Liever een schraal stelsel dan straks weer te moeten sleutelen Heidense uitspraken van Den Uyl „geschenk uit de hemel voor CDA CeicbeGoivioTit PVDA VREEST TERUGSLAG BIJ VERKIEZINGEN OP 21 MEI Politiek Partij Parlement CS STEEF WEIJERS (CDA): LANG VERWACHT DEBAT VOLGENDE WEEK IN KAMER 3INNENLAND ZATERDAG 5 APRIL 1986 PAGINA 7 I 99 J DEN HAAG Eén van de drie gasten in de jong ste RUR, de zeer dicht be keken talkshow van Ve ronica, was Wim Kok, lijstduwer van de PvdA. Presentator Jan Lenfe- rink weigerde met de oud-vakbondsman over 'sociaal-economische on derwerpen te praten. In plaats daarvan wilde hij ;weten wat Kok zou doen jals hij minister Neelie jSmit-Kroes (Verkeer en Waterstaat) of staatssecre taris Virginie Korte-Van Hemel (Justitie) zou zijn. Zou hij in dat geval ook de 'maximumsnelheid verhogen tot 120 kilometer per uur en zou ook hij de Baghwan de toegang tot ons land ontzeg- jgen? Geen gemakkelijke vra gen, zeker niet wanneer ze ge- kteld worden ten overstaan van een miljoenenpubliek, dat waarschijnlijk oVer beide on derwerpen nogal uitgesproken imeningen heeft. Maar Kok redde zich er prima uit, terwijl hij toch het programma van de PvdA op geen enkel punt ge weld behoefde aan te doen. De maximumsnelheid? Die zou hij op honderd houden; dat was toch veel beter voor de verkeersveiligheid en voor het milieu. Maar Kok bekende wel dat hij zich niet altijd aan het maximum houdt, net als die miljoenen andere automobilis ten... De Baghwan? Die mocht van hem wel binnenkomen, ja... Maar als hij bedacht wat een ellende daar mogelijk het gevolg van zou zijn, dan kon hij zich toch heel goed inden ken dat mevrouw Korte de goeroe een inreisverbod had opgelegd. Met andere woor den: Kok wenste heel nadruk kelijk rekening te houden met het zogeheten „gesundenes Volksempfinden". Dat valt des te meer op, nu Joop den Uyl met dit politieke axioma minder goed op de hoogte blijkt te zijn. De lijst- trèkker van de PvdA zag er afgelopen zondag geen been in het christendom eens flink op de korrel te nemen. In een vraaggesprek met de IKON- radio zei hij allergisch gewor den te zijn voor „de christen die zich beter waant dan de heiden". Ook stelde hij dat het christelijke geloof in een al machtige god of in een genadi ge god „lariekoek" is sinds de massale afslachting van de jo den door de Duitsers. Grove vertekening Aangezien het vraaggesprek tijdens het paasweekeinde en op Radio 5 werd uitgezonden, waren er nauwelijks parle mentaire journalisten die het hoorden. Zo moesten alle kranten het doen met dat ene bericht van het altijd waakza me Algemeen Nederlands Persbureau. De PvdA is flink boos op het ANP, omdat dit een grove vertekening van het interview zou hebben gegeven, vooral door citaten uit hun verband te lichten. Het top punt vindt men dat Den Uyl een zin in de mond is gelegd die hij nooit heeft uitgespro ken: „Na Auschwitz is geen theologie meer mogelijk". Dat moge zo zijn, maar de dienstdoende ANP-verslagge- ver had in elk geval begrepen dat er iets bijzonders was ge beurd op het kennelijk ten on rechte weinig beluisterde vijf de Nederlandse radiostation. Het bijzondere school hem daarbij nog niet eens zozeer in wèt Den Uyl zei maar in het moment waaróp hij het zei: ze ven weken vóór de kamerver kiezingen. Dat gegeven wordt nog veel belangrijker wanneer men zich realiseert dat de PvdA voor het eerst een se rieuze kans heeft op een door braak in het katholieke zui den. Een analyse van de uitslagen van de raadsverkiezingen heeft uitgewezen dat nog veel meer zuiderlingen op de PvdA hebben gestemd dan men aan vankelijk dacht. In de grootste gemeenten van Noord-Brabant en Limburg blijken de socialis ten elf respectievelijk veertien procent te hebben gewonnen. Vergelijk dat eens met het lan delijke winstpercentage van zeven! Volgens