unst voor het kind ran Max Velthuijs Boeven de baas bij opening Kinderboekenweek Goed doordacht Klein-mannetje Vers van de pers De bekroonde boeken MORGENMIDDAG IN HET CIRCUSTHEATER SPEKEN Ceidóe Soutuut DINSDAG 7 OKTOBER 1986 PAGINA 13 Onder het motto „Mooie boevenboeken voor wei nig duiten" worden op veel plaatsen in het land een week lang boeken markten, lezingen, toneel voorstellingen, musicals, handtekeningenuurtjes en wat voor activiteiten dan ook, georganiseerd om het kinderboek te promoten. In Den Haag wordt het startschot afgevuurd: het Scheveningse Circusthea ter is morgenmiddag ver zamelplaats voor boeven pak in opleiding, honder den kinderen doen daar hun best er zo schurkach tig mogelijk uit te zien in een oneerlijke strijd om de CPNB een prijs te ont futselen. Het boevenbal begint om twee uur, met de uitreiking van de grif fels en penselen aan de schrijvende en illustreren de roverhoofdmannen en -vrouwen. Daarom zetten we op deze pagina alle boeken die dit jaar door de CPNB (Col lectieve Propaganda van het Nederlandse Boek) werden bekroond met een griffel of een penseel op een rijtje. Kinderboeken schrijver/illustrator Max Velthuijs vertelt over het ontstaan van „Klein- mannnetje vindt het ge luk", het boek waarvoor hij de gouden penseel kreeg. Voorts is een keus gemaakt uit het overstel pende aanbod kinderboe ken dat, vers van de pers, in de winkel ligt. [KLEIN-MANNETJE" GOUDEN PENSEEL IN HAAG De jury, Ie jaarlijks gouden en zil- ïren griffels en penselen ïkent aan de auteurs en lustratoren voor de in in ogen beste kinder- >eken en illustraties, is in mening dat Max Vel- [uijs kunst voor het kind lakt. „Nu zij dat zeggen, irf ik ze wel te citeren, int eigenlijk is dat ook Series mijn bedoeling", idus de 62-jarige Haagse lustrator en grafisch ont- ïfper, die voor de twee- keer een gouden pen- ;1 krijgt. Eerst in 1977 )or „Het goedige mon- ?r en de rovers" en nu „Klein-mannetje ïdt het geluk". Een fiendelijk, goedlopend ïrhaaltje, alsof Velthuijs tijd goedgehumeurd op lat en zich vervolgens mdenwrijvend aan de jkentafel zet om zijn -ookjesachtige gedach- vlot op papier te zet- ee nee, zo gaat het helemaal ;t. Ik bedenk wel altijd m'n [en verhaaltjes, die ik zelf il- |treer. Maar zoals het met bekroonde boek is gegaan, gaat het echt wel vaker. Ik rd door m'n Zwitserse uit lever gebeld, die me vroeg [laar ze op konden rekenen, int dat willen ze altijd. Ze ;enen altijd ergens op, als ze i van je hebben dat goed •pt. Waar het deze keer over g, wilden ze weten. Nu had al maanden lopen piekeren, lar ik had nog geen enkel ikbaar idee. Spontaan zei zo maar, het gaat over een in mannetje. O ja? Vroegen en wat doet dat kleine innetje dan? Nou, dat man- itje vindt een schat, natuur lijk, antwoordde ik. De uitge ver vond het geweldig. Maak dat dan maar gauw af, zeiden ze. We wachten erop. Met lood in m'n schoenen be gon ik een klein mannetje te tekenen, dat ik een schop in z'n handen gaf, want hij moest natuurlijk een schat opgraven. Maar dat ging niet erg goed. Ik tekendë maar wat en van de steel van die schep maakte ik piekerend en wel een klaver tje vier. En dat was het, reali seerde ik me opeens. Nu, toen was het verhaal zo gepiept." Niet bewust Lang niet altijd stemt de me ning van een jury met die van Velthuijs overeen. „Soms ha len ze uitje werk dingen waar je nooit bij hebt stilgestaan, die je er nooit hebt ingelegd. Maar soms merken ze dingen op, die je er niet bewust hebt inge stopt, maar weldegelijk aan wezig zijn. Dit bijvoorbeeld, dat ik tot in de essentie ver eenvoudig. Dat klopt; ik heb kasten vol potjes verf, maar mijn teke ningen zijn duidelijk. Je kunt niet zeggen dat ik ingewikkel de tekeningen maak, maar hoe eenvoudig ze ook lijken, mijn probleem is, dat ik gevoel in m'n tekeningen