Van Bentum bleit voor Amerikaanse Contact met atleten staat ivoor Jos Hermens centraal ■;IK BEN IN VORM EN wjOED VOORUIT GEGAAN" Techniek Delegeren Nuttig Bescherming 'Eoidóc&ni/ta/nt1 San Diego rdi kRNEVELD - Conny van Ben- is terug in Nederland. Met jjn in het hart. De twee jaar du- lde studie-sporttijd in Amerika jhoort definitief tot het verleden, de aanstaande mondiale titelstrijd i Madrid, waarvoor de plaatsbe- Ijzen vandaag, morgen en ko kend weekeind in Amersfoort op Nederlandse kampioenschappen «orden verdeeld, wordt naar alle raarschijnlijkheid haar laatste gro- internationale optreden. Vanaf jptember staat een studie medicij- JJrn, die zij in 1983 aan de Jtrechtse universiteit begon, cen- zfaal in het leven van de Barne- ofeldse. Het Europees kampioen schap laat Conny van Bentum vol- ';nd jaar zeker schieten, over een yentuele deelname aan de Olym pische Spelen in Seoel in 1988 twij- "jlt zij nog. „Als ik er over een jaar njog genoeg zin in heb, dan over steeg ik misschien om door te gaan en met '88. Nu is het nog wfoortvarend heeft de twintig-jarige Van vaentum de voorbije maanden in Ameri- k a toegewerkt naar de wereldkampioen schappen, die in augustus in de Spaanse eejbofastad Madrid worden gehouden, ssport en studie, aan de hoog aangeschre- oven universiteit van Berkeley in Califor- zijtia, bleken in Amerika uitmuntend ge- epmbineerd te kunnen worden, mjportief gezien boekte de Barneveldse in 1 laar tweede en laatste Amerikaanse jaar iyvel degelijk vooruitgang. Een Neder- wfcnds record op de 100 meter vlinderslag 1.00,75, gezwommen bij internationale vedstrijden in Mission Viejo), een stu- lententitel op de 200 yards vrije slag en Ine zeges op de open korte baankampi- ienschappen (25 yards), op de 100 en (200 yards vrije slag en op de 100 yards dllinderslag, geven de bewijzen van de s rogressie feitelijk aan. bepren Moe-Thornton, winnares van een epuden medaille op de 200 meter vlin- ijlerslag tijdens de Olympische Spelen 1972, heeft Conny van Bentum de ztfoorbije maanden klaargestoomd voor ode wereldkampioenschappen, die, door- hlat het de allereerste Oost-West-strijd inds vier jaar is, een extra dimensie .■eiebben. De vooruitgang die de Barne- jk/eldse met name dit voorjaar tentoon- aiipreidde, dankt zij ondermeer aan het uuur op techniek geschoeide trainings- eanderricht, dat zij in California genoot. uiDe toegenomen spurtkracht van de w£)WK-zwemster is opmerkelijk. In één oiyan de vele wedstrijden in de aanloop naar de wereldkampioenschappen, vori ge maand in Mission Viejo, dook zij 0,21 seconde onder het nationale record op de 100 meter vlinderslag, dat Anne- marie Verstappen sinds begin 1985 in haar bezit had. Die record-overname vooral en een veroverde studententitel hebben aangetoond, dat Conny van Ben tum in een glanzende vorm steekt. Een vorm die perspectief biedt op bevre digende resultaten in Madrid. Op de we reldkampioenschappen in augustus wil de Barneveldse zich etaleren. Haar vorig jaar zomer op de Europese kampioen schappen in Sofia ietwat gekrenkte eer en naam wil zij opvijzelen. Op onver klaarbare wijze vielen de prestaties van de zwemster in de Bulgaarse hoofdstad tegen. Eén individuele medaille (brons op de 100 meter vrije slag) en twee esta fette-medailles (zilver en brons) bemach tigde zij in Sofia. Een magere oogst in vergelijking met de medaille-regen op de EK van 1983 in Rome, waar zij met vier individuele en twee estafette-medailles de totale Nederlandse inbreng voor haar rekening nam. Van Bentum:'„Ik heb in Amerika veel wedstrijden gezwommen in 50 meterba- den en over de resultaten van die wed strijden ben ik zeer tevreden. Die duiden erop, dat ik op de goede weg ben. Ik ge bruikte al die wedstrijden om weer te wennen aan het zwemmen in een 50 me- terbad, om in het