„Na Jannes zie ik nauwelijks meer toekomst" Veldrijder René Guyt: een gevestigde I SPORT LEIDEN SaidsaQowuvnt ZATERDAG 6 DECEMBER 1986 PAGINA 15 LEIDEN Voor zich uit mijmerend na zijn zoveel ste gewonnen partij, valt Evert Bronstring van het Leids Dam Genootschap de toch wel opzienbaren de uitspraak uit de mond dat het eigenlijk gewoon fout gaat met het dammen in Nederland. Het goede werk door mannen als Rob Clerc, Hans Vermin én Jannes Van der Wal verricht, slaat blijkbaar niet aan bij jeugd. En ze ker niet bij het vrouwelij ke gedeelte van de Neder landse bevolking. Daar door bljft dammen een wereld van (meestal oude re) mannen. Een situatie die het toekomstperspec tief er nu niet bepaald vrolijk op maakt. Zo ontspannen als hij in de re gel achter achter het bord met de honderd velden vertoeft, zo ontspannen geeft Evert Bron string ook antwoord op vragen die hem na afloop van een (al weer gewonnen) partij voor de competitie worden gesteld. In die net afgewerkte krachtme ting tegen Boskoper Van Meurs heeft hij het toch nog even moeilijk gehad. Tenmin ste, het verloop van de partij wekte die indruk. Of Bron string het duel werkelijk als lastig heeft ervaren, blijft een open vraag. „Och ja, de tegen stander verwacht wat van me en dan moet je op sommige momenten toch laten zien dat je meestertitel niet ten onrech te is", is het voor een overwin naar makkelijk te geven ant woord. Ongeslagen Binnen de Dambond Midden Holland, strekkende van Gou da tot Katwijk en van Lisse tot Zoetermeer, neemt het Leids Dam Genootschap op dit mo ment een opvallend goede po sitie (ongeslagen eerste) in. Nadat het LDG twee jaar gele den te laat was met het aan vragen van dispensatie voor Peter en Evert Bronstring de gradeerde de ploeg, mede door het gebruikelijke portie pech. Het jaar daarop was er van vergeten geen sprake meer en speelde Evert Bronstring zijn partijen op het hoogste lande lijke niveau (voor het Residen tie Dam Genootschap uit Den Haag) en, met LDG, in de eer ste klasse van de regiobond. „Een situatie die in andere sporten ondenkbaar is, maar bij het dammen kan dit", ver klaart Bronstring. „Er is een strikte scheiding tussen de speeldagen voor de landelijke en de regionale competitie. De landelijk opererende clubs ko men verplicht uit op zaterdag en de regioclubs spelen op de verenigingsavond van de thuisspelende club. Op die ma nier kunnen en konden ook heel wat andere dammers uit de Leidse regio meedoen aan de landelijke competities". Problemen heeft Bronstring daar niet mee: „Het is wel leuk voor het LDG dat we nu bovenaan staan, maar dit jaar promoveren zou helemaal niet goed zijn voor de club. Ik zou toch kiezen voor het veel ho ger uitkomende Residentie en EVERT BRONSTRING: ook Heemskerk speelt in een hoger team. Daarnaast kunnen twee man helemaal niet spelen op zaterdag vanwege hun werk en moet je twee man meer opstellen. Dat betekent dat je met zeker vier a vijf in vallers moet werken en die zijn niet van landelijk niveau". Enige vooruitzichten in de richting van de jeugd ziet de 43 jarige wiskundeleraar even wel in Leiden nog niet. „Als bestuurslid van het LDG pro beer ik natuurlijk mijn sport ook op school te promoten, maar op een of andere manier spreekt dammen niet aan. De jongelui gaan liever skiën, dan dammen, ondanks de idioot hoge kosten van dat winterge- doe". Toonaangevend Ook prestatief gezien zou het dammen veel meer belangstel lenden moeten kunnen trek ken dan nu het geval is. Met de Sovjet Unie is Nederland het toonaangevende land in de dam wereld. Niet alleen in het verleden (met Ton Sijbrands en Hbrm Wiersma), maar ook nu, met Clerc en Van der Wal. Bronstring: „Wat het is, weet ik ook niet precies, maar bij mij op school was er geen ruimte voor een gratis dam- cursus en een damcompetitie, terwijl de skivakantie die toch een paar honderd gulden kost te binnen een paar dagen vol zat. Omdat dit niet iets is van Leiden alleen, kan het binnen een paar jaar gedaan zijn met het Nederlandse dammen op niveau. Na Jannes, die ik in voorgaande toernooien nog wel eens begeleidde (maar die nu door demonstraties en der gelijke geen tijd meer heeft •voor zijn oude meester), zie ik nauwelijks meer