De duurste boom van Nederland De gevaren van onzichtbaar geld EDE - Het wemelt in Amsterdam van de openbare urinoirs, door de volksmond krullen bijgenaamd, of schoon de ontwerpers van straat- meubilair er al lang andere archi tectonische vormen voor hebben bedacht. Maar het Hiltonhotel, dat was van een geheel andere orde. Nadat dit toentertijd hypermoderne lo gement. het eerste naar Amerikaanse snit in Nederland, zijn deuren wagen wijd geopend had, werd het mode om daarvan gebruik te maken bij wijze van publieke waterplaats. Langs de goudge- galonneerde portier naar binnen, meteen rechtsaf de marmeren gang in waar zich ook allerlei boetieks bevonden en daar, achter matglazen deuren met vergulde handgrepen, lagen ze, de toiletruimten. Een keur aan zeepjes, reukwatertjes en verwarmde handdoekjes wachtte er de bezoeker. Vervolgens, na gedane arbeid, langs de goudgegalonneerde portier weer naar buiten. Geen mens informeerde wat wel het doel van het kortstondige bezoek had mogen wezen. Een prins heerlijk gevoel gaf het van dit meest lu xueuze urinoir in Nederland gebruik te hebben gemaakt. Dezelfde sensatie moet het roodbont ge vlekte hondje met de verkeerde krul in zijn staart kennen dat de Amsterdamse- weg te Ede komt afgewandeld. Op de hoek van de Buitenzorglaan houdt hij halt. Een steelse blik links. Een steelse blik rechts. Dan wipt hij vastbesloten over het hekje van het aldaar gelegen perceel dat kadastraal bekend is als sec tie K, nr. 6453 (ged.), gaat in draf op de reusachtige eik af die zich er verheft, tilt de rechter achterpoot gestrekt omhoog en laat een copieuze straal klateren tegen de groen bemoste stam. Prinsheerlijk wipt hij terug over het hekje en vervolgt zijn weg, in de wetenschap zojuist gewa terd te hebben tegen de duurste boom van Nederland en misschien wel van ge heel Europa. Een boom van 133.000 gul den. Waarde De gemeente Hilversum baarde het afge lopen jaar opzien door een Mondriaan uit zijn bezit in de verkoop te gooien. De gemeente Ede doet het omgekeerde en heeft een ongekend hoog bedrag veil voor de aankoop van een Amerikaanse eik. Wat mag hier wel aan de hand zijn? Het eerste kranteberichtje dienaangaan de luidde aldus: „Burgemeester en wet houders van Ede gaan de gemeenteraad voorstellen om een eik te kopen. Deze meer dan een eeuw oude boom staat op een markante plaats in het centrum van het Gelderse dorp op een terrein van on geveer 600 vierkante meter. De huidige eigenaar wil de boom kappen en de grond bebouwen. Het gemeentebestuur echter wenst de eik te behouden en is bereid voor boom plus grond 133.000 gulden uit te trekken. Het terrein blijft ook na aankoop door de gemeente be stemd voor woningbouw, maar het zal niet worden bebouwd zolang de eik leeft. Uit onderzoek is gebleken dat de boom in een goede conditie verkeert. Gemeten volgens de normen van de Bomenstich- ting vertegenwoordigt hij een belevings waarde van 80.000 gulden", aldus de verantwoordelijke wethouder H. Alberts. Hoe intrigerend allemaal. Nog nóóit ver toond bovendien, een gemeente die 133.000 gulden wil betalen voor één en kele boom. De verantwoordelijke wet houder H. Alberts blijkt in Bennekom te wonen, dus persoonlijk voordeel is uit gesloten; zijn huiskamer kijkt niet uit op het meer dan 45 meter hoge botanische gevaarte met de brede, gespreide kroon, de massieve kronkelige takken en de stam van ruim vier meter waarover het rapport van de Bomenstichting de lof trompet steekt. Hij kent de boom na tuurlijk wel, maar speciaal een straatje omlopen teneinde hem te zien, nou nee. En als hem gevraagd wordt welke bele vingswaarde die eik aan de Buitenzorg- laan voor hem persoonlijk heeft, vervalt hij in vage algemeenheden. De reeds ge noemde markante plaats. De monumen taliteit, in alle jaargetijden, ook nu, 's winters, maar vooral wanneer de wel 25 centimeter lange bladeren zich met het vorderen van het najaar dieprood kleuren. Een speciale vreugde echter schenkt het aanschouwen van de boom hem niet. Zomaar Aan niemand eigenlijk. Men moet be denken dat de gemeente Ede 32.000 hec tare grond beslaat. Tienduizend hectare daarvan is bos of natuurterrein. Bomen te over in Ede waaronder de nodige mo numentale exemplaren. En op enige sen timentele waarde kan de eik ook al niet bogen. Het is