wil leggen Wat ik daarmee bedoel is niet eenvoudig te vertellen en het is nog moeilijker uit te leggen wat ik bedoel, hoe ik de teke ningen volgende keer nóg be ter wil maken". Velthuijs haalt er het bekroon de boek bij en wijst aan:„,Deze tekening vind ik nog goed, die en die ook, maar over deze ben ik veel minder tevreden". Naarmate Velthuijs zijn werk verder kritisch doorneemt, wordt duidelijk wat hij be doelt: hoe eenvoudig zijn fi guurtjes ook lijken, ze moeten wel een exacte eenheid vor men met de tekst, zoals Vel thuijs die heeft bedoeld. Zo bij voorbeeld: als het Klein-man- netje wéér aan een ongeluk is ontsnapt, dank zij het klaver tje-vier, mag hij er op het vol gende plaatje niet bekommerd uiteien, als één die de wereld beschouwt als een kommervol le valkuil die uiteindelijk noodlottig zal worden. Vel thuijs: „Dat mannetje moet verschikkelijk blij zijn, maar hier, op dit plaatje is hij dat niet echt. Dat moet een vol gende keer beter". Ontwerper Max Velthuijs is van oor sprong grafisch ontwerper. Hij tekende onder meer veel affi ches, waarvan de speelse het leukst waren om te maken. „Pas drie jaar geleden ben ik helemaal gaan toeleggen op het maken van boeken, twee titels per jaar, dat is m'n maxi mum. Misschien kan ik nu echt van m'n boeken leven, hoewel het moeizaam zal zijn; ik heb immers anderhalf jaar alleen gewerkt en niets ver diend". Van Nederland hoeft hij het niet te hebben. „In Nederland lezen ze immers nauwelijks; prentenboeken voor jonge kin deren zoals ik die maak hele maal niet, eigenlijk. Ik denk dat de ouders het weggegooid geld vinden. In Duitsland, overigens helemaal in Oost- Europa hebben ouders veel meer voor hun kinderen over, althans wat boeken betreft. Daarom ben ik ook bij een Zwitserse uitgever, die voor eigen land vijfhonderd exem plaren maakt en voor West- Duitsland zo'n vijftienduizend. De rest gaat naar andere lan den, naar Nederland dus ook, waar Leopold mijn boeken uit geeft. Als ik rechtstreeks voor Leopold zou werken, zouden m'n prenteboeken veel te duur worden." Onverwacht Hoewel Max Velthuijs in zijn ongelooflijk rommelige werk kamer niet het type is van de carrièremaker, zou het onzin zijn te beweren dat geld hele maal geen rol in zijn leven speelt. „Natuurlijk wel. Een van de aardige kanten van dit werk is, dat je soms volkomen onverwacht geld krijgt. Zoals onlangs, toen een uitgever in Tsjechoslowakije me om vijf tekeningen vroeg uit „Het goe dige monster". Wist ik veel waar ik die had, maar dié' uit gever had al een cheque ge stuurd. Ik ben gaan zoeken en ergens in een kast vond ik ze uiteindelijk wel. Het was zo veel geld, voor vijf tekenin gen... Ik heb die uitgever maar de hele stapel tekeningen ge stuurd; kon hij uitzoeken De lichtvoetige mentaliteit van Max Velthuijs is terug te vinden in zijn werk. „Het is een volledige dagtaak maar ik heb er veel plezier in, anders zou ik het ook niet zo lang kunnen volhouden. En voorlo pig heb ik ideeën genoeg, die ik in m'n eentje uitwerk. Ja, soms ben ik wel eens jaloers op schrijvers en tekenaars die samenwerken; dat heb ik vroeger wel eens geprobeerd, maar het lukte niet. Ik werkte samen met een prima schrij ver, echt een heel goede. Maar toch; wat hij schreef was wel goed, maar niet wat in mijn hoofd zit. Daarom blijf ik Met veel zorg heeft de Haagse illustrator (grafisch ontwerper) Max Velthuijs een „Klein-mannetje" bedacht, dat voor de klein ste lezertjes prettige avonturen beleeft. Eén daarvan is dit jaar beloond met een zilveren penseel: „Klein-mannetje vindt het ge luk". De avonturen van Klein-mannetje behelzen geen ingewikkelde verhalen, maar hebben wel precies de spanning, de vondsten en opgewekte doorverteltrant waarvan jonge kinderen maar nooit genoeg van krijgen. En toch ook met een dubbel