HOND E WILLEM DREES ogen maar ook en prikkelbaar 'foidóe (Sowumt' »J gewenste ontwikkelingen in het na-oor- logse Nederland. De rest van de oorlogsjaren verblijft Drees met zijn gezin in Voorburg waar hij weliswaar door de Duitsers in de ga ten wordt gehouden, maar niettemin in staat is verzetswerk te verrichten, con tacten te onderhouden met de regering in Londen en een programma te schrij ven voor de wederopbouw van ons land na de oorlog. Een elitegroep van onder anderen politi ci en hoogleraren stichtte al maanden voor de bevrijding de Nederlandse Volksbeweging (NVB), t/.n idealistische club die wilde afrekene/ met het voor oorlogse zuilensysteem. Weg met de hokjesgeest die de Nederlandse maat schappij en met name de politiek en de omroep zo verdeeld had gehouden! Alles moest anders worden en de eerste stap daartoe was de oprichting van een nieu we partij van progressieve snit, die on derdak zou moeten bieden aan socialis ten, liberalen en christenen. Hoewel Willem Drees goede contacten onderhoudt met de voormannen van de NVB, zoals prof. Schermerhorn, sluit hij zich niet bij de beweging aan. Hij koes tert ernstige twijfels aan de haalbaarheid van de NVB-idealen. Wat hij wèl na streeft, is een „doorbraak" van katholie ken en protestanten naar de SDAP. Omdat koningin Wilhelmina zich zeer enthousiast toont voor de plannen tot politieke vernieuwing doet zij in mei 1945 een beroep op Schermerhorn en Drees om tezamen het eerste na-oorlogse kabinet te vormen. Het wordt een rege ringsploeg van brede samenstelling: soci aal-democraten, katholieken, liberalen, drie partijlozen en een anti-revolutio nair, welke laatste overigens door de ARP niet als partijlid werd erkend. Van de politieke en maatschappelijke ver nieuwing komt echter nauwelijks iets te recht. De oude zuilen rijzen als vanzelf weer omhoog. De CPN, in die tijd nog vrij populair vanwege de rol die de communisten en het illegale blad „De Waarheid" in het verzet hadden gespeeld, concentreert zich van lieverlee weer volop op het marxistisch-leninistische gedachtengoed. De ARP roert zich duchtig en zet zich fel af tegen de socialistische en liberalis tische invloeden in de politiek. De CHU en de SGP wordt nieuw leven ingebla zen, de Rooms Katholieke Staatspartij van voor de oorlog wordt omgedoopt tot KVP en een aantal liberalen richt de Partij voor de Vrijheid op, die later vrij wel geruisloos opgaat in de nieuwe VVD. Alleen in het socialistische bouwwerk is sprake van enige renovatie. De oude SDAP vormt samen met twee andere vooroorlogse partijen (de Vrijzinnig De mocratische Bond en de Christen-Demo cratische Unie) en een aantal progressie ve christelijk-historischen de Partij van de Arbeid. Bij de kamerverkiezingen van 16 mei 1946, die worden gehouden ter verver- daarna aantredende coalities bestonden uit PvdA, KVP, CHU en ARP. In het eerste na-oorlogse kabinet dat op 24 juni 1945 onder leiding van premier Schermerhorn aan het werk gaat wordt Drees vice-premier en minister van So ciale Zaken. Deze laatste functie be kleedt hij ook in het kabinet-Beel dat aantreedt na de kamerverkiezingen van 1946. In die jaren legt Drees de grond slag voor de werkloosheidswet. Op 7 augustus 1948 wordt Drees, die in middels door de Nederlandse Economi sche Hogeschool in Rotterdam is be noemd tot eredoctor in de economie, minister-president. Hij is dan al 62 jaar. De daaropvolgende tien jaar leidt hij in totaal vier kabinetten, die de wederop bouw en industrialisering van ons land sing van het na de bevrijding aangetre den „noodparlement", blijkt echter dat de doorbraakgedachte niet het succes op levert wat men er in PvdA-kring van had verwacht. De „grondverschuiving" in de Nederlandse