Audiolab: geluid door handwerk en geestdrift Hifi Video Koopgids kan gelden ellende besparen DE PERSOONLIJKE AANPAK VAN TOM DUNNEBIER Portable CD-speler CeidóeSouront DONDERDAG 28 AUGUSTUS 1986 PAGINA 19 (ADVERTENTIE) AMSTERDAM Het wordt meestal toch al duurder dan gedacht. Zeker voor iemand die in handen van een verkoper valt: „Me neer, mevrouw, u koopt die dingen voor het léven", of: „Ik heb hier iets héél moois dat Juist voor uw huiska mer en het aanvankelijk uitgetrokken budget voor de hifi-installatie blijkt aanzien lijk te laag. Had de verkoper gelijk? Misschien wel. Maar de koper had mogelijk de eer ste fout al achter de rug: hij wist niet precies wat hij wil de. Met de Koopgids 1986 van 24,95 gulden goed voor hifi en video, vierhonderd bladzij den dik kan men elke dis cussie in de winkel geheel of voor een groot gedeelte vóór zijn. Deze gids, die in 1983 voor het laatst verscheen maar, nu interne verwikke lingen achter de rug zijn, weer jaarlijks te koop zal zijn, bereikt een oplage van 35.000 exemplaren. André Weigand, verantwoordelijk voor de in houd: „We geven geen tests en geen aankoopadviezen. Wel veel informatie die ons, soms op ons verzoek, door de fabrikant is aangereikt; voorts veel cijfertjes en prijzen, waardoor men kan vergelij ken. De koopgids is in de eer ste plaats bedoeld voor leken, voor wie we nogal wat alge mene informatie hebben ver zameld. Zo wordt .uitgelegd wat een apparaat doet, wat men ervan kan verwachten en wat niet. Wie zijn huis werk goed maakt, komt een heel eind en kan doelbewust op zijn stuk blijven staan, want daar gaat het soms om bij een verkoper die graag iets kwijt wil. Maar aan onzeker heid kunnen we niets doen; als een verkoper een klant wil ompraten, kan die klant het best om een luister-verge lijk vragen. En het kan voor komen, dat de winkel een be paald apparaat niet in voor raad heeft. De gids geeft een lijst van dealers en verkoop punten". De Hifi Video Koopgids is voornamelijk een bondige sa menvatting van de honderden folders die tijdens de Firato kunnen worden meegenomen. De gids geeft een overzicht van de huidige stand van za ken en de verwachtingen tot april/mei van het volgend jaar, wanneer sommige fabri kanten met een vervangende aanbieding (kunnen) komen. In redactionelé artikelen wordt aangegeven waarop men moet letten, welke pro blemen stereo in de auto kan opleveren en wat de akoestiek van de huiskamer kan uit richten. Zoals al wordt gesteld zolang er luidsprekers bestaan, wordt de lezer opnieuw voorgehou den die dingen vooral niet als sluitpost te behandelen. Het hoofdstuk hierover behandelt niet minder dan vijfhonderd typen, goed voor ten minste een middagje puzzelen, want ze bepalen uiteindelijk wel in hoge mate het klankresultaat. Weigand: „De opgaven van de fabrikanten laten zich moei lijk lezen; als er staat „recht van zoveel tot zoveel Herz", is het van belang te weten bin nen hoeveel Db, dus in hoe verre de frequenties hoorbaar zijn bij welk volume". Of anders: een toon die bij huiskamersterkte niet meer hoorbaar is, kan hoorbaar worden gemaakt door de vo lumeknop vol open te draai en. Een fabrikant kan melden dat zijn luidspreker die fre quentie weergeeft en dan heeft hij nog gelijk ook; maar dat in de praktijk die toon te verwaarlozen is, staat er dan weer niet. In dit verband is „binnen 1 Db" voor een beetje deskundige een praktisch ge geven. Weigand: „Maar de gids is niet alleen bedoeld om te raadplegen bij de aanschaf van nieuwe apparatuur. Som migen gebruiken het boek als naslagwerk en ook bij de aan schaf van tweedehands spul len kan de gids goede dien sten bewijzen". FRITS BROMBERG UTRECHT Alle zeker heden gaan overboord. Wie meent aardig op de hoogte te zijn met de techniek van het geluid en dat precies zo wil hou den, kan beter niet naar TomDunnebier luisteren, die tien jaar geleden zijn „Audiolab" op poten zet te. Als Dunnebier is uit gepraat en dat is niet héél