SKEELEREN:
puur vermaak voor het mensdom
begeleiding
steeds
belani
finale
Skeeleren, het schaatsen op wieltjes door bekende mannen uit het marathonschaatsen, heeft zich vanaf het begin kunnen verheugen in een enorme publieke belangstelling.
i: pMMEN - Terwijl de verzengende
«■«fitte en de daarbij behorende be
nauwdheid de bezwete toeschou
wers amechtig#doet hijgen, de pok-
jalige ijscoman z'n verkoelende
k#aar in recordtempo slijt, doen de
tkeeler-piloten wat de duizendkop
pige menigte van ze verwacht. On-
lier aanvoering van de grenzeloos
populaire „Dolle" Dries van Wijhe
rijden ze zich voor een appel en
»en ei helemaal leeg. Op hun
merkwaardig geconstrueerde rol
schaatsen vliegen ze erin als gekken
lis de omroeper weer eens een pre-
tniespurt aankondigt. Het enthou
siasme bij het publiek is groot.
Ruim vijfduizend nieuwsgierige
dorpelingen omzomen deze avond
ten inderhaast uitgezet traject in
-i^en nieuwbouwwijk in Ommen.
^%ier moet sprake zijn van een
nieuw fenomeen in de bonte we
reld van de sport. Want overal
tvaar het skeelerpeloton zich ver
toont loopt het halve Overijsselse
dorp uit.
.Puur vermaak voor het mensdom",
jicht Dries van Wijhe, ook wel bekend
lis Zijne Keizerlijke Hoogheid. De er
kende lolbroek uit Kerkdorp is met zijn
markante kinnebak zo ongeveer de ver
persoonlijking van het skeelergebeuren.
Veertig is hij inmiddels, maar gemeten
haar zijn prestaties moet hij zo langza
merhand aan zijn derde jeugd bezig zijn.
Vorig seizoen werd hij nota bene ge
kroond tot Nederlands skeelerkampioen
en dat was naast zijn vaderlandse titel
op natuurijs een krachttoer van jewelste.
Dolle Dries geniet zichtbaar van het le
ven, loopt altijd te lachen en heeft voor
j leder die het horen wil een paar grappen
jn petto. Maar als het over skeeleren
^aat wordt hij even serieus. Het is ten
slotte zijn nieuwe passie.
Prachtig
mij kwam het skeeleren net op
jijd", legt Van Wijhe uit. „Het is wat
.nieuws en daar leef ik graag naar toe.
TTwee keer per dag trainen, dat heb ik
ojhier graag voor over. En da's lang gcle-
ujden. Als je al vijfentwintig jaar met
^port bezig bent, in mijn geval wielren-
tenen en schaatsen, dan ben je hard aan
Sets anders toe. Het is een zomercircus,
soort profcriterium, maar dan voor
U|pure schaatsers natuurlijk. En er komt
Vreselijk veel publiek op af. Laatst wa
rren er vierduizend toeschouwers bij het
in Kampen. Wij kwamen
_ieen week later en er kwamen twaalfdui
zend mensen. Prachtig toch! Vorig jaar
j ^dachten we dat het een boel nieuwsgie-
„righeid van de mensen was. Zo van: gro-
JU,te kerels in korte broeken, eens even kij-
ni(ken wat -dat nu weer is. Maar ook tot
ónze verbazing trekt de belangstelling
door. En het is vreselijk zwaar. Zoals
hier vanavond in Ommen, een prachtig
parkoers hoor, niks van te zeggen. Maar
kijk eens naar dat stuk vals plat. Poeh,
,dat heb je op het ijs toch doorgaans niet.
^Kijk zo meteen maar eens hoe ze af
eimoeten zien, eraf vliegen, hoe ze hele-
1 jmaal stuk over de hekken hangen. Tuur-
3Tlijk, dat vindt het publiek mooi".
Bij bosjes
oTEerst komen de B-rijders in actie, de
mindere skeelergoden. Drie kwartier
lang sleuren de sterksten om het hardst.
ge)Bij bosjes moet leeggestreden opportu-
nisten de kant opzoeken. Purper aange
slopen hoofden illustreren dat skeeleren
Jujop niveau alleen weggelegd is voor de
'tef echte rouwdouwers, de onverwoestbare
J,types. Een select groepje strijdt uiteinde-
i lijk voor de eer en een enveloppe met
(J. een paar briefjes van tien. „En als deze
jongens zouden meerijden bij de A-rij-
ders werden ze allemaal gelapt", be
ert zweert Bert Hoogenveen, de voorzitter
l0 van de Stichting Skeeler Marathon.