politiek, die Drees had voorspeld, vond niet plaats. Dat gold trouwens ook voor het omroepbe stel, waar het zuilensysteem van voor de oorlog eveneens onaangetast bleef. De „doorbraak-gedachte" leefde enkel nog voort in het karakter van de kabi netten die tussen 1946 en 1959 werden gevormd, eerst onder leiding van de KVP'er Beel (zomer '46 tot zomer '48) en daarna tien jaar lang met Drees als minister-president. „Rooms-rode" kabi netten werden ze genoemd, hoewel ze niet uitsluitend uit PvdA en KVP be stonden. De eerste twee kabinetten waarvan Drees premier was, hadden rond de rooms-rode kern een dun schil letje van CHU en VVD. In het kabinet dat van voorjaar '51 tot najaar '52 re geerde was de VVD verdwenen en de met kracht stimuleren en bovendien en kele belangrijke pijlers slaan in het stel sel van sociale voorzieningen. De tot standkoming van de aow in 1956 is daarvan het bekendste voorbeeld. Altijd zal deze „oudedagsvoorziening" verbon den blijven met de naam Drees, hoewel de aow voor het grootste deel het werk was van Drees' partijgenoot, minister SuurhofT. Wel moet Drees gezien wor den als de motor die na de oorlog het denken over de sociale wetgeving in gang zette. Het is overigens van jongs af aan al een wens van hem geweest wedu wen, weduwnaars en bejaarden van staatswege een financiële bestaanszeker heid, te bezorgen. De gedachte aan zijn moeder die al in 1891 weduwe werd (toen Willem nog maar vijf jaar oud was) en zonder verzorging met twee kin deren achter bleef heeft die wens altijd levend gehouden. De wederopbouw van Nederland na de Tweede Wereldoorlog had nooit zo snel kunnen lukken zonder de omvangrijke financiële steun die we vanuit de Vere nigde Staten ontvingen. Deze Marshall hulp, genoemd naar de Amerikaanse mi nister van buitenlandse zaken die in 1948 een plan ontwierp om de geallieer de Europese bondgenoten de helpende hand te bieden bij het herstel van de oorlogsschade, heeft onze ontredderde economie een flinke opwaartse duw ge geven. Ten tijde van het eerste kabinet onder leiding van Drees kwam de Amerikaan se afgezant Hamman naar West-Europa om daar met de begunstigde regeringen over de Marshall-hulp te praten. Overal werd Hamman met zijn gevolg een grootse, pompeuze ontvangst bereid. Zo niet in Nederland, waar het kabinet werd geleid door een ernstige, uiterst so ber levende, hard werkende geheelont houder die Drees heette. In het boek „Bij monde van Willem Drees" (door Frits Huis en René Steenhorst) vertelt voormalig minister van buitenlandse za ken Joseph Luns daarover de volgende anekdote. „Op een zondagmiddag had de heer Drees tegen Hamman gezegd: „Kom maar bij mij thuis". Nou, daar kwamen ze in dat werkelijk heel eenvoudige huis je aan de Beeklaan. En mevrouw Drees, een aardige en politiek zeer meevoelende vrouw, bracht een kopje vrij slappe thee en een Mariakaakje in het voorkamertje, waar een gaskacheltje was. De heer Drees heeft toen heel goed uitgelegd waaraan Nederland behoefte had. Toen Hamman het huisje uit was zei hij, die zelf een multimiljonair was, tegen zijn medewerkers: „Nu ik déze minister-pre sident heb gezien en zie hoe dié leeft ik heb helemaal geen behoefte meer om gesprekken te voeren met wie ook. Ik blijf dan ook niet langer, want dit land verdient alle hulp!". Indonesië In zijn eerste jaren als premier heeft Drees het niet alleen zwaar omdat hij met zijn kabinetten het land uit de as van de oorlog moet laten herrijzen, maar ook omdat hij daarnaast nog geconfron teerd wordt met de problemen in Neder- ZATERDAG 28 JUNI 1986 landsch Indië. De „Indonesische kwes tie" ontstaat in feite op 17 augustus 1945, de dag waarop twee jonge nationa listen, Soekarno en Hatta, de republiek Indonesia