bodempje. Klein-mannetje vindt in het bekroonde verhaal een klavertje- vier, waardoor hem niets meer kan overkomen. Wat een ellende blijft hem bespaard, zonder klaver-vier had hij niet lang geleefd. De dubbele bodem bestaat hieruit, dat het klavertje behoorlijk wordt aangevreten, omdat volgens de dieren van het bos klaver nu eenmaal klaver is. En dat kun je eten; klaver-drie of klaver- allo meneer de Uil edjes uit de Fabeltjeskrant n welbekend. „Hallo meneer Uil" en het „Stoomlied" J n voorbeelden van liedjes, iedereen kan dromen. iar er zijn er meer en de isten daarvan zijn al even- er heel goed te genieten. De tgeverij Bert Bakker heeft 11 n bundel uitgegeven, waarin j1 der de titel „Hallo meneer Uil. liedjes uit de Fabeltjes- 1 ant" een hele reeks van v ze leuke stukjes poëzie is sa- 1 engebracht. het boekje, leuk or kinderen èn volwassenen bevat naast Leen Valke- r's liedjesteksten ook leuke ustraties van de hand van fons van Heusden. Het ekje telt 70 bladzijden en ist als paperback 17,90 (ge- nden 24,90). a gens onder een blaadje 'j luidt de titel van een leuk 1 ekje van Ditte van Merle, onlangs bij Van Holkema Warendorf is verschenen, t boekje is bestemd voor be kende lezertjes en bevat !r aardige, informatieve ver- altjes over beestjes. Zo ko- in de pissebed de worm, de k en de oorworm aan de Ie. Ditte van Merle on- ■wijzeres schreef al eer- informatieve boekjes over Ten. Peter Oey maakte er nauwkeurige illustraties bij. Het gebonden boekje telt 44 bladzijden en kost 17,50. Ik wou dat ik kon vliegen Deze wens van een schildpad wordt in mooie kleurenplaten en korte zinnen uitgewerkt in het leuke prentenboek met deze titel. De schildpad vindt het eerst niet leuk dat hij een heleboel dingen niet kan, die andere dieren wel kunnen, maar aan het einde blijkt, dat hij toch ook een heel prettig voordeel heeft. Want in de re gen zit hij in zijn huisje lekker droog. Het oorspronkelijk En gelse boekje is van de hand van Ron Maris. Het telt 32 bladzijden, is gebonden en kost 119,90. Wal is die ster toch ver „Wat is die ster toch ver" is een leuk, nieuw prentenbroek van Sigrid Heuck (verschenen bij Lemjniscaat) dat als aardig heid heeft, dat de kleintjes zelf kunnen meelezen. Sommige woorden in de tekst zijn name lijk vervangen door tekenin gen. Het boekje, een vertaling uit het Duits bevat nieuwe be levenissen van het bekende trio pony, beer en papegaai. De mooie kleurenplaten ma ken er een fleurig geheel van. Sigrid Heuck werd bekend door haar prentenboeken „De Appels zijn weg" en „Het re gent weer". De prijs van „Wat is die ster toch ver" bedraagt f 19,90. Papieren Kinderen Goede wijn behoeft geen krans. Dat geld ook in kinder boekenland. Wanneer we we ten dat Jac Linders' vorige boek, „De vier van kamer vijf", door verschillende kin derjury's werd bekroond, dat behoeft het nu alweer enige tijd voorhanden „Papieren kinderen" nauwelijks nog aan prijzing. Het boek het voor woord is van mr. A. van Agt, commmissaris van de konin gin in Brabant en bestuurslid van de Stichting Foster Pa rents plan, die deze zomer het eerste exemplaar uit handen van de auteur ontving gaat over Jeroen en zijn vriendin netje Katja; die met heel de vijfde klas oud papier gaan sparen. De kinderen zijn en thousiast voor het werk van Foster Parents en willen een vriendje in de Derde Wereld helpen. Een van de talloze „papieren kinderen". Dit vlot te, goede kinderboek, geïllu streerd door Ingrid Godon, is gebonden, telt 140 bladzijden en kost 19,50. Het verscheen bij de uitgeverij Lannoo. Mecanoscript „Mecanoscript, verslag van een nieuw begin" is bepaald een boek voor de wat oudere kinderen. Dit bijzondere boek van Manuel de Pedrolo het betreft een vertaling uit - het is een soort verslag Eigenlijk had Deesje moeten zeggen dat ze niet