wedstrijdritme te ko men en als training op weg naar de se lectie-wedstrijden. Dat het meteen zo goed ging, verbaasde mij. Ik was er wel heel blij mee". De buit was dit jaar groter dan vorig sei zoen. „In het eerste jaar won ik op de studenten kampioenschappen de 50 vrij en werd ik één keer derde op de open Amerikaanse kampioenschappen. Dit jaar was ik naast de 200 vrij veel beter op de vlinderslag. De resultaten waren dit jaar beter, maar qua trainingsopzet en -inhoud was het niet anders dan vorig jaar. Ik heb voortgebouwd op de ver hoogde trainingsintensiteit, waar ik in het eerste jaar mee te maken kreeg, en op de verbeterde techniek. Het heen tijd nodig gehad om dat blijvend in mijn slag te handhaven en ik denk, dat ik daar nu de resultaten van heb gezien". Van Bentum heeft in Amerika nog eens extra aan haar techniek kunnen sleute len. „Natuurlijk heb ik hier in Neder land ook aandacht besteed aan mijn techniek. Ik heb zelfs hele goede tech niektraining gehad, maar ik heb altijd één trainster, Rianne Smit, gehad. Dat is uitzonderlijk in de zwemwereld, dat je van jongs af aan bij éénendezelfde train ster blijft. Ik had het hier naar mijn zin, maar ik denk, dat het goed is geweest, dat ik in Amerika onder iemand anders heb kunnen trainen. Iemand, die mijn slag niet kende, die naar andere dingen keek, die dingen zag, die nog verbeterd konden worden in mijn slag. Ik denk, dat je, als je op een niveau bent geko men waar ik nu op ben, juist die kleine, extra aanwijzingen nodig hebt. Die kun nen net het verschil uitmaken'. Van Bentum ontkent dat zij in Amerika louter oog heeft gehad voor het zwem men. „Ik had in eerste instantie niet ge pland, dat het een periode van twee jaar zou worden. Ja, dat ene jaar beschouwde ik min of meer als een adempauze. Niet dat daar niet gestudeerd hoeft te worden, Berkeley is een hoog aangeschreven uni versiteit. Ik ging er heen voor het zwem men, maar als ik het achteraf bekijk, dan heb ik wel heel hard gestudeerd. Dat wordt ook van je verwacht. Zodra je on voldoendes haalt of niet genoeg vakken doet, dan kun je gewoon niet voor het universiteitsteam uitkomen. Die strenge maatregelen zijn er gelukkig. Ik zeg ge lukkig, omdat ik vind dat je beide, het zwemmen en de studie, goed moet doen. Berkeley is één van de beste universitei ten van Amerika. De eisen zijn daar erg zwaar. Dat wist ik van te voren. Ik heb in tijd meer aandacht aan het zwemmen besteed, maar het is niet zo, dat er niet gestudeerd werd". Madrid wordt voor enkele Nederlandse toppers mogelijk het laatste grote evene ment. „Voor mij wellicht ook", zegt Van Bentum. „Het is niet, dat ik er genoeg van heb, helemaal niet. Ik vind zwem men nog steeds hartstikke leuk en ik verbeter mezelf nog steeds. Dus eigenlijk zou er geen reden zijn om ermee te stop pen. Maar ik wil in ieder geval na de we reldkampioenschappen mijn aandacht richten op mijn studie en het wat rustig aan gaan doen wat het zwemmen betreft. Ik zie mezelf echt niet naar de Europese kampioenschappen gaan volgend jaar, misschien naar de Universiade. Als ik er over een jaar nog genoeg zin in heb, dan overweeg ik misschien om door te gaan tot en met de Olympische Spelen van '88. Het is nog vaag, maar Madrid kon ook mijn laatste grote toernooi weieens zijn". Van Bentum voorspelt voor het Neder landse zwemmen overigens geen gouden toekomst. „Het ziet er naar uit, dat de kern van de Nederlandse ploeg, die al vanaf'81 bij elkaar is, óf gaat stoppen óf het volgend jaar rustig aan gaat doen. De toekomst ziet er bepaald niet goed uit, zowel bij de dames als bij de heren. Ik denk, dat daar nü weinig aan te doen is. Alle aandacht die er is, zal gericht moeten worden op de opvolging, in de vorm van training en begeleiding voor zover dat mogelijk is, want anders kan Nederland