1 fi nal Ie lcoholisten ZONDER lcoholprobleem ZATERDAG 18 OKTOBER 1986 êddóeöoutcwl TILBURG - Op 10 juni 1935 goot Ro bert Holbrook Smith, alias dokter Bob, zijn laatste slok whisky naar binnen. De vastbesloten klap waarmee hij vervol gens zijn lege glas deed neerdalen op het bckringde tafelblad, zou de geboorte markeren van de Anonieme Alcoholis ten, bij het brede publiek beter bekend als AA. Samen met zijn kroegmaat Bill Wilson was hij, daar in de ruige Ameri kaanse staat Ohio, tot het inzicht geko men dat hij persoonlijk machteloos stond tegenover Duivel Alcohol, maar dat het met behulp van onderlinge steun mogelijk moest zijn de fles te laten staan. „Een juist inzicht", oordeelt dr. Pictcr van Harbcrden die zojuist op een proefschrift over de AA aan de Katholie ke Universiteit Brabant is gepromoveerd tot doctor in de sociologie. „Als weten schapper dien je uiteraard terughoudend lc zijn, maar het blijkt dat van alle bin nenkomers in de AA-gelederen veertig procent de gepredikte totale onthouding bereikt en dat getal stijgt naar vijfenze ventig procent als je bij de totale ont houders de AA'ers optelt die hun drink gedrag voortaan in de hand kunnen hou den. Welnu, de professionele hulpverle ning aan drugsverslaafden boekt een succes van nog geen tien procent, hoewel er miljoenen guldens subsidie aan wor den uitgegeven. Als je weet dat ze bij de AA alles zelf doen, zonder tussenkomst van beroepskrachten, en dat ze boven dien alles zelf financieren, dan zeg ik: petje af'. Smoesjesboeken Niet iedere probleemdrinker of erger kan echter baat vinden bij de AA. Daar heeft de jonge doctor de volgende verklaring voor, hetgeen hem tevens brengt bij de kern van de werkwijze waaraan de Ano nieme Alcoholisten hun geneeskracht danken: „Ik heb gevonden dat de me thode van de AA alleen aanslaat als de alcoholist gevoelig is voor de stemming, voor de sfeer, voor het taalgebruik bin nen de beweging. Lang niet alle zware drinkers zullen zich erdoor aangespro ken voelen. Kijk, bij de AA overheersen duidelijk drie uitgesproken waarden - nederigheid, eerlijkheid en persoonlijke verantwoordelijkheid. Het zijn waarden die haaks staan op die van de alcoholis tische persoonlijkheid. Bij de nederig heid gaat het erom dat je leert jezelf te zien en te aanvaarden zoals je bent, met alle negatieve en positieve kanten van dien. Die waarheidszin is nodig omdat alcoholisten zichzelf beschouwen als de grote regisseurs van de wereld. Het zijn wandelende smoesjesboeken. De eerlijk heid vervolgens houdt onder meer de er kenning in datje machteloos staat tegen over de drank. En met persoonlijke ver antwoordelijkheid wordt bedoeld dat je je niet mag verschuilen achter je proble men of je moeilijkheden met anderen, maar dat je jezelf eén sociaal gedrag aan meet waarin jij en niemand anders op draait voor de gevolgen. Alcoholisten voor wie dit soort waarden niets beteke nen, zeg, omdat ze met andere waarden zijn opgevoed, die gaan bij de AA snel de mist in". Keuken Van Harberden schat dat er op het ogen blik wereldwijd 1,5 miljoen leden zijn, verenigd in zo'n 60.000 groepen, ver spreid over 118 landen. In Nederland werd de eerste groep in 1948 opgericht te Amsterdam; België volgde in 1953 met een eerste groep te Brussel. Aan België heeft Van Harberden trouwens veel ge had. Toen hij enkele jaren geleden een boekje over zelfhulpgroepen het licht deed zien, een soort staalkaart van dat indertijd nieuwe verschijnsel, kreeg hij de uitnodiging van een Belgische alcoho list eens bij de AA-groep in Turnhout te komen kijken. „Ik mocht als het ware in de keuken van hun zelfhulp rondneuzen. Wat ik daar zag en meemaakte, de ver halen waarnaar ik soms ademloos luis terde van mannen en vrouwen over hun worsteling met de fles, het inspireerde me allemaal tot het besluit een systema tisch onderzoek naar de AA te gaan doen". Merkwaardig genoeg moest Van Harberden een van de promotoren die hem bij zijn proefschrift konden helpen, ook al in België zoeken. Het was prof. Casselman uit Leuven. Van Harberden benaderde hem omdat zijn andere pro motor, prof. Segers uit Tilburg, totaal onbekend bleek met de AA. Zo voor kwam hij dat er onmogelijke eisen aan hem en zijn onderwerp zouden worden gesteld. Nederland telt volgens de laatste gege vens 180 AA-groepen met rond de 2700 leden. Een laag getal, dat laatste, afgezet tegen de 400.000 probleemdrinkers en 250.000 zware alcoholverslaafden die er schijnen te zijn. Maar in 1977 beschikte AA-Ncdcrland nog