Indringende tropische jaren
Dierbare herinneringen
Tulpenkwekers al over
grootste schrik heen
DE
KEER
IN EN OM DE KAS
„Theater Maken" blijft
steken in de techniek
Joe Jackson:
Eenvoudig maar magistraal™
binnen de perkenr
Klimmende lelie
BOEKEN
Ccidae6owa/nt
VRIJDAG 28 MAART 1986 PAGU
SË
De zestiende en zeventiende
augustus van het jaar 1945 zijn
spannende dagen geweest in
Batavia, de hoofdstad van het
toenmalige Nederlands Indië.
De nederlaag van de Japanse
bezetters werd op 16 augustus
1945 een feit, waarmee de on
afhankelijkheidsstrijd van het
Indonesische volk metterdaad
kon beginnen. Op de muren in
de stad werd voor het eerst de
strijdkreet „Merdekka" ge
kalkt. Leo de Brauw, de
hoofdpersoon van de nieuwe
roman van Cornets de Groot
(„Tropische jaren") heeft deze
historische gebeurtenissen ge
maakt in zijn puberjaren, toen
hij in een woelig, chaotisch ko
loniaal leven opgroeide; de
liefde, de vrijheid en het leven
leerde kennen. Het komt alle
maal weer bij De Brauw terug,
als hij vele jaren later, tijdens
dezelfde dagen van augustus
op vakantie in Istanboel is, de
eerste Aziatische stad die de
Europeaan op zijn reis oost
waarts ontmoet.
Leo de Brauw is in gezelschap
van zijn veel jongere vriendin
of partner, Narda. Tijdens de
tien dagen, 10 tot en met 17
augustus van een niet ge
noemd jaar, noteert De Brauw
als in een dagboek zijn toeristi
sche wederwaardigheden, zijn
gesprekken met Narda en met
een soort gids of factotum met
de raadselachtige naam Oral
Edip, die zijn diensten aan
biedt aan vreemdelingen. Het
Aziatische, de stof, hitte en
volheid van de stad brengt bij
De Brauw de herinneringen
aan de gebeurtenissen in zijn
pubertijd naar boven. Hij ver
telt daarover in mijmeringen
of herinneringen, in dagelijkse
notities opgeschreven. Hij ver
telt dat kennelijk ook aan Nar
da en mr. Edip, want beiden
blijken zij wanneer zij op
een of ander detail ingaan
nauwkeurig op de hoogte van
wat de lezer misschien ver
moedde dat zich uitsluitend in
de gedachten en de notities
van De Brauw afspeelde.
Indo
De Brauw was en is een
„Indo", hetgeen nauwkeurig
uitgelegd wordt in het boek,
want het was niet zonder be
lang hoe de verhoudingen van
het Europese en Indische
bloed waren bij deze bevol
kingsgroep: Wie 50 of meer
Europees oloed had, werd op
gepakt door de Japanse bezet
ter. De jongeman De Brauw
raakt in een niemandsland als
de Europeanen in de kampen
worden ondergebracht. De vij
andschap tussen bevolkings
groepen neemt hand over
hana toe. De beschrijving van
deze situatie in deze roman is
niet zonder betekenis: het ge
beuren in deze oorlogstragedie
wordt hier verteld vanuit de
ervaring van iemand die niet
tot een duidelijk kamp hoorde.
Dat is opmerkelijk!
De Brauw is in die oorlogsja
ren natuurlijk ook met zijn ei
gen lichamelijke en geestelijke
ontwikkeling bezig. Een paar
meisjes spelen daarin een gro
te rol. Carla, het ongegeneerde
jonge vrouwtje, dat nem op de
hoogste stelt van het lichame
lijke, het sexuele. Tegenover
haar Julie, een veel afstande
lijker „ideaal".
Natuurlijk zijn het niet alleen
de laatste oorlogsdagen, die De
Brauw als het ware opnieuw
beleeft tijdens zijn mijmerin-
fen in Instanboel. De geschie-
enis rond Carla en Julie
(waar Narda tussen lijkt te
staan) neemt meer tijd in be
slag dan enkele augustus-da-
gen. Ook het gebeuren na de
„bevrijding" van Indonesië
komt aan de orde: het vertrek
naar Nederland, de aankomst
in dit voor de jonge Indo vrij-
andige land. De ambitie van
De Brauw om te tekenen is
dan al lang ontwaakt, hij heeft
zijn geliefden en anderen al
eerder geportretteerd.