Hoogenveen geniet zichtbaar van de po
p's pulariteit die deze nieuwe tak van sport
geniet. Uit alle delen van het land wordt
ee|hij overstelpt met aanvragen of zijn cir-
I
a'
^QOEGSTGEEST - Topsport wordt
efmeer en meer een psychische
De hulpverlener in deze
heet mentale begeleider.
Pionier op dit gebied in Nederland
ui is drs. Ferdi Oyen (33) uit Oegst-
geest. Al acht jaar is hij werkzaam
■jjals sportpsychiater. De laatste jaren
'h, heeft hij er een dubbele dagtaak
or aan. Dammer Rob Clerc, badmin
tonner Lex Coene, de judoka's
Wilhelm en Ben Spijkers,
Henri van der Aat heb-
ie(ben de weg naar zijn praktijk ge-
l( vonden.
„De lichamelijke prestatie is maar de
'ia helft van het werk. De geest doet het an-
dere deel. Daarom is mentale begelei-
ding belangrijk. Dit inzicht groeit en met
ie! het inzicht de behoefte". Oyen kent de
10l topsport. In de jaren zeventig maakte hij
aa deel uit van de nationale kano-selectie.
Na zijn medicijnenstudie koos hij voor
de psychiatrie, omdat hij ervan uit ging
10 dat de sportwereld dringend verlegen zat
om professionele mentale begeleiders.
De keuze bleek een voltreffer. Oyen:
„De vraag naar mentale begeleiders
groeit. Daar zijn aanwijsbare oorzaken
n voor. De druk van buitenaf om te pres-
3e,: teren is sterk toegenomen. Topsport is
13' een beroep geworden. Het wordt niet
h? meer gecombineerd met een maatschap-
pelijke loopbaan, er wordt bewust voor
het vak topsport gekozen. Het moment
c van presteren komt steeds vroeger te lig-
gen. Topsporters krijgen geen kans meer
te rijpen, maar moeten er direct zijn.
Dat legt een ongelooflijk zware druk op
die mensen. En als laatste, de mentaliteit
van de huidige generatie is bepaald door
fr de jaren zestig, waarin presteren verbo-
j"! den was. Flower-powertijd. Een keuze
werd voor je gemaakt. Dat vind je terug
in de sport".
Langere termijn
J Ferdi Oyen behandelt en begeleidt top-
j sporters en coaches en geeft cursussen
mentale training. „Behandelen veronder-
cus misschien ook eens elders kan op
draven. Veelal moet hij deze verzoeken
naast zich neerleggen. Hoogenveen:
„Kijk daar, da's Albert Bakker. Hij komt
helemaal uit Groningen om hier een
wedstrijd te rijden. Zonder startgeld. Dat
wil toch wel wat zeggen. Vorig jaar heb
ben we zeventien wedstrijden afgewerkt.
In totaal kwamen er honderdveertigdui
zend mensen op af. En dat is geen opge
klopt aantal. Tienduizend bezoekers is
stelt de aanwezigheid van klachten, zoals
faalangst, vormcrisis, depressiviteit, niet
kunnen omgaan met de spanning voor
een belangrijke wedstrijd. Begeleiden is
meer werk op langere termijn. Dat on
derscheidt zich in drie takken, het ABC
van de sportpsychiater. Het aanvullend
begeleiden, waardoor je bijvoorbeeld een
hoger rendement uit de training haalt".
„Het preventief begeleiden, voorlichting
dus, waarbij ook de nazorg hoort en het
curatief begeleiden, binnen en buiten de
sport. Daarnaast geef ik lessen in menta
le training. Ik leer sporters om te gaan
met zelfhypnose, met de visualiserings-
tegenwoordig heel normaal, hier valt het
vanavond nog een beetje tegen. Ik weet
ook niet welke ontwikkeling deze sport
nog gaat doormaken. Helaas kunnen we
niet elke avond rijden. Daar is het veel
te zwaar voor".
Rustig aan
Over het laatste onderwerp weet Henri
techniek di^'de sporter in staat stelt een
wedstrijd in gedachten al honderden ke
ren minutieus te beleven alvorens het
startschot van of het beginsignaal klinkt.
