Samm y ging ach ter 1
de koeien aan
De Huigbrug: geesteskind
van SDAP'er T. Groeneveld
BURGERLIJKE
/STAND
LEIDEN Geboren: Annemarie
Christine, d.v. A. W. Guijt en
H. C. W. Beekhuis; Ingrid Cornelia,
d.v. F. N. Minuscoli en M. K. van der
Velde; Lotte, d.v. P. J. Thijs en
A. N. M. Spieker; Jamie Ryonne Ma
ria. d.v. R. Heus en Y. K. M. van Dil
len; Mare, z-v. M. F. Waldt en E. M.
van Dorp; Gerrit Lucas Willem, z.v.
W. van Zuilen en S. de Romijn; Den
nis Hendricus Cornelis, z.v. E. M. M.
Koek en H. van der Vorm; Nicolette,
d.v. C. Vliegenthart en P. Kromhout;
Maarten, z.v. M. van Berkel en
Y. C. J- van de Kuil; Marjolein, d.v.
A. van Iterson en M. H. Boer; Corne
lis, z.v. J. F. van der Horst en E. de
Jager; Juliette Willy, d.v. J. F. Bave-
laar en C. A. M. Walter; Casper Ti-
inotheüs, z.v. W. Bleijie en C. F. de
Vos; Johanna Elisabeth, d.v. H. J.
Riezeweide en T. G. de Joode; Elisa
beth Maria, d.v. P. M. Westerman en
J. A. M. Wesseling; Felix Jan Paul,
z.v. P. A. Schroder en L. Meulemees-
ter; Johannes Hendrik Arie, z.v. G.
van der Nagel en S. G. van Beelen;
Nicolaas Christiaan, z.v. N. Verra en
A. N. A. Lagas; Jannetje Adriana.
d.v. J. A. Ouwehand en D. Meijvogel;
Alida, d.v. J. J. van Oevern en C.
van Putten; Susanne Henriette, d.v.
B. J. de Goeij en L. T. van Heeswijk;
Naoual, d.v. A. Feriani en S. Mouad-
Overleden: R. J. Maas Geesteranus,
geb. 17-7-1948, man; J. H. van de
Kop, geb. 26-7-1946, vrl. echtgen. van
F. W. de Bruin; D. H. Lust, geb. 24-1-
1957, man; A. C. Reinouts van Haga,
geb. 8-1-1915, vrl. geh. gew. met
E. G. A. M. Muskens; J. J. van
Nieuwkoop, geb. 7-8-1919, man; P.
Luijk, geb. 20-5-1901, man; H.C. A.
Piasmeier. geb. 23-4-1912, vrl. geh.
gew. met W. A. Timmers; S. Oele,
geb. 25-10-1918, vrl. echtgen. van P.
Groenleer; A. M. van Dijk, geb. 6-2-
1921, man; C. F. Verstraten, geb. 10-
10-1893, vrl. geh. gew. met A.
Kramp; Tr Gerritsen, geb. 21-4-1897,
vrl. geh. gew. met P. Weijma; J. C.
Verloop, geb. 6-11-1929, man; G.
Blok. geb. 15-2-1908, man; M. Scheen,
geb. 2-7-1897. vrl. geh. gew. met C. C.
van Venetien;
Gehuwd: A. F. Meinders en Y. M.
Delmeer, B. T. Dikkes en C. J. van
der Ent; H. Nijhof en M.S. van der
Kaay; E. R. Stavleu en H.P. Koot;
A, C. Nieuwkerk en A. M. Apel
doorn; W. P. Nijhof en J. K. L. Schie
man; W. C. Ligtvoet en M. J. de
Bruijn; J. Snijder en M. C. C. Ouds
hoorn; H. N. Peters en J. M. Smit; J.
Zwaan en A. J. M. de Vos.
ZOETERWOUDE Geboren:
Roxanna Varinia Knaap; Caoimghim
Cornelis Maria van der Harg; Jacoli-
ne Willianne Lianne Kijzerswaard.