Vergelijking
Die gegevens leiden tot een
vergelijking met een andere
roman, die twee en een half
jaar geleden uitkwam: „Liefde,
wat heet?" over een tekenle
raar De Brauw en zijn liefde
voor zijn veel jongere leerlin
ge. Narda. Die roman werd ge
publiceerd onder een andere
auteursnaam, het is nu Cor
nets de Groot, tot op heden
niet anders bekend dan als ei
genzinnig literair essayist. In
teressant is dat hij dat merk
waardige spel van identiteit
enkele malen aangeeft in zijn
nieuwe roman: „Het is heel
moelijk autobiograaf te zijn",
roept hij ergens uit (een stijlfi
guur die vaak wordt toegepast
in de taal van Leo de Brauw).
En iets later piekert hij daar
over verder: „Gaat het bij ie
mand als ik niet zo dat ten
slotte toch het zelfbeeld aan
een al te hardhandige aanpak
ontsnapt?" En twintig bladzij
den verder, als hij zich reali
seert wie de Lilith in zijn jon
ge leven was: „Geheim, dacht
ik. Dit zijn dingen die je nog
niet aan je grootste vertrouwe
ling vertelt. Dingen die in
geen biografie komen te staan
en in een autobiografie al he
lemaal niet".
Dat aan „Tropische jaren" een
autobiografische basis ten
grondslag ligt staat buiten
twijfel: de indringende manier
waarop de chaos in de voor
malige kolonie beschreven
wordt geeft dat duidelijk aan.
Heel voelbaar wordt dat in de
aantekeningen van 16 augus
tus, die in korte, fragmentari
sche maar heel doeltreffende
flitsen uiteenvallen.
Op de terugvlucht naar Neder
land schrijft Leo de Brauw een
„onvoltooide brief" aan facto
tum Oral Edip. Hij trekt een
paar lijnen uit zijn verhaal
door, want mevrouw Edip wil
de niet in een „bezet Batavia"
achterblijven, zoals hij tegen
De Brauw opmerkte. De lijnen
die als losse eindjes overblij
ven zijn echter menigvuldig
bij het geringe dat wel ordelijk
kan worden voltooid. De
chaos die het leven voor De
Brauw betekent, zal zijn deel
blijven.
„Tropische jaren" is een in
dringende roman, die het le
vensgevoel van iemand, die
gedoemd is buitenstaander te
Cornets de Groot
blijven, overtuigend onder
woorden brengt.
JAN VERSTAPPEN
Cornets de Groot: „Tropi
sche jaren" - roman. Uitgave
De Prom. Prijs 22,50.
Een inbraak in je herinnering,
zo omschrijft Jord den Hollan
der zijn ervaring als bij terug
keer na jaren op een ver
trouwde plek een markant ge
bouw gesloopt blijkt. Pas als
iets verdwenen is zie je het pas
goed, want je bouwt het op uit
de details in je herinnering.
Zijn boek Ooit gesloopt Neder
land geeft een summiere
opsomming van wat na 1945 is
afgebroken, soms als onbe
doeld gevolg van de monu
mentenzorg die alles wat niet
monumentaal heet aan mis
handeling en afbraak bloot
stelt. Typerend voorbeeld is
Duikers Cineac in Amsterdam,
waar de oorspronkelijke kassa,
lichtreclame en bewegwijze
ring op de vloer verdwenen
zijn. Soms worden nu fa
brieksgebouwen, stations en
kerken gered voor ander ge
bruik, maar anderzijds dreigt
voor zeer karakteristieke
voorbeelden van architectuur:
het Witte Dorp in Rotterdam
en het Van Dishoeckhuis in
Vlissingen.