toekomst", is het sombere beeld van Evert Bronstring. Jarenlang was hij een zekere deelnemer aan de nationale kampioenschappen (14 keer) en ook de reis naar de Sovjet Unie om daar zijn krachten te meten heeft hij drie maal op uitnodiging gemaakt. Waarom een man met een dergelijke staat van dienst dan toch speelt in een regioclubje, is echter heel simpel: „Ik was een Leidenaar, ik ben dat nog steeds. Ik heb, als ik thuis even oversla, hier het dam men geleerd. En ik ben hier nog steeds niet weggespeeld". Sterkste De nu volgende ietwat sarcas tisch bedoelde grijns is voor broer Peter, ook een man met het een figuur van een Ameri can Football speler, die de wedstrijd tegen Boskoop aan bord 1 „mocht" zitten. Peter: „Evert is de sterkste. De broe- Evert Bron string: „Pro moveren zou absoluut niet goed zijn voor het Leids Dam Genopt- schap". derstrijd is wat dat betreft heel eenzijdig en zeker niet leuk. Iedereen verwacht hem dan ook op bord 1, zodat bij veel tegenstanders de spelers van bord 1 en 2 of nog lager wisse len. Daarom speelt Evert op 2 en de op één na sterkste op 1 en dat ben ik toevallig". Doorgaand over de familie band komt al snel aan het licht dat het zeker in de Leidse re gio zeer slecht gesteld is met het dammen voor vrouwen. „Onze moeder damt vrij aar dig, maar alleen in huiselijke kring en verder houdt het wel zo'n beetje op", is de conclusie van het tweetal. Waarbij Evert als bestuurslid („Peter is alleen bestuurslid bij feesten") nog het meest met vragende dames te maken krijgt. „De meeste vrouwen willen weten of er al andere dames zijn die dam men. Als ik dan zeg dat dat niet zo is, haken ze af. We wachten nu op de vrouw die gewoon wil dammen en zich niets aantrekt van al die man nen om haar heen. Het spreekwoord van dat eerste schaap is hier heel nadrukke lijk van toepassing. Zonder die eerste vrouwen, blijft het dam men een zaak voor meestal ook nog wat oudere mannen. En dat is geen goede zaak voor het dammen in het algemeen. En zeker niet voor het Leidse dammen in het bijzonder". GERT VELTHUIZEN Onder redactie van Gert-Jan Onvlee Bijdragen Erik Huisman. Mistig ..Het was een leuke wed strijd. Lekker snel. sportief. Nee. er is goed gevoetbald. Ja. jammer dat het publiek dat niet ook heeft kunnen Aan het woord: scheidsrech ter Gremmen direct na af loop van het door hem geflo ten duel tussen Quick Boys en NSW. Een ontmoeting die door Gremmen „voor treffelijk" werd geleid. Ten minste, als we de meeste spe lers van beide teams mogen geloven. Want. aan de kant viel het gebeuren voor de ruim duizend toeschouwers dus niet zo best te volgen, op die mistige zaterdagmiddag op Nieuw Zuid. Desondanks: scheidsrechter Gremmen had wel gelijk dat hij de negentig minutenon danks die zo hinderlijke mistflarden, gewoon liet vol maken. Als je vanaf de mid denstip beide doelen en beide grensrechters kunt zien, zo luidt ongeveer de regel, kan en vooral, moet er worden gevoetbald. Mistig (3)... Niet scheidsrechter Grem men zat afgelopen zaterdag dus fout. Nee. het is de be treffende, door de KNVB ge hanteerde „mistregel" die ab soluut niet klopt. Want laten we wel zijn: het gaat in het Mistig (3) (top)amateurvoetbal natuur- lijk niet alleen om het zicht van die spelers, die scheids rechter en die „grenzen". Het publiek mag toch ook wel wat zien? Boys speler afgekeurde kop goal van Kees Ruis moet heel wat mensen volledig zijn ont gaan... Mistig (2) Mist levert (bijna) vanzelf sprekend ook aardige zaken op. Kon die opmerking van scheidsrechter Gremmen al leuk worden genoemd, de constatering van Quick Boys- trainer Hans van der Zee mocht er na afloop eveneens beslist zijn. „Na rust hadden wij het beste van het spel. We kregen ook kansen. En ik heb zojuist begrepen dat we ook nog hebben ge scoord...", liet Van der Zee bloedserieus weten. En in derdaad: die wegens duwen van een een andere Quick Over volledig ontgaan ge sproken: RCL-doelman Bert Siera kan zijn elftal zaterdag alleen maar hebben hóren winnen. Meespelen in het elftal dat de eerste, door maar liefst vier treffers gerealiseerde, zege van het seizoen boekt en dat dan alleen maar kunnen hó- Het zal je maar gebeuren. Of zou Siera daar zelf niet zo erg mee