Gehuwd: Simon Jacobus Versteegen
en Maria Adriana Theodora van der
Krogt; Cornelis Visser en Johanna
Magdalena Leidelmeyer; Hermanus
Nicolaas Smit en Marijke Jacobine
Krosschell; Ali Kus en Petronella
Anna Janmaat. Overleden: Herma
nus Cornelus Jurgcns; Wilhelmina
Johanna Turk-Akerboom.
Het bastaard hondje Sam
my van deze week is nog
al een vrijbuiter. Hij is
dol op andere dieren,
maar die dieren zijn niet
altijd even dol op Sammy
en dat is het probleem.
Daarom zit de één jaar
jonge Sammy nu in het
asiel aan de Besjeslaan.
Sammy kwam vorig jaar al
eens als klein puppie in het
asiel. Een Leidenaar had
Sammy op straat gevonden.
Natuurlijk was er toen veel
Sammy Is een
heel lief en
speels hondje.
belangstelling voor dat kleine
wit, bruin en zwart gekleurde
bolletje wol. Een buurvrouw
van het asielbeheerdersecht
paar Tiele zag Sammy wel zit
ten en zodoende kwam Sam
my bij een gezin aan de Bes
jeslaan. De drie kinderen en
de poezen konden goed met
Sammy overweg. Door de
landelijke ligging aan de Bes
jeslaan kon Sammy naar har
telust buiten lopen. Maar toen
hij wat groter werd, ontpopte
Sammy zich als een ware we
reldreiziger. Hij kon dagen
door de landerijen achter de
Besjeslaan zwerven en beleef
de daar allerlei avonturen, zo
bleek later. Dit tot grote er
gernis van zijn bazin. Op ad
vies van asielbeheerder Wil
Tiele van het asiel werd Sam
my gecastreerd. De meeste
honden zwerven daarna na
melijk veel minder.
Helaas was dit echter niet het
geval bij Sammy. Die ging
ook na zijn operatie gewoon
op de oude voet verder. Öit
kwam ook een beetje omdat
Wekelijks verschijnt in de Leidse Courant de rubriek
„Hond zoekt huis". In deze rubriek wordt een hond (of
soms ook wel een kat) beschreven die in het asiel ver
blijft om daar een zekere dood tegemoet te gaan... ten
zij het dier een goed tehuis vindt. De in de rubriek be
schreven honden zijn óf gevonden óf door hondenbezit
ters naar het asiel gebracht. Ze worden om uiteenlopen
de redenen afgestaan, vaak begrijpelijk, maar soms ook
volslagen onzinnig. De in „Hond zoekt huis" beschreven
dieren zijn alle goed gezond, hebben een wormenkuur
ondergaan en zijn volledig ingeënt. Tegen betaling van
circa 80 gulden (voor katten is dat 45 gulden) ten bate
van zwerfdieren zijn ze af te halen. Adres: Nieuw Leids
Dierenasiel, Besjeslaan 6b, Leiden. Tel.: 411670. Geo
pend di. t/m vr. 10-12 en 14-16 uur. Zondag en maandag
^gesloten. j
LEIDEN/REGIO ^Mió<i(Bowiarü zaterdag 8)unii985pagi^ÏÊ
het centrum van de stad te
bereiken. Het raadslid T.
Groeneveld, fractieleider van
de SDAP, diende daarom op
14 december 1921 een motie
in om B W een onderzoek
in te laten stellen naar de mo
gelijkheid om een verbin
dingsweg tot stand te brengen
vanaf ongeveer het midden
van de Maresingel met de
binnenstad. Deze verbinding
zou het kortst en het breedst
kunnen zijn als die over het
terrein van de Lichtfabrieken
zou lopen. Een gesprek met
de directeur van de Stedelijke
Fabrieken van Gas en Elec-
triciteit leverde echter op dat
dit heel wat problemen bij de
bedrijfsvoering zou veroorza
ken.