Wat het boek aan de vergetel
heid ontrukt zijn de meest
schrijnende verliezen: de be-
faamse Bijenkorf van Dudok
aan de Rotterdamse Coolsingel
met zijn glazen gevels en ge-
tlazuurde bakstenen buitenbe-
leding, dat lichtpaleis dat in
1940 bij het bombardement
zwaar beschadigd werd en
waarvan de rest in 1957 werd
vervangen door het nieuwe
betonblok van Breuer. Rotter
damse liefhebbers van de
Matthëus Passion herinneren
zich de akoestiek van de Ko-
ninginnekerk, dat monument
op de achtergrond van de vee
markt, met zijn kopergroen to
renspitsen en kleurig metsel
werk.
Hagenaars denken nog vaak
weemoedig aan de concertzaal
in het Moorse koepelpaleis van
de Dierentuin die aan ver
waarlozing ten onder ging, aan
de oude pui en het unieke in
terieur van de Zoete Inval van
Krul, aan die hele Scheve-
ningse facade van Palace,
Grand Hotel en Seinpost. Lei
den verloor het stijlvol pand
van Van Nelle aan daarna nog
jarenlang uitgestelde plannen
van V D. Amsterdam telt
even zovele voorbeelden van
sloop, en welke stad niet.
Het boek moet een les inhou
den. De waarde van een
schepping wordt vaak pas er-
kena als het dreigt verloren te
gaan. Reden te meer zorgvul
dig om te gaan met wat ons
rest uit een verleden dat ons
dierbaar is.
PAUL TOBY
J. den Hollander „Ooit ge
sloopt Nederland". Uitgeve
rij De Bezige Bij. Prijs
(ADVERTENTIE)
BOEKHANDEL
LEIDEN LEIDERDORP
OEGSTGEEST KATWIJK
VOORSCHOTEN
Na de toneelcursus van Teleac
enkele jaren geleden, is nu hët
boek Theater Maken versche
nen. Het is een complete hand
leiding voor spel en techniek
van het theater, geschreven
door Trevor R. Griffiths en
door Tom van Beek vertaald.
Het is bedoeld voor iedereen
die zich met amateurtoneel be
zig houdt. De nadruk van het
boek ligt op de makkelijk
grijpbare techniek. Uitgebrei
de aandacht wordt namelijk
besteed aan concrete zaken als
decorbouw, grime, belichting,
kostuums. Een hoofdstuk over
Het Spel komt niet verder dan
het geven van enkele algeme
ne aanwijzingen, die ieder die
zich met amateurtoneel bezig
houd, eigenlijk best zelf kan
bedenken en anders de regis
seur wel. De nadruk ligt ook
in dit hoofdstuk vooral op de
technische kant van de zaak:
lichaamsoefeningen, tekst le
zen en instuderen en dat soort
zaken.
Het is uiteraard moeilijk om
het wezen van het toneelspel:
zoiets abstracts als het neerzet
ten van een rolfiguur in een
boek uit te leggen. Dat is ook
veel meer het terrein van de
verschillende regisseurs bij to
neelverenigingen en van ver
schillende cursussen die door
allerlei organisaties binnen het
amateurtoneel regelmatig wor
den gegeven. Blijft over een
voornamelijk technisch hand
boek over zaken zoals boven
genoemd. En op dat gebied
was de Nederlandse toneellit
teratuur al redelijk voorzien.
Griffiths/Van Beek: „Thea
ter Maken". Uitgeverij Ro
strum. Prijs 65,-
Heil
De in New York wonende
Engelsman Joe Jackson
toont opnieuw zijn klasse op
de dubbel-elpee „Big
World" Hoewel het een
dubbele langspeler is, gaat
het om slechts drie bespeel
bare kanten. De vierde
plaatkant is er een zonder
groeven en vertoont de
tekst „There is no music on
this side". Het heeft natuur
lijk allemaal met de com
pact disc-uitvoering te ma
ken waar de vijftien num
mers, die een totale tijds
duur hebben van zestig mi
nuten, precies opgaan. Het
is slechts een van de opmer
kelijkheden van de plaat,
die niet alleen bol staat van
soms briljante muziek, maar
die ook op een opmerkelijke
manier is opgenomen. Joe
dacht: waarom zou ik
maanden lang in een studio
doorbrengen om, omringd
door de nieuwste technolo
gie, een elpee op te nemen.