slechts over 1350 le den. Een verdubbeling in minder dan tien jaar. Dat mag van de jonge doctor een snelle groei heten. „Ik schrijf die toe aan de toename van het aantal zware drinkers en aan de tekortkomingen van de professionele hulpverlening. Boven dien wordt het taboe rond alcoholisme langzamerhand doorbroken. Met name vrouwen en jongeren durven tegenwoor dig voor hun verslaving uit te komen. Deze twee groepen zijn dan ook sterk vertegenwoordigd in de AA. De bewe ging heeft bewezen dat ze goed werkt. Er worden duidelijk resultaten geboekt. Nestwarmte Daarbij houdt de AA mensen buiten het dure stelsel van de professionele hulp verlening en biedt ze ruimte voor nest warmte. Zulke vormen van zelfhulp zijn bijzonder waardevol. Ze hebben een aantal kwaliteiten die van overheidswe ge niet worden gewaardeerd. Het minis terie van WVC geeft er althans nog geen uitdrukking aan. Persoonlijk vind ik dat de AA voor haar werk een gesubsidieerd steunpunt zou dienen te krijgen. Het aanbod daarvoor moet dan wel van WVC uitgaan, want de Anonieme Alco holisten zelf zullen er nooit om vragen. Zo zitten ze niet in elkaar". Hoe wel? Voor het antwoord op die vraag dient teruggegaan te worden naar Bill en Bob, zoals de twee stichters van de beweging in „The Big Book" (Het Grote Boek; de bijbel van de AA) fami liair worden aangeduid. Alcoholisme is een ziekte, vonden ze. Een obsessie van de geest in samenhang met een allergie van het lichaam. Ongeneeslijk, die com binatie. Eens een alcoholist, altijd een al coholist. Slechts met hulp van lotgeno ten zijn verslaafden aan drank in staat de fles te laten staan. Maar er kwam nog iets bij, de overtuiging namelijk dat er voor het stoppen met drinken een kracht nodig was, groter dan wat de mens per soonlijk aan kracht weet op te brengen. Een Hogere Macht. Deze visie vindt men weerspiegeld in het herstelprogram ma van de AA. de zogenaamde Twaalf Stappen waarvan de werking wel eens vergeleken is met die van insuline bij suikerzieken. Stap 3: Wij besluiten onze wil en ons leven over te geven in de hoe de van God. hoe ook ieder van ons per soonlijk Hem aanvaardt. Stap 6: Wij zijn volkomen bereid al onze karakter fouten door God te laten wegnemen. Stap 11: Wij trachten door gebed en overdenking ons contact met God te verdiepen. Paard Het is de toonzetting van de Twaalf Stappen waardoor aan de AA het karak ter van een soort Morele Herbewapening wordt toegeschreven, een vorm van we reldvreemde kwezelarij. Maar wie het proefschrift van Van Harberden leest, is snel van dat vooroordeel genezen. Op groepsavonden, zo blijkt, wordt er heel wat afgelachen om de vreemde capriolen die sommige aanwezigen onder invloed van drank hebben uitgehaald. Neem hét verhaal over het paard van Bart, door de promovendus aldus uit de mond van de betrokkene opgetekend: „Toen ik dronk, kwam ik in allerlei duistere kroegjes. Daar was het dan zuipen en pokeren. Op een bepaald moment had iemand die zijn kost verdiende met schillen opha len. geen geld meer. Toen hebben we ge pokerd om zijn paard. En ik win die knol. Ik met dat paard naar huis. Toen heb ik met mijn zatte kop geprobeerd die schillenhit naar de vierde etage te krijgen. En omdat onze flat geen lift had, moest dat via de trap. Kun je nagaan, dat paard op die smalle treden en ik maar duwen en trekken. Ik kreeg het niet voor de bakker, dus heb ik dat paard vastgebonden in het plantsoen. De volgende morgen werd ik wakker van het geroezemoes. Heel de buurt rond die knol. Mijn vrouw, zo'n gezicht, zegt toen: „Ga jij dat buiten maar eens kla ren". Ik zeg: „Hoezo, wat klaren?". Ik wist nergens meer van. Maar toen het ergste. Ik werd verplicht die hit terug te brengen. Nou kan ik toevallig helemaal niet met paarden omgaan. Ik ben er zelfs bang van. De ellende die ik daarmee ge had heb". Imker Dolle verhalen staan er in het proef schrift genoteerd. Over een imker die zijn volle drankflessen in bijenkorven verborg, want daar zou zijn vrouw ze niet durven gaan zoeken. Over een boer die er bij het omploegen van zijn land aan herinnerd werd hoe hij vroeger een grondboor nodig had om van zijn talloze lege flessen af te komen. Van Harber den: „Als een AA-lid zo'n verhaal in geuren en kleuren vertelt, wordt er flink gelachen. En het ene verhaal lokt het an dere uit. Maar kenmerkend voor de AA- humor is de ernstige ondertoon. De hu mor staat in diénst van de therapie. De moraal is dan ook steeds: nu kunnen we erom lachen, maar in wezen was het al lemaal verschrikkelijk