zitten? Mare Niet Stan, maar jongere broer Mare van Belkum eiste zaterdag de hoofdrol voor zich op in de zoveelste „bela den" streekderby tussen de waterpoloteams van AZC en De ZijlLGB. Een dit seizoen extra beladen de lezer, lieve lezeres: we houden u natuurlijk op de hoogte. Te weinig ..Blauw Zwart krijgt te wei nig", zo moest maandag wor den bericht over het duel dat de Wassenaarders afwerkten tegen Papendrecht. Hard werken, een prestatie van formaat afleveren, maar des ondanks met lege handen achterblijven. Het roerde Hutspo(r)t diep. Hopelijk heeft Sinterklaas op pakjesa vond de heren van Blauw Zwart goed bedacht. Ach, ei genlijk is er geen twijfel mo gelijk: een goedheiligman in Wassenaer... Hogeschool Wij van Hutspo(r)t hebben zondag genoten. Genoten van DOSR-trainer Wim van Harskamp. Als keeper van Ter Leede en Godyla was hij altijd al enorm fanatiek. Ging hij op elke bal. Maar wat Van Harskamp tegen woordig als oefenmeester presteert, daar kan je slechts in sille bewondering naar kij ken. En van genieten. Dat is absoluut hogeschoolwerk. Daaraan is hij als doelverde- diger van het nationaal zaal voetbalteam zelfs nooit toege komen... Met zijn ploeg DOSR was hij zondag te gast bij Foreholte. Vanuit de dug out sloeg hij de verrichtingen van zijn pu pillen op het veld gade en gaf wat aanwijzingen. Niets bij zonders vooralsnog. Een vijf tal minuten na het beginsig- naal echter, vond Van Hars kamp dat hij te weinig om handen had. Het verzameld publiek werd vanaf dat mo ment dan ook getracteérd op de lessen een en twee van de cursus „Verrijkend Voetbal- jargon Maar: daar bleef het dus niet bij. Tijdens zijn college vond de DOSR-trainer bovendien nog tijd om met een regen van mokerslagen de in golf plaat uitgevoerde Voorhoutse dug-out binnen de reguliere speeltijd van negentig minu ten om te toveren in een glad plaatstalen optrekje- Een goed betaalde professio nele kracht, in dienst van een even goed lopende plaat werkerij had het absoluut niet beter gedaan. Nee echt: we zeiden het al: absoluut hogeschoolwerk... Quick „Quick Boys haakt voorlopig af" (Leidse Courant, maan dag 1 december). „Jeugd Quick Boys blijft aan de leiding" (uit diezelfde cou rant). Hoezo: „De oudjes doen het nog best'? Standje Op de valreep toch nog even. Nico Pikaar van Fides had veel eerder de primeur. Maar het blijft een aardig standje. Daarom bij deze. in de reeks „korfbal, nog altijd fotoge niek", dit fragment uit het treffen tussen De Algemene en Crescendo. René Guyt: „Bij het Ne derlands Kam pioenschap moet de top vorm er zijn". KATWIJK Hij is in middels een gevestigde waarde in de het peloton der nationale (amateur- )veldrijders. Vier jaar ach tereen maakt hij al deel uit van de diverse Neder landse selecties, uitverkie zingen die hij de afgelo pen jaren ook meer dan voldoende waarmaakte. Ook in dit nog betrekke lijk prille cross-seizoen doet René Guyt weer van zich spreken. In zijn eerste volle jaar als amateur liet de Katwijker zich zowel in de B-veldritten, als in de internationale A-cros- ses sterk van voren zien. Beter gezegd: na het trai ningskamp met de natio nale selectie boekte Guyt niet alleen een drietal overwinningen in B-koer sen, maar toonde hij tij dens de grote evenemen ten eveneens aan zich al heel redelijk met de profs te kunnen meten. En dat terwijl de topvorm, volgens plan, toch nog niet is bereikt. René Guyt, die dit weekeinde in Rome zal deel nemen aan een van de Super- prestigewedstrijden, daarover: „Het is de bedoeling dat ik be gin januari/ tijdens het Neder lands Kampioenschap, in top vorm ben. Dat moet ook wel, want het NK geldt nu eenmaal als dè selectiewedstrijd waarin je een plek voor de wereld kampioenschappen kan ver dienen. En ik ga straks graag naar Tsjecho Slowakije. Wat dat betreft moet je inderdaad zelfs zo'n wedstrijd in Rome als voorbereiding voor die NK Leerzaam Het feit dat Guyt een plek heeft in de nationale amateur selectie, brengt, zeker wat die definitieve selectie betreft, geen grote voordelen met zich mee, meent Guyt. „Het is een erkenning, dat wel. En de bui tenlandse trips zijn leerzaam, daar heb je wel wat aan. Maar verder: je moet het als renner toch echt helemaal zelf