Vlaanderen lokt toeristen met „Jaar van het bier" Panam terug op Schiphol "Boreas" GEBOORTEDAG FELIX TIMMERMANS tijden de havens te zien geven en hoe het heelal in elkaar zit. Elk uur schuiven daarboven figuurtjes voorbij - onder meer uit de romans van Felix Timmer mans - als de klokken zich laten horen Omdat Lier zo klein is, valt men e schielijk van de ene verrassing in de an dere. Op het marktplein domineert hel slanke Belfort, maar ook het rococo- stadhuis en het interieur van de voorma lige Lakenhalle (met de prachtige wen teltrap, smeedwerk en schilderijen) zijn drukbezochte monumenten. Lier gaat dus een gedenkwaardig 1986 tegemoet, waarin de vreemdelingen met een weer eens verteld kan worden, hoe stadgenoot L. van Boekei zó mooi kon smeden, dat hij de hekken voor het Wit te Huis in Washington mocht maken. Bij de VVV in het stadhuis zijn pro gramma's verkrijgbaar voor het dagver blijf, routes en veel documentatie. Op het station kunnen fietsen gehuurd wor den om de omgeving te verkennen via twee toeristische rijwielpaden. Wande laars mogen niet verzuimen de stadswal len te beklimmen en daar aan een voet tochtje rond de stad te beginnen. Hen wacht ook het Timmermanspad, voor zien van wegwijzers. Steden Kunnen Lier en bier voor een aardige verbroedering zorgen, het buurland heeft de bezoekers zoveel te bieden, dat het moeilijk wordt een keus te maken. Ons land is voor België het belangrijkste toe ristenreservoir in alle jaargetijden. Tij dens de afgelopen kerstperiode en rond de jaarwisseling hebben wij weer alle eer bewezen aan de schoonheid van stad en land. Tal van Nederlanders dongen vergeefs naar een logeerbed. Vooral de stedenrei- zen waren toen zeer in trek. De vraag naar wintervakanties in de Ardennen, met langlaufen, wandelen en gastrono mische maaltijden als voornaamste at tracties, was groter dan ooit.-^ De steden vormen ook in de verdere loop van 1986 een sterk pleidooi voor het toerisme, waarbij een Europees pronkjuweel als Brugge de toon aangeeft. Antwerpen, Brussel, Gent, iedereen weet langzamerhand wat zij te bieden hebben, maar tal van andere schatkamers wach ten nog op ontdekking. Wat te denken van het interieur van Onze Lieve Vrou- wekerk in Hasselt, dezelfde stad overi gens waar een interessant jenevermu seum meer bezoek verdient! Abdijen, kastelen en begijnhoven wachten bij honderden op bezichtiging. België ver dient dus meer dan een vluchtige dag tocht. Een toenemend aantal Nederlanders brengt de vakantie door aan de Belgi sche kust, die in verschillende opzichten zoveel verschil in klimaat te zien geeft met de onze. De badplaatsen hebben een interessant „hinterland" zoals de Belgen dat noemen. Mevr. G. V. Spruyt, direc trice van het Belgische Verkeersbureau in ons land, verwacht dit jaar een nog grotere stroom Nederlanders, zeker als er straks meer bekend is over het bier jaar 1986. Zij baseert die verwachtingen ook op het redelijke prijsniveau, de sta biele en gunstige wisselkoers en het feit dat een zo gering aantal kilometers ons scheidt van welke bestemming in België dan ook. De gemakkelijke verbindingen wekken overal de indruk, dat de twee naties nog bij elkaar horen, zoals vierhonderd jaar geleden. Des te opvallender zijn dan de contrasten die duidelijk maken, dat mem echt in het buitenland en soms zelfs in een andere wereld de vakantie doorbrengt. Voor meer informatie: Bel gisch Verkeersbureau, Leidseplein 7, Amsterdam 020 - 251.251 LEO LEEUWIS LIER HERDENKT HONDERDSTE Het stadhuis in Lier beheerst met de strakke gevel het marktplein. in l cunne ?etal i 'e man titel van een nieuwe en tleunge