inderdaad weieens een fors eind gaan terugvallen". „Wat kan de KNZB nu doen?", vraagt Van Bentum zich af. „Het zat er aan te komen, dat een dezer dagen de groep van '81 uit elkaar valt. Ik had zelfs ver wacht, dat er na '84 al een paar zouden stoppen. Dat ze zijn doorgegaan, heeft aan opvolgers niets opgeleverd. Het is een beetje laat nu. Er zit een aantal top pers aan te komen, de meisjes Muis, Ka rin Brienesse, Linda Moes, maar groot is dat aantal niet'. Van Bentum pleit er vervplgens nog maar eens voor dat een stage in Amerika veel goed kan doen. „Als er mensen zijn, die er al over zaten te denken, dan moe ten ze de mogelijkheid aanpakken en niet aarzelen. Ik heb aangetoond, dat het wel degelijk wat kan worden. Ze verba zen zich er in Amerika over, dat er nie mand uit Nederland komt. De halve se lecties van Engeland, Zweden, Duitsland en Frankrijk zitten er. Het is in Neder land nooit aangemoedigd. In Zweden wel. De Zweedse zwembond zegt: ga er heen, je kan een studiebeurs krijgen, pak het aan. Vrijwel alle toppers uit Zweden zijn er geweest". „Ik", zegt Conny van Bentum, „heb to taal geen aanmoedigingen van de bond gehad. Ook niet na het eerste jaar. In de ogen van de KNZB heb ik geluk gehad. Ik denk, dat er ontzettend veel mogelijk heden zijn in Amerika. Een combinatie topsport-studie is in Nederland, net zo als in andere Europese landen, niet ide aal. In Amerika wel'. HANS VOS mi MOLENHOEK - Een leven tussen atle- ten en organisatoren van atletiekevene- .menten; zo kan het werk van Jos Her- "mens het best worden omschreven. De ex-middenafstandloper steekt .T. bij na al zijn tijd in het begeleiden van sterren en aankorpend talent en het con tracteren van lopers zoals voor de mara- thon in Rotterdam en de Fanny Blan- kers Koen-games die gisteravond in Hengelo werden gehouden. Terwijl hij ook nog eens een groot aandeel heeft in het slagen van de marathons in Chicago, N New York, Boston en Londen. Hoewel Hermens, die onder contract staat bij ■sportartikelenfabrikant Nike, met die baan bij wijze van spreken dag en nacht ce bezig is en van haver naar gort reist (zo steekt hij alleen al jaarlijks zo'n tien keer ee de grote plas over om in Amerika zijn et contacten te onderhouden en toert hij ;cdoor vrijwel geheel Europa) maakt de inwoner van het onder de rook van Nij- al megen gelegen Molenhoek zich over het ontbreken van vrije tijd niet druk. „Ik het leuk dit te doen. Ik wilde graag al bij de sport betrokken blijven en dat is lai op deze manier prima gelukt. Dit werk ar vergt weliswaar veel uren, maar ik vind dat je dat er voor over moet hebben als je van je hobby je beroep kunt maken". J Hoewel de commercie en dus de jacht D- op het grote geld een steeds voornamere ■j. rol speelt in de atletiekwereld, hoewel gelukkig nog niet vergelijkbaar met ten- eE nis en wielrennen en in de atletiek nog I' steeds het recht van de sterkste geldt, kan niet worden gesteld dat Jos Her- ;!.mens is aangestoken door die dollar- L koorts. Zelfs verre van dat. Bij Hermens staan de atleten voorop. Hij steekt der- halve veel tijd in het sociale contact met jf de bij zijn broodheer onder contract a| staande vedetten zoals de Nporse kilo- jjJ metervreetster Ingrid Kristiansen en J daarnaast doet hij meer dan zijn best om de atletiek in Nederland meer be kendheid te geven. Daarom steekt hij ook met liefde zoveel uren in het aan trekken van een goed deelnemersveld voor de FBK-games. Hermens: „Als ik het zakelijk bekijk, dan zou ik nu niet hier, maar in Ameri ka moeten zitten, maar ik vind dat ie dereen zijn schouders moet zetten onder het slagen van de twee internationale eveneipenten die ons land rijk is, Rot terdam en Hengelo. Die moet je koeste ren en dat is echt geen verkooppraatje. Dat meen ik echt". Een goed contact met de