Jean Marie Pfaff
geniet van status
Apollonius Konijnenburg
en het geld verdienen
"fieidóc SoivuMit'
Warhoofd
ZATERDAG 20 SEPTEMBER 1986
kort", zegt de ex-amateurvoetballer van
Laakkwartier, ADO en De Ooievaars,
„gaan we beginnen met artiesten. Ik wil
André Hazes naar Italië halen. Ik heb
veel contacten bij de televisie. En met
Wim van Hanegem gaan we het als zan
ger waarschijnlijk ook proberen. Want
Van Hanegem is in Italië toch nog zeer
bekend. Die muziek-business ga ik zeil
opstarten en daarna nemen anderen het
over".
In Italië is Konijnenburg als we hem op
zijn woord mogen geloven een geprezen
figuur. Trots laat hij een bokaal zien, die
hij van een club heeft gekregen als dank
voor bewezen diensten. Hij toont ook de
krantenknipsels waarin hij als hoofdper
soon wordt opgevoerd. „In Italië is de
pers veel positiever. In Nederland is het
allemaal veel te kritisch, te negatief. Ja,
natuurlijk zuigen die journalisten wel
eens wat uit hun duim. Maar door zo'n
verzonnen conflict wordt het publiek op
gezweept en zit het stadion vol. En dat is
toch juist mooi. Het voetbal, met alles er
op en er aan, is trouwens de derde in
dustrie van Italië".
In Nederland is hij daarom voorzichtig
met mensen van de pers. „Wat heb ik er
eigenlijk aan", verklaart hij. „In Nieuwe
Revue stond een heel slecht verhahl over
mij. Ik zou negen ton hebben verdiend
aan de transfer met Kieft. Sorry hoor,
maar daar heb ik natuurlijk helemaal
niets aan. Ze hoeven over mij niet te
schrijven dat ik zo lief en aardig ben,
maar ik lees toch wel graag de waar
heid".
En die is bijvoorbeeld dat Konijnenburg
toch wel graag wat in eigen zak steekt als
hij een transfer afwikkelt. „Wim Kieft",
stelt de Hagenaar, „heeft met mij een
contract. Daarin staat alles keurig op pa
pier. En tja, ik doe het natuurlijk niet
voor niets. Dat begrijpt toch iedereen
wel. Maar tot nu toe is er nog nooit een
voetballer ontevreden bij mij weggegaan.
Neem nou de generatie van '74. Hoeveel
hebben het nu echt goed gedaan? Dat
zijn juist de jongens die zich door een
manager lieten begeleiden. Krol heeft
zijn zaakjes wel in orde hoor. Maar
neem nu Willem van Hanegem, een aar
dige jongen. Toendertijd had hij voor
500.000 gulden netto naar Marseille
kunnen gaan. Ik was er persoonlijk des
noods op mijn sloffen naar toe gegaan".
Want zaken zijn zaken, vindt Konijnen
burg. „Ik heb een commerciële instel
ling. Maar dat moet ook wel, anders had
ik er niet aan behoeven te beginnen. Ik
vind dat een jonge speler, die goed kan
voetballen, zo veel mogelijk geld uit zijn
carrière moet halen. En ook zo vlug mo
gelijk. Als je talent hebt, moetje daar di
rect munt uitslaan. Want voordat je het
weet, mag je door een blessure nooit
meer voetballen".
Van
basten
En dus zou Apollonius Konijnenburg
het ook een goede zaak vinden als Mar
co van Basten straks in Italië gaat voet
ballen. Hij is naast Cor Coster adviseur
van de Ajacied. „Ik vind het logisch dat
Marco van Basten met Cor Coster praat.
Door wie moet hij zich anders laten be
geleiden. Door Ger Lagendijk soms? Die
heeft het toch veel te druk. En als Van
Basten naar Italië gaat, kom ik ook om
de hoek kijken. Want ik heb daar de
contacten, spreek de taal en weet hoe in
gewikkeld de zaken daar allemaal liggen.
Er wordt beweerd dat hij al lang rond is
met AC Milan, maar zo is het niet. AC
Milan had er zelf alleen maar belang bij
dat nieuws naar buiten te brengen, om
andere kopers op afstand te houden".