brochure, waarmee het buurland £W(?lons derwaarts wil lokken. De om- slagfoto geeft een vrolijk gezelschap ge] te zien rond de tap van staminee, bij- dat zich nog eens laat inschenken. Het bier, eindeloos gevarieerd in kleur, smaak en alcoholgehalte _J! wordt in België altijd royaal getapt, hi nu maar 1986 zal toch een kroonjaar Bak- worden in de geschiedenis van deze lystiek drank. De Dienst voor Toerisme heeft besloten het thema te wijden koude aan biljoenen pintjes die hier et- gedronken worden. zo 'n ikheid Een „Jaar van het bier" dus. Wat er pre cies gaat gebeuren is nog niet bekend, hij maar laat zich wel ongeveer raden. De grootl multinationals hebben het in Vlaande- iwezig renland nog niet alleen voor het zeggen, h lus- dank zij de concurrentie van dozijnen 'er zo- kleine brouwerijen, elk met hun eigen draait recept en niet zelden geleid door welge- bood- dane kloosterbroeders, bekend om hun r hem schuimende trappistenbier, de „bourgog ne van België". Zo- Excursies naar deze voornamelijk in Vlaanderen gevestigde bedrijven kunnen zelve, verrassendé ontdekkingen opleveren en cn duidelijk maken hoe het mogelijk is dat 'baar gespecialiseerde kroegjes soms honder den biervariaties serveren. be- j in zijii in sue- Eeuwfeest Het feestende bier zal overigens een hele dobber krijgen aan Lier. In dit alleraar digste stadje aan de Nete gaat men her- denken dat Felix Timmermans er hon- derd jaar geleden zijn wiegje betrok. Op juli aanstaande kan dit eeuwfeest ge vierd worden en daar zal het ganse jaar op gedronken worden, geheel in de geest van deze beroemde schrijver. Felix Timmermans had er geen moeite mee een sterk op de natuur geïnspireer de vroomheid te combineren met allerlei geneugten voor het lichaam. Zo ontston den zijn boeiende romanfiguren als „De pastoor uit de Bloeyenden Wijngaerdt" cn de verflustige „Pallieter". Laatstge noemde dromer is ook in ons land een i bekende verschijning geweest, voordat I de grote versobering in de literatuur zich f ook in Vlaanderen deed gelden. n deTimmermans schiep uitermate, lyrische ir ge- en in veler ogen thans wat sterk gero- latis- mantiseerde figuren, maar boeken als zijn „Het kindeken Jezus in Vlaanderen" en gees- „Het keerseken in de lantaarn" laten voor soms denken aan de schilderijen van e. Vlaamse primitieven en zullen altijd hun waarde behouden. neus Lier is vergeten dat de kunstenaar, wiens woning aan de Heyderstraat stond, na de alsoj oorlog veel te lijden kreeg van de soms bijna hysterische zuiveringsdrang in zijn gewest. Het stadje wordt dit jaar verrijkt mijn met een standbeeld van Pallieter en er Ge- komt een grote expositie in het Timmer- Dan mans-Opsomerhuis. De feestelijkheden ■t de kunnen voor Nederlanders een extra sti- in. mulans zijn om een bezoek te brengen van aan „Lierke-Plezierke", dat pronkjuweel nor- onder de kleine steden, waar slechts één hotel met tien kamers hun huisvesting Die i kan verlenen. leer wonderen nf n' Het toerisme heeft er echter nooit onder geleden dat de meeste bezoekers na hun dagexcursie in een grotere stad - Ant werpen is niet ver, Mechelen evenmin - gaan slapen. Wat men er te kort komt aan hotelbedden wordt vergoed door fa meuze restaurants zoals dat bij de brug over de Nete, waar de keuken wonderen verricht. De bakkerswinkels verkopen hun Lierse vlaaikens en een brouwer zorgt voor het eigen lokale bier onder de merknaam „Caves". Het Begijnhof van Lier is een klein stad je binnen een toch al zo kleine stad, met lage huisjes, poortjes en pompen, een volkse kruisweg en een eigen kerk. Deze entourage wekt begrip voor het soms ex tatische