Bruggen, we maken er allemaal gebruik van. Zeker in een
waterrijke stad als Leiden zijn het onmisbare schakels in het
wegennet. Veel aandacht is er nooit aan de Leidse bruggen
besteed. De stilte rond de Leidse bruggen is met de presentatie
van het Bruggenboek al gedeeltelijk „verstoord". Het Ge
meentearchief aan de Boisotkade hoopt van 9 tot en met 29
augustus 1985 in De Waag de tentoonstelling „De Leidse brug
gen" te houden. Als inleiding op deze expositie verschijnt in
deze krant een serie artikelen over Leidse bruggen. Het zijn
geen technische verhandelingen, maar historische verhalen
waarin een brug als leidraad dient. De gegevens zijn verza
meld door een werkgroep van historisch geïnteresseerden, die
veel van de geschiedenis van de Leidse bruggen heeft uitge
zocht. Samensteller en schrijver is de begeleider van deze
werkgroep, de heer P.J.M. de Baar van het Gemeentearchief.
Kees van Herpen tekent voor de eindredactie. De reproduk-
ties zijn van fotograaf Wim van Noort. Vandaag verschijnt het
zevenentachtigste artikel in deze serie.
De Huigbrug als ophaalbrug
gezien van de Maresingel met
de Gasfabriek op de achter
grond. Foto april 1962.
De Huigbrug als schipbrug,
gezien naar het Prins Hen
drikplein. Foto Bureau Monu
mentenzorg, 1975.
Het zal op 9 juni zestig jaar
geleden zijn dat de aanbeste
ding plaatsvond van „het ma
ken van een verbindingsweg
van de Langegracht naar den
Maresingel en een ophaal-
voetbrug over de Maresingel-
gracht". B W besloten het
bestek niet te gunnen, maar
het, in tweeën gesplitst, on
derhands aan te besteden en
de Directeur van Gemeente
werken te machtigen ter zake
onderhands prijsopgave te
vragen. Mogelijk leverde ook
dat niet veel soelaas, want uit
eindelijk werd besloten het
bestek te gunnen aan Th.L.J.
Zitman voor 25.000,-. Daar
vroegere ramingen globaal op
23.000,- uitkwamen, zal het
prijsverschil niet onoverbrug
baar geweest zijn en met Zit
man had men een vertrouwde
aannemer.
Voor dat geld diende Zitman
heel wat werk te verrichten.
De Maresingel was van wal
tot wal op het water gemeten
27.40 meter breed en de voet
gangersbrug ging uit vijf
overspanningen bestaan. Vier
daarvan, die vrij nauw en
laag werden, waren niet Vbor
de doorvaart bestemd en
daarom met ijzeren schoren
versperd. De middelste ope
ning werd 8.20 meter wijd en
- omdat de Heerenpoortsbrug
1.46 meter doorvaarthoogte
bezat - 1.45 meter hoog. Deze
opening werd voorzien van
een enkele ophaalbrug, zodat
de vele kolenschuiten voor de
gasfabriek geen hinder van
de brug zouden hebben. Bo
vendien werd het een als
voorlopig bedoelde brug, zo
dat alles zo licht mogelijk uit
gevoerd werd. Zitman maakte
ook het 3 meter brede wegge
tje tussen de brug en de Huig
straat (eigenlijk de 2e Huigd
warsstraat) ter lengte van 80
meter. Waarom slechts zo'n
simpel straatje met een voor
lopige brug?, zal men vragen.
Daarvoor moet de discussie in
de Gemeenteraad van een
paar jaar eerder bekeken
worden.
Groeneveld
In de periode 1900-1920 was
Leiden buiten de singels sterk
gegroeid. Ook aan de Mare
singel was bebouwing ont-
- staan en er werden nog plan
nen ontwikkeld om daar
nieuwe complexen woningen
te realiseren. Voor deze arbei
derswijken was de toegang tot
de stad niet zo goed; er moest
altijd een omweg gemaakt
worden om via de Warmon-
derbrug of over de Heren-
poortsbrug en de tot een ver
schrikkelijk verkeersobstakel
geworden Grote Havenbrug
Niet alleen dat het terrein in
twee delen gesplitst zou wor
den, de directeur wilde ook de
ruimte niet missen. Juist op
de plaats van de gedachte
verbindingsweg moesten ko
len, sintels en cokes opgesla
gen worden. Ook de sulphaat-
fabriek kon niet zomaar even
een stukje opzij gezet worden.