Want zo werkt het nu eenmaal in Italië
en de voetballerij, weet Konijnenburg.
Die zich overigens niet druk wenst te
maken over de standpunten van de
Stichting Arbeidszaken, die heeft gezegd
Van Basten, Coster en Konijnenburg in
de gaten te houden. „Als ik me wel zor
gen zou maken, dan zou dat betekenen
dat ik geen rein geweten heb. En dus
maak ik me niet bezorgd. Bovendien,
hoe willen ze dat doen. Dan moeten ze
me toch overal achterna vliegen".
DENNIS MULKENS
lijke tegenslagen heen. Of het nu ging
om de volgens hem nog altijd ten on
rechte uitgedeelde schorsing van zes
maanden bij Beveren of om een lange
reeks van blessures, zoals die hem vorig
seizoen nog parten speelde, Jean-Marie
knokte zich terug naar de top.
„De sport is schoon, maar ook keihard.
Met teleurstellingen zul je moeten leren
leven. Ik durf te zeggen dat ik dat altijd
gedaan heb. Ze hebben me in het slijk
geduwd, maar ik ben eruit gekomen,
omdat ik geleerd heb te vechten. In de
vorige twee jaar heb ik vijf operaties ge
had. Bij een liesbreuk is dat een paar
keer slecht gedaan. Doordat ik echter
acht maanden wel doortrainde, raakte de
andere kant ook ontstoken. Ze dachten
dat het mijn blindedarm was, maar toen
ze de appendix eruit gehaald hadden was
er nog niets verbeterd. Daarop ben ik
zelf naar professor Martens in Leuven
gegaan en die heeft me tenslotte van de
problemen afgeholpen. Als ik ooit nog
naar een andere club ga. laat ik in elk ge
val in het contract zetten dat ik zelf be
paal welk medisch team ik om me heen
heb. En dat zeg ik niet, omdat ik zo no
dig kritiek wil hebben, maar omdat ik
denk dat ik dan beter af ben. Maar ja,
als je iets goed bedoelt word je vaak toch
verkeerd begrepen. Hoge bomen vangen
nu eenmaal veel wind. Ik kan er wel te
gen. Ik laat me er niet meer door neer
slaan. Ik heb veel grote- belevenissen
meegemaakt en wil er nog vele bij krij
gen".
Zoals Europa Cupduels, waarvan die te
gen PSV er maar twee zijn in een lange
rij. Bayem begon en beëindigde het duel
als favoriet. Ook al mist Bayem dan dit
seizoen motor Sören Lerby. „Dat was
een persoonlijkheid bij ons", bevestigt
Pfaff de waarde van de naar Monaco
vertrokken Deen. „Zijn laatste twee ja
ren bij Bayem waren echt formidabel.
Zo'n speler mis je natuurlijk, maar met
Andreas Brehme zijn we zonder meer
nog op de goede weg".
Jean-Marie Pfaff kan zich na het succes
volle uitstapje naar Eindhoven weer op
zijn volgende taak storten. Want nadat
Bayem München direkt na het duel in
Eindhoven naar Düsseldorf reisde om
daar de nacht door te brengen, meldde
hij zich gisteren in Bonn bij bondskanse
lier Helmut Kohl. „Er is een groot feest
voor kinderen en die mag je niet teleur
stellen", zegt de Belg.
Het is Jean-Marie Pfaff ten voeten uit.
WILLEM PFEIFFER
Kritikasters kunnen veel van me zeggen,
maar niet dat ik snel kwaad word. Door
gaans laat ik mijn gemoedsrust niet al te
zeer op drift jagen, maar er zijn grenzen.
En die zijn zo langzamerhand overschre
den door een man die alom bekend maar
steeds minder bemind is.
Mijn ergernis over de figuur in kwestie
gaat zo ver dat ik de letters die zijn
naam vormen niet eens kan ontrukken
aan het toetsenbord van de machine
waar ik nu achter zit. Bij mijn poging
om dit stukje te beginnen met die verma
ledijde woorden weigerden mijn vingers
spontaan elke verdere dienst. Als een mi
cro-demonstratie van zich ontladende
wrevel, boosheid en verbolgenheid. Waar
door ik heb moeten besluiten slechts door
middel van bijgaand fotootje aan te ge
ven om wie het gaat.