erg gauw kan de luisteraar van voren af aan beginnen met zijn be grip van geluid en elek tronica. Tom relativeert alles, hij weet het meeste wel beter en zijn persoonlijke mening gaat nog- al eens tegen de gevestigde I mening in. Maar een war hoofd is hij allerminst en wat uit zijn handen komt zijn fabriek, maar dat is hetzelf de mag er zijn. Dat vindt Tom Dunnebier zelf, dat vin den de afnemers van zijn weergevers en (kostbare) ele menten en de bedrijfsresulta ten zijn er naar, van deze jon ge, eigenzinnige ondernemer. Die dat resultaat eigenhandig onmiddellijk ondergraaft: „Nou ja, ik heb ook veel geluk gehad, in het begin". Tom Dunnebier neemt een opvallende plaats in op de Fi rato, de tweejaarlijkse consu mentenbeurs voor beeld en geluid, die van 28 augustus tot en met 7 september in de Am sterdamse RAI wordt gehou den. Als het gaat om persoon lijke wensen kan men bij hem terecht. Zijn bedrijf, in een grote dubbele loods achter een boerderij in Tienhoven ge meente Maarssen, een paar kilometer ten noorden van Utrecht kan nog geen fa briek worden genoemd. Eer der een bedrijf waar wordt geluisterd naar persoonlijke wensen wat betreft weerge vers (luidspreker met behui zing), kleur, vorm en klank kleur. HOBBY Tom Dunnebier: „Ik hoef niet zo groot te worden. Omdat het eigenlijk mijn hobby is en ik een audiofreak ben, vind ik het prettig met geïnteres seerden te praten. Natuurlijk heb ik een bepaalde produk- tielijn en heb ik detaillisten nodig voor het vaste assorti ment. De tests daarvan pak ken steeds goed uit en de Ne derlandse muziekliefhebber staat niet meer zo schuw te genover het eigen vaderland se produkt. De stelling dat een goede weergever uit het buitenland moet komen is achterhaald. Dat is goed, zoals niet alleen ik merk, maar ook mijn collega's in Nederland. De portable CD-speler voor drie uur muziek. Daarna zijn de batterijen leeg. A Nee nee, noem ze geen con currenten; het zijn collega's". Is de Japanner goed in massa- produktie, de Nederlander heeft over de hele wereld naam gemaakt als de produ cent van apparatuur voor per soonlijke smaken. Dat weet Philips, zo groot als dat be drijf is, dat weet ook Tom Dunnebier. En die heeft er zijn naam op gebaseerd. Tom: „Ja kijk, een luidspreker kan niet meer geven dan waar voor hij is gemaakt. Als een bepaald type niet lager kan weergeven dan waarvoor hij is ontworpen, dan kan ik hem niet dwingen meer laag af te geven ook al zou de klant dat graag willen. Maar ik kan bij voorbeeld wel veiligheden in bouwen. Als een popmusicus bang is dat hij z'n boxen op blaast, kan ik ervoor zorgen dat dat niet gebeurt. En ik kan een kleur aanbrengen als die er oorspronkelijk en vol gens vast ontwerp niet inzit. Ik kan ook accenten in het weergavegebied verschuiven, hoewel juist de sterke kant van mijn boxen is dat hoog, midden en laag uitgesproken gelijkmatig worden weergege ven". AMBACHT Wat dat betreft is Tom Dun nebier teruggegaan naar het Ton Dunne bier: geen massaproduk- tie maar werk voor persoon lijke smaken. tijdperk van het oude am bacht, al zijn de componenten waarmee hij werkt uiterst modern. Hij zoekt het niet in grote aantallen, hij mikt op de liefhebber van betaalbaar handwerk dat technisch en muzikaal vooral dat laat ste aan de hoogste en mo dernste eisen voldoet. Rijk zal hij er niet van worden en dat hoeft ook niet, zolang hij ple zier in z'n werk houdt. Goed, Tom Dunnebier is 33 en nog zo speels als een kwa jongen als hij mag demonstre ren wat hij morgen zal uitvin den, de zakelijke kant verliest hij nog net niet uit het oog. „Nee, ben je mal zeg, als ik die inkomsten niet had, zou ik niet meer kunnen experimen teren en omdat ik wil blijVen experimenteren, zullen er in komsten moeten zijn. Dat lijkt me duidelijk. Vandaar dat ik drommelsgoed het marktme chanisme in de gaten houd: wat wil men en hoe maak ik dat. Maar ik maak geen enke le box duurder dan strikt no dig is: tenzij de