De boekhoudkundige precisie van Lewisohn verlangt terug naar het vertelde verhaal Koos van Zomeren Herman Brusselmans j doet krampachtig leul toi 1 zondvlicf K0DREMAN& STOLH jl DEKKER Wilde Westen BOEKEN SeidócOowuwt „THE COMPLETE BEATLES RECORDING SESSIONS" George Harrison (I) en John Lennon tijdens één van hun laatste opname-sessies, voor de elpee „Let It Be" in de kale Studio 2 van Abbey Road. FOTO: SP ber 1966 in Abbey Road kerst boodschappen inspraken, maar laat ook weten dat de mono-mix van „Sgt Pepper" meer verrassingen in petto heeft dan de stereo-mix. De onderlinge ruzies, die tijdens het maken van „The Beatles" non, die het veelal na een paar opnamen voor gezien hield. Had producer George Martin aan het begin de touwtjes stevig in handen, na 1966 kreeg het viertal steeds meer greep op zijn eigen ma teriaal. Zoals duidelijk uit het boek spreekt, hebben The Be- de kop op staken, worden ook atles ook hun steentje bijge- dragen tpt de tot standkoming van steeds betere opnamen- technieken. De technici wer den (vooral na 1966) veelal tot wanhoop gedreven door de steeds weer bizarre eisen van het viertal. John, Paul, Geor ge en Ringo hielden van ex perimenteren, waren dan ook vaste klanten in EMI's fono- theek (waar ze o.a. varkens geluiden leende voor „Pig gies" van de witte dubbel-el- pee) en maakten bijvoorbeeld al vroeg gebruik van tape loops (die ze thuis opnamen), het variëren van de snelheid van de opnamen-recorder en het achterstevoren spelen als technicus met ze te willen samenwerken. Het boek, dat begint met een onderhoudend interview met .Paul McCart ney, zet dag voor dag de fei ten op een rijtje, voorzien van veel foto-materiaal en bij voorbeeld afdrukken van de formulieren waarop de bedra gen staan die het viertal in 1962 kreeg uitgekeerd als ses sie-muzikanten. Grappig is hoe George de basgitaar krijgt toebedeeld en Paul de electri- sche gitaar. „The Complete Recording Sessions" leest als een span nend jongensboek. Het geeft opgenomen banden. Tijdens op intrigerende wijze een de sessie van het nummer beeld van de manier waarop „Sgt Pepper's Lonely Hearts Club Band" bijvoorbeeld werd de basgitaar van McCartney voor het eerst di rect op het mengpaneel aan gesloten in plaats van gebruik uitloopgroef op de „Sgt Pep te maken van een versterker pers" elpee tot stand kwam, waarvoor een microfoon werd zal voortaan rustig slapen, gehangen en de term flanging „The Recording Sessions" is elke Beatles-elpee tot stand kwam. Wie slapeloze nachten had over het aantal opnamen Strawberry Fields Fore- (26) of zich afvroeg hoe de (het fasen van geluid) is The Beatles uitgevonden en wordt nog steeds gebruikt. Werktitel Het boek vertelt niet alleen dat de werktitel voor „Love You To" „Granny Smith" is, dat The Beatles een voorlief de lawine boeken die in middels over The Beatles is verschenen (zo'n zestig) zon der enige twijfel een van de beste. HANS PIËT r de zeezenders Sessions". Uitgave: Hamly- VRIJDAG 6 JANUARI 1989 PAGINA jrjjj Hoe lang zijn we al niet voor bij de jaren dat het oerholland- se begrip „lulligheid" gelijk stond aan „leuk" of „humoris tisch"? Ergens eind jaren zes tig en begin jaren zeventig zag je het alom: in boekjes en tijd schriften, muziekuitvoeringen en toneelvoorstellingen van allerlei groepjes. Het kon niet op. Het ging gelukkig gauw over, maar het bleef nog lang naspoken in het cabaret en kennelijk ook in Belgie. Want dat laatste moet je wel opma ken uit een nieuw boekje van Herman Brusselmans, dat nog geen veertig pagina's beslaat, maar wel officieel is uitgege ven als boekwerk door Bert Bakker. En dat ook nog met een titel vol van die wans maak „Iedere zondag sterven en doodgaan in de week". Een vervelende grap ligt daar aan ten grondslag. Het verhaal vertelt hoe