,Ik geld vervalsen? Ach,
nee, dat zit niet in me"
i
„Wij maken
muziek met
een knipoog
Ontwerper van bankbiljetten prof. Oxenaar:
bioscopen
meermalen getroffen door schrijfverbod
KUNST
EeidóeSouoant
ZATERDAG 11 JANUARI 1986 PAGINA
DEN HAAG Jarenlang
aan de wieg staan van
miljarden stuks bankpa
pier en genoegen nemen
met een niet eens zo héél
groot inkomen. Dat over
komt prof. R.D.E. Oxe
naar uit Den Haag, zo'n
twintig jaar de vaste ont
werper van de Nederland-
sche Bank en directeur
van de Dienst Ethische
Vormgeving van de PTT.
Net overgekomen uit
Goirle, nog in de geur van
verhuisdozen, speelt hij
met briefjes van tien tot
en met duizend, echt en
als proefbiljetten, zonder
daar merkbaar opgewon
den van te raken. Hij be
zit er hele vellen van.
„Nee meneer. Het is nog nooit
bij me opgekomen iets te ver
valsen. Zo zit ik niet in elkaar,
ik heb er ook geen behoefte
aan. De enige keer dat ik daar
aan denk, is het moment
waarop mensen me ernaar
vragen". De man, die verant
woordelijk is voor de ontwer
pen van het Nederlands bank
biljet en dus ook van het vuur
torenbriefje van 250 gulden,
dat onlangs in omloop is ge
bracht, is niet zo happig op
valse koekjes van echt eigen
deeg. „Ik weet er te veel van.
Overigens, als ik iets zou wil
len vervalsen, dan zou ik de
dollar nemen; die is niet zo
moeilijk..."
Zo bont en paars als zijn laat
ste schepping (met mede-ont
werper Hans Kruit) is uitge
vallen, zo moeilijk is het om
dit biljet te maken en na te
maken. Elke vierkante mili-
meter maakt deel uit van het
ontwerpproces in heel grote
werktekeningen, die per com
puter worden uitgewerkt en
verkleind. En het zijn niet al
leen de lijntjes en cijfers en
letters, die vaak niet eens met
het blote oog te lezen zijn, die
het (na)maken zo moeilijk ma
ken, Het gedichtfragment bij
voorbeeld van Slauerhoff: „De
golven slaan in woesten
dans...", verwerkt in een
streepje vuurtoren, is slechts
met een sterk loupe te lezen.
Papier
Prof. Oxenaar: „Het begint al
met de aanmaak van het pa
pier, dat na jaren van gebruik
nog moet knisperen. Dan ko
men daar de orthochromati-
sche kleuren bij, waardoor
controle bij infrarood licht mo
gelijk is. Bijna elke vierkante
milimeter heeft wel iets, waar
door echt van vals kan wor
den onderscheiden en het is
niet voor niets, dat we publici
teit aanmoedigen. Wie hier
door het bankpapier wat beter
gaat bekijken, zal eerder een
nagemaakt biljet van een echt
kunnen onderscheiden. En als
een vervalst biljet in omloop
„En dat konijn
in het briefje
van 250heet Niki
komt, is de bron spoedig ach
terhaald".
Oxenaar is geen vervalser,
geen dief, geen man met duis
tere opwellingen. „Nooit ge
weest ook; ik had als kind al
een hekel aan jongens die rol
letjes drop gapten. Maar goed,
ik ben wel vaak met de politie
in aanraking geweest; ik heb
hele stapels parkeerbonnen..."
Aardige mensen
Dat vervalsers aardige mensen
zijn, weet prof. Oxenaar uit
ondervinding. „Er was een
man die heel stilletjes zijn
gang ging en die nog niet eens
werd verdacht, toen hij zo'n
veertig eieren per dag bestel
de. Die man wil met alle ge
weld heel potent zijn. dacht de
buurt. Wat een eieren. Later
waaide zijn vuilnisbak om en
viel het op, dat die man als
een gek reepjes papier liep te
verzamelen. Toen pas werd de
politie gewaarschuwd. Want
wat bleek: de man had hele
vellen bankpapier gemaakt, en
had net zoals het bij de druk
ker gebeurt, ruimte tussen de
afbeeldingen opengelaten.