Bovendien iheb ik aandacht voor het
mentaal functioneren van de sporter en
zijn coach tijdens de voorbereiding op
een belangrijk evenement". De rol van
de coach is->voor Oyen van het grootste
belang. V'
Jfi
Coaches
„Coaches flebben vaak de onhebbelijke
Ruitenberg mee te praten. De man die
in 1985 achter Evert van Benthem twee
de werd in de Elfstedentocht is een beet
je in de vergetelheid geraakt. Zo gaat dat
in de sport. Hij zegt nog „wel eens" te
rug te denken aan die gedenkwaardige
dag op de Bonkevaart en zal dat ver
moedelijk tot en met zijn oude dag blij
ven doen. Na een afwezigheid van vijf
weken is de 29-jarige Oldebroeker weer
eens present bij het skeeleren. „Hé, daar
gewoonte alles voor eigen rekening te
nemen. Zij willen er niemand bij, zien
dat als een vorm van eigen incompeten
tie, verafschuwen de toepassing van we
tenschappelijke kennis. Zij weten dat in
zet, concentratie, motivatie belangrijke
psychologische facetten zijn in de presta
tie, maar weigeren desondanks veelal de
inbreng van de specialist op dat terrein".
Deze onverantwoorde situatie gaat Oyen
te lijf. „Er moet een mentaliteitsveran
dering komen. Het probleem moet struc
tureel aangepakt worden. Ik geef cursus
sen aan coaches van sportbonden, waar
bij ik ze leer hoe om te gaan met speci-
is de verloren zoon", roept een van zijn
collega's quasi vrolijk. Ruitenberg be
schouwt deze avond als een trainingsses
sie, pikt een paar centen mee door met
zijn imposante ballonkuiten de premie
sprints te domineren en vindt het verder
allemaal wel best. Ruitenberg: „Vorig
jaar heb ik voor het klassement gereden,
de Tijl Cup gewonnen, maar je brandt
jezelf toch af. Je kunt niet én in de zo
mer én in de winter presteren, da's wel
fieke problemen. Een coach is niet voor
honderd procent geïnteresseerd in de
privé-problematiek van zijn pupil. Hij
richt zich op de prestatie. Dat kan frictie
veroorzaken, spanningen oproepen, net
zoals relatieproblemen. Er bestaan me
thoden om daarmee om te gaan".
Oyen was ook de aanvoerder van het
team dat met geld van het ministerie
van WVC een inventariserend onder
zoek deed naar de nazorg van topspor
ters. Uit dat onderzoek bleek dat bijna
veertig procent van de topsporters na
beëindiging van de actieve loopbaan in
ZATERDAG 12 JULI 1986
gebleken. Nu doe ik het dus rustig aan.
Af en toe een beetje wielrennen, af en
toe een keer skeeleren. Ik wil namelijk
weer gaan presteren in de winter".
Evert van Benthem, de Elfstedentriom-
fator in duplo, ontbreekt deze avond.
„En geef hem eens ongelijk", grijnst
Dries van Wijhe. „Evert heeft immers
ook andere dingen aan het hoofd. Zou ik
ook doen. Maar die kleine is met z'n
kromme beentjes wel uiterst geschikt
voor het skeeleren". Er blijven overigens
nog genoeg vedetten over waar het pu
bliek zich aan kan vergapen. Van Ben-
thems jongere broer Henk neemt de
honneurs van de familie waar en Egbert
Vossebelt, Johan Wardenier, Bennie van
de Weide en Jan Wessels zijn bekende
namen die het ook in de winter goed
doen. Het vuurwerk komt echter van
Dolle Dries, z'n ploegmaat Jan Eise
Kromkamp, die als de Hinault van het
skeeleren wordt afgeschilderd, en ex-
-kernploeglid Egbert Post. Na opnieuw
drie kwartier beulswerk is de eindzege
voor Post. Dolle Dries en Jan Eise
Kromkamp knokken om de tweede
plaats. Kromkamp wint, lachend van
oor tot oor. Die ouwe rot kloppen blijft
een aangename bezigheid.
Specialist
Jan Eise Kromkamp, een 31-jarige poli
tieagent uit het Friese Oldeholtpade, is
dik tevreden. Hij vertrekt een paar da
gen later voor een welverdiende vakan
tie naar Frankrijk. „En dan neem ik die
rotdingen zeker niet mee", lucht hij zijn
hart na een serie van pakweg zeven
overwinningen en de nodige ereplaatsen.
Kromkamp wordt algemeen gezien als
dé skeelerspecialist bij uitstek. Sterk, le
nig en voorzien van een voortreffelijk
eindschot. Toch is hij een betrekkelijke
nieuwkomer in het schaats- en dus ook
skeelerpeloton. Zijn voetbalcarrière
moest hij door een gammele knie voor
tijdig afsluiten en toen schaatsnestor
Jeen van den Berg hem eens een keer op
de schaats in actie zag vermoedde de
oude meester ongekende kwaliteiten.