sommige des kundigen mag daaruit worden afgeleid dat als de verkiezin gen van 19 maart om de sa menstelling van de Tweede Kamer waren gegaan, CDA en VVD hun meerderheid kwijt zouden zijn geweest. IJdele hoop De campagneleiders van de PvdA worden nu gekweld door de vraag of die winst in gevaar is door wat Den Uyl bij het IKON heeft gezegd. Daar uit klinkt al door dat men in het hoofdkwartier aan de Ni- colaas Witsenkade in Amster dam niet bepaald heeft staan juichen toen de kranten dins dag met het gewraakte ANP- bericht kwamen. Heel even leek de schade nog mee te val len. Er kwamen maar enkele tientallen boze telefoontjes binnen en de CDA-fractie- voorzitter Bert de Vries wilde geen reactie geven voordat hij de volledige tekst van het in terview gelezen had. Maar de hoop van de PvdA bleek ijdel. Andere CDA-cory- feeën, zoals minister De Ko ning en ex-minister De Gaay Fortman, trokken keihard van leer. „Grievend en beledi gend" noemden zij de uitspra ken van Den Uyl en zij gaven hem het advies zijn woorden terug te nemen. Vooral de re actie van „Gajus" moet Den Uyl rauw op het dak zijn ge vallen, omdat hij tot dan toe altijd een prima relatie had ge had met deze „elder states man" van de christen-demo cratie. De Gaay Fortman en Boersma maakten in 1972 het kabinet-Den Uyl mogelijk door tegen de wens van AR- leider Biesheuvel een minis terspost te aanvaarden. Maar misschien illustreert die kennelijk niet ingecalculeerde reactie van een politieke vriend als De Gaay Fortman nog wel het best hoe naïef Den Uyl is geweest, toen hij de invitatie van het IKON voor een openhartig gesprek over de plaats van de religie in de samenleving meende te kun nen aanvaarden. Gewezen op de wijze waarop Wim Kok zich redde in RUR, zegt de PvdA dat Den Uyl zich in heel andere omstandigheden be vond. „Hij zat tegenover een toegewijde verslaggever en sprak voor een geïnteresseerd publiek. Dan gaat een Den Uyl niet draaien. Dat doet hij niet," aldus'iemand in de om geving van de lijsttrekker. In die opmerking klinkt een zekere trots door en dat is ook wel te begrijpen. Wie net als Bert de Vries de volledige tekst van het interview door leest, zal er direct geen goed kope aanval op het christelijk geloof in terug vinden. Den Uyl heeft het vooral over zich zelf: een man die na een gere formeerde opvoeding is gaan worstelen met de zin van het menselijk bestaan, niet alleen door „Auschwitz" maar ook- doordat hij de aarde is gaan zien als een „rondwentelend stipje in het onmetelijke heel-- al". Dat alles heeft hem tot ag< nost gemaakt, tot iemand die naar zijn eigen zeggen „geen enkele behoefte, geen enkele neiging heeft het woord god uit te spreken". Net als alle andere particuliere burgers heeft Johannes Mar ten den Uyl het recht op dit" soort gedachten. Maar dat ligt anders voor lijsttrekker Joop den Uyl. Zeven weken vóór de verkiezingen mag die zó niet dénken en zeker niet hardop. Naar verluidt hebben sommige partijgenoten Den Uyl dit ook en niet eens zo heel erg subtiel te verstaan gegeven en hem gewezen op Wim Kok. Maar nog veel moeilijker t^ verteren is wellicht voor Den Uyl, als agnost, dat het CDA vanuit campagnetechnisch oogpunt zijn uitspraken kan beschouwen als een „geschenk uit de hemel". RIK IN 'T HOUT ENSCHEDE De Twee- de Kamer krijgt het vol gende week behoorlijk voor zijn kiezen. Vóórdat jde parlementariërs met verkiezingsreces kunnen gaan, wacht hun de on dankbare taak om binnen veertien dagen het volle dige stelsel van sociale ze kerheid te veranderen. Of dat zal lukken weet nie mand. Er wordt wel gesuggereerd dat Ier in heel Nederland nog maar veertien mensen zijn die nog kunnen uitleggen wat er nu daadwerkelijk op het gebied van de sociale zekerheid gaat gebeuren. Premier Lubbers is daar, naar eigen zeggen, één van Steef Weijers, CDA-ka- nerlid