Daar kwamen die reepjes van,
die de man had weggeknipt en
uit de vuilnisbak waren weg
gewaaid. Vervolgens bleek
ook waarom de man zo veel
eieren nodig had. Het eigeel
gebruikte hij voor de aanmaak
van papier: het werd er wat
gelig door en kreeg dat knis
perende van echt geld".
Prof. Oxenaar is duidelijk
trots op zijn ontwerpen; hij
heeft dan ook drie jaar nodig
voor een ontwerp klaar is. „In
alle vrijheid", zegt hij. „Ner
gens ter wereld krijgt een ont
werper zo veel vrijheid. Trou
wens, het is ook typisch Ne
derlands, dat het bankpapier
Prof. R.D.E. Oxenaar: „Ach, wat zal ik ook vervalsen. Ik ben er de man niet na;
door een particuliere drukker
wordt aangemaakt. Maar hoe
ze het doen is voor mij ook een
geheim."
Spelregels
Het interesseert prof. Oxenaar
ook niet zo bar veel. Hij houdt
zich aan de spelregels en kan
zich daarbinnen veel persoon
lijke vrijheid veroorloven. In
het watermerk van het jongste
biljet van 250,- zit een konijn
verwerkt en dat konijn heet
Niki. „Een geweldig konijn",
herinnert Oxenaar zich en hij
kan demonstreren hóe gewel
dig. „We hadden hem tien
jaar; het kon dansen. Het was
gek op strikjes. Toen ik na
mijn scheiding en een paar
woelige jaren een nieuwe part
ner vond, die dat konijn al
had, bleek Niki duidelijk ver
liefd op haar te zijn; Niki dan
ste zijn liefdesdansen voor
haar. Niet voor mij, mij mocht
hij niet zo. Toch heb ik Niki in
dat laatste briefje verwerkt".
Prof. Oxenaar toont zich een
groot verteller, soms van vier
verhalen tegelijk; hij heeft iets
van een miskend kunstenaar,
van wie vrijwel iedereen toch
iets in bezit heeft, zonder de
schepper ervan te kennen.
Zijn werk is speels en grafisch,
langzamerhand als van Oxe
naar persoonlijk herkenbaar.
Met trekjes die aan Escher
doet denken. „Maar ik ben
niet zo'n liefhebber van
Escher, die meer wiskundige
was. En als muziekliefhebber
ben ik wel een bewonderaar
van Mozart, maar niet omdat
diens werk zo héél precies in-
elkaar zit. Ik ben rommeliger,
speelser, óverigens tot verbij
stering van sommige buiten
landers. Toen een Engelse
bankier voor het eerst dat
briefje van tien in handen
kreeg en ik hem vroeg wat hij
ervan vond, had hij een uur
bedenktijd nodig. Toen dat uur
om was, vroeg hij of ik hem
voor de gek hield; zo iets licht
zinnigs kon niet serieus zijn..."
Miljarden
En nu. „Je houdt het niet voor
mogelijk hoeveel bankbiljetten
er van de persen rollen: de
produktie van dat briefje van
tien bijvoorbeeld, dat al twin
tig jaar meegaat. Dat gaat
maar door, uren, hele dagen
achterelkaar en soms ook nog
's nachts. Miljarden zijn ervan
gedrukt. Vele miljarden".
Nu pas valt op, dat van het
bruine biljet van honderd twee
soorten in omloop zijn en dat
de ontwerpen steeds vrolijker
en bonter worden. Oxenaar:
„Maar de beeltenis van de ko
ningin komt er nooit op voor,
dat gebeurt alleen op munten,
want munten vallen onder het
ministerie van financieën. En
op munten moet het staats
hoofd worden afgebeeld.
Het papiergeld is een zaak van
de Nederlandsche Bank, al
sinds het einde van de vorige
eeuw, toen voor het eerst naast
de munten bankbiljetten wet
tig betaalmiddel werden. Want
dat weten de meeste mensen
niet: een bankbiljet is in feite
een schuldbekentenis. Vroeger
was het zo, dat als een schuld
bekentenis moest worden uit
geschreven, men daarvoor
naar de bovenmeester ging;
die had een mooi handschrift
dat heel moeilijk was na te
maken. In wezen gebeurt dat
nu dus nóg, al is die goede
man vervangen door de com
puter".