Waardoor is die man mij nu definitief in
het verkeerde keelgat geschotenDat zit
zo. De geloofwaardigheid van het doelwit
van mijn toorn was door alle mogelijke
voorvallen al tot dicht bij het nulpunt ge
daald. Maar zolang verstijving door het
overschrijden van de vorstgrens nog niet
was ingetreden resteerde er hoop. Die
werd echter vorige week genadeloos de
bodem ingeslagen. Door 's mans eigen
toedoen.
Het Nederlandse voetbalelftal moest zo
als bekend in Praag tegen Tsjechoslowa-
kije spelen. Onze man kraaide vooraf dat
dit een peuleschil moest zijn voor Oranje.
De afloop is bekend. Het werd een dra
matisch slecht potje daar in het oostblok.
En wat gebeurde er vervolgens? Opnieuw
niet gehinderd door historische belasting
stak onze man nota bene de loftrompet.
Maar die bracht slechts valse tonen voort.
En vormden voor mij de directe aanlei
ding om mijn laatste twijfels aan
's mans verstandelijke vermogens over
boord te gooien.
Hoe is het in hemelsnaam mogelijk dat
de verantwoordelijke man voor het stelle
tje ongeregeld dat moet doorgaan voor
een aan eerherstel werkend voetbalelftal
zulke onverteerbare onzin uitkraamt?
Het antwoord gaf de man een paar da
gen later zelf. Op het een of andere sym
posium kwam het (war)hoofd van de
technische opleidingen van de KNVB in
Zeist met een betoog over psychologen.
Die zouden best een plekje in de bonds-
burelen mogen krijgen. Maar dan moes
ten ze wel verstand van voetbal hebben.
Als ik zoiets hoor krijg ik spontaan nei
gingen tot braken. Maar onderdrukte dat
Zijn manke verhaal over de psychologen
werd voor zoete koek geslikt.
Dat kan op een aantal zaken duiden: a)
de (voetbal)wereld is immuun geworden
voor zijn uitlatingen, ofb) de verantwoor
delijke heren denken: laat hem maar. hij
weet niet beter; even wachten tot er een
paar nederlagen komen in écht belangrij
ke wedstrijden en het probleem wordt
vanzelf opgelost. Oranje zonder EK. onze
man zonder excuus. Weg. Over en slui
ten. Einde hoofdstuk. En dan hopelijk
definitief Het demasqué van de kenner.
De tragiek van ons voetbalbestel is. dat
zodra iemand zich een bepaalde reputa
tie heeft eigen gemaakt en daar voortdu
rend zorgvuldig aan heeft gepolijst, bijna
geen hond daar meer wat tegen doet. Hul
je in eed wat mysterieus aandoende sfeer
van alles-beter-weten. schuif tijdig de ver-
antwoordelijkfieid af op anderen, maak
je taalgebruik\wat mistig en er kan je
niets gebeuren, Zp denkt de man tot op
heden nog.
Maar eens moet toch een aantal zaken
zijn roemloze val tot gevolg hebben? Bij
voorbeeld het feit dat hij een elftal het
veld instuurt zonder zijn spelers ook
maar op enigerlei wijze te informeren
over de tegenstander. Of het feit dat hij
roept dat hij heeft gehoord dat een man
als Edward Metgoa een goede doelman
moet zijn. Of zijn voortdurend wisselende
mening over te voeren tactieken en op
stellingen. Of zijn gefilosofeer over dezelf
de ..spelstijl" van alle KNVB-elf
?-elftallenOJ
zijn doorlopend veranderende ideeën over
eerst spektakel- en dan^vepr resultpaU
voetbal. Of zijn aanwezigheid~bij fouter
topwedstrijden, dus bij spelers die hij al
lang behoort te kennen. Of het feit dat hij
in Zeist steeds meer taken naar zich toe
trekt, waardoor hij straks ook weer met
de olympische amateurs op pad gaat. Oj
het feit dat hij als bondsmanager niets
van de grond heeft gekregen. Of het feit
dat hij na 1974 sportief nauwelijks meer
iets opvallends heeft gepresteerd. En ten
slotte zijn onzinverhaal over de psycho
loog die wel of niet naar Zeist moet ko-
Het is een lijst met negatieve aantekenin
gen, die al zijn voorgangers nog niet eens
samen bij elkaar hadden kunnen krijgen.