atleten staat bij Hermens centraal. Hij: „Ik ga graag met mensen om, maar dat blijkt ook wel uit mijn opleiding (sociale academie, red.) en daarnaast is het noodzaak. Ik kan nu eenmaal niet met een grote geldbuidel zwaaien zoals voor wedstrijden als in Zürich en Brussel wel geschiedt, zodat ik het echt moet hebben van de contacten. Dat is trouwens ook het beste; want dan kun je ze nog eens weer vragen. Ais het geld de doorslag moet geven, is het meestal slechts een eenmalige zaak. Het sociale aspect spreekt me toch aan. Daar geniet ik het meeste van". „Dat onderhouden van contact vergt weliswaar veel, ontzettend veel tijd, maar dat heb ik er graag voor over. Bo vendien is dat iets dat je met kunt dele geren. Die contacten moet je zelf onder houden. Dat door een ander laten doen heeft geen zin. Zelf doe ik mijn voordeel er echter ook mee. Ik leer van de trai ningswij ze van de atleten en probeer te helpen bij het oplossen van problemen, terwijl ik door de ervaring die ik op die manier opdoe weer anderen bij kan staan met trainingsadviezen. Iedereen probeer ik zo te helpen, het liefst echter aankomende talenten, omdat je daar het meeste plezier aan beleeft". „Niet alleen atleten profiteren trouwens van mijn contacten. Kijk alleen maar naar de komst van Ingrid Kristiansen naar Hengelo. Normaal is een atlete van dergelijke klasse niet betaalbaar voor zo'n evenement, omdat er dan niet vol doende overblijft voor het aantrekken van de broodnodige tegenstanders. Voor elke wegwedstrijd in Amerika ontvangt zij minimaal vijftienduizend dollar, ter wijl ze nu alleen voor reiskostenvergoe ding komt. Dat dat mogelijk is, komt omdat ik weet dat ze graag een aanval op het wereldrecord op de vijf kilometer wil doen en deze wedstrijd bovendien paste in haar schema ter voorbereiding op de tien kilometer straks in Oslo. We hebben er dus beiden profijt van. Henge lo verdient dus aan mijn samenwerking met haar, terwijl Ingrid er mogelijk op den duur toch baat bij heeft. Als de re cordpoging immers slaagt stijgt haar toch al niet geringe marktwaarde (hon derdduizend dollar voor een marathon) nog". Hermens, die in 1978 door herhaaldelijk blessurepech (in totaal werd hij vijf keer geopered) een streep moest zetten onder zijn eigen carrière, zou graag als trainer werkzaam zijn om vooral beloftevolle jongeren te begeleiden, maar zo'n taak zit er voorlopig niet in. Ten minste, in Nederland niet. „Op zo'n manier zou ik ook wel in de sport werkzaam willen zijn en weet zeker dat ik me op dat ge bied nuttig zou kunnen maken, maar hier zie ik zoiets niet zitten. De huidige manier, waarop de bond bezig is, werkt nu eenmaal conflicten in de hand. Ik zou met de bestuurders ten minste zo overhoop liggen, omdat ik de kant van de atleten kies en de KNAU dat nog steeds niet doet. Onvoorstelbaar eigen lijk, omdat je er als bestuurslid nu een maal bent voor de atleten en niet an dersom". Jos Hermens bekent ruiterlijk dat een evenement als de FBK-games een zekere druk op zijn schouders legt, omdat de organisatoren nu eenmaal een zo sterk mogelijk veld in huis willen halen en daar een wedstrijd nu eenmaal mee staat of valt. En het aantrekken van toppers is nu eenmaal niet eenvoudig, vooral niet omdat „Hengelo" niet de enige is die toppers wil hebben. Bovendien zijn atle ten ook nog bijzonder blessuregevoelig, waardoor je in één klap van je visite kaartje kunt worden beroofd. Hermens: „Hoe graag je het veld ook zo aantrekkelijk mogelijk wilt hebben, je kunt een atleet niet dwingen mee te doen. Iemand die geblesseerd is krijgt van mij ook bescherming, omdat ik uit ervaring weet hoe gevaarlijk forceren kan zijn. Soms moet je terwille van het publiek wel eens concessies doen, maar dat mag nooit ten koste van een atleet gaan. Je kunt in dit vak toch nooit