alleen met de trein naar haar halftante wilde. Eigenlijk had ze moeten zeggen dat ze niet met een he leboel andere kinderen naar de televisiestudio moest. En ei genlijk had ze meneer Paprika moeten vertellen over haar bezoek aan halftante. Omdat Deesje al deze dingen niet ge zegd had, komt ze in een hele boel rare, leuke en enge situa ties terecht. Joke van Leeuwen maakte een prachtig boek over de ca priolen van Deesje en maakte er schitterende tekeningen bij. Ze ontvangt er ook de gouden griffel en de zilveren penseel voor. Vanaf 8 jaar. Stormboy Max Velthuijs: „Ik doe het op mijn manier en zolang kinderen dat plezier delen, denk ik, ach, laat me maar". maar in m'n eentje werken, dat gaat ook goed". De kinderen weten ervan. Hoe eenvoudig zijn getekende ver tellingen ook zijn, kinderen willen er steeds opnieuw van horen, hetzelfde verhaal maanden lang, elke dag op nieuw. Velthuijs: „Nou ja, in dat juryraport staat dat jonge kinderen er zo van kunnen genieten. Ik denk dat ik wel weet waarom, ik ben er ook inmiddels twintig jaar mee be zig en het einde is voorlopig niet in zicht. Ik denk dat ik nu echt bezig ben door te breken en ik heb er plezier in; laat me maar, ik doe het op mijn ma nier en zolang kinderen dat plezier delen, denk ik, ach, laat me maar. En als de jury bovendien vindt dat ik kunst voor kinderen maak, durf ik dat ook wel te zeggen, ik maak kunst voor kinderen". Max Velthuijs moest er 62 voor worden, om die doorbraak te ervaren. Met een kind in de wieg en zo trots als een aap, al zit die trots verpakt in een dikke laag onzekerheid, ge kleurd met een tintelende glimlach. Die zit voorgoed ver werkt in zijn ogen en die maakt hem jong. Kinderen vinden het prachtig. FRITS BROMBERG vier, het maakt geen zier uit. Het tweede dubbele bodempje: voor Klein-mannetje maakt het niets uit of er uit zijn klavertje happen zijn genomen: klaver-vier blijft het toch, van een hap meer of minder is zijn geluk niet afhankelijk. En zo is iedereen uiteindelijk gelukkig. Overigens heeft de CPNB (Collectieve Propaganda van het Ne derlandse Boek) niet het verhaal bekroond, maar de tekeningen en daarmee eigenlijk het hele oeuvre van Velthuijs. Want zijn tekenstijl is onmiddellijk herkenbaar: duidelijk en met van die sprekende kleuren. Volwassenen zullen er een vraagteken bij zetten, kinderen niet. Die vinden het prachtig. FRITS BROMBERG Max Velthuis: „Klein-mannetje vindt het geluk". Uitgeverij Leopold Prijs 17,90. van de belevenissen van Alba, een meisje van veertien, en haar buuijongen en vriend Di- dac, die een merkwaardige wereldramp overleven. Zijn zij de enigen die na de catastrofe nog leven? Om daar achter te komen gaat het tweetal op on derzoek uit. Het wordt een tocht vol schokkende gebeur tenissen. Alba en Didac doen ook andere, heel persoonlijke ervaringen op. Zij leren de liefde kennen. Deze goede jeugdroman is bestemd voor de oudere kinderen, die wat betreft het onderwerp „sex" niet meer in volstrekte onwe tendheid verkeren. Het gebon den boek, 126 bladzijden dik en verschenen bij Lemniscaat, kost 22,50. Het boek is niet geïllustreerd. Juf bij de zeerovers Onder bovenstaande titel is bij Lemniscaat een erg komisch en origineel prentenboek ver schenen. Het boek oor spronkelijk Frans laat zien dat ruwe bolsters als zeerovers nog heel goed terecht kunnen komen, wanneer er maar ie mand is die hen een zetje geeft. Die iemand is „juf", die de woeste kerels temt en hun bestaan iqgrijpend doet veran deren. De prachtige tekenin gen zijn deels in zwart-wit, maar voor het overgrote deel toch in kleur uitgevoerd. Het boek telt 32 bladzijden en kost 19,90. LEO HENNY Het verhaal van Stormboy, een jongetje dat vanaf zijn vierde jaar alleen met zijn va der aan de kust van Australië woont, zul je in één ruk uitle zen. Het