uitroepen. In korte tijd weten zij een gestaag groeiende onafhankelijk heidsbeweging te mobiliseren. Deze ontwikkeling leidt in de Neder landse politiek tot felle discussies over de vraag hoe het nu verder moet met ons stukje koninkrijk in de gordel van smaragd. Pas na twee „politionele ac ties" van Nederlandse militairen en het Koninklijk Nederlandsch Indisch Leger (waarbij hard tegen de opstandige Indo nesiërs wordt opgetreden) en een veroor deling van het Nederlandse beleid door de Verenigde Naties krijgt hier geleide lijk de mening dc overhand dat het zin loos is, langer te blijven ijveren voor het behoud van „ons Indiè". De eerste politionele actie vindt plaats in juli 1947, onder verantwoordelijkheid van premier Beel, maar het tweede mili taire ingrijpen, in december 1948 is een beslissing van het eerste kabinet onder leiding van Drees. De premier voelt er zelf bitter weinig voor en wil liever dopr middel van overleg de rust en orde in Indië herstellen. Maar onder druk van de meerderheid van zijn collega-minis ters komt Drees er uiteindelijk niet on deruit, opdracht te geven voor een nieu we politionele actie. Nu nog noemt hij dit de zwaarste beslissing uit zijn politie ke loopbaan. Eind 1949 wordt na een langdurige Ron de-Tafelconferentie (in Den Haag) Indo nesië definitief onafhankelijk verklaard. De jonge staat zou overigens nog wel in een „Unie" met ons land verbonden blijven. Koningin Juliana, die in 1948 haar moeder Wilhelmina was opgevolgd, zou het hoofd van die Nederlands-Indo nesische Unie zijn. Tien jaar later zegde Soekarno de Unie echter eenzijdig op. mede omdat Nederland bleef weigeren in te gaan op zijn eis ook Nieuw-Guinea aan Indonesië af te staan. Crisis oranjehuis Hoewel hij al een eredocoraat bezat kreeg Drees er in 1952 nog een bij. De universiteit van Maryland in de Vere nigde Staten benoemde hem tot eredoc tor in de rechtsgeleerdheid. Onmiddel lijk na zijn aftreden als premier (22 de cember 1958) wordt dr. Drees bij ko ninklijk besluit de eretitel „Minister van Staat" verleend. In die hoedanigheid dient hij in latere jaren zowel koningin Juliana als koningin Beatrix nog diverse malen van advies over staatkundige en politieke problemen. Het feit dat in de werkkamer van konin gin-moeder Juliana nog altijd een portret van dr. Drees prijkt, heeft voor een be langrijk deel te maken met de rol die Drees als premier heeft gespeeld tijdens de affaire die Nederland in 1956 bijna in een monarchale crisis stortte. Aan het begin van de jaren vijftig komt Juliana in aanraking met een vrouw. Greet Hofmans, die beweert over godde lijk geïnspireerde, genezende gaven te beschikken. Zij biedt aan door middel van gebedsgenezing een eind te maken aan de oogkwaal van prinses Marijke. Greet Hofmans weet langzamerhand een sterke invloed op de gedachtenwereld van de koningin uit te oefenen en krijgt uiteindelijk zelfs toestemming haar in trek te nemen in paleis Soestdijk. Dit alles leidt niet alleen tot conflicten tussen koningin en kabinet (onder meer over een pacifistisch getinte redevoering die Juliana in 1952 voor het Amerikaan se Congres wilde houden en over haar wens de oorlogsmisdadiger Willy Lages gratie te verlenen) maar ook tot een ver wijdering tussen de koningin en haar echtgenoot prins Bernhard. De buitenlandse pers krijgt het eerst lucht van de dreigende crisis in het Oranjehuis en publiceert daarover tal van artikelen. Van overheidswege krij gen de Nederlandse media echter een publikatieverbod opgelegd ten aanzien van de perikelen rond het Oranjehuis. In 1956 voert de crisis naar een climax als Juliana dreigt met aftreden. Dank zij in tensieve bemoeienissen van premier Drees en de bemiddelende rol van een door