een uiterst onbe kwame Hollandse literaire cri ticus op het idee komt een in terview te gaan maken met de jonge god van de Vlaamse lite- •e wereld, Herman Brussel- ns, woonachtig te Gent. De angsthaas, die eerst Mu- lisch en Claus overwoog, durft niet op z'n eentje de trein in neemt dus een vriendin die het met hem heeft uitgemaakt e. Zij wil die Brusselmans eens ontmoeten, want dat schijnt een figuur te wezen!... Alles loopt natuurlijk verkeerd af in die veertig 1 gina's. Gelukkig raakt de I landse criticus zijn rotte I den daarbij kwijt, zodat i wellicht nooit meer richi Brusselmans zal bijten. Kar^ schrijver weer terug werk aan echte dingen, ook niet blijken te lukken. Waar zo'n boekje waar het toe dient, ik begr het niet. Het is soms leuk te lezen, dat wel, want Br selmans weet grappig te vi [arlheii tellen. Een soort Uroanus in i Den teraire zaken. Daar lachen i in Holland graag wat m Als het boekje bedoeld boekenweekgeschenk, steeds gesuggereerd mag ik de jury wel felicitej met de afwijzing van dit haaltje. Als het boekje moeten dienen, zoals de fl zegt, om aan te tonen „dat criticus het altijd moet afle gen tegen de schrijver", schi ik in een gezonde Hollanc - smakelijke lach. Maar dan weer de reactie v; mand die vreugde beleeft a echt ranzige Belgenmoppen; 1 Brusselmans maakt het JAN VERSTAPPI Herman Brusselmans: „lei - re zondag sterven en do gaan in de week". Uitgevi Bert Bakker. Prijs 9,90. i Sarum 2 boeiender dan eerste deel Wie heeft genoten van het eerste deel van Sarum, de ge schiedenis van het huidige Sa lisbury in Engeland, mag ze ker het tweede deel niet over slaan. Edward Rutherfurd verhaalde in het eerste deel van Sarum over vijf families die afstammen van de prehis torische jagers Tep en Hwll en Akun. In het tweede deel pakt hij de draad van het verhaal moeiteloos weer op bij de stichting van de middeleeuwse stad Salisbury. De bouw van een kathedraal, heksen- en kettervervolgingen en het uit breken van de pest verweeft Rutherfurd naadloos in zijn uitgebreide familiegeschiede nis. Rutherfurd geeft op boei ende wijze in grote lijnen de bloei van de Engelse textielin dustrie en de veranderingen op het agrarische platteland weer. Dat Rutherfurd een ge boren verteller is blijkt wel uit het feit dat je nooit het idee hebt een geschiedenisboek te lezen. Sarum 2 is boeiender dan het eerste deel van dit fa milie-epos. Misschien omdat Rutherfurd uit meer tot de verbeelding sprekende histori sche evenementen kan putten dan bij Sarum 1 dat eindigt voor de elfde eeuw. Sarum: door Edward Ru therfurd. Uitgeverij Van Holkema Warendorf. Prijs .ƒ34,90. J. Ginsberg bv Breestraat 127-129 2311 CM Leiden Tel. 071-12.46.42 Boek- en kantoorboekhandel Veenerick Noordeinde 33 2371 CM Roelofarendsveen Tel. 01713-16033. K BOEKHANDEL BV Nieuwe Rijn 9 Leiden - 071-12.21.44 Voor al uw boeken en CD's "Het h "Tgelater «eg jle scèr Werner Egli die al jarenlang in Ameri|« woont weet alles i leven van de indianen. De ij1' kennis komt in zijn jeugdt duidelijk naar voren. 1 ook in „De Zwarte Ruite£,„' (uitgegeven bij Ploegsni Billy, blanke vader moeder naar Texas reist o familie te beschermen 1 gen de heerszuchtige grofl grondbezitter Elmer Dento L?" Hij had een stervende officii -s beloofd dat te doen. Een spai j-. nend verhaal, dat zich ten ti i de Amerikaanse bii geroorlog afspeelt en dat oo Naast goede indruk geeft va^n ,e*feen i het leven in „het wilde Het boek kost 24,95. criticu' Btaan Voor het Liverpoolse kwartet The Beatles fungeerde Abbey Road tussen 6 juni 1962 en 2 april 1970 min of meer als huisstudio. In de kale studio 2 van dit EMI-complex in het Londense St. John's Wood, dat ooit onderdak bood aan klassiek geschoolde musici, gaven ze de popmuziek een heel eigen gezicht. Op een en kele