voor zichtig genoeg zijn. Aankondigen dat bij voorbeeld een man als Coe komt, terwijl de onderhandelingen nog niet definitief zijn afgesloten, daar houd ik dan ook niet van. Je loopt dan alleen maar het ri sico dat je je naam te grabbel gooit. Daar heen niemand iets aan". „Zijn" sterren verdienen weliswaar han denvol geld, maar dat is er voor de ma nager zelf niet bij, omdat hij niet op pro visiebasis werkt Hij: „Rijk hoef ik er niet van te worden. Als ik er maar van kan leven, dat is voldoende. Meer dan een biefstuk per dag kun je bij wijze van spreken toch niet eten en bovendien ben ik nog vegetariër ook". Aan de buiten kant lijkt het ideaal te zijn om van het ene evenement naar het andere te vlie gen, maar in werkelijkheid valt dat hard tegen. „Echt van de steden zie ik vrijwel nooit iets. De kennismaking blijft vrij wel bepekt tot hotel, stadion en vlieg veld. Ik ben dan echt geen toerist. Kom zelfs vaak slaap tekort omdat ik, nadat ik de atleten na een wedstrijd heb ge sproken, vaak ook nog moet overleggen met de organisatoren. Dat overleg met de atleten is trouwens bijzonder belang rijk. Die moeten weten dat je er óók voor hen staat als de prestaties eens minder zijn. Juist dan is een goede bege leiding gewenst. Bovendien hangt een carrière vaak van simpele dingen af en daar kom je vaak pas achter door lang durige gesprekken". De onderbreking van een jaar lijkt „Hengelo" met een blik op het deelne mersveld geen kwaad te hebben gedaan. „Naambekendheid was nu nog groot bij de atleten, maar het had natuurlijk niet langer moeten duren, want dan wordt het steeds moeilijker om er weer tussen te komen. Vergeet niet, de kalender (voor volgend jaar is een optie genomen op zondag 19 juli, red.) ligt behoorlijk vast en bovendien wordt het Grand Prix-circuit steeds belangrijker. 1 Het wordt dan ook noodzaak dat we weer de IAAF-status krijgen, omdat je op die manier voor extra-ondersteuning in aan merking komt, omdat het nu eenmaal niet gemakkelijk is om op te boksen te gen die grote wedstrijden. Daar mag je ons natuurlijk ook niet mee vergelijken. Om desondanks toch een goed veld te behouden, moet je creatief naar de atle ten toe zijn". HANS VAN DEN BERGHE ZATERDAG 28 JUNI 1986 Deze week trof ik een Amerikaanse toe rist, die lak heeft aan terroristen en nu cleaire straling. Een mogelijke vliegtuig kaping of bomaanslag op een luchthaven en de met potentiële Tsjernobyls volge bouwde Oude Wereld hadden hem niet afgeschrokken. Hij was gewoon in de States op het vliegtuig gestapt en ver toefde een paar dagen in ons land op het moment dat ik hem ontmoette. Een iets te lange korte broek met grote geel-groene ruiten om de wat bleke be nen. Een van de modernste snufjes voor ziene fotocamera bungelend op de door wat in al te overvloedige hoeveelheden geconsumeerde hamburgers en fried chickens wat uitgedijde door een schreeuwend paars T-shirt bedekte buik. Toch bleek hij best aardig. Bob heette hij en hij stamde uit San Diego. Aan welke plaatsnaam hij onmiddellijk de bijbehorende staat koppelde, hetgeen zo gebruikelijk is als Amerikanen in het buitenland met elkaar kennis maken. De naam van de staat drong niet tot me door, afgeleid als ik werd door zijn ko lossale, in camouflagekleuren uitgevoer de bril. Die in het jargon waarschijnlijk zou worden aangeduid als Gezicht '78. Wat me daarnaast het meest frappeerde was het feit dat hij uit San Diego kwam. Hetgeen me onmiddellijk de ingeving opleverde hem mee te noden in een ho- reca-etablissement, waar kort daarna beelden van de Mundial zoudep worden getoond. Het was woensdagavond kort/vr~- mid dernacht en de wedstrijd België-, ngenti- nië stond op het punt van beginnen. Voetbal kende hij niet, vertelde hij me terwijl we door de stille straat wandel den. Hij had er wel eens iets