triest. Een goed voorbeeld is het verhaal van Erik. „Als ik de groep vertel", zei die tegen me, „hoe ik vroeger de fijngemalen refusal - dat had mijn vrouw gedaan om het spul ongemerkt door mijn eten te men gen - verwisselde door zeeppoeder om zo te kunnen blijven drinken, dan wordt erom gelachen. Ik zeg dan altijd: „Ge lukkig kan ik er nu om lachen, maar het was toch wel diep treurig wat ik deed". Zelfbewust Deze humor, aldus Van Harberden, vormt voor het AA-lid een zinnebeeld van de groepsidentiteit. „De functie er van is dat de groepsleden zich op een subtiele manier bewust blijven van hun identiteit als alcoholist. Het hoort bij het rolgedrag dat kenmerkend is voor de AA; het maakt deel uil van de AA-cul- tuur. Als een zware drinker, een ver slaafde, zich openstelt voor die cultuur, als hij de rituelen ervan tot de zijne maakt, schept hij zich de mogelijkheid zijn negatieve zelfbeeld om te zetten in een positief zelfbeeld. Al lerend vult hij als het ware zijn gereedschapskist met werktuigen die hem in staat stellen suc cesvol te sleutelen aan zijn eigen Ik. Hij weet dat hij alcoholist is en dit ook altijd zal blijven. Maar die wetenschap ervaart hij niet als een last. De zelfbewuste alco holist - zo noem ik hem in mijn proef schrift - beseft dat hij in bepaalde op zichten wat anders in elkaar zit dan an dere mensen, maar hij ligt er nauwelijks wakker van. Hij heeft zichzelf geaccep teerd zoals hij is en treedt de wereld zelf- 1 ewusl tegemoet. Hij vindt zijn identi kit niet iets waarvoor hij zich moet ehamen. In dc woorden van Frans, een an dc vijftien AA-lcdcn met wie ik oor mijn onderzoek diepgaand heb gc- raat,: „Ik ben een alcoholist, want als ik 'at spul weer gebruik, ga ik onmiddellijk oor dc bijl. Maar ik beschouw mezelf vel als een nuchtere alcoholist, dal wil eggen, als iemand die vrede heeft met et nict-drinken, voor wie dat niet-drin- en dc gewoonste zaak van de wereld is eworden. Als er nu een top-deskundige ou komen die zou zeggen: „Frans, ik leer jou binnen een jaar sociaal, aan vaardbaar drinken", dan zou ik er niet eens aan beginnen. Ik ben er niet in ge ïnteresseerd. Het verlangen daaraan mee te willen doen, ben ik kwijt". Taalgids Alcoholisten zonder drankprobleem. Ze bestaan en Van Harberden heeft als eer ste wetenschapper in Nederland bestu deerd hoe het mogelijk is dat ze bestaan. Samenvattend: „De kans op een succes vol veranderingsproces is afhankelijk van de mate waarin een alcoholist erin slaagt zich de AA-cultuur eigen te ma ken. Wie niet met de AA-cultuur uit de voeten kan. vult zijn gereedschapskist niet en valt vroeg of laat uit de AA-boot. De Anonieme Alcoholisten hebben dus geen gegarandeerde succesformule voor iedere alcoholist. Je hebt als het ware een AA-taalgids nodig en je moet ook bereid zijn die te gebruiken, wil je kun nen volgen wat er binnen zo'n groep ge beurt. Bij de AA gaat het niet alleen om afkicken van drankgebruik, maar ook en vooral om het aanleren van nieuw ge drag. Voor het bereiken van dat doel wordt gebruik gemaakt van symbolen en rituelen die lang niet iedereen zullen aanspreken. AA is dus een uitstekende therapie om de alcoholist te leren leven zonder alcohol. Maar er blijven legio problemen waarvoor professionele hulp verlening geboden is". PIET SNOEREN FOTO: MILAN KONVALINKA onderzocht door de socioloog Pieter van Harberden. Hij heeft er zojuist aan de Katholieke Universiteit van Brabant de doctorsgraad mee verworven. Voor het eerst staat op een rijtje wat de receptuur van de TwaalfStappen inhoudt. Maar gelachen wordt er ook. Lees het verhaal van Bart en zijn paard. De professionele hulpverlening aan "ugs- verslaafden boekt nauwelijks succes hoéwei er voor miljoenen aan subsidiesin worden gepompt. De Anonieme Alcoholisten I daarentegen krijgen geen cent, maar behalen in 40 tot 75 procent van de gevallen resultaat. Hoe dat kan. is Boven: Veel jongens en meisjes beginnen tegenwoordig niet eens aan alcohol, ook al worden ze erom uitgelachen. Maar de jongelui die wel met alcohol problemen worstelen, durven daar eerder voor uit te komen dan vroeger. Hetzelfde geldt voor vrouwen. Met als gevolg een verdubbeling van het aantal leden van de AA-groepen in minder dan tien jaar. Links: Dr. Pieter van Harberden: „De AA houdt mensen buiten het dure stelsel van de professionele hulpverlening en biedt ze nestwarmte. Zulke vormen van zelfhulp zijn bijzonder waardevol". j

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1986 | | pagina 19