doen. In combinatie met je trainer, natuurlijk". Guyt wordt al sinds zijn juniorentijd begeleid door Wim Lutjes, een trainer waarin hij nog altijd z'n ver trouwen stelt. Dat mag ook wel, want Guyt investeert nogal wat tijd in zijn hobby. De exacte trai ningsschema's mogen dan door hem niet prijs worden gege ven, het feit alleen al dat hij regelmatig tweemaal op een dag traint, geeft aan dat het Guyt ernst is bij zijn pogingen de (absolute) top te bereiken. Want plannen in de richting van een profcarriëre zijn bij de jeugdige Katwijker wel dege lijk aanwezig. "Ik zou wel prof willen worden, maar nu nog niet. Ik moet eerst nog in dienst, dat kost me dus veer tien maanden. Pas als ik daar uit kom, kan ik weer verder plannen. Maar inderdaad, een profcarriëre zie ik beslist wel zitten. Ik hoop ook dat ik net zoveel geluk heb als Martin Hendriks. Die zit nu ook in dienst, heeft veel vrij om te trainen en wordt prof zodra hij eruit komt. Dat lijkt mij ook wel wat". Het zou een aardig (professio neel) vervolg zijn van een car rière die bepaald niet veelbe lovend startte. Toen Guyt zich bij Swift meldde, viel het hem allemaal immers tegen. Ook al omdat zijn racefiets te groot was, en omdat hij nogal wat brutaliteit miste, werd hij er iedere wedstrijd tegen het ein de afgereden. De winter, vol gend op zijn Swift-debuut, trainde Guyt mee met z'n goe de vriend Eddie Quiss, die nu in Spanje voor een Spaanse club rijdt. Training die al spoe dig z'n vruchten afwierp, ook al omdat Guyt talent bleek te hebben voor het werk in „het veld". Na vier maanden al be reikte Guyt een uiterst verras sende, maar daarom niet min der knappe vierde plaats tij dens het nationaal kampioen schap veldrijden. Het daarop volgende jaar, bij de junioren, boekte hij zijn eerste overwin ning en werd hij opnieuw vierde bij de nationale titel strijd, een prestatie die hem een plaats opleverde in de ploeg die aan de start stond voor het WK. Dit tot nu toe enige wereldkampioenschap werd voor Guyt een grote te leurstelling. „Tijdens de start kwam ik ten val en beschadig de mijn derailleur. Toen moest ik de eerste halve ronde lo pend afleggen en die achter stand viel natuurlijk nooit meer goed te maken. Jammer, want er had beslist een ere plaats ingezeten". Overwinningen Het daarop volgende jaar boekte Guyt acht overwinnin gen en dus was hij een der fa vorieten voor een kampioen strui. Per een januari evenwel, moest René Guyt naar de amateurs overstappen, omdat op dat moment een nieuwe leeftijdsindeling van kracht werd. Wel werd de Katwijker, ook tot zijn eigen verbazing, direct al zevende op het NK voor amateurs. Een opvallende prestatie, dat wel. Maar geen resultaat van een eendagsvlieg, zoals Guyt dit seizoen al diverse malen bewees. Al blijft het natuurlijk de vraag of de liefhebber van modderige en heuvelachtige rondjes inderdaad de echte top zal halen. De komende maan den zullen wat dat betreft eni ge duidelijkheid moeten bren gen. Daarop volgt het wegsei- zoen, waarin Guyt zich dit keer ook wil laten zien. „En daarna zie ik het wel weer", relativeert Guyt zelf elke wil de gedachtenkronkel. „Voorlo pig gaat het goed. Nu eerst maar eens een goed Neder lands kampioenschap rijden. Want op het wereldkampioen schap in Tjsecho Slowakije wil ik eigenlijk niet ontbreken". RICHARD IPPEL treffen, nu Stan zich in Al- phense dienst heeft begeven en broers Alex en Mare niet. Mare van Belkum dus: drie treffers van zijn hand zorg den er in het laatste kwart voor dat „zijn" De Zijl niet met 8-10 verloor, maar met 11-10 won van Stans' AZC. Mare, dus. Wandeling Het gaat wat te ver te stellen dat Jan Reker het grote voorbeeld is van Zijl/LGB coach Frits Welling. Maar, dat Welling inspiratie put uit de daden vande huidige VVV-trainer, moge duidelijk zijn. Indien onze bronnen even betrouwbaar blijken als vrij wel altijd, heeft Welling zijn selectie toegezegd van Vee- nendaal naar Leiden te zul len wandelen als De Zijl er vandaag in slaagt van het Veenendaalse VZC te win nen. Een zege die de Leidse formatie vrijwel zeker een plaats in de play-offs zou be zorgen... U Begrijpt het al, gwaardeer-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1986 | | pagina 15