zieleleven, waarmee de schrijver zijn personages begiftigde. „De Fee" zo als hij wel genoemd werd, is niet lang na de oorlog (in 1947) overleden, uitge blust, verzonken in sombere bespiegelin gen en door velen verguisd. De grote man van Lier, auteur van ook minder bekende verhalen uit de Kem pen, zoals „Minneke Poes" en „Ik zag Cecilia komen" was tevens dichter, to neelschrijver en illustrator, zo zal dit herdenkingsjaar aantonen. Hij deelt zijn museum met de kunstschilder Baron Opsomer, edelsmid Lodewijk van Boec- kel en componist Renaat Veremans, minder bekend bij het grote publiek. Is men eenmaal begonnen aan een rond wandeling door het stedeke dan duurt het niet lang, of ook een andere be roemdheid laat van zich horen. Astronomie Louis Zimmer leeft voort in de naar hem genoemde toren, die deel uitmaakt van de stadswallen. In 1931 is dit monu ment voorzien van een astronomisch uurwerk met planetarium en nog veel meer. Het levenswerk van een genie, zegt men in Lier. Zimmer heeft de wonderen van sterren kunde en getijden aanschouwelijk ge maakt rondom de centrale wijzerplaat. Zijn vernuftige constructie geeft aan hoe laat het is in de wereldsteden, welke ge ooi ZATERDAG 15 FEBRUARI 1986 SCHIPHOL - De luchtvaart pikt een graantje mee van de opleving in de economie. Met name op de Noordatlantische route, de drukst bevlogen luchtlijn van de wereld. Dagelijks overbruggen tientallen jumbo-jets de afstand tussen twee continenten. Duizenden Europea nen vliegen naar de States, duizen den Amerikanen komen naar het oude werelddeel. De concurrentie is moordend, maar de KLM heeft het hoofd altijd ruim boven water weten te houden, dank zij de uit stekende service en de strategische lig ging van Schiphol als toegangspoort tot Europa. Andere maatschappijen ging het minder goed. De legendarische Ameri kaanse Panam bijvoorbeeld. Maar die is nu terug op Amsterdam-Airport. Panam (Pan-American World Airways) is in het verleden 'pionier geweest. Ze was de maatschappij die in 1935 de eer ste vaste dienst over de Stille Zuidzee begon, die Zuid-Amerika voor de lucht vaart ontgon en die ook met veel vlag vertoon Nederland aandeed. Zij was het die de eerste Boeing 747 op onze natio nale luchthaven showde. Panam opende in die tijd zelfs een directe luchtlijn van Schiphol op Boston. Maar wat toen zo'n geweldige nieuwe start leek was later een van de oorzaken van de bij na-ondergang van die legendarische luchtvaartmaat schappij. De concurrentie werd steeds sterker en de jumbo's bleken kwetsbaar omdat ze enorme brandstofverslinders waren en moeilijk vol te krijgen. Omdat Panam zich alleen bezighield met inter continentale vluchten, telde dat hard aan. De firma verdween van Schiphol en raakte in de versukkeling. De directie gooide daarop het roer om. Er werd flink zaken gedaan. Panam nam een van Amerika's belangrijkste nationa le maatschappijen (National Airlines) over, zodat de aanvoer van passagiers voor de intercontinentale vluchten via een eigen binnenlands lijnennet verze kerd werd. Panam is nu terug in de race. Het doet wat andere maatschappijen eerder de den: werken volgens het zogenaamde hub-systeem. Van allerlei Amerikaanse steden worden de passagiers vervoerd naar drie hub-stations, die vertrekpunt zijn voor intercontinentale vluchten (en nu alleen nog maar met de 747's). Ook Europa heeft drie van die stations gekre gen, Londen, Frankfort en Zürich. Schiphol is nu tussenstation op een „fee- der-line". Men vliegt van Berlijn via Hamburg naar Schiphol en dan naar Londen, waar de vlucht over de oceaan begint. Ondanks de achterstand op bijvoorbeeld de KLM, die