is een roerend ver haal, duidelijk geschreven, zonder overdrijving, over de liefde van dc jongen voor de zee, de kust, de dieren in de buurt en zijn bijzondere vriendschap met een pelikaan, meneer Parsival. Dat is geen gewone pelikaan, maar een vogel die bijzondere kunstjes kan. Het dier helpt zelfs mee om schipbreukelingen te red den. Vanaf 8 jaar. Tommie Station Op een dag vindt machinist Eef op het station een jongetje, dat blijkbaar bij niemand hoort. Hij noemt dit jongetje Tommie Station en vanaf die tijd is het zijn zoon. Tommie rijdt altijd met Eef mee en heeft een heerlijk leventje. De enige mensen die hen steeds proberen te pesten is het ver schrikkelijke echtpaar Bokker, die eigenaar zijn van de sta tionsrestauratie. Vooral me vrouw Bokker verzint gemene plannetjes om Tommie naar een weeshuis te krijgen. En dan gebeurt er iets, waardoor Tommie in een land terecht komt, waar katten kunnen spreken. Een heerlijk boek van Mensje van Keulen. Van af 9 jaar. Doldwazen en druiloren Simone, een meisje van 12, verhuist op haar verjaardag met haar wat vreemde moeder naar een nieuw huis. Simone is woedend. Niets loopt nor maal, ze vindt de vriend van haar moeder niet aardig, ze wilde helemaal niet verhuizen, ze moet naar een andere school en nu is de hond ook nog achtergelaten. Op die andere school denken ze dat ze een jongen, Simon, is. En Simone is zo rebels dat ze het zo laat. Dat geeft natuur lijk wel rare effecten als een van de klasgenotes verliefd op haar wordt. Haar opa noemt het haar duiveltjes, die zorgen dat alles in haar ogen fout loopt. Duiveltjes, die zorgen voor een doldriest leven in plaats van een saai leven voor druiloren. Het boek is vlot en met veel gevoel voor humor geschreven in de ik-stijl. Van af 10 jaar. Tirannen een 'bende' van drie meisjes, die onder leiding van Melanie klasgenootjes tiranniseren? Als je laat merken datje het verve lend vindt, hebben ze er juist plezier om. Als je het aan de onderwijzer zou vertellen, ge loven ze je niet. Bovendien ben je dan de 'verklikker'. En aan je ouders vertellen, doe je al helemaal niet, omdat het pesten dan alleen nog maar er ger zal worden. Lucy wordt verschrikkelijk getiraniseerd door de bende, ze wordt zelfs gedwongen om mee te doen aan winkeldiefstal. Maar dan verzint ze samen met een an der slachtoffer een list. Van af 11 jaar. Het eiland in de Vogelstraat In de tweede wereldoorlog weet Alex, een elfjarige joodse jongen te ontsnappen aan een deportatie uit een Poolse stad. Zijn vader wordt wel meege nomen, maar Alex weet zeker dat hij terug zal komen. In het f r Een van de vele, met een zilveren griffel bekroonde, illustraties van Joep Bertrams uit het boekje „Salamanders vangen" getto verschuilt hij zich heel knap in de ruïne van een woonhuis. Daar heeft hij met zijn vader afgesproken te zul len wachten. Maar een paar dagen wordt een week, een week wordt maanden. In de tussentijd moet Alex zich niet alleen schuil houden voor de Duitsers of verklikkers, maar hij moet ook zien aan eten te komen. Hij moet zich warm kunnen houden in de winter maanden. Hij moet zich hele maal alleen redden 'op zijn eiland' in de Vogelstraat. Een heel spannend boek (ik-stijl), met een goede afloop, waarvan je het verhaal niet zomaar ver geet. Vanaf 10 jaar. Verhalen voor een Afrikaanse koning Juba, of koning Muteba de Vierde, wordt als kleine jon gen door dienaren van zijn va der naar afgelegen eilanden gebracht. Zijn oom, Nankere, heeft zijn ouders vermoord en heeft zichzelf uitgeroepen tot koning. Op een van de eilan den ontmoet Juba Siggi, een verhalenverteller, die op een vreemde manier voor zijn op voeding zorgt. Siggi vertelt al leen spannende en geheimzin nige verhalen, die erg op sprookjes lijken. Over het vee van God, de buffels; over het