge- offer deze „kwaliteitsverbete- Prof. Postma: De meest zui vere vorm is dat de wetgever de eindtermen vaststelt voor het openbaar onderwijs en dat het bijzonder onderwijs zelf eindtermen ontwikkelt". FOTO: DIJKSTRA rende bijeenkomst"; een voor beeld hoe de overheid kwali teitsverbeterend werkt in de vergaderzalen. De praktijk van het schoolwerk en de voortdurende aantasting van de voorwaarden waaronder dat werk moet plaatsvinden, worden vergeten, aldus de PCO Drs. K. de Jong Ozn. voorzit ter van de Unie School en Evangelie (de bezinningsorga- nisatie van het prot. chr. on derwijs), wijst op de „aardver schuiving" die dreigt plaats te vinden. Eindtermen gaan, als het zo doorgaat, veel meer aan de scholen voorschrijven dan menteel doen. pel mogelijk te zeggen: in exa menprogramma's schrijft de overheid globaal voor wat je Vnoet weten en kunnen bij een bepaald vak. Maar bij de eind termen zoals ze er nu uitzien gaat de overheid zeer gedetail leerd voorschrijven wat voor leerstof een school bij een be paald vak moet aanbieden en zelfs wat het doel van het on derwijs in dat vak moet zijn. De nu voorgestelde eindter men zijn veel uitvoeriger dan de huidige examenprogram ma's. Voor allerlei vakken be slaan ze veertig a vijftig pagi na's, terwijl de meeste exa menprogramma's nu op een paar pagina's kunnen", aldus De Jong. Behalve de hierboven ge noemde kritiek op het wets voorstel basisvorming, zijn er de zorgen van de opstellers van het rapport (van de We tenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid, WRR) dat de basis vormde voor het wets voorstel. Enkelen van hen dis tantiëren zich volledig van wat Deetman uiteindelijk van hun voorstel heeft gemaakt. En tenslotte: uit het bedrijfs leven klinken ook nogal kriti sche geluiden Het is dan ook te verwachten dat na de huidige politieke windstilte over het onderwerp, er een flinke bries zal opste ken en wie weet, wel een har de storm LÜTSEN KOOI/JRA

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1989 | | pagina 5