Kloof
Dat Oxenaar is gevraagd een
briefje van 250 gulden te ont
werpen, had twee redenen.
„Er is behoefte aan. Er is een
te grote kloof gekomen tussen
het biljet van honderd en van
duizend, naarmate het geld
minder waard werd. Maar er
is ook de blijvende angst, dat
het biljet van honderd te goed
wordt nagemaakt. Er zijn er zo
veel van in omloop, dat het
rampzalig zou zijn, als dat bil
jet uit de roulatie zou moeten
worden genomen. Om minder
briefjes van honderd te hoe
ven maken, is besloten biljet
ten van vijftig aan te maken
en nu ook nog dat biljet van
250. Daardoor is er minder be
hoefte aan biljetten van hon
derd".
Angst voor vervalsing blijft
een rol spelen, al wordt de
kans daarop steeds kleiner.
Oxenaar: „Niemand weet dat:
de grootste vervalser is de
drukker zélf". Maar voor het
verhaal de ronde doet dat de
firma Joh. Enschedé glunde
rend met valse briefjes van
duizend het bankwezen een
poot uitdraait, legt Oxenaar
uit: „Ze moeten wel. Ze probe
ren op alle mogelijke manie
ren het papiergeld te verval
sen, om erachter te komen óf
dat kan. Want als je het stiel
van de vervalser kent, kun je
hem vóór blijven. Dat is de
achtergrond".
Klaar
Oxenaar, ook buitengewoon
hoogleraar industriële vorm
geving in Delft, is voorlopig
klaar met het ontwerpen van
bankbiljetten. „Het onderwerp
reserve-biljetten is bij de druk
ker geheim dus ook bij mij.
Maar wat ik later wil doen
Ik loop al jaren met het plan
rond om een kinderboek .te
maken over geld. Veel plaatjes
en weinig tekst. Maar dat ga ik
pas over een jaar of tien
doen".
Dat zal dan de eerste keer zijn,
dat prof. Oxenaar misschien
iets aan geld zal verdienen en
hij als kunstenaar in de winkel
te koop zal liggen met eigen
werk. Ook al zal de oplage die
keer naar alle waarschijnlijk
heid niet in de miljarden lo
pen.
FRITS BROMBERG
Voor een uitgebreide agenda, ook voor de komende di
gen, raadplege men „UIT", de gratis wekelijkse bijlaj
van deze krant.
ALPHEN AAN DEN RIJN EUROCINEMA I (Van Boetzelaerstraat 6, tel
01720-20800): Commando (16); 18.30, 21.00. za. zo. ook 14.00. EUROI
CINEMA II: Commando (16); 18.30. 21.00. EUROCINEMA III: Back t
the future (al); 18.45, 21.15. za. zo. ook 14.15. EUROCINEMA IV: Mian^
Supercopa (al); 18.45, 21.15. za. zo. wo. ook 14.15.
NACHTVOORSTELLINGEN
EUROCINEMA I: Commando (16); za. 24.00. EUROCINEMA II: Goi,
den Schatjes (16) za. 24.00. EUROCINEMA III: Back to th« future (16
za. 24.00. EUROCINEMA IV: Lekkere spelletje» (18); za. 24.00.
LEIDEN LUXOR (Stationsweg 19. tel. 071-121239): Commando (16i
14.30, 19.00, 21.15. LIDO en STUDIO (Steenstraat 39, tel. 1241301
Back to the future (al); The Goonlea (al); Miami Supercopa (al) Weirl
Science (al); 14.30, 19.00, 21.15. Cotcha (al); 19.00, 21.15. TRIANOf
(Breestraat 31. tel. 123875): De meester spion (16); 14.30, 19.00, 21.1S
zo. 14.15, 16.30, 19.00, 21.15. REX (Haarlemmerstraat 52, tel. 07ll
125414): Baby d'amour (16); 14.30, 19.00, 21.15,
NOORDWIJK LIDO THEATER (Pr. Bernhardstraat 56, tel. 01719-12800){ID1
The Cotton Club (al); vr. ma. 19.00. dl. zo. 20.15. Een smeris gaat buitsr^^
zijn boekje (18); vr. ma. 21.15.