Hoewel het voorbereidende
werk een maand in beslag
nam, had hij er nu maar
precies vijf concerten voor
nodig. Toch is het geen live
elpee, zoals de luisteraar ge
wend is. Er staat geen
kuchje of applaus op. Het
enige waar ie het aan merkt
is het geluid; soms klinkt de
muziek wat hol. Zonder te
veel te verraden er staat
een hele verhandeling in
alle talen op de binnenhoes
van de elpee is het de
eerste langspeler die werd
gemixt voor hij werd opge
nomen. De muziek kwam
namelijk direct op een digi
tale twee-sporen-oandrecor-
der terecht. Toen de kli% y
ken eenmaal op de bar
stonden, was er dus ge
^gelijkheid om bijvq
eld Joe's
Joe Jackson ...grote klasse...
Dit proces heeft heel v»^
gevergd van technici
producer David Kerscht
oaum, maar het resultaat
opmerkelijk. Hoewel j
luisteraar het publiek né-*
hoort, hebben de concA"/J
gangers wel een taak gehi
Zij moeten vooral als ins^R
ratiebron hebben gediefdlS
Doordat zijn groep uit ifin6s
meer dan drie muzikanlvan
en vier achtergrondzanrfj v(
bestaat, was Joe beperkf'1^0
zijn mogelijkheden. Dit al c
tekent dat eenvoud hoof
viert op „Big World". Pen
maakt de muziek eetf 001
niet minder swingend in>
sentimenteel. De platen t al
ten het vertrouwde ?n
Jackson-geluid horen,
ziek zoals de mooiste nil 21J
mers op zijn langspe) klT
„Night Day" en ',,Bod\een
Soul" klinken. Zijn tek|ieêr
werden voor het groot1""'
deel geïnspireerd door |r
wereldtournee. Luister rfeel
het sentimentele „Shand^3"
Sky", maar ze houden ?n Je
ook bezig met wereldlP3*
problemen zoals „Right )et 11
Wrong" (over Reagan).van
in een fantasievolle hoesPet
stoken „Big World".
vele muziekstijlen. Er ™tVi
Oosterse invloeden te hcreer
op „(It's A) Big Wor.
rock roll op „Ton3P"0(
And Forever", terwijl „TP® A
go Atlantico', zoals de fbbe
al zegt, een klassiek tarf lat{
schema heeft. Joe's sterfnen{
nergens zwak. Hij leverFj"®"
tegenstelling tot enkele
tijdens zijn tournee, I31" 15
aantal prachtige
hoogstandjes af.
HANS 1
Jo* JackMn: „Big world".
[d. 1
LAND EN TUINBOUW
■K
Duidelijke verbetering
prijs bij bloemenveiling
In de afgelopen week was er bij bloemenveiling „Westland"
te Honselersdijk sprake van een duidelijke prijsverbetering.
Op maandag 24 maart lagen de prijzen voor snijbloemen
zo'n zeventien procent hoger ten opzichte van de voorgaan
de week. Het heeft dit jaar lang geduurd eer de paasinvloed
merkbaar werd in de prijs. Het hoge aanvoerniveau zal daar
mede de oorzaak van zijn. De afgelopen week werden 8,6
miljoen chrysanten geveild, 12,1 miljoen freesia's en 4,4 mil
joen stuks iris. De prijsstijging gold voor vrijwel het gehele
assortiment, maar een opvallend produkt is wederom de
tulp: golden apeldoorn (30 (37); attila 36 (48); Christmas mar
vel 35(45); Kees Nelis 34 (39) en white dream 41 (48). De
chrysanten (op maandag 24 maart 2,7 miljoen stuks) lager
gemiddeld rond de zeventig cent, cassa blijft wat achter met
61 (116) en daymark 58 (82). Enkele andere prijzen: regolti-
me 77 (104); lilae byoux 108 (135) en remember 114 (118) de
den het beter. Freesia's beginnen nu massaal los te komen.