hem aangezocht drietal „wijze mannen" wordt de affaire uiteindelijk tot een oplossing gebracht. En Drees, die in populariteitsverkiezingen al enkele ja ren als nummer één uit de bus komt (fi guren als Eisenhower en Albert Schweit zer ver achter zich latend), stijgt als red der van de monarchie nog verder in aan zien. Weg uit pvda Na zijn afscheid uit de actieve politiek leidt Drees een rustig en teruggetrokken leven aan de Beeklaan, waar hij sinds de bevrijding woont. Maar in 1971 komt hij nog een keer in de volle schijnwer pers van de publiciteit te staan. In dat jaar bedankt hij, 85 jaar oud, voor het lidmaatschap van de partij die hij zoveel jaren met hart en ziel heeft gediend. Hij vindt dat de PvdA onder invloed van de beweging „Nieuw Links" uit het eind van de jaren zestig, te radicaal is gewor den en te veel uit is op polarisatie jegens de confessionele partijen. Drees stemt voorlopig op DS'70, een afsplitsing van de PvdA waarvan zijn zoon Willem een der mede-oprichters is. Deze partij houdt overigens maar twaalf jaar stand. Dr. Willem Drees sr., sinds 1974 we duwnaar, wordt door vele ouderen in ons land nog altijd gezien als „Vadertje Drees", de bescheiden, vredelievende, sobere en sociaal bewogen staatsman die in de jaren vijftig een symbool van na tionale eenheid werd. Sober en sociaal bewogen was hij zeker, daar valt niets op af te dingen. Maar het gaat te ver hem het aureool van een engel te geven, want degenen die Drees in de loop der jaren van nabij hebben meegemaakt weten er van te getuigen dat hij zowel in als bui ten de politiek vaak keihard en emotie loos, snel geprikkeld en zelfs zeer venij nig kon zijn. Niettemin blijft bij de be oordeling van de persoon Drees de be wondering voor alles wat hij in zijn lan ge leven tot stand heeft gebracht ver bo venaan staan. En die bewondering ver dient hij ook ten volle. DICK VAN RIETSCHOTEN k3i. ÈN HAAG - Op 5 juli zal het nderd jaar geleden zijn dat dr. llem Drees, de grootste Neder- idse staatsman van deze eeuw, levenslicht zag. De talloze ge- kwensen die hem ongetwijfeld in jn Haagse woning aan de Beek- an ten deel vallen, zullen echter luwelijks tot hem doordringen. I enkele jaren is de Methusalem in de Nederlandse politiek blind i vrijwel geheel doof. Maar on- inks het isolement waarin hij X>r deze lichamelijke ongemak- in verkeert, is zijn geest nog altijd ïgebroken en bleef zijn bijna fo- ^rafisch geheugen intact. Nog laar enkele maanden geleden dic- ierde hij zijn zoon Jan, die bij >m in huis woont, nog een inge- 5nden brief aan een ochtendblad. bewel de persoon van dr. Drees onver- fekelijk is verbonden met de residentie, IDen Haag niet de stad waar zijn wieg ond. Van geboorte is hij Amsterdam- icr. Als hij opgroeit, in het zicht van de luwwisseling. vrezen velen in zijn om- jving dat de stille, ernstige knaap maar einig van het nieuwe tijdperk zal kun- en meemaken. Een lang leven lijkt de inge Willem zeker niet beschoren. Hij an maar weinig voedsel verdragen en iet er slecht uit. Pas jaren later, als hij e leeftijd der volwassenheid nadert, jordt ontdekt dat zijn spijsvertering niet ped werkt: Willems maag blijkt nauwe- jks verteringssappen te kunnen produ- gren. Zijn verdere leven zal hij medicij- en moeten gebruiken en zich dienen te ouden aan een streng dieet. Ook moet ij meer aan lichaamsbeweging doen. jrees kiest voor korfbal en hij beoefent ie sport gedurende enkele jaren zeer in- ïnsief. Ja de driejarige HBS en de Openbare jandelsschool met groot gemak te heb- en doorlopen gaat Willem in 1904 wer en bij de Twentsche Bank. waar hij te en heug en meug een driejarig werkcon- ract uitdient. Intussen bekwaamt hij lich in dc stenografie, waarvan hij de jerste