KINDERVOORSTELLING: Sneeuwwitje en de zeven dwergen (al);
15.00.
KATWIJK CITY THEATER I (Badstraat 30, tel. 01718-74075): Mad Mairtn
in de donderkooi (al); do. vr. za. zo. wo. 14.45, 19.00, 21.15. ma. dJ5 i
19.00, 21.15. CITY THEATER II: 48 hours (12); tijden zie City I. CITY
THEATER III Hot bubblegum de boot in (16); tijden zie City I. CITYiaI:
THEATER IV: Het smaragdgroene oerwoud (al); tijden zie City I behalv|av
woensdagmiddag. i
KINDERVOORSTELUNGEN I fc
CITY THEATER: Sneeuwwitje en de zeven dwergen (al); za. wo. 14.4&
VOORSCHOTEN GREENWAY (tel. 01717-4354): Year of the dregoP
(16); do. t/m za. 19.00, 21.15. De droom (al); zo. 21.15. ma. t/m wo. 20.15fod
di. 14.00. Ghostbusters (al); za. zo. wo. 15.45. s n
KINDERVOORSTELLINGEN j»
Sneeuwwitje (Ned. gespr.); za. zo. wo. 14.00. 80'
WASSENAAR ASTRA (lel. 01751-13269): Vrl|d«o deel V (16); dl1
t/m zo. 20.00. A passage tot India (12); ma t/m wo. 20.00. Iter
KINDERVOORSTELLINGEN fnp
De laatste eenhoorn; za. zo. wo. 14.00. i r
DEN HAAG* ASTA 1 (Spul 27, tel. 463500): Commando (16); 14.0#» 1
19.00, 21.30. zo. 13.30, 16.00, 19.00, 21.30. ASTA 2 (Spui 27, teiafv
463500): Weird science (al); 14,00, 19.00, 21.30. zo. 13.30, 16.00, 19.0QU
21.30. ASTA 3: St. Elmo's flre (al); 14.00. 18.45, 21.15. zo. 13.15, 15.45u ,t
18.45, 21.15. BABYLON 1 (naast Centraal Station, tel. 471656): Dirdt
goonies (al); 1.4.00, 19.00, 21.30. zo. 13.30, 16.00, 19.00, 21.30. BABYn z
LON 2: Plenty (al); 14.00, 18.45, 21.15. zo. 13.15, 15.45, 18.45, 21.15
BABYLON 3: Twee smerissen slaan hun slag (al); 14.00, 19.00, 21.3(Prsl
zo. 13.30. 16.00, 19.00, 21.30. CINEAC 1 (Buitenhof 20, tel. 630637fibo
King Solomon's mines (al); 14.00, 18.45, 21.30. zo. 13.15, 16.00, 18.45 p
21.30. CINEAC 2: Invasion U.S.A. (16); 18.45, 21.30. do. vr. ma. di.
14.00. CINEAC 3: Miami supercops (al);14.00, 18.45, 21.30. zo. IJ
16.00, 18.45, 21.30. EUROCINEMA (Leyweg 910, lel. 667066): C<
mando (16); za. wo. 19.00, 21.00. zo. 16.30, 19.00, 21.00. overige
14.00, 19.00, 21.00. METROPOLE 1 (Carnegielaan, tel. 456756): Bi
to the future (al); 14.00, 18.45, 21.30. zo. 13.15, 16.00, 18.45, 21
METROPOLE 2: Amadeus (al); 20.00. do. vr. ma. di. ook 14.00.
TROPOLE 3: La femme publique (16); 14.00, 18.45, 21.30. zo. 13.
16.00, 18.45, 21.30. METROPOLE 4: Wegens verbouwing geslot<
METROPOLE 5: Brewster's millions (al); 14.00, 18.45, 21.30. zo. 13.
16.00, 18.45, 21.30. ODEON 1 (Herengracht 13. tel. 462400): Back
the future (al); 13.45, 18.45, 21.30. zo. 13.15, 16.00, 18.45, 21,30. OD$
ON 2: American Ninja (16); 13.45, 18.45, 21.30. zo. 13.15, 16.00, 18.