De prijsverschillen zijn groot, maar dit wordt sterk beïn
vloed door de kwaliteit van het produkt: ballerina 30 (48),
miranda 36 (58) en polaris 39 (57). De kleur rose wordt goed
betaald: bloemfontein 48 (62), lorelei 43 (54) en pink glow 47
(51). Bij de planten is sprake van een vlotte afzet met rede
lijke prijzen. In de afgelopen week werd maar liefst 47 pro
cent meer aanvoer verwerkt. Dat beeld is enigszins verte
kend door het vroeger vallen van Pasen. De prijzen lagen op
hetzelfde niveau als in 1985. Bij veiling „Berkel en omstre
ken" te Bleiswijk waren de potplanten duurder, terwijl juist
de snijbloemen goedkoper werden. Narcissen echter blijven
duur, dit mede door de grote vraag vanuit West-Duitsland.
De matiger prijzen van snijbloemen werden uiteraard ook
'wel veroorzaakt door de grotere vraag. Enkele weken gele
den bijvoorbeeld werden in één week zo'n 760.000 stuks
freesia s aangevoerd. Het aanbod van anjers daarentegen is
beperkt. De vraag naar potplanten is bevredigend. Het aan
bod nam met dertig procent toe en de prijsstijging k,wam ge
middeld op ruim 13 procent uit.
Deze paaskip met echte eieren is vervaardigd van echte
chrysanten. Zij was te zien op Westland 19Nu.
OVER CUFERS GROTE UITBREIDING
Driehonderd hectaren
tulpen meer opgeplant!.
Die cijfers liet de opper
vlaktestatistiek zien, die
kort geleden aan de
openbaarheid werd prijs
gegeven. En daar waren
de H.H. Verzamelde Bol-
lenkwekers toch wel wat
van geschrokken. Geen
wonder! Want 300 bunder
méér in vergelijking met
vorig jaar toen 6600 en
nu 6900 ha is geen
peulenschil.
Een paar cijfers: de gemiddel
de raap van tulpen kan wor
den gesteld op 450 leverbaren
per roe. Eén hectare is 700 roe
en volgens de berekening van
de onsterfelijke heer Bartjes
komt een uitbreiding van 300
ha dus neer op een extra pro-
duktie van rond honderd mil
joen tulpenbollen. Aangeno
men dat die extra produktie
allemaal wordt afgebroeid,
dan zullen er in de winter
van 1987 tien miljoen bossen
tulpen méér op de veilingkar
ren worden gelegd dan dit
seizoen.
Schrik voorbij
Inmiddels zijn de tulpenkwe
kers al weer over hun groot
ste schrik heen. Er kwam niet
alleen een strenge, maar
vooral late winter. Sinds men
senheugenis is het niet voor
gekomen dat de bollenkwe-
kers na een barre winter een
beste oogst uit de grond haal
den. Vandaag is alles op het
veld zeker veertien dagen la
ter dan normaal en die ach
terstand moet wel ingehaald
worden. In theorie is natuur
lijk alles mogelijk, maar er
moeten wel regelrechte won
deren gebeuren wil dat soepel
gaan en alles weer op zijn
pootjes terecht komen. En mi
rakelen zijn nu eenmaal
schaars in de tweede helft
van de twintigste eeuw.
Algemeen wordt aangenomen
dat de opbrengst van die 300
ha uitbreiding al is genivel
Ook de dubbele broeitulpen zijn „en vogue'"
leerd door de winter. Daar
komt nog nij dat de resultaten
in de broeierij tot nu toe bo
ven verwachting zijn. Voor
beste kwaliteit tulpen werd
constant een beste prijs be
taald. En als de handel rond
de paasdagen nu ook volgens
plan is verlopen en daar
zag het wel naar uit! dan
kan de broeierij in het seizoen
1986 niet meer stuk.
De bollenhandel is op het mo
ment erg rustig. Ook dat is
een normale zaak. Er zijn de
afgelopen maanden heel wat
zaken gedaan in de voorver
kopen en de exporteurs zou
den ook nu wel willen kopen.
Maar het zijn de kwekers, die
momenteel de boot wat af
houden. Zij willen nu eerst
wel eens zien hoe de gewas
sen zich gaan ontwikkelen.
Het ligt dan ook in de lijn der
verwachtingen dat er de ko
mende weken niet veel koop-
briefjes geschreven zullen
worden.