en namens zijn fractie én van de vier woordvoer- lers in het komende debat, na enige aarzeling zich tot die veertien te scharen. i.Dat wil zeggen, ik weet waar ik over praat, maar vraag mij niet wat er onder die en die Wet, onder dat en dat artikel Verstaan moet worden". IWaar Weijers zich weieens fcorgen over zegt te maken is de vertaling van de besluiten die in de Kamer worden geno men richting uitkeringsge rechtigden. „Er zijn in de hele Kamer maar twee mensen die vanuit hun eigen praktische ervaring kunnen inschatten (roe bepaalde wijzigingen in de [litvoeringspraktijk zullen uit pakken. Dat zijn Elske ter veld van de Partij van de Ar- peid en ik. Dat is een griezeli ge gewaarwording". In zijn werkkamer in Ensche de, enkele dagen voordat hij afreist naar Oostenrijk om zich in de Alpen voor te bereiden bp de dingen die gaan komen, jraten we over het debat. Meent hij dat de uitkeringsge rechtigde er nou wel bij gebaat s dat de wetsontwerpen zo ■nel door de Kamer worden lejast? Strookt die vlotte be- landeling wel met zijn streven ïaar zorgvuldigheid? En is het illemaal nog wel zo nodig ge- :ien de sterk oplevende econo- nie? .Ook al is het tijdsbestek krap, iet moet lukken", zegt Weij- ïrs, „totdat het tegendeel vordt bewezen", voegt hij er aconiek aan toe. Zijn gezicht ïerkrijgt echter snel de serieu- :e uitdrukking als hij uitlegt lat de wijzigingen in het be- ang van de uitkeringsgerech- igden zijn. „Ten opzichte van ïen is het niet verantwoord de :aak nog langer uit te stellen. De mensen hebben recht op uidelijkheid. Daar komt bij at het CDA vindt dat er hier- a rust moet komen aan het itkeringsfront: geen verdere eranderingen en handhaving an de koopkracht. En wat die :orgvuldigheid betreft, dat ipreekt voor zichzelf. Het gaat enslotte om wetten waar we Ie komende jaren mee uit de [meten moeten kunnen. Zijn Jie onzorgvuldig dan lokt dat Steef Weijers: „Gaat straks alles weer voor de wind, dan kun je wat verbeteringen aanbrengen. Mijn eerste keuze zal dan zijn een rechtenverbetering vooroudere, langdurige werklozen". een hele serie uitvoeringspro blemen plus rechtspraak uit en daar is niemand mee gebaat". „Bovendien", zegt Weijers, „we hebben ons lesje geleerd. Liever een wat schraler stelsel met de redelijke zekerheid dat we daar niet meer aan hoeven te sleutelen. Gaat straks alles weer voor de wind dan kun je wat verbeteringen aanbren gen. Echter niet zoals de PvdA die alle uitkeringen weer op 75 procent wil brengen. Mijn eer ste keuze zou dan zijn een rechtenverbetering voor oude re, langdurige werklozen". Blabla egeringspartijen 1 I nouden met sta VVD houden met staatssecre taris De Graaf van sociale za ken nog steeds vast aan 1 ok tober als invoeringsdatum. Zij 'zullen een voorspoedige af handeling van het debat dan ook niet in de weg staan. Elec toraal gezien, geeft Weiiers toe, is die opstelling niet al te verstandig. „Maar ik voel er niets voor om nu blabla-verha- len op te gaan hangen en pas na 21 mei de zaak weer serieus aan te pakken. Ben ook niet van plan om anderen vliegen af te vangen met het oog op de verkiezingen, of collega's dwars te zitten. Ik denk dat de twee VVD-woordvoerders er net zo over denken al hebben zij, gezien de slechte stembu suitslag bij de gemeenteraads verkiezingen, meer baat bij een sterke profilering". Ook al lukt het de Tweede Kamer binnen het krap beme ten tijdsbestek de sociale ze kerheid te regelen, dan nog heeft de Eerste Kamer niet ge sproken. Kan de senaat nog roet in het eten gooien? Weijers erkent dat het altijd mogelijk is dat de senatoren de wetsvoorstellen verwerpen. De Eerste Kamer mag volgens de grondwet geen wijzigingen aanbrengen in de voorgestelde wetsteksten maar zou, aldus Weijers, wél gebruik kunnen maken van haar recht op een „novelle" (een geheel nieuw