21.30. ODEON 3: Hot Chili (16); 13.45, 18.45, 21.30. zo. 13.15, 16.
18.45. 21.30 ODEON 4: Gandhi (al); 13.45, 20.00. LE PARIS 1 (Kej
tingstraat 12b, tel. 656402): Too naughty to say no (18); 12.00 tot 22.3!|
zo. v.a. 13.30. vr. za. 22.30, LE PARIS 2: Sens interdits (18); 12.15 t<
22.45. zo. v.a. 13.45. vr. za. 22.45. LE PARIS 3: Intieme bijles (181
12.30 tot 23.00. zo. v.a. 14.00. vr. za. 23.00. PASSAGE (Passage 63. t
460977): Militaire academie (16); 14.00, 18.45, 21.30. zo. 13.15, 16.0
18.45, 21.30. HAAGS FILMHUIS (Denneweg 56, tel. 459900): Zaal 1
Les enfant»; 16.15, 19.30, 21.45. Klassenverhaltni»; zo. 14.00, 16.1
Zaal 2* Stop making sense; 14.00.
19.30, 21.45. Zaal 3: 90 jaar filmgeschiedenis 1. Der golem; do. Das k£
binett des dr. Caligari; vr. Der mude tod; za. Faust; zo. Berlins simfonfl
einer groszstadt; ma. Mutter Krausens fahrt Ins gluck; di. Nosferatd
wo. 14.00. 19.30, 21.45.
NACHTVOORSTELLINGEN:
ASTA 1: In de schaduw van de overwinning (16); za. 24.00.
1: Silverado (16); za. 00.15. CINEAC II: Class (16); za. 00.15.
III: Miami supercops (16); za. 00.15. EUROCINEMA: Meisjes In ext
(18); za. 00.02. LE PARIS III: Intieme bijles (18); vr. za. 23.00.
KINDERVOORSTELLINGEN:
CINEAC II: Taran en de toverketel: za. wo. 14.00. zo. 13.15, 16.0<
EUROCINEMA: De goonies (al); za. zo. wo. 14.00. METROPOLE
Taran en de toverketel (al); za. wo. 14.00. zo. 13.15, 16.00.
OVERLEDEN
NOBELPRIJS
WINNAAR
VERZETTE
ZICH
TEGEN
SOVJET-INVAL
Jaroslav Selfert, de overleden Nobelprijswinnaar, verzette zich ten koste van
een schrijfverbod openlijk tegen de Sovjet-Inval In zijn land.
PRAAG De donder
dagnacht overleden
dichter Jaroslav Seifert
was voor hij in 1984 on
verwacht de Nobelprijs
voor de literatuur kreeg
nauwelijks bekend in het
Westen. In Tsjechoslowa-
kije viel de schrijver bui
ten het officiële circuit,
en zijn naam kwam in
1984 niet meer voor op
de ledenlijst van de Tsje-
choslowaakse schrijvers
bond.
Wie echter op straat naar de
grootste Tsjechoslowaakse-
dichters vraagt, krijgt twee
namen te horen: die van de
romantische dichter Karei
Hynek Macha uit de vorige
eeuw en die van Jaroslav
Seifert, de in 1901 in Praag
geboren arbeiderszoon.
Seiferts naam was buiten zijn
eigen land vooral verbonden
aan het verzet van Tsjechos
lowaakse intellectuelen tegen
de Sovjetinvasie van 1968.
Hij werd in september van
dat jaar benoemd tot voorzit
ter van de schrijversbond,
maar legde die functie neer
toen de autoriteiten een loya
liteitsverklaring van hem eis
ten. De schrijversbond werd
korte tijd later ontbonden en
het werk van Jaroslav Sei
fert mocht niet meer worden
gedrukt. Via ondergrondse
publikaties bleef de bevol
king van hem horen.
Seifert heeft overigens gedu
rende zijn leven altijd al een
ingewikkelde relatie onder
houden met de communisti
sche partij. Afkomstig uit een
sociaaldemocratisch katho
liek gezin behoorde hij tot
een van de oprichters van de
communistische partij in zijn
land. Op 20-jarige leeftijd
schreef hij zijn eerste gedicn-
tenbundel „Stad in tranen".