uitzondering na legden John Lennon, Paul McCart ney, Ringo Starr en George Harrison er namelijk al het materiaal vast dat ze in die periode op dertien elpees uit brachten. Hoewel het om zo'n tien uur muziek gaat, bedroeg het aan tal opgenomen uren rond de vierhonderd. Zo bevat het ar chief onder meer een twaalf minuten durende versie van „Heiter Skelter", 102 pogin gen om het George Harrison- nummer „Not Guilty" op te nemen (dat nooit werd uitge bracht), vele uren avantgarde experimenten en de gesprek ken die tijdens de sessies bij toeval werden opgenomen en waaruit een beeld ontstaat over hoe The Beatles werk ten. Barrett Nieuwsgierig naar wat ze pre cies in huis had van het be faamde kwartet, gaf de direc tie van EMI de jonge techni cus John Barrett in 1980 de opdracht dit eens te catalogi seren. Barrett kon zijn werk echter niet afmaken. Hij stierf in 1984. Twee jaar later kwam het boek „The Beatles Livè!" van Mark Lewisohn (30) on der de aandacht van de maat schappij en werd de auteur gevraagd het werk van Bar rett af te maken. Het resultaat is „The Complete Beatles Re cording Sessions", waarin Le wisohn met boekhoudkundige precisie de platen-geschiede nis van het kwartet heeft vastgelegd. Dat Lewisohn werd gekozen voor dit werk is niet zo vreemd. Met „The Beatles Live!", waarin alle data en andere informatie over de veertienhonderd concerten die de groep tussen 1957 en 1966 gaf, is opgenomen en „The Beatles: 25 Years In The Life", waarin de levensloop tussen 1962 en 1987 staat ver meld, had hij zich een bezie lend onderzoeker getoond. Door zijn natuurlijke interesse kon „The Complete Beatles Recording Sessions" hierdoor uitgroeien tot een standaard werk, dat ook niet-Beatles- fans zal aanspreken. Het meer dan tweehonderd pagina's tel lende boek geeft een chrono logisch overzicht van alle /Stu dio-opnamen van de fab four en laat daarmee als geen an der boek de manier zien, waarop het veelal klassieke materiaal tot stand kwam. Het is echter geen droge opsom ming van feiten, want Lewi sohn sprak in de twee jaar dat hij aan dit meesterwerk bezig was, ook met zo'n tachtig mensen, die de groep aan het werk zagen, zoals producer George Martin, technici zoals Norman Smith, Geoff Eme- rick en Phil McDonald en di verse muzikanten die bij de plaat-opnamen waren betrok ken. Het schrijverschap van Koos van Zomeren heeft zich de laatste jaren steeds sterker voortbewogen in de richting van een autobiografie. Zijn thrillers en romans zijn door drenkt met eigen ervaringen: zijn journalistieke loopbaan; zijn lidmaatschap van en zijn breuk met de maoïstische So- cialistiese Partij en het land schap van zijn kinderjaren. Onlangs publiceerde Koos van Zomeren een echte autobio grafie: „Een jaar in scherven", dagboeknotities afgewisseld met literair proza en journalis tieke reportages; bijeengehou den door zijn jeugdherinnerin gen aan het rivierdorp Herwij- Een gesprek met Koos van Zo meren over de autobiografi sche kern en de samenhang in zijn werk; de invloed van Her- wijnen; de chaos van het leven en zijn flirt met de werkelijk heid. „Ik hou wel van werke lijkheid, maar met mate. Ik hou werkelijk van macht. En waar ben je met zo'n gevaarlij ke neiging veiliger dan in de beslotenheid van je fantasie". Het leven en oeuvre van Kops van Zomeren (1946) zijn opge bouwd uit èen veelheid van schijnbaar contrasterende ele menten: gedichten, politiek en journalistiek werk, thrillers en romans. Hij had voor zijn tweeëntwintigste al een dicht bundel en drie romans ge schreven. Daarna brak rond hem een periode van tien jaar literaire stilte aan. Hij was vier jaar verslaggever bij Het Vrije Volk, voordat hij in 1971 toe trad tot de Socialistiese Partij, waarin hij dacht een lang na gejaagd ideaal te vinden. Hij werd