„Ga eens een tijdje bij de B-rijders
meerijden", zei Van den Berg toen. „Dat
heb ik gedaan. Na twee wedstrijden kon
ik het tempo al bijhouden en bij de der
de wedstrijd zat ik bij de eerste tien. Ik
ben dus pas een paar jaar bezig, maar
wat zegt dat. Kijk eens naar Piet Kleine,
die stapte op gevorderde leeftijd ook
over naar een andere sport en deed het
ook bij het wielrennen erg goed. En wat
zegt leeftijd eigenlijk bij duursport, voor
beelden genoeg. Wie weet zit er voor mij
meer in dan ikzelf altijd gedacht heb. Ik
krijg in elk geval steeds meer zelfver
trouwen".
Krachttraining
Het skeeleren ziet Jan Eise Kromkamp
als een „verkapte krachttraining". „Het
is pure sport. Heel veel marathonrijders
geloven er niet in, maar ik zie de voor
delen. Er is een klassement om de Tijl
Cup en er wordt ook gereden om de
Wehkamp^rofee, maar daar span ik me
niet voor in. Ik rijd alleen voor de dag
zeges. Je moet het wel een beetje dose
ren anders ga je onherroepelijk stuk.
Nee, van ploegentactiek is hier geen
sprake. Egbert Post en Dries van Wijhe
zitten bij mij in de ploeg. We hebben het
er in het het begin van het seizoen wel
even over gehad. Maar als we dat zou
den doen, puur op ploegentactiek rijden,
dan wonnen we alles. Maakten we het
skeeleren binnen de kortste keren stuk.
En dat zou zonde zijn".
Dolle Dries tenslotte:„We hebben er ge
loof ik vijftien jaar over gedaan om het
schaatsen populair te maken. Want ver
gis je niet, vóór die Elfstedentochten
stonden er bij marathons maar een paar
mensen te kijken. Daarna is het populair
geworden. Ook het skeeleren, want in
feite komen de mensen natuurlijk om
die bekende smoelwerken te zien. Het is
alleen jammer dat ikzelf nog zo goed
presteer. Het wordt steeds moeilijker om
er eens mee te stoppen".
RUUD DE JAGER
een zwart gat valt. In de loop van het
onderzoek werd steeds duidelijker dat de
aankomende of reeds gearriveerde top
sporter juist gedurende zijn actieve pe
riode meer begeleid diende te worden,
omdat de sport vrijwel alle tijd opslokt
en de sporter zeer geconcentreerd en
egocentrisch met iets bezig is dat later in
een land met een lage sportcultuur wei
nig begrip oplevert.
Niet aanvaard
„Topsport wordt in ons land nog steeds
niet maatschappelijk aanvaard. Wij zit
ten in de achterhoede op dat gebied.
Topsport wordt hier niet serieus bena
derd, het is voor de gemiddelde Neder
lander nog steeds een vorm van ont
spanning. De sporter zelf neemt zijn vak
natuurlijk wel serieus. En als hij 'succes
heeft en komt bovendrijven, verandert
zijn leven van de ene op de andere dag.
Hij komt in het middelpunt van de be
langstelling te staan. De media vliegen
op hem af. Vrienden melden zich bij
bosjes aan. Kortom, hij wordt geleefd.
Dan moet je een sterke persoonlijkheid
zijn om het relatieve van die belangstel
ling in te zien. Zeker in combinatie met
het feit dat je in jouw sport nooit mag
relativeren, want dan ben je weg. Een
sprinter mag nooit zeggen, wat maakt
die honderdste seconde nou uit? Dat is
de marge tussen anonimiteit en glorie".
„Sport is de spiegel van het leven. Het
leven gaat snel, de afwisseling van de
wacht m de sport gaat snel. Dat houdt
risico's in voor de sporter. Kijk naar Bo
ris Becker. Wint Wimbledon op zeven
tienjarige leeftijd. Is multimiljonair op
een leeftijd waarop anderen nog moeten
beginnen roet geld verdienen. Maar hij
moet na zijn carrière zeker nog dertig
jaar mee. Wat moet hij dan? Met die na
zorg moeten zijn begeleiders zich nu al
intensief bezig houden. Als Becker stopt,
verandert zijn leven drastisch. Daar
moet je op voorbereid worden. Dat is
ook een onderdeel van de taak van de
mentale begeleider. En zeker niet het
minst belangrijke".
£eidóc6ou/UMit'
SPORTPSYCHIATER
FERDI OYEN:
Sportpsychiater drs. Ferdi Oyen: „De lichamelijke prestatie is maar de helft van het werk. De geest
doet het andere deel".