vanaf Schiphol op de Sta tes aankoerst, is deze formule toch in en kele maanden een succes gebleken. Als extra attractie kan Panam voor een spot prijsje een pas voor acht vluchten bin nen de States aanbieden. De zeiftjalk Boreas voer als Geertina op Belt en Sont. In 1981 werd ze gerestaureerd voor de chartervaart en omgedoopt tot Boreas, de god van de noordenwind. HARLINGEN - Steeds meer schoolreisjes worden vervangen door werkweken aan boord van een varend zeilschip. En ook zeil vakanties op de Wadden en zwerf tochten per schip langs de oude Zuiderzeehavens maken opgang. Om aan de vraag te voldoen zijn inmiddels heel wat oude zeilsche pen die doelloos en onttakeld in Nederlandse havens lagen, op nieuw gebreeuwd, geverfd en opge tuigd. En in de ruimen waar eens turf, cokes, hout of buikvracht ge stouwd werd, zijn nu comfortabele slaap- en zitruimten getimmerd. Sinds kort zijn er in het Friese Harlingen vier schipper-eigenaars van fraaie, histo rische zeilschepen verenigd in de stich ting Historische Zeilvaart Harlingen. Hun authentieke, gerestaureerde tjalken en klippers doen alle vier dienst als re creatievaartuigen. Ze worden bemand door ervaren zeilschippers en zijn uitge rust voor het varen met groepen op Waddenzee, IJsselmeer en de Friese me ren. De belangrijkste doelen die de stichting nastreeft zijn: bemiddeling bij verhuur en huur van antieke of naar antiek mo del gerestaureerde schepen; bevordering van de recreatieve zeilvaart en stimule ring van de vaart met zeilschepen die het karakter van het originele schip be houden hebben. Voor de deur van het kantoor van de stichting in Harlingen liggen de zeiltjalk Boreas en de tjalk Orion afgemeerd. De eerste werd in 1897 als Geertina te water gelaten. Tot 1950 voer ze op Belt en Sont. In 1981 werd ze gerestaureerd voor de chartervaart en omgedoopt tot Boreas - de god van de noordenwind. Ze telt nu twintig slaapplaatsen, ver deeld over vijf hutten. De Orion werd in 1892 gebouwd als zei lend vrachtschip. In 1953 werd het schip van een motor voorzien en raakte het zijn tuig kwijt. Nadat ze in 1972 uit de vaart genomen was, raakte ze in verval. Maar sinds 1983 is de Orion, eveneens met twintig slaapplaatsen, weer onder zeil. Verder beschikt de stichting nog over de Vrouwe Geziena, een tjalk die in 1907 van stapel liep als zeilend vrachtschip. In 1981 kwam het als zeilend recreatie schip voor zestien passagiers opnieuw in de vaart. Het heeft zijn thuishaven in Spakenburg. Het vierde schip dat onder de vlag van de stichting vaart is de stalen klipperaak Vios uit 1910, die tot 1939 als zeilend vrachtschip op Duitsland en België voer. Na 1945 werd ze gepromoveerd tot mo torschip maar sinds een verbouwing in 1972 is de Vios een zeilend charterschip voor twintig personen. De thuishaven is Nieuwegein. In Harlingen zijn nog enige recreatie- zeilrederijen gevestigd: De Brandans, Rederij Vooruit en de Zeilvloot Harlin gen. Werkweken „onder zeil" blijken een aantrekkelijk alternatief voor buiten landse schoolreisjes te zijn. Wie ervoor aanmonstert, moet ook bereid zijn de handen uit de mouwen te steken als er een zeil gezet of gereefd moet worden. Aan boord is veel te beleven en er is al tijd wel wat te doen. Navraag bij leerlin gen die een paar tochtjes hadden ge maakt, leerde dat tachtig procent van de deelnemers enthousiast was over de reis. Twintig procent had bezwaar tegen het vele werk. De stichting Historische Zeilvaart Har lingen is gevestigd aan de Noorderhaven 32 in Harlingen. Het telefoonnummer is 05178-3242.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1986 | | pagina 27