Enkele jaren later werd hij
hoofd van de culturele afde
ling van de partij.
In 1929 publiceerde hij een
manifest waarin hij vroeg om
meer aandacht van de com
munistische partij voor de
democratie. Korte tijd later
werd hij als lid van de partij
geroyeerd. Zijn poëzie kreeg
steeds meer patriottistische
trekken, een ontwikkeling
die met de opkomst van het
nazisme sterker werd.
Na de Tweede Wereldoorlog
trad Seifert toe tot het door
communisten overheerste
vakbondsblad „Prace". Na de
communistische machtsover
neming moest hij in 1949 de
redactie verlaten en werd
hem tijdelijk een publikatie-
verbod opgelegd. Nog voor
de dood van Stalin in 19^3»
mocht zijn werk weer op
nieuw worden uitgegeven. In
1966 kreeg hij de titel „natio
naal kunstenaar", een hoge
onderscheiding in Tsjecho-S-
lowakije.
Nadat hem in 1968 een publi
catieverbod werd opgelegd,
keerde Seiffert pas in 1980
terug in de „officiële open
baarheid". President Strougal
deed hem zijn gelukwensen
toekomen. Deze felicitatie
werd wel gevolgd door een
verzoek aan Seifert om zijn
adhesiebetuiging aan de
mensenrechtenbeweging
Charta '77 in te trekken. Sei
fert kreeg niet lang daarna
zijn eerste hartaanval. Sinds
die tijd werd de schrijver ge
plaagd door een slechte ge
zondheid.
Na de toekenning van de No
belprijs werd Seifert open
lijk, zij het schoorvoetend, in
de Tsjechoslowaakse pers ge
prezen om zijn literaire kwa
liteiten. Zijn werken werden
herdrukt.
Tegen vrienden zei hij in
1984: „Ik ga binnenkort dood,
neem me niet kwalijk dat ik
niet meer gedaan heb". Die
opvatting keerde vaak terug
in zijn laatste werken, die
werden gekenmerkt door een
enorm pessimisme.
Het werk van Seifert is in di
verse landen vertaald. In Ne
derland verschenen bloemle
zingen uit zijn werk onder de
titels „En vaarwel" en „Mo
zart in Praag". Een van zijn
bekendste bundels was „Ko
meet van Halley". Seifert
stierf in het jaar dat die ko
meet langstrok.
ZANGERES MIEKE HET
HANDELSMERK VAN DE
GIGANTJES
AMSTERDAM Zange-
res Mieke van „de Gi-
gantjes" heeft net haar
nagels gelakt. Op de foto
wil ze nog niet, haar
haar moet eerst met be
hulp van een bus haar
lak tot een suikerspin
worden omgetoverd. Ze
is het handelsmerk van
„de Gigantjes".
Mieke, een heavy tante uit de
Achterhoek, Doetinchem om
precies te zijn. Daar woont ze
trouwens allang niet meer;
op haar vijftiende liep ze weg
van huis, helemaal naar Am
sterdam. Een jaar geleden
wist niemand wie Mieke was,
nu kent iedereen haar. Je
hoeft maar drie woorden te
zeggen: Yaki Taki Oowah.
Mieke: „Ik ben pas 22 gewor
den en eigenlijk in de ver
keerde tijd geboren. Ik zou
het liefst in de tijd van Ru
bens geboren willen zijn. Dat
lijkt me wel wat. De hele dag
lekker in je atelier rondklos-
sen en een beetje modelleren.
Gezellig met de heren schil
ders optrekken. Maar dat
kan dus niet. Ik ben ook niet
in de tijd van de rock and
roll geboren. Als ik uit deze
eeuw een periode mocht kie
zen om ter wereld te komen,
zou ik 1930 nemen. Ik heb
namelijk heel veel affiniteit
met de jaren '40 en begin '50.
Ik weet niet waar dat van
daan komt."
Kapsel
„Als kind van twaalf liep ik
al met mijn haar opgestoken,
net zo'n kapsel als waarmee
ik nu op het podium sta. Ik
was gek op musicals en speel
de veel toneel. Daarom ben
ik later naar de kleinkunsta-
kademie gegaan. Maar al die
moderne dansen die je daar
leerde, die lagen me niet. Ik
dacht op een gegeven mo
ment: ik moet één ding gaan
doen, zingen. En daarom ben
ik naar het conservatorium
gestapt."