over gele zen in een krant. En ook in een sport tijdschrift waren hem jaren geleden wel eens de namen van Beckenbauer en Cruijff opgevallen. Maar hij had ze nooit zien spelen. Hij kende slechts één soort voetbal, het Amerikaanse. Die bezig heid, die wordt bedreven door van schouderpantsers en helmen voorziene atleten. Dat vond hij wel aardig om naar te kijken. Hoewel hij er niet voor thuis bleef, zei hij. Daarvoor bood San Diego te veel andere mogelijkheden van ver tier. Maar voetbal wilde hij wel eens zien. Hij had die avond toch niks anders te doen. En bij gebrek aan voldoende aan spraak van landgenoten die zich wel iets gelegen laten liggen aan eventuele ter reur en mogelijke straling was mijn ge zelschap hem bijzonder welkom. Zoals hij mij met een niet alleen door zijn ac cent rollende tong verzekerde. Nee, dat er in Mexico zoiets aan de gang was als het wereldkampioenschap voet bal, daar had hij geen flauwe notie van gehad. Is de Joe-Es daar ook bij?, haakte hij gretig in. Om na het ontkennende antwoord iets van zijn enthousiasme te verliezen, maar onmiddellijk compensa tie te vinden bij het ontwaren van zijn favoriete merk whiskey op het rek achter de inmiddels bereikte toog. Op het televisiescherm was inmiddels de presentatie van de ploegen aan de gang en bij het in beeld komen van de voet ballers ontsnapte een zucht van verba zing aan zijn indrukwekkende torso. Terwijl zijn camera spontaan naar voren sprong riep hij: „Wat een kleine manne tjes zijn dat". Waarna ik hem op het moment van projecteren van de naam en beeltenis van Maradona op de schou der klopte en meedeelde dat hij straks op die man moest letten. Dat is de grote ster van het toernooi, liet ik er ter ver duidelijking op volgen. En Maradona stelde mij niet teleur. Hoewel mijn Amerikaanse bargenoot herhaaldelijk zijn gaandeweg wat troebe ler wordende blik Tiet afdwalen naar eni ge niet in voetbal geïnteresseerde, in de hoek gezeten dames miste hij de twee ju welen van Maradona niet. Met inmid dels enig bijgebracht begrip voor de spel regels liet hij zijn vuist dreunend op de met lege glazen volle bar neerkomen op de momenten dat Maradona de hele Bel gische defensie op het verkeerde been zette en scoorde. Pfff, kwam het hem moeizaam over de lippen. Als blijk van medelijden met Pfaff, die eindelijk zijn meerdere in de Mundial had gevonden. Hell of a player, stootte mijn metgezel uit, waarna hij een ferme teug nam uit het nog half volle whiskey-glas. Hij keek me aan met bloeddoorlopen ogen. Het ene been op de stootrand van de bar, het andere naar evenwicht zoe kend op de grond. Je had gelijk, he's gre at. Really great. Waarop hij, inmiddels nauwelijks verstaanbaar, informeerde naar de voornaam van Maradona. Het „Diego" had op hem de uitwerking van Three Miles Island. Hij begon de trillen, zijn ogen schoten vuur en zijn mond vertrok zich tot een afzichtelijke grimas. „Diego, Diego, San Diego", klonk het hortend. Hij zeeg neer op zijn kruk. Waarop hij zijn kreet herhaalde, met een verdubbeld volume. De meisjes in de hoek keken verbaasd op. Hij zag het niet. „San Diego. That's great". Ik heb mijn Amerikaanse kennis al ver vóór het laatste fluitsignaal vergezeld naar zijn hotel. Op weg naar zijn kamer hoorde ik hem, stommelend door de gang, moeizaam herhalen: Diego. San Diego. Maradona. Ik heb hem op zijn bed gelegd, heb de deur achter me dicht getrokken en ben naar de lift gelopen. Op het moment dat de deuren open schoven verstijfde ik ineens. Van verder op de gang had het ineens, op een toon die door merg en been ging, geklonken „San Diego Maradona". Ik stapte in. En zag de laatste minuten van Belgié-Argentinië. En besefte dat mijn Amerikaanse vriend gelijk had. San Diego. BUYS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1986 | | pagina 25