Maar die gingen allen na korte of lange
tijd wel de laan uit. Onder het motto dat
nieuwe bezems schoon zouden vegen.
Welnu, die theorie heeft bij hem in elk
geval niet gewerkt. Het wachten is nu
nog even op het moment dat dit ook eens
tot de verantwoordelijke heren in Zeist
doordringt.
Misschien moeten die gewoon zonder
overleg met onze man geen psycholoog
maar een psychiater aantrekken. De eer
ste klant voor zijn spreekuur kan ik hem
zo noemen.
BUYS
iEN HAAG - De meesten noemen 'm Ploon.
;ruijff en Rep zeggen bij voorkeur Appie, maar of-
icieel heet hij Apollonius Konijnenburg. „Ik ben
naar mijn opa vernoemd en ik heb veel tantes die
^pollonia heten. Het is een Grieks-Hebreeuwse
ombinatie", verklaart Konijnenburg zijn tamelijk
olumineuze voornaam, die eigenlijk wel bij hem
iast. Want Konijnenburg heeft een vrolijke buik,
je herinnert aan een horeca-verleden. „Ik ben on-
ler het biljart geboren, zeggen ze bij ons. De hele
imilie zat in de horeca".
'egenwoordig drijft Konijnenburg zijn
^andel voornamelijk in de voetballerij.
)aarom maakt hij 30.000 kilometer per
aar in zijn auto en stapt hij zo'n zeven-
ig keer per jaar in een vliegtuig. „Ik
njg binnenkort waarschijnlijk zo'n
'IP-kaart, zodat je altijd in kunt stap-
en. Dat is voor mij wel handig", vertelt
ij in zijn Haagse flat. Het interieur is
at- en goudkleurig getint, twee videore-
prders staan onder de televisie geplaatst
n zijn werkkamer is behangen met fo-
o's, die op zijn contacten in de intema-
ionale voetbalwereld wijzen. Er zit er
elfs eentje bij met Han Berger, de trai
ler die hem later van omkoping zou be-
chuldigen. Maar daar kan Konijnen-
iurg nu alleen nog maar om gniffelen.
Ipollonius Konijnenburg is een paar da-
en in Den Haag om uit te blazen. Zo'n
cht maanden per jaar woont hij in de
.labijheid van Venetië, terwijl zijn kan-
W |oor zich in Milaan bevindt. Interpro
heet het in Londen ingeschreven bureau,
lat zich bezighoudt met commerciële
aken in de sportwereld. „Wij hebben
iet agentschap inzake de uitgifte van di-
erse logo's en mascottes", vertelt Ko
nijnenburg. „Als iemand een T-shirt wil
aten drukken met het logo van het WK
n Mexico dient-ie bij ons aan te klop-
jlpen. Wij verkopen de rechten vervol-
mens en dienen ook controle uit te oefe-
m en op de markt. Dat noemen we dan
Hnerchandising en licensing".
Begeleiding
et Maar, geeft Konijnenburg toe, de meeste
te lijd gaat toch zitten in de begeleiding
rkian profvoetballers. En daar wringt nu
luist dezer dagen de schoen, omdat de
ïkftichting Arbeidszaken besloot jacht te
;n{aan maken op - wat zij vrij vertaald
in noemen - illegale arbeidsbemiddelaars
id |ls Konijnenburg en Coster,
ie „Nederland", gaat de zich aanvankelijk
ie voorzichtig opstellende Konijnenburg in
ls ge tegenaanval, „Nederland is een klein
k: hndje. Dat is aan alles merkbaar. Er is
et yeel kinnesinne en veel geld verdienen
:h |an hier natuurlijk helemaal niet. Ja, die
in jtichting wil een monopolie-positie,
el Maar ik zeg: er blijft toch nog voldoende
a- jverk voor hen liggen".
■n j,Hier, in Nederland, houd ik mij niet
:n met interne transfers bezig", beweert de
)r 17-jarige Italiaanse Hollander. „Ik heb
;r wel wat spelers teruggebracht, dat wel.