volgens Alberts geen Wil- helminaboom, geplant bij de geboorte of de troonsbestijging van de formidabele vorstin, zoals veel andere bomen in Ne derland. Hij heeft geen bijnaam. Er is geen legende aan verbonden. Nooit heb ben er beroemde personages in zijn schaduw gerust en er is zelfs niet om heen gedanst op de 1 mei-dagen van weleer. „Eigenlijk is hij zomaar ineens boven water gekomen toen we hoorden dat de eigenaar van de grond hem wilde kappen om een bungalow te bouwen", peinst Alberts. Maar daarmee werd hij plotsklaps wel de duurste boom van Nederland, deze Quercus Rubra zoals de Amerikaanse eik officieel heet. Om de 133.000 gulden die Ede ervoor wil neertellen, enig per spectief te geveh, even de vraag: wat brengt hij op als hij zou worden gekapt? Wethouder Alberts die behalve grondza ken ook ruimtelijke ordening en woning bouw in zijn portefeuille heeft, schiet al in de lach voordat hij goed en wel aan het rekenen is geslagen. Laat hij eens kij ken. Twintig kubieke meter hout. Hoog uit. Nou, wat die opbrengen, kan men vaststellen bij elk willekeurig benzinesta tion waar ze houtblokken voor de open haard verkopen. Zeventig gulden per kuub. Een schamele 1400 gulden zou de monumentale eik opbrengen, zo hij ge rooid werd. 1400 gulden. Dat staat toch in geen en kele verhouding tot de 133.000 gulden die burgemeester en wethouders van Ede de boom waard achten? Is hij niet bruik baar voor een ander doel? De jongens van het massief eiken in klop-klop-Ois- terwijk wellicht? Helaas nee, zo ligt dat volgens Alberts niet meer. „Mijn eigen grootvader was smid-wagenmaker en toen ging het anders. Hij trok het bos in en zoch een eik uit. Die werd gerooid en achter het huis als boom vijf jaar be waard. Daarna werd hij aan platen ge zaagd, zoals dat heette, en weer vijf jaar buiten bewaard. Vervolgens nog eens vijf jaar binnen. Pas dan, na vijftien jaar, vond grootvader dat hij verwerk baar hout had. Dat zou tegenwoordig ondenkbaar zijn. Het hout voor de meu belmakerij wordt fabrieksmatig klaarge stoomd. Voor wat Amerikaanse eiken betreft, halen we het uit het buitenland. De inlandse eik, ja, die is nog wel in trek, maar een Amerikaanse eik van ei gen bodem, daar kun je alleen brand- In Ede staat een boom die, verwerkt tot houtblokkeh voor de open haard (voor iets anders deugt hij niet), krap 1400 gulden zou opbrengen. Toch wil het gemeentebestuur hem aankopen voor 133.000 gulden. Vanwege zijn belevingswaarde. Maar wat is belevingswaarde? Waarom één enkele eik betaald met de prijs van 13 hectare bos? „Hier doet zich de kans voor om iets markants te behouden; nou, doe dat dan eens een keer", rechtvaardigt wethouder Alberts de opzienbarende transactie. snoeid en teruggenomen moeten wor den. De wond dient een behandeling te ondergaan en de bewortelingszone moet met rust gelaten worden. Als aan deze voorwaarden wordt voldaan, heeft de eik nog zeker vijftig jaar toekomst". Offer Interessant. Dc gemeente Ede zal, wan neer de raad akkoord gaat met het voor stel van B en W, althans geen kat in de zak gekocht hebben en ach, beaamt Al berts, mocht de peperdure eik na de voorspelde vijftig jaar of eerder het loodje leggen, dan kan er op perceel sec tie K, nr. 6453 (ged.) alsnog gebouwd worden en komen de 133.000 gulden er wel weer uit. Maar een offer blijft het, want, becijfert de wethouder uit het hoofd, „zolang de boom leeft, ligt dat kapitaal renteloos vast in de grond, het geen, laat eens kijken, bij een rente van zeven procent de gemeente op jaarbasis tienduizend gulden kost. Een schijntje op onze gemeentebegroting van driehon derd miljoen, zult u zeggen. Zeker. Maar als ik kijk naar al die verenigingen die we hebben en waarop beknibbeld moet worden, kan ik me voorstellen dat er mensen zullen roepen: zulke lasten voor één stomme boom?". Blad- en takbezetting goed dus. De ge vonden napjes en eikels in orde. Voor de laatste keer: wat zegt zulks over de bele vingswaarde? Over de kern van de zaak? Wethouder Alberts zucht en overhandigt een andere bijlage, behorende bij het raadsvoorstel en eveneens opgesteld door de Bomenstichting. „Mooi zijn" laat het te Utrecht gevestigde lichaam daarin weten, „kun je vaak moeilijk in cijfers uitdrukken. Hetzelfde geldt voor de mate waarin een boom het menselijk leven