wetsontwerp ofwel een wijzi ging via de achterdeur), als er bijvoorbeeld juridische onvol ledigheden worden geconsta teerd. „Bovendien zal de Senaat niet tot behandeling overgaan met een demissionnair kabinet. Veel valt of staat dus met de vraag hoe snel er een nieuw kabinet komt en wat het zal doen met het in de Tweede Kamer aanvaarde pakket wetsvoorstellen. Ook is het denkbaar dat het kabinet nog wijzigingsvoorstellen indient en dat betekent dan een extra rondje Tweede Kamer. Voorts is er de mogelijkheid dat het nieuwe kabinet de hele zaak intrekt en vervolgens weer be gint bij Adam en Eva. Dat zou ik uiterst onverstandig vinden. Vandaar de vraag: Wordt de huidige coalitie voortgezet of komt er een kabinet van een andere signatuur?" Ondoenlijk Al deze onzekere factoren ma ken het vrijwel ondoenlijk de mensen nu al tot in details uit te leggen wat er met hun uit kering gaat gebeuren. Als het aan Weijers en het CDA ligt komt er in elk geval een stel sel met behoud van koop kracht als minimumuitgangs punt. „En daarna kunnen we dan beginnen met het hart van het probleem: de werk loosheid. Want een ieder die je buiten de uitkeringen kunt houden en een inkomen kunt bieden telt in de sociale zeker heid voor twee: je hoeft hem geen uitkering te verschaffen en je hebt een bron van finan ciering voor diegenen die (nog) niet aan de bak komen". De enige grote ombuiging en dan op de langere termijn, die de stelselwijziging oplevert is afkomstig uit de veranderin gen in de wetgeving betreffen de de arbeidsongeschiktheid. Het gaat met name om wat in het jargon de nieuwe toetre ders heten, mensen die voor het eerst aanspraak maken op zo'n uitkering. Als zij niet vol ledig arbeidsongeschikt wor den verklaard, krijgen voor het deel dat zij nog zouden kunnen werken een werkloos heidsuitkering. Dat betekent dat men (afhankelijk van het arbeidsverleden) vroeg (na een half jaar) of laat (na vijf jaar) op het bijstandsniveau terecht komt. In de huidige situatie krijgt men, ondanks de mate van arbeidsgeschiktheid, een volledige wao- of aaw-uitke- ring. Niet zeuren De wensen die het CDA nog op zijn verlanglijstje heeft staan en waarvoor waarschijn lijk een kamermeerderheid te vinden zal zijn, leiden volgend Weijers niet tot al te grote fi nanciële gaten. „Je moet na tuurlijk niet met miljarden gaan gooien, want je blijft medeverantwoordelijk voor de betaalbaarheid. Men moet ech ter niet gaan zeuren over wij- zingsvoorstellen die tien tot veertig miljoen kosten". Of de uitgaven zullen dalen hangt volgens Weijers ook nauw samen met de ontwikke ling van de werkgelegenheid. „Je bent in feite altijd bezig met veronderstellingen. Je kunt immers niet met zeker heid voorspellen dat de werk loosheid terug zal lopen tot de 500.000 in 1990, waar Lubbers op mikt. Daarvoor spelen te veel factoren een rol: Hoe gaat de economie zich internatio naal verder ontwikkelen en wat gaan de sociale partners doen? Het feit dat de werk- is daarbij dat nergens een slui tende registratie bestaat van arbeidsverleden, zodat voorlo pig ook de leeftijd een rol zal spelen. Er wordt uitgegaan van de tijd dat in de vijf jaar, voorafgaande aan de werk loosheid, feitelijk is gewerkt („feitelijk arbeidsverleden"). Daarbij wordt opgeteld de pe riode tussen de 18e verjaardag en de dag vijf jaar voor het in gaan van de werkloosheid („fictief arbeidsverleden"). Zo zal de uitkeringsduur van iemand met een arbeidsverle den van bijvoorbeeld 20 jaar, twee jaar bedragen. Na de werkloosheidsuitkering volgt loosheid nu dalende is hebben we te danken aan drie facto ren: de internationale ople ving, het verstandige gedrag van werkgevers en werkne mers en het kabinetsbeleid. Geen van drieën kan het al leenrecht opeisen. Als in de komende kabinetsperiode te genwind gaat opsteken dan zal het