koper erom vraagt, monteer ik geen gou den plugjes, geen zilver als een goedkoper materiaal tech nisch hetzelfde presteert. Ja, natuurlijk weet ik dat de ko per naar uiterlijkheden kijkt. En dat die koper denkt: nou, als de fabrikant er gouden plugjes aan de buitenkant voor over had, dan zal het in wendige daar ook wel naar zijn. Dat is natuurlijk onzin en ik hoop nu maar, dat de detaillist dat op de koper kan overbregen. Nee, eigenlijk is hopen al te sterk; ik ga er ge woon van uit"!. GROTE LUN Die samenwerking met de handel is de grote lijn waarop Tom Dunnebier met zijn Au diolab zijn bedrijf gezond houdt. „Maar", zegt hij, „al le ver ik nooit rechtstreeks aan particulieren, ik breng de de taillisten wel bij dat er altijd met me te praten valt. Want al ben ik dan fabrikant, ik ben ook hobbyist. De detail handel kent me ook zo, mei die twee gezichten, die ik voor de consument geschei den houd". „Stel dat iemand een winkel binnenkomt en gecharmeerd is van een van mijn boxen Dan kan die man of vrouw de boxen kopen en meenemen en er thuis plezier van heb ben. Dat is de normale gang van zaken waar m'n bedrijl op gebaseerd is. Maar als die koper persoonlijke eisen heeft, dan kan hij die met de handelaar doorpraten. De handelaar kan met mij con tact opnemen en doorgeven wat de bedoeling van de ko per is. Die koper kan ook zeg gen: nou, geef me het adres en telefoonnummer maar van die Dunnebier, dan maak ik zelf wel een afspraak met hem". De telefoon van Dunnebier- Audiolab rinkelt regelmatig en Tom beklaagt zich er gea museerd over, dat hij hoopt op wat minder drukke tijden, die echter wel niet zullen ko men. Toch zal hij tijd vrijma ken voor de klant met per soonlijke wensen, want daar voor ook heeft hij een luister- ruimte. En als dan luid en duidelijk is vastgesteld wat die klant nu precies wil, dan verschaft de bedrijfshal vol doende onderdelen en een ro kende soldeerbout om die wensen gestalte te geven. Dunnebier: „Maar het kan ook anders. Niet voor niets heb ik een produktiereeks, van goedkoop naar duur tot héél duur. En dit geldt voor alles wat ik produceer en wat het gezicht van Audiolab be paalt: wat er uit die boxen komt, is vrij van kleuring en wat je hoort, mag niet uit de luidspreker lijken te komen. Hoe ik dat voor elkaar krijg, is dan weer mijn geheim, dat ik baseer op twee gegevens. Ik kan geluid maken dat per fecte meetgegevens oplevert. De technicus zal dat prachtig vinden. Maar die perfecte meetgegevens staan niet altijd garant voor een perfect muzi kaal beeld; voor het zover is, moet er nogal wat gesleuteld worden. En ik streef naar perfect geluid, waar het muzi kaal om gaat. Het is heel goed mogelijk dat een luidspreker box schitterend klinkt, maar door de mand valt als je gaat meten. En omgekeerd, dus. Sommige soorten van vervor ming zijn afgrijselijk om naar te luisteren, van andere kun je genieten. Ik ga er van uit dat de muziekliefhebber in de winkel niet gaat meten, maar gaat luisteren. Dat meten heb ik in de fabriek al gedaan, het luisteren doet de koper. En als die opgetogen is, weet ik waarom". GARANTIE De consequentie waarmee Tom Dunnebier zijn reeks De CD 10 is de portable compact discspeler van Philips, voor drie uur briljant geluid te land, ter zee en in de lucht. Daarna zijn de batterijen op. Onder meer met dit apparaat, dat ook op het lichtnet kan worden aangesloten, viert de CD de drie en een halfste ver jaardag, al zijn er inmiddels veel meer afspeelmogelijkheden voor het handige zilverschrijfje dat goed is voor maximaal een uur muziek: in de huiskamer, in de auto, of in compacte soundmachi nes. Met de jongste CD-spelers is Philips in een tweede generatie terecht gekomen, die een nog verfijnder geluid moet geven dan de eerste serie, die toch al ver bluffend moest zijn. Wanneer er op de CD kritiek is, dan richt die zich doorgaans min der op de afspeler en meer op het plaatje zelf, waarvoor nog steeds niet altijd