?g peters naar NEC en Van de Korput naar
i- Feyenoord. Nederland kent toch een de-
n mocratisch bestel. Nou, dan mag een
i- tpeler toch zelf zijn adviseur uitkiezen,
n Daar zie ik het probleem niet van in",
i- Konijnenburg houdt zich overigens, stelt
i- ïij zelf voorop, alleen met de grote na-
:r men bezig. Omdat daar natuurlijk de
te meeste centen te halen zijn. „Maar ook
j. )mdat een Marco van Basten in Italië de
n nensen nu eenmaal wat zegt. Kijk, die
ït /an der Horst van FC Utrecht vind ik
le '.elf een aardige voetballer. Maar daar
ï- toef je in Italië natuurlijk niet mee aan
Ie :e komen".
Contacten
Italië is het land van waaruit Konijnen
burg zijn meeste zaakjes regelt. Toen de
Italiaanse voetbalbond zes jaar geleden
lie grenzen openstelde voor buitenlandse
voetballers zag Konijnenburg zijn kans
jchoon. ,,Ik leef al achttien jaar in Italië,
n En nadat ik '78 met Interpro begon,
e kreeg ik steeds meer contacten in de
voetballerij. Tijdens het EK in '80 leerde
e ik veel journalisten kennen. Ik fungeerde
Apollonius
Konijnenburg
wil André
Hazes naar
Italië halen.
als tolk voor die jongens van de NOS en
Voetbal International. En zo leerde ik
ook spelers van het Nederlands elftal
kennen en kwam ik in contact met Van
de Korput. Dat was de eerste transfer. Ik
zag een gat in de markt. En ben toen kei
hard gaan werken. Heb me overal laten
zien".
Later volgde Ruud Krol, die Ajax voor
Napoli verruilde. „Wij doen letterlijk al
les voor die jongens", stelt Konijnen
burg. „We gaan er vanuit dat ze louter
aan voetbal en aan het gezin behoeven
te denken. De rest doen wij. Een vlieg
ticket regelen, een huis zoeken, voor te
lefoon zorgen enzovoorts. Een mooi
voorbeeld. Ruud Krol zat net in Napels.
Die moest voor een uitwedstrijd naar
Udinese. Hij belde me op - ik heb een
telefoon in de auto - en zei: Ploon, ik
ben hier helemaal alleen. Kom naar me
toe. Ben ik er heen gereden en heb ik
een paar dagen in het trainingskamp ge
zeten. Krol zat gewoon bij de ploeg,
maar maakte een paar keer per dag een
praatje met me. Hij vond het fijn in zijn
moedertaal te spreken. Ik noem dat een
beetje psychologisch begeleiden. En dan
raak je natuurlijk snel bevriend met zo'n
jongen".
Konijnenburg („In Nederland zie ik te
veel stress-ogen") informeert bij vrouw
Joke of het wellicht raadzaam is als hij
een cognacje drinkt. „De bar gaat pas
om half vijf open", repliceert zij. Er
wordt vervolgens een compromis geslo
ten met een glaasje sherry. „En dat",
gaat Konijnenburg verder, „dat zijn tijd
rovende zaken waar die Stichting Ar
beidszaken van Ger Lagendijk geen tijd
voor heeft. Want hij gaat geen twee we
ken met Kieft in een trainingskamp zit
ten. Ik wel. Of ik stuur mijn zoon Ric
key. Die werkt nu bij mij op kantoor.
Hij doet het prima, is nu goed bevriend
met Enzo Scifo. Heeft zelfs een aanbie
ding gekregen om manager te worden
van een Italiaanse profclub, Nissa. Maar
hij vond zichzelf nog te jong. Hij is nu
23 jaar. Hij ziet er goed uit. En heeft ook
aanbiedingen uit de filmwereld. Eigen
lijk weet hij nog niet precies wat hij wil.
Hij baalt er een beetje van dat ze hem
Rickey Apollonius noemen. Maar ja, zo
gaat dat nu eenmaal in Italië".
Artiesten
Op het kantoor van Konijnenburg wer
ken volgens zijn informatie zes mensen.