aanzienlijk moeilijker wor den de werkloosheid verder omlaag te krijgen en de koop kracht van de minima te handhaven". Arbeidsverleden De besparingen die De Graaf op het oog had in de NWW (de nieuwe werkloosheidswet die in de plaats komt van de hui dige ww en wwv) zijn, door de veranderingen die onder druk van VVD en CDA zijn aange bracht, voor een groot deel vervallen. Weijers meent dat de Wet er nu heel wat beter uitziet, hoewel hij zegt een nog niet geheel tevreden man te zijn. De NWW bedraagt, evenals nu, zeventig procent van het laatstverdiende loon. Om voor een uitkering langer dan een half jaar in aanmerking te ko men moet in de vijf jaar voor afgaande aan de werkloosheid drie jaar gewerkt zijn. Anders dan in de huidige situatie waarin voor iedereen een half jaar ww en twee jaar wwv geldt, zal in de nieuwe werk loosheidswet het arbeidsverle den een rol spelen. Probleem dan een jaar lang een vervol guitkering op bijstandsniveau waarbij geen rekening zal worden gehouden met het in komen van de partner. Daarna valt men terug in de echte bij stand, waar partnerinkomsten en vermogen (bv. eigen huis) wel tot kortingen leiden. Weijers: „In dit voorstel wordt in elk geval meer recht ge daan aan mensen die op (zeer) jeudige leeftijd zijn gaan wer ken. In de oorspronkelijke plannen zou iemand die op zijn 18e" is gaan werken bij ontslag op bijvoorbeeld zijn 30e eenzelfde uitkering krij gen als een academicus van 30 die slechts twee jaar heeft ge werkt. Ik ben blij dat die on rechtvaardigheid eruit is ge haald. Die blijdschap zal wel iets te maken hebben met het feit dat ik als enige in de Ka mer op mijn 17e ben begonnen met werken, als machinebank werker....". Bovenwettelijk Het CDA zal in het komende debat voorstellen de sociale partners meer bevoegdheden te geven betreffende de werk nemersverzekeringen. Volgens Weijers moet de nieuwe werk loosheidswet worden gezien als een basisverzekering voor werknemers bij werkloosheid. „Dat betekent dat als de socia le partners in de cao's op die basisverzekering nog een ver zekering willen afsluiten daar voor de ruimte moeten krij gen". „Op die manier kun je ook wat voor de hogere inkomens doen. Kijk, de werkloosheids wet kent een maximumda gloon en dus ook een maximu muitkering. Aangezien je het risico van werkloosheid ner gens particulier kunt verzeke ren betekent, dit voor mensen met een inkomen van een ton dat ze bij werkloosheid meteen omlaag duikelen naar 45.000 gulden. Daarvan is natuurlijk ook wel rond te komen maar deze inkomensachteruitgang verwerken in je huishouden is een andere film. Met een bo venwettelijke uitkering zou je die val wat kunnen vertra gen". Het systeem in de nieuwe werkloosheidswet, dat reke ning houdt met leeftijd en ar beidsverleden, maakt het de cao-partners niet gemakkelijk om boyenwettelijke uitkerin gen af te spreken. Voor iedere werknemer zal immers de duur van de uitkering ver schillen. Bovendien kan het alleen in de sfeer van de werknemersverzekeringen ge beuren. De Inkomensvoorzie ning Oudere Werknemers (IOW), waar langdurig werk lozen ouder dan 50 jaar onder komen te vallen, kent welis waar in tegenstelling tot de bijstandswet geen vermogen stoets („opeten" eigen huis), maar houdt wel rekening met het overige inkomen in de economische eenheid. Een bo venwettelijke uitkering heeft hier dus geen zin, omdat die op de IOW-uitkering als neve- ninkomste in mindering wordt gebracht. Hetzelfde geldt in de Toeslagenwet. Deze wet heeft betrekking op mensen die on der het minimuminkomen dreigen te zakken en van de uitkering meer „monden" moeten voeden. Maar ook hier geldt de verrekening zoals bo ven beschreven. Weijers beaamt dit: „Ik geeft het maar doodeerlijk toe: het vraagstuk van de bovenwettelijke uitke ringen, daar zijn we nog. niet uit. We weten geen