beginselen had opgestoken van :en vriend, de vader van de huidige Volkskrant-journalist Jan Blokker. Uit- lindelijk ontwikkelt Drees zich tot een jakbekwaam stenograaf die na zijn af- pheid uit het bankwezen (1907) gaat perken voor de gemeenteraden van Am- en Den Haag. Kort daarna hij ook benoemd tot stenograaf de Tweede Kamer en van de pro- vinciale staten van Zuid-Holland. Door deze werkzaamheden leert Willem irees de politiek in al zijn vormen van :er jiabij kennen en hij raakt er hoe inger hoe meer aan verslingerd. Zelf .ad hij inmiddels al een politieke keuze ;maakt. Op zijn achttiende verjaardag, juli 1904, liet hij zich inschrijven als 1 van de Sociaal Democratische Arbei- irs Partij (SDAP). Wethouder /2.in 1910 trouwt Willem met Catharina Hent. een vriendin van zijn zus, die iiota bene kort daarvoor nog van kennis sen de raad had gekregen niet met die f>leke, ziekelijke jongeman in het huwe lijksbootje te stappen omdat zij niet lang Jfplezier van hem zou hebben. Zij vesti- -0, leen zich in Den Haag waar Willem ove- ^SPpigens al sinds 1907 op kamers heeft ge- izeifwoond omdat zijn werk als stenograaf vooral in de residentie concentreer- le. Het paar krijgt vier kinderen, twee neisjes en twee jongens, maar de jongste lochter overlijdt op zesjarige leeftijd ten ^gevolge, van dc Spaanse griep. ^De belangstelling die de jonge Drees ivoor de politiek aan de dag legt. blijft niet onopgemerkt. In 1914 wordt hij in Den Haag gemeenteraadslid voor de SDAP. Hij blijft dan echter nog wel ste nografische verslagen in de Tweede Ka mer maken. Vier jaar later legt hij ook zijn werk aan het Binnenhof neer omdat hij dan in Den Haag wordt benoemd tot wethouder van Sociale Zaken en tevens 'tot lid van de provinciale staten van Zuid-Holland. Als wethouder zet Drees zich sterk in voor hulp aan de armen en verbetering van de positie van bejaarden. In de ien strenge winter van 1929 laat hij op ver schillende plaatsen in de stad gratis voedsel uitdelen. Tevens zorgt hij voor de bouw van een nieuw bejaardentehuis, ex' waar echtparen (in tegenstelling tot wat g dan nog gebruikelijk is) gezamenlijk hun >t- levensavond kunnen doorbrengen. Van 1931 tot 1933 is Drees wethouder van financiën en openbare werken, maar j daarna verplaatst zijn politieke werk j zich naar de Tweede Kamer, waar hij in ;n 1933 lid van de SDAP-fractie wprdt en Ik aan het eind van de jaren dertig zelfs wordt gekozen tot fractieleider. Enkele maanden na het begin van de oorlog n" pakken de Duitsers hem op en vragen hem mee te werken aan het landsbestuur II gedurende de bezetting, hetgeen Drees I resoluut afwijst. Hij wordt geïnterneerd i in een gijzelaarskamp te Buchenwald, i waar zich ook mensen als prof. Lieftinck (de latere minister van financiën), mr. Goseling (ex-minister van justitie) en de historicus prof. Geyl bevinden. Met hen en andere aanwezige intellectuelen filo- sofeert Drees veelvuldig over de toe- J komst van de Nederlandse politiek in ~j het algemeen en van de sociaal-demo- _J cratie in het bijzonder. I Wederopbouw Wegens zijn maagkwaal wordt Drees na een jaar uit Buchenwald ontslagen, keert :kf terug naar Den Haag, maar wordt in ~T 1942 voor korte tijd overgebracht naar het gijzelaarskamp in het Brabantse St. Michielsgestel waar ook tal van promi- nenten uit politiek en wetenschap ver blijven, zoals prof. Schermerhorn, het vrijzinnig-democratische kamerlid mr. Joekes (vader van de VVD'er Theo Jpe- kes), de socialistische voorman Banning en jhr. Van der Goes van Naters, die la ter fractieleider van de PvdA zou wor den. In St. Michielsgestel wordt even- J eens veelvuldig gediscussieerd over de

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1986 | | pagina 21