veraangenaamt. Dit zijn onweeg bare waarden". Maar in 1970, zo wordt vervolgens uitgelegd, heeft ir. A. Raad voor Nederland een methode ontwik keld om toch de schoonheids- of bele vingswaarde van een boom te bepalen. Deze waarde verkrijgt men door met el kaar te vermenigvuldigen de eenheids prijs van de boom in guldens, het aantal vierkante centimeters van zijn dwars doorsnede op 1,30 meter hoogte, zijn soortwaarde (een eik scoort hoger dan een populier), zijn conditiewaarde (ge zond is 100, flink ziek is 20), zijn stand- plaatswaarde (stadscentrum scoort hoger dan landelijk gebied) en de waarde van zijn plantwijze (een alleenstaande boom is 100, een boom in een bos is 20). Mondriaan Voor de Quercus Rubra aan de Buiten zorglaan te Ede leverde de vermenigvul diging van al deze factoren een bele vingswaarde van 80.000 gulden op. Dat de gemeente 133.000 gulden betaalt. Een economische waarde heeft deze boom niet. Wel een belevingswaarde En die is 133.000 gulden. FOTO: PERS UNIE hout van maken, die heeft verder geen economische waarde". Gemompel Logisch dat onder zulke omstandighe den de belevingswaarde gaat tellen. Dan nog had Alberts toen hij in 1968 als wet houder aantrad, dertien hectare bos voor dezelfde prijs die hij nu aan die ene eik kwijt is. Hij herinnert het zich nog goed. Zeventig a honderd cent per vierkante meter. 133.000 gulden? Daar had hij in dertijd het hele landgoed Kernhem ten noorden van Ede voor - een van zijn eerste beleidsdaden. En belevingswaar de? Alweer komt hij niet verder dan enig gemompel over „het beeldbepalende" van de Quercus Rubra aan de Buiten zorglaan, „het sfeerbepalende". Laat het rapport van de Bomenstichting maar uitkomst brengen dat als bijlage aan het raadsvoorstel tot koop van perceel sectie K, nr. 6453 (ged.) is toegevoegd. „De eik", blijkt er te staan, „heeft een goed opgebouwde kroon en is zeer wijd vertakt. De blad- en takbezetting is goed. De bladgrootte, gemeten naar de dikte van de knoppen en de gevonden napjes en eikels, is goed. De stam vertoont een grote wond, maar daar deze al lang aan wezig is en de overgroeiing van de cam- biumlaag zeer goed is, zal dit geen direc te invloed op de standvastigheid van de eik hebben. Wel zal de boom tijdig ge komt doordat de eigenaar nu eenmaal zoveel vraagt voor de grond waarin dc kolos geworteld staat. Bouwgrond op een aantrekkelijke locatie. Dure grond, met of zonder boom. „Luister, ik ben een za kenman", rechtvaardigt wethouduer Al berts die opzienbarende transactie. „We betalen geen wilde bedragen voor een boom, we betalen voor een bouwkavel van 644 vierkante meter, redelijk hoog, maar niet abnormaal. Daar heb ik mee te maken. Een goeie investering, mits de inflatie niet opnieuw toeslaat. Ik ben er allesbehalve benauwd voor. En wat die eik aangaat, de duurste boom van Ne derland, inderdaad, haha, een Mondri aan van een boom, tja, je kunt natuur lijk zeggen: bomen zat in Ede, ook bin nen de bebouwde kom. En ze groeien hard, hoor. Tijdens mijn wethouder schap zijn er hier in nieuwbouwwijken platanen geplant, nou. die hebben in middels stammen van dertig tot veertig centimeter zodat je je afvraagt of ze niet al aan vervanging toe zijn. Je zou ter vervanging van die eik dus gemakkelijk wat anders kunnen planten. Het zijn dingen waar je best genuanceerd over mag denken. Maar anderzijds zeg ik: we hebben al zoveel markante bomen ge kapt ten behoeve van het verkeer, van de woningbouw, van de industrie. En hier doet zich de kans voor om iets mar kants te behouden. Nou, doe dat dan eens een keer". PIET SNOEREN ZATERDAG 11 FEBRUARI 1989 PAGINA 22 Het „onzichtbare geld" maakt steeds meer slachtoffers. Via curocheques, be taalkaarten, doorlopende kredieten en betaalautomaten steken ze zich in de schulden. Daar komen binnenkort de creditcards, de vaste klantenkaart en de chipkaart bij. De „nieuwe armen" worden ze modieus genoemd. Mensen die zich dank zij ge makkelijk verkregen kredieten en trucs met het moderne betalingsverkeer tijde lijk de koning te rijk voelen. Tijdelijk, want na de rijkdom komt de armoe. Vooral jongeren lopen in de val. Zij heb ben niet geleerd een dubbeltje twee keer om te draaien alvorens het uit te geven, en zijn danook gevoelig voor de gretig heid waarmee banken leningen verstrek ken. Ze