de beste geluidsbron wordt genomen. Tot de nieuwste generatie CD-spelers behoren de CD 650 en de wat eenvoudigere CD 460. In de midi-serie van 32 cm (die in grootte ligt tussen de normale speler van 42 cm en de erg kleine mini) is de CD 160 ge ïntroduceerd als opvolger van de populaire CD 150. In de nabije toekomst is de CD-I (interactive) te verwachten. In dat geval staat de CD ter be schikking als ideaal opslagmedi um voor enorme hoeveelheden gedigitaliseerde informatie, waar door de CD-spelers een heel nieuwe rol krijgen toebedeeld naast die van muziekweergave. weergevers fabriceert, is een garantie voor een duidelijk Audiolab-geluid: een gelijk matige verdeling van hoge, middelhoge en lage tonen, of die weergever nu duur is of goedkoop. Het verschil van de weergevers onderling ligt daarmee voor de hand: naar mate de prijzen oplopen, wordt het geluid breder en voller. Tot in het extreme. Dunnebier: „Wat uit de fa briek komt, heb ik eerst in mijn eigen huiskamer uitge probeerd. En wat ik nü hebWat Dunnebier nu weer heeft, als laatste van zijn eindeloos herhaald aantal ex perimenten, klinkt inderdaad ongelooflijk goed. „Dat wordt in de winkel nauwelijks te be talen. Het is nu eenmaal zo dat het materiaal dat ik ge bruik kostbaar is. En wat ik tot dusver als beste kan ma ken, zou in de winkel zo'n vij fentwintigduizend gulden moeten kosten. Dat betaalt niemand, daar heb je een lek ker bootje voor of de mooiste caravan. Toch ga ik er een paar van maken en wie dat wil, kan bestellen. Een Ame rikaan, misschien". DE CANDOR Maar voor Tom Dunnebier hoeft dat niet meteen. Hij mikt meer op de muzieklief hebber die iets goeds wil voor toch niet te veel geld. Van de acht verschillende weergevers loopt de „Candor" van dui zend gulden per stel het hardst. Het zijn mooie boxen die in de gemiddelde huiska mer uitstekend voldoen: ruimtelijk en met voldoende lage tonen en een erg helder en sprekend hoog geluid. De „Spectra", bestemd voor de muziekliefhebber met hoge eisen en een ruimer budget, doet hetzelfde, maar heeft van alles méér. Tom: „Maar wat wil je. Alle onderdelen, de luidsprekers en filters zijn zorgvuldig uitgezocht en waar nodig door mij aangepast. Als ik dat nodig vind, vervang ik de fabrieksconus, het trillende gedeelte van de luidspreker, door een conus van eigen ont werp. En daarmee kom je op dat persoonlijke: wat de koper wil, dat maak ik. Want wat mijn mening ook is, uiteinde lijk gaat het om de muziek liefhebber die thuis handen wrijvend tegen zijn vrienden moet kunnen zeggen: „Ge luidje, hè?". Ook als ik weer denk: nou, mijn smaak is dat niet. En dat is het: mijn smaak staat in mijn huiska mer, zoals iedere muzieklief hebber zijn eigen smaak in huis heeft. Ik kan daar uren over praten als we van me ning verschillen. Maar als een koper zegt: ja, ja okee, je hebt groot gelijk, maar toch wil ik het zó, dan zeg ik: goed. Dat maak ik voor je. En dan ge beurt dat ook". FRITS BROMBERG Laatste ontwerp van Ton Dunnebier. Hoge kwaliteit voor de prijs van 998 gulden per stuk. De CD-speler heeft de gewone platenspeler nog lang niet ver drongen. Integendeel: in de goedkopere series werd vorig jaar een kwart meer verkocht dan in 1984. Tandem Copiëren van muziekcassettes mag eigenlijk niet (vanwege de auteursrechten) maar het wordt op grote schaal toch gedaan. Fabrikanten weten dat al lang en brachten appa raten in de handel waarin twee cassettespelers zijn on dergebracht. Zo wordt het co piëren een fluitje van een cent, de cent overigens waar de auteurs van de muziek méér dan recht op zeggen te hebben. Het overnemen van de muziek gaat echter feilloos. Maar als dat met verhoogde snelheid gebeurt, zoals moge lijk op verscheidene appara ten van deze soort, dan gaat dat ten koste van de kwaliteit. Al blijken er nogal wat mu ziekliefhebbers te zijn, die dat kwaliteitsverschil niet horen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1986 | | pagina 19