ontstaan van licht en donker; over de strijd tussen de mon sterlijke slang Abanganga en de heks. Langzaam maar ze ker ontdekt Juba dat de ver halen stuk voor stuk te maken hebben met de geschiedenis van zijn volk en zijn familie. Vanaf 12 jaar. Salamanders vangen Joep Bertrams maakte schitte rende tekeningen bij een ge dichtenbundel van wiel Kus- ters. Met zijn .tekeningen (waarvoor hij een Zilveren Griffel ontvangt) sluit hij prachtig aan bij de gedichten, stuk voor stuk korte verhaal tjes, indrukken, die je heel goed zult herkennen als je ze leest. Het lijken geen gedich ten gemaakt door volwassenen maar gemaakt door een leef tijdsgenoot. Alleen in het laat ste stukje, dat ook Salaman ders Vangen heet, staat een stukje, waarin de dichter zegt al 36 te zijn. Hij heeft dertig jaar gespijbeld, maar wil nu weer graag - als het zou kun- •nen - meedoen met alle zesja rigen. Vanaf 10 jaar. Waar het hart vol van is Willem Wilmink's schriftelijke cursus dichten krijgt een gou den griffel in de categorie In formatief. Het gaat hier niet om een boek waardoor je leert hoe je ge dichten moet maken, maar het is een warm pleidooi om ge dichten te (leren) waarderen. Wilmink schrijft met ontzet tend veel enthousiasme over gedichten. Een enthousiasme dat aanstekelijk werkt. Niet, zoals op sommige scholen ge beurt, om de jeugd te leren hoe gedichten gelezen 'beho ren:' te worden en 'wat de be doeling van de dichter was' maar om ie warm te maken voor 'de betovering van de poëzie, iets kinderlijk-geheim zinnigs'. Hij vertelt heel boei end over het ontstaan van poë zie, over grafschriften, oVer moralisten, over popteksten, over gevoel en emotie, over stijlverschillen. Vanaf 14 jaar. Italië In de categorie Informatief ontvangen H.P.Thiel en M. Würmli een zilveren griffel voor hun landengids voor de jeugd: Italië. (Inmiddels is de uitgeverij ook al met een soortgelijke gids voor Enge land gekomen). Het is een be knopt, overzichtelijk, betaal baar boekje, waarin je veel in formatie over het land en de bevolking, de geschiedenis en bezienswaardigheden krijgt. Ook krijg je gegevens over het maken van spagetti, de ver schillende soorten vis die ge vangen wordt, over de aparte soorten groente, fruit, worst en kaas. En tussendoor een be knopte 'taalcursus', de itali- 1 aanse benamingen met daar achter de manier waarop men het woord uitspreekt. Kortom: een vrij compleet beeld (met veel foto's en teke ningen) van het land waar je misschien op vakantie heen gaat (of bent geweest), ook goed te gebruiken voor het maken van een scriptie. Vanaf 9 jaar. Klop, klop, wie is daar? Hele fraaie pastelkleurige te keningen maakte Yasuki Koi- de bij het korte verhaaltje van Tan Koide, Klop klop wie is daar? Drie marmotten zijn in het bos verdwaald en schuilen in een huisje.Het wordt er steeds drukker. Een heel mooi prentenboek. Vanaf 3 jaar. Deesje, Joke van Leeuwen, Uitg. Querido, Amsterdam, ƒ28,50. Stormboy, een leven in de wildernis, Colin Thiele, Uitg. Meulenhoff Ned., Am sterdam, 19,50. Tommie Station, Mensje van Keulen, uitg. Querido, Am sterdam, 24,50. Doldwazen en druiloren, Ulf Stark, uitg. Lemniscaat, Rot terdam, 21,50. Tirannen, Aidan Chambers, uitg. Querido, Amsterdam, ƒ19,50. Het eiland in de Vogel straat, Uri Orlev, uitg. Fon tein, Baarn, 22,50. Verhalen voor een Afrikaan se koning, Humphrey Har man, uitg. Bert Bakker, Am sterdam, 19,90. Salamanders vangen, Wiel Kusters, met tekeningen van Joep Bertrams, uitg. Querido. ƒ17,50. Waar het hart vol van is, Willem Wilmink, uitg. Van Holkema en Warendorf. Bussum, 19,50. Junior Landengids Italië (en Engeland), uitg. Gott- mer, Haarlem, p.st^f 14,90. Klop, klop, wie is daar, Tan Koide, uitg. Gottmer, Haar lem, ƒ18,50.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1986 | | pagina 13