Hoe kon dat?
Hoe kon het areaal ondanks
een toenemende bollenexport
en een voortdurend groeiende
broeierij in het binnenland
toch nog uitbreiden? Immers:
als er veel bollen worden ver
kocht, dan zou het areaal min
of meer stabiel moeten blij
ven. Het zou wellicht anders
liggen als de uitbreiding
plaats had in de snel groeien
de Darwinhybriden, maar die
zijn juist met 135 ha gekrom
pen! De uitbreidingen hadden
plaats in veel gevraagd ras
sen.
Stellig is de groei van de goe
de tulpen mede te danken aan
het feit dat de binnenlandse
broeiers miljoenen afgebroei-
de bollen niet meer weggooi
en of aan de koeien voeren
(dat laatste mag trouwens al
niet meer!), maar ze bewaren
en een volgend jaar zelf op-
planten. Anders hadden de
arealen van veel gevraagde
cultivars, zoals Rosario, Attila,
Gander, Monte Carlo, Gan
der's Rhapsody, White
Dream, Upstar, Snowstar, An-
gelique, Apricot Beauty,
Arma en Blenda nooit zo hard
kunnen groeien. Met deze
ontwikkeling, die pas een jaar
goed aan het doorzetten is, is
niet iedere bollenkweker
even content. Op deze ma
nier, zo zegt men, nemen de
broeiers een brok vraag weg
voor de neus van de zuivere
bollenkwekers.
Aan deze ontwikkeling zitten
ook goede kanten. Afgebroei-
de bollen die worden bewaard
zijn om te beginnen al goed
geselecteerd. In de kas komen
de gebreken zoals virus heel
duidelijk voor de dag en is se
lectie een fluitje van een cent.
Wild een degeneratiever-
schijnsel komt er ook niet
in voor omdat in de dikke
bollen die voor de broeierij
worden gebruikt, geen wilde
tulpen kunnen voorkomen.
Die groeien nl. nooit lever
baar. Met andere woorden:
van die afgebroeide bollen
schiet zuiver plantgoed over.
Alleen de bewaring kan veel
zorg geven. Van vroeg geoog
ste partijen een ras als
Gander's Rhapsody kan voor
de kerst al weg zijn moeten
de bollen dus van december
tot eind oktober/begin no
vember in de cellen bewaard
worden.
Oppassen voor luis
Een man die veel afgebroeide
bollen bewaart is Henk van
Dam uit Nieuwe Niedorp. Hij
broeit jaarlijks zo'n vijf mil
joen tulpen en is van plan de
produktie nog uit te breiden.
Als hij een bouwvergunning
krijgt, wordt zijn kassencom
plex met nog eens 2000 m2
uitgebreid.
Van Dam zegt: „Je moet bij
het bewaren van afgebroeide
bollen wel deksels goed op
passen dat je geen luizen in de
cellen krijgt, want dan ga je
wel mooi het schip in. Verder
is het oppassen geblazen voor
galmijt. Men krijgt het dus
niet cadeau, maar het is wel
de moeite waard. Naar de me
ning van Henk van Dam is
het bewaren van afgebroeide
bollen juist een goede zaak,
omdat alleen de bollen van
goede en veel gevraagde culti
vars in aanmerking komen.
Daardoor wordt het aanbod
van die rassen vergroot en dat
betekent automatisch ook een
krimp van het areaal van de
minder goede soorten. En zo
veel te eerder wij die matige
tulpen kwijt raken, zo veel te
beter het is!".
Nog maar even en verschillende leden van de familie de^JJ,"
-achtigen komen onze tuinen weer opvrolijken. Wie in Prikb
lukkige bezit is van een tuin uit de wind en op het zuidenover
vertegenwoordigers van die familie boven de grond k°°™
Blauwe druifjes bijvoorbeeld of hyacinthen. Want hoewfc^
twee bloemen maar weinig op elkaar gelijken horen ze tstar i
dezelfde familie. ce-fici
Het zwarte schaap van de familie, want het minst bekemisser
gloriosa. Die bezit als enige van alle lelie-achtigen kliiMet:
schappen. Hoewel de naam klimlelie niet bepaald fraai
ze wel aan wat we van deze bloemensoort mogen vervO^,
Bij ons wordt de gloriosa op bescheiden schaal als snijblfcramr
teeld en we kunnen haar dan ook af en toe tegen komeoep
bloemenwinkel. Als potplant in de huiskamer doet de kM®d*
het ook uitstekend en ze levert bij een goede verzorgCJ^
schat aan bloemen aan een bijzonder decoratieve plant.