jagen hun studiebeurs of uitke ring er snel door, kopen op krediet, ope nen verscheidene giro- en bankrekenin gen, betalen met cheques of plastic en weten zo het ene gat met het andere te dichten. Tot het geld echt op isDan zitten ze, zo jong als ze zijn, soms voor hun leven vast aan het afbetalen van de schulden. Een veelgehoorde klacht van mensen bij wie het spel is uitgespeeld, is dat het geld zo makkelijk te verkrijgen was. Woord voerster M. Snoek van de Postbank er kent dat dit inderdaad zo is. Maar mede lijden met iemand die hierdoor in finan ciële problemen komt heeft ze niet. „Ie dereen is zelf verantwoordelijk. Een bank is geen sociale instelling. Wij heb ben onze regels. Wie zich daar aan houdt, krijgt met ons geen problemen". Failliet Peter (hij wenst verder onbekend te blij ven) heeft zich niet aan de regels gehou den. Hij is 22 en „persoonlijk failliet" verklaard. Hij kon geen weerstand bie den aan de mogelijkheden die banken en postorderbedrijven hem boden. Hij sloot overal leningen af. Op het „hoogtepunt" van zijn gewaande rijkdom had hij bij zeven banken en postorderbedrijven een krediet. Peter gaf twee jaar lang tweedui zend gulden per maand uit en bouwde een schuld op van twintigduizend gul den. Een bedrag dat met een bijstands uitkering niet mepr is af te lossen. Hij staat nu onder curatele. Waarschijnlijk voor de rest van zijn leven. En hem stond niet eens de creditcard ter beschikking. Een manier van betalen die voor grote delen van de bevolking ter beschikking komt. Met een creditcard, zoals van Eurocard, American Express en Visa, is het moge lijk over de hele wereld goederen of diensten te kopen zonder één cent te la ten zien. En bovendien volgt de afschrij ving van de rekening pas weken later. In ons land was het tot voor kort slechts een handjevol welgestelden die zich mochten verheugen in het bezit van de kaart. Maar hierin is verandering geko men. Voorheen was een brutojaarinko men van 60.000 gulden nodig om over zo'n kaart te kunnen beschikken. Die in komensgrens is drastisch verlaagd tot 30.000 gulden en daardoor bereikbaar voor veel meer mensen. De Consumentenbond neemt krachtig stelling tegen de moderne betaaltechnie- ken, en vooral die creditcard. In het blad Geldgids van januari noemt de bond de kaart onnodig duur (voor de status van zo'n kaart moet flink betaald worden) en overbodig. De bond verwacht dat velen zich nog sneller in de schulden zullen steken. Bijvoorbeeld door „impulsinko pen": meer inkopen doen dan ze van plan waren. Want met een creditcard is het immers niet meer van belang „ge noeg geld bij je te hebben". Paul Domela (26) uit Amsterdam kent het gebruik van creditcards door en door. Hij werkte drie jaar in Amerika en is net terug. Paul had voor Amerikaanse begrippen een modaal inkomen. Maar de laatste maanden van zijn verblijf in de VS leefde hij van de creditcard, om dat hij geen bron van inkomsten meer had. Hij bouwde hij een schuld op van 1500 dollar, een bedrag dat hij nog steeds niet kan terugbetalen. Paul waar schuwt vooral voor de tweedeling in de maatschappij die ontstaat tussen dege nen die wel en die geen kaart hebben. „In de Verenigde Staten draait het hele betalingssysteem om de creditcard. Men sen die vanwege een te laag inkomen of gemaakte schulden niet in aanmerking komen voor de kaart, tellen nauwelijks mee. Zij kunnen in supermarkten zelfs geen boodschappen doen omdat daar niet meer met contant geld betaald kan worden". Ook Christine Groenewegen van het Ni- bud, het instituut dat voorlichting geeft over de manier waarop mensen met hun geld kunnen rondkomen, is niet bijster gesteld op de creditcard. „Ik moet er niet aan denken dat ze in ons land mas saal gebruikt kunnen worden. Dat wordt voor veel mensen funest", zegt ze. Ze voorziet nog grotere problemen dan die welke ontstonden door het op de pof ko pen bij postorderbedrijven. Bij die be drijven hebben 110.000 huishoudens een krediet (schuld, zeiden we vroeger) van gemiddeld 7000 gulden. Het Nibud geeft binnenkort een folder uit om met name jongeren te wijzen op de gevaren van het „onzichtbare geld", al vreest het instituut dat deze voorlich ting voor velen te laat komt. HENK SIBUM 'Ceidóc Qowtant'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1989 | | pagina 22