oplossing". „Maar je moet niet vergeten dat de IOW betaald wordt uit de algemene middelen. De overheid zorgt voor de „vloer" en wie daar boven zit heeft de ondersteuning niet meer no dig. Dat is een ijzeren logica die niet te ontzenuwen is. Al leen als iemand door de vloer dreigt te zakken treedt de overheid op. Maar de mensen die daarnaast nog wat inko men hebben, daarmee kan de wetgever geen rekening hou den". Of de toetsen die zijn inge bouwd in de IOW wel alle maal even redelijk zijn, weet het CDA nog niet. Daarover was Weijers in de Alpen nog aan het nadenken. „Er is spra ke van een duidelijke verbete ring, maar of ze helemaal toe reikend zijn ben ik nog aan het uitvlooien..." Weijers wil dat de IOW ook voor oudere zelfstandigen (irt de zogenaamde IOZ) moet gaan gelden. Staatssecretaris De Graaf voelt daar voorals nog weinig voor, maar een meerderheid in de Kamer wit dat wel. Weijers voorspelt dat er over deze zaak „stevig" ge discussieerd zal worden. Opstapje Ten aanzien van arbeidsonge schikten moeten nog een paar dingen duidelijker worden. Alle mensen die te makeri krijgen met een arbeidsonge schiktheids- en een gedeeltelij-; ke werkloosheidsuitkering en' die niet zo oud zijn dat ze ge deeltelijk onder de IOW val len, moeten volgens Weijer*. een aparte voorziening krij gen. Op die manier behoeft er voor geen enkele arbeidsonge schikte een vermogenstoets té worden ingevoerd. Ook daar voor is volgens Weijers in de Kamer een meerderheid. Een ander punt is dat volgens het CDA mensen met een ge deeltelijke arbeidsongeschikt heidsuitkering gemakkelijker aan werk komen als ze een iets hogere uitkering (het zo genaamde „opstapje") hebben. Dat maakt het immers voor een werkgever aantrekkelij ker zo iemand in dienst te ner- men, omdat hij dan minder loon hoeft aan te vullen. Weij ers pleit dus ook op dit punt voor een wijziging van de plannen. Nogal achterlijk De uitvoering van de nieuwe werkloosheidswet, de vervol- guitkering en de toeslagenwet komen in handen van de be,- J drijfsverenigingen. De ge meenten worden belast met de r uitvoering van de bijstandswet en de Inkomensvoorziening Oudere Werknemers. Over een eventuele integratie en de *1 werkwijze van de uitvoerings- I instanties zal in het komende J debat niet worden gesproken. Wel zal Weijers aandringen op j een grotere samenwerking j tussen de instanties die zich bezig houden met de sociale zekerheid en de arbeidsbu- reaus (scholing en bemidde- J ling). „Ik vind en dat zeg ik al ja- ren dat een arbeidsmarkt per definitie een regionaal ge: beuren moet zijn. Mij zou het 5 een lief ding waard zijn dat op het moment dat iemand werk loos wordt, hij-tegelijk met zijp uitkering te horen krijgt wat er nu verder met hem moet gebeuren. De hele batterij moet meteen in werking wor den gezet. Maar die aanpak ontbreekt in Nederland. Het f, lijkt wel of men met enige wellust langs elkaar heen werkt. Daarover willen we ook uitspraken van de Kamer hebben. De minister moet ook op dat punt het achterste van zijn tong laten zien". „In feite zijn we nogal achter- - lijk bezig als het gaat om hel beheren en besturen van de arbeidsmarkt. Ik vind dat r mensen die werkloos zijn, moeten aantonen dat ze hun best doen om werk te vinden. Als je recht hebt op een uitke- ring, dan heb je ook de plicht om te proberen weer in eigen inkomen te voorzien. Dat is een morele maatstaf en dat mag je van mij socialistisch noemen of christelijk-sociaal, maar ik vind het heel nor maal. Dat is een beeld dat we met elkaar wat zijn kwijtge-' raakt, mede door die torenhof- ge werkloosheid die Neder land te verwerken kreeg. Wat mij betreft had De Graaf de omkering van de bewijslast;., 'voor steunfraudeurs niet hoe-.;' ven schrappen". MARGA RIJERSE

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1986 | | pagina 7