Moeilijk te verzorgen is de plant allerminst. De naam dufcis M
op dat we niet met het eerste het beste plantje te maken liw vl
Gloriosus betekent roemvol en dat zegt genoeg. In h^nta
wordt de plant aangetroffen in tropisch Afrika en Aziëï^1'^
staan in het wild enkele soorten van. In de tropen is goeiig,
dat het een rasechte klimmer is die zich met behulp vanien e
beschikken maar over vrij korte stelen. >aui' r
De plant groeit uit een lange knol in de grond die tijd^enee
groeiseizoen geheel verdwijnt maar waarvoor in de plaJer h
nieuwe "knollen terugkomen. In het wild groeit de glorioP0' F
al aan bosranden. Een beetje slimme tuinman kan daari^^
den dat bij de teelt van de gloriosa aan tenminste tw$o wi
waarden moet worden voldaan. ïherry
Ten eerste wil de plant in het heetst van de zomer eefounu
schaduw die ze in de vrije natuur vindt onder het loveiPnb*
bomen waaraan ze zich optrekt. In de tweede plaats g
plant het best op grond waarin veel bladhumus aanu"T"~
Knollen van de klimlelie zijn in deze tijd van het jaa^É
betere bloemhandel te koop en als u van plan bent hetl^B
ment eens te wagen zijn er enkele raadgevingen die be wmI
zijn voor het slagen van de proef. iet hc
De knollen kunnen vanaf begin februari de grond in-'P®"1
moeten ze heel voorzichtig worden behandeld. De bevv^1^
peratuur is 17 graden Celsius en de knol moet beschern,aar r
den tegen uitdrogen. De grotere knollen zijn vaak vijftettod
twintig centimeter lang. Wilt u er twee bij elkaar in
stoppen, zorg er dan voor dat die pot groot genoeg is.
plant gesteld is op goede grond is het beste mengsel dat
kunnen geven een samenstelling van leem, bladaarde ei^t Ml
zand. r»mié
Aan de knol zit een duidelijk herkenbaar groeipunt datj> Röp
makkelijk beschadigd kan worden. We moeten daarofjto
zichtig omgaan met deze zogenaamde neus. Zorg ervoot^rtjn
neus alle ruimte heeft om uit te groeien en leg daaromegie:
terkant van de knol tegen de rand van de pot en de neuriabai
mogelijk vrij in het midden. De aardigste resultaten rj;b® 1
door twee knollen naast elkaar in de pot te leggen zod^'"j"
uit groeiende planten tegen elkaar op kunnen klimrj ^ij a
knollen worden horizontaal in de pot gelegd en afgedan de
ongeveer drie centimeter aarde. let bel
Zet tijdens het planten wat klimmateriaal in de vorm
boestokken in de pot. Die heeft de plant nodig om naar t Lag
komen en als u ze later pas in de aarde steekt loopt u i
knollen of uitlopers te beschadigen. In het begin spaarzonson
met water, als de plant gaat groeien meer gieten. Idea*°ny F
temperatuur van twintig graden Celsius, zowel voor di
ving als voor de grond waarin de gloriosa staat. Ook e? 1
luchtvochtigheid bevordert het resultaat, af en toe du^^B
nevelspuit over de plant. :hooli
De eerste bloemen kunnen twee maanden na het pobuba I
wacht worden. Uitgebloeide bloemen verwijderen oma
bloemvorming aan te sporen. De gloriosa kan uitstek#"*!»
gehouden worden. Als het blad geel wordt en afsterft,
van het bovengrondse deel van de plant niet veel over^
met de knollen kan bij een temperatuur van rond des
graden Celsius bewaard worden waarna het groeiprocWmai
het begin van het volgende jaar opnieuw kan beginnen.,nul*