zelfs een van de leiders van deze maoïstische splinter partij, maar verruilde in 1976 gedesillusioneerd zijn politieke leiderschap voor een baan als journalist bij Nieuwe Revue. De partij was, volgens hem, verworden tot een karikatuur van zichzelf, waarin voor idea len geen plaats meer was. De thriller „Collega Vink ver moord" betekende in 1977 Van Zomerens herintrede in de Ne derlandse literatuur. Tot 1982 schreef hij negen thrillers, waarin roman-elementen steeds sterker gingen over heersen. Het keerpunt vormde „Otto's oorlog", een boek dat definitief het predikaat roman kreeg Het politieke verleden van Koos van Zomeren speelt een grote rol in zijn thrillers en romans: zijn hoofdpersonen zijn sceptici; gevallen idealis ten, die wanhopig zoeken naar een nieuwe zingeving voor hun bestaan. In bijna elk boek maakt Koos van Zomeren via zijn romanfiguren opnieuw de balans op van een deel van zijn leven. Het onlangs verschenen „Een jaar in scherven" rondt deze autobiografische ontwikkeling af. Een jaar lang (1987) hield Van Zomeren aantekening van zijn bestaan, afgewisseld met literair proza en journalis tiek werk. De ruggegraat van „Een jaar in scherven" wordt gevormd door zijn jeugdherin neringen aan Herwijnen, een dorpje aan de Waal. Koos van Zomeren, die opgroeide in Arnhem, verbleef tot zijn ze ventiende jaar elke vakantie in Herwijnen bij Tante en Atje, de pleegouders van zijn vader, en Lin, de jongere in wonende broer van Atje. Die drie oude mensen en dat een voudige dorpje hebben l Zomeren uitgeoefend. „Ik wilde in „Een jaar in scherven" na vele jaren - mis schien voor de laatste keer, omdat mijn jeugdherinnerin gen vervagen - opnieuw de plaats bepalen die Tante, Atje en Lin in mijn leven hebben ingenomen", zegt Koos van Zomeren. „Zij hebben een we zenlijke rol gespeeld bij de vorming van mijn begrip over goed en kwaad. Dat ik bij de Socialistiese Partij gegaan ben bijvoorbeeld, en dat ik er weer uitgestapt ben, daarin zitten relaties met die Herwijnse achtergrond. Die invloed tra ceren, was in essentie de reden waarom ik „Een jaar in scher ven,, heb gemaakt. Het is dan ook niet mijn schrijversleven, dat centraal staat in dit dag boek. Daarmee illustreer ik slechts het contrast van mijn leven met dat van de twee ge neraties Van Zomeren voor mij; het contrast met het leven van mijn grootvader Atje, die lezen noch schrijven kon. Die tegenstelling fascineert me". Ondanks dat contrast heeft u zich nooit afgezet tegen Her- wijnen. „Ik heb Herwijnen altijd prachtig gevonden. Merkwaar dig misschien, want in de vijf tiger, zestiger jaren zag je vaak dat arbeiderskinderen zich ging afzetten tegen hun ou ders: tegen de armoede, tegen het gebrek aan wellevendheid, tegen het feit dat ze thuis geen opera draaiden; kortom: van de meest eenvoudige tot de meest gecompliceerde dingen. Ik heb dat ook gedaan, maar ten aanzien van Herwijnen heb ik me nooit geschaamd. Ik voel een moeilijk te verklaren trots voor Tante, Atje en Lin. Op de middelbare school had ik altijd het gevoel dat de Her wijnse achtergrond mij, tperk- Koos van Zomeren in het landschap van zijn kinderjaren: „Ik hou v macht. En waar ben je met zo'n gevaarlijke neiging veiliger dan i waardig genoeg, een beetje su perieur maakte. Alsof ik meer wist over hoe de maatschappij in elkaar zat. Het centrale punt in dit leven is dat je moet proberen om van lelijke dingen iets moois te maken. Het vervelende was, dat ik tijdens mijn tijd in de partij van iets moois - mijn jeugdherinneringen en mijn gevoelens voor die oude men sen - iets afzichtelijks maakte. Dat partij-lidmaatschap dat was een volledig geperver teerd idee van wat je moest doen voor de gewone man. Wanneer je nu alsnog van iets lelijks iets moois maakt, dan krijg je een herkansing. Dat