„Ik ben op m'n vijftiende
van huis weggelopen naar
Amsterdam. Daar heb ik lek
ker rondgekeken, zou je kun
nen zeggen. Veel gekeken en
geluisterd, lekker rondge-
brast. Ik denk niet dat je
rock and roll kunt zingen als
je een serieus secretaresse-ty
pe bent. Ik ben altijd al een
buitenbeentje geweest".
„Met de Gigantjes treed ik
drie of vier keer in de week
op. En we spelen altijd 'live'.
Tegenwoordig gebruiken
veel artiesten een bandrecor
der. Dat woord alleen al
klinkt mij als iets duivels in
de oren. Dat is geen muziek
maken, dat is niet optreden.
Op die band staan altijd de
zelfde nummers, dus je zingt
elke avond dezelfde liedjes in
precies dezelfde volgorde.
Wij zijn altijd een groep ge
weest die speelde om het ple
zier en dat plezier draag je
uit naar de mensen. En daar
om hebben we altijd heel
veel werk. Er is een chro
nisch tekort aan groepen die
met plezier optreden. Wij
weten hoe we een publiek
moeten vermaken, niet een
half uurtje per avond, maar
twee tot drie uur."
„Eigenlijk maken wij muziek
met een knipoog. Aan de ene
kant is mijn uiterlijk een pa
rodie, aan de andere kant is
het bloedserieus bedoeld. Je
Zangeres Mieke van „de Gigantjes" voelt nog even
haar haar, hèt handelsmerk van de groep, nog
goed zit.
leeft in 1985 en dus is zo'n
gevaarte op je hoofd sowieso
al een parodie. Het is niet zo
dat ik een beetje wazig in
1945 sta te staren. Toch heb
ik intutief het gevoel dat die
tijd bij mij past. De jurken
die ik maak zijn in de sfeer
van de 40er jaren en passen
bij mij zoals ik anno 1986
ben. Ik ben niet het schoon
heidsideaal voor '86, maar
veel eerder voor '46. En
daarom pas ik mijn kleding
bij die tijd aan. Als ik een rij
zige dame zou zijn, trok ik
een prachtige smoking aan.
Ik laat me niets aanpraten en
daarmee bewijs je toch je per
soonlijkheid. Die bewijs je
niet door iets te kopiëren of
je aan te passen aan de tijd.
Mode vind ik het belachelijk
ste wat er bestaat. Dat is iets
voor mensen die niet beter
weten, die niet zelf iets kun
nen verzinnen".
Integer
„Het gekoketteer van sommi
ge muzikanten met de we
reldproblemen, daar heb ik
een verschrikkelijke hekel ders om.'
aan. Zeg maar gerust dat ik
dat een walgelijke ontwikka,
ling vind. Sinds dat Live-Ai|an
gebeuren gaat iedereefc-y,
opeens platen maken met afutej
lerlei nobele bedoelingen. Zj)]yn
kleden zich op een totaal aiht fr
dere manier dan ze er nofc
maal bij lopen. Want ja, jforez
moet die nummers zo integ<W£
mogelijk laten liiken. Als ipe ti
zo'n clip zie denk ik: ahbahr/e]
daar heb je weer zo'n typfen
En de hoeveelheid platen dhs-a
de laatste tijd voor een goepef
doel is gemaakt, nou, dat ksLeid,
ik niet meer integer noemeipj z,
Ik denk dat er heel wat aid h
tiesten zijn die tot meerdeijyv
eer en glorie van zichzelf tyosse
ties voor Afrika ondernemeih dt
Want als je je inspant vocVoor
Afrika, kom je op de teevejier 4
Dat mensen in staat zijn eêyinn
soort koraal te schrijven, eetleui
soort zalvende muziek, djee/i
tranen opwekt, ik ga dat du
echt van over m'n nek", re d
„Ik sta tenminste eerlijk <j
het podium. Als de Gigantjffl^*
spelen op een manifestatie tfJil-
gen kernwapens, dan staa^
ze daar omdat ze tégen kenVer^
wapens zijn. En nergens ai
nm