Daarbij heeft hij ook nog een advocaat
en een accountant in dienst. „Binnen-
BALDHAM - De één vindt dat hij als
geen ander met zijn vak bezig is, de an
der is van mening dat hij ook op 32-jari-
ge leeftijd nog een groot kind is dat
nooit volwassen zal worden. Jean-Marie
Pfaff heeft zich in de loop der jaren een
imago verworven dat hij vermoedelijk
niet meer kwijt zal raken. Hij geniet van
zijn status en populariteit, kronkelt zich
inderdaad soms in de vreemdste boch
ten om dat beeld intact te houden, maar
één ding zul je hem nooit kunnen ver
wijten: een gebrek aan gastvrijheid. De
doelman van Bayem München en het
Belgische elftal weet maar al te goed hoe
betrekkelijk de roem van een topsporter
kan zijn. Na het wereldkampioenschap
voetbal in Mexico was hij de held bij de
Belgen, enkele maanden eerder nog zat
hij zich zowel bij zijn club als bij de
Rode Duivels te verbijten omdat hij
geen eerste keus was.
„Vandaag regent het, morgen schijnt de
zon", meent Pfaff, die eerder deze week
gemakkelijker dan hij had verwacht het
doel van Bayem München schoon hield
tijdens de eerste confrontatie met PSV
in het toernooi om de Europa Cup voor
landskampioenen. „Je kunt je wel een
heleboel dingen gaan aanmeten, maar je
moet er altijd voor zorgen dat je mens
blijft. Dat is de belangrijkste waarde in
het leven. Daarom zal ik ook niet gauw
een verzoekje weigeren als mensen met
me willen praten, dan deel ik net zo lang
handtekeningen uit tot iedereen die dat
wil er één heeft. Ja, je mag best weten
dat ik ervan geniet dat ik populair ben.
Dat is immers ook een kwestie van
waardering die je dan krijgt. Ze kennen
je niet alleen als voetballer, maar ook als
mens en dat vergeet men niet. Dat is
niet alleen een kwestie van graag in de
belangstelling staan. Ik zie het meer als
een goede manier om samen te werken.
De mensen respecteren jou, willen je
graag zien, dan moet je die mogelijkheid
geven. Waarom zou het respect er an
dersom niet mogen zijn? Als iemand een
schoon huis heeft, omdat hij dag en
nacht wil werken, hoef ik met hem geen
compassie te hebben. Maar dat wil niet
zeggen dat ik dan geen respect voor hem
zou mogen opbrengen. Daarom zal ik
ook nooit een journalist afschepen met
het smoesje dat ik geen tijd heb. Die
man moet toch ook zijn werk goed kun
nen doen? Zeker, ik weet dat misschien
niet alle voetballers er zo over denken.
Maar ben ik daarom vreemd?"
Daags na het treffen met PSV is huize
Pfaff in het ruim 20 kilometer van Mün
chen gelegen Baldham het zoveelste be-'
wijs van zijn overtuiging. Of het nu een
vnje dag is of niet, Pfaff; vrouw Carmen
en dochters Audrey, Lindsay en Kelly
schikken zich zonder morren in de wen
sen van het team van fotografen, dat op
bezoek is. Geen moeite is de Pfaffs te
veel om het aureool van „de man van
het volk" in stand te houden. Pfaff heeft
het goed, met een jaarsalaris van
600.000 Duitse marken. Hij leeft er ook
naar, maar één ding moet je hem nage
ven: hij kan ook veel missen. Een erfenis
van vroeger ongetwijfeld, toen het in
Lebbeke allemaal 'veel minder royaal
kon toegaan.
Als één van de elf kinderen van een ta
pijthandelaar moest hij al op twaalfjarige
leeftijd verder zonder zijn overleden va
der. Het bestaan van het gezin moest
bijna letterlijk bijeen worden gesprok
keld. „We hebben er thuis altijd hard
voor moeten vechten en hetzelfde geldt
voor mij in de voetballerij. In mijn
jeugd heb ik heel weinig steun gehad.
Daarom was en ben ik een doorzetter".
Tegenslagen
En dus knokte „Winnerick" Jean-Marie
Pfaff zich in zijn carrière ook over ette-
Bij de foto:
Vandaag
regent het
morgen
schijnt de