is „Een jaar in scherven": een herkansing". Cultuurschok Is het niet jammer, dat Tante, Atje en Lin deze herkansing niet mee kunnen maken „Nee. Zolang ze geleefd had den, zou ik nooit een boek over ze hebben geschreven. Dat zou helemaal niet in hun wereldbeeld passen. Bpven- Ten zat, want niet wat e 'geldt ook dien: ik probeer in een roman iets te beschrijven dat minder vluchtig is. Dat is het karakter van de roman: niet iets wat voorbijstroomt, maar iets wat bezinkt. En om iets te laten bezinken moeten er stille plekjes in de stroom zitten. van Tante, Atje is het noodzakelijk aantal jaren tussen 'oor die tijd weet je r bezonken is. Dat -oor andere mensen mijn omgeving, zoals mijn vader.. Soms heb ik het idee dat hij eigenlijk de schrijver had moeten zijn: hij heeft de echte cultuurschok gehad, ik heb die min of meer van hem geleend. Mijn vader is van het platteland naar de stad geko men. Vanuit dat extreem een voudige Herwijnse arbeiders milieu in militaire dienst, waar met mes en vork gegeten werd, waar cursussen gevolgd werden, waar je het idee bijge bracht kreeg dat je met leren hogerop kon komen. Dat idee bestond op Herwijnen niet. Ik bedoel: Tante en Atje hadden ambities, maar die lagen in Herwijnen. Ze wilden dèèr het best mogelijke leven leiden. Mijn vader heeft dat patroon doorbroken en ik werd me er in de loop van dit jaar sterk van bewust, hoe belangrijk hij als schakel geweest is". Vindt u niet dat uw laatste ro mans te compact zijn „Nee. „Het verhaal" behoort tot het beste dat ik geschreven heb. Aan „Sterk water" ben ik ook gehecht. Voor wat ik daar te vertellen had, was dit de ge schikte vorm. Maar ik zou weer naar een boek toe willen, dat breedvoeriger is opgezet, een soort verteld verhaal dus omdat ik bang ben dat mijn li teratuur erg schematisch wordt, erg geconstrueerd. En een verschuiving naar de stijl. Ik heb meer belangstelling ge kregen voor de mdoie zin op zich. In een symfonie moet dè mooie noot in een bepaalde omgeving staan en daardoor verschikkelijk mooi worden. Voor bepaalde zinnen geldt hetzelfde. Ik heb daar meer aandacht voor gekregen, uit mate. Ik hou werkelijk van FOTO: PERS UNIE een soort verlangen om iets onaantastbaar moois te maken. Een totaal boek kan altijd be streden worden. Losse zinnen .ook, maar je kunt enthousias ter zijn over je prestaties, van wege het feit dat zo'n zin je in valt en dat je hem niet meteen weggooit, maar weet te plaat- „Ik heb het gevoel dat ik steeds dichter bij de werkelij ke vragen kom. Maar wat is de oorspronkelijke vraag in het leven Ik debuteerde met ge dichten toen ik negentien was, vervolgens heb ik kort achter elkaar drie romans geschre ven. De vragen die daarin aan de orde komen zijn eigenlijk ook de vragen naar de zin van het leven. Of ik die vragen nu beter kan beantwoorden, laat ik in het midden, maar ik weet ze wel beter te stellen". JOOST GALEMA Koos van Zomeren: „Een jaar in scherven". Uitgeverij De Arbeiderspers. Prijs ƒ39,50 (ADVERTENTIE) Cazemier Boeken- Tijdschriften Kopermolen 10, 2317 PB Leiden Tel. 071-22.00.22 Tempo The Beatles in 1965 tijdens de opnamen van de film „Help". Opvallend is in welk tempo The Beatles aan het begin van hun carrière het materiaal af leverden. Die eerste paar jaar moeten ze nauwelijks een vrije dag hebben gehad, want als ze niet aan hun contrac tuele verplichting voldeden om twee elpees per jaar af te leveren, waren ze wel op tournee, aan het schrijven of werden ze geïnterviewd. Dat ze dan ook in 1966 besloten met het geven van concerten te stoppen, moet niet alleen aan de uit de hand gelopen Beatlemania hebben gelegen. McCartney bleek in de studio overigens een grotere perfec tionist te zijn dan John Len-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1989 | | pagina 14