De enige mogelijkheid was
een smalle en tijdelijke door
gang op de plaats van de nog
ongedempte sloot tussen de
sulphaatfabriek en de voor
malige begraafplaats (op het
bolwerk, toen nog niet afge
graven), maar volgens B W
behoefde het geen betoog dat
deze weg, die door het Huig
straatje op de Langegracht
zou moeten uitkomen, voor
een enigzins druk verkeer ten
enenmale onvoldoende zou
zijn. Ook de brug over de sin
gel zou een hindernis voor de
scheepvaart gaan worden.
Kortom, B W zagen er niets
in. Wel onderkenden ze het
probleem, maar stelden een
andere oplossing voor.
De Oude Herengracht beant
woordde niet aan behoorlijke
verkeerseisen. „Zoo is de aan
wezigheid van de Werfbrug,
dat is het bruggetje in de
Oude Heerengracht over de
Binnenvestgracht, voor het
steeds drukker wordende ver
keer zeer hinderlijk". Boven
dien lag de Werfburg, die
slechts 3.30 meter tussen de
leuningen mat, hoog boven de
straat, zodat er aan de zuidzij
de een steile oprit was. Al een
iaar eerder was voorgesteld de
>rug op te ruimen, maar dit
ging 11.000,- kosten en dat
werd te veel geacht. Nu was
de zaak opnieuw bestudeerd
en het bleek voor 9800,- ook
wel te kunnen, zij het dat er
een verbindingssloot door de
wal naast de R.K. begraaf
plaats gegraven zou moeten
worden om scheepvaart tot bij
de stadshulpwerf en de fa
brieken aan de Binnenvest
gracht toe te kunnen laten.
B W zagen hier meer heil
in en stelden voor de ƒ9800,-
uit te trekken.
Voorstel
De Gemeenteraad besprak
het voorstel op 25 september
1922 uitvoerig. Groeneveld
was uiteraard zeer teleurge
steld en achtte het al te een
voudig aan de directeur van
de Lichtfabrieken een soort
beslissende stem te geven:
vanzelfsprekend dacht deze
alleen aan zijn bedrijf en niet
aan het belang van de bewo
ners van de Maresingel, door
Groeneveld op 5000 personen
geschat. Toch zag hij nog lie
ver als noodmaatregel een
klein straatje, vergelijkbaar
met het Paterstraatje, in het
verlengde van de Huigstraat,
dan helemaal niets. Vooral
voor de toekomst vroeg hij
aandacht: over 25 jaar zou
men dankbaar voor de ver
bindingsstraat zijn. Daarom
pleitte hij ook voor het dem
pen van de Volmolengracht,
verplaatsing van de Jan Vos-
senbrug recht daarvoor en
eventueel de doorbraak tus
sen Hooigracht, Pauwbrug en
Langegracht. Om de zaak
kracht bij te zetten diende hij
een motie in om B W de
verbindingsweg tot stand te
laten brengen, zij het dat dit
niet op zeer korte termijn ge
realiseerd hoefde te worden.
Burgemeester De Gijselaar
ontraadde de motie en be
streed ook de verdere argu
mentatie en uiteindelijk werd
met 20 tegen 6 stemmen de
motie verworpen. Er kwam
dus geen brug bij - integen
deel, het slopen van de Werf
brug werd aangenomen ert
daarna ook gerealiseerd» Toch
bleef het hier niet bij. In het
Leidsch Dagblad van 4 juli
1923 publiceerde raadslid
prof. Eerdmans het oude
voorstel Groeneveld alsof het
spiksplinternieuw was, en
reeds de volgende dag beslo
ten B&W de directeur van
Gemeentewerken opdracht te
geven dit plan te bestuderen.
Deze deed dit buitengewoon
snel en grondig: al op 28 juli
lag een vijftal plannen op ta
fel. Het enige dat het terrein
van de Lichtfabrieken onge
schonden liet en nog enigzins
betaalbaar bleef, was het
straatje in het verlengde van
de Huigstraat. Omdat volgens
de bepalingen van de wet
over de begraafplaatsen van
1869 niet zomaar in gesloten
begraafplaatsen gegraven
mocht worden, kreeg het
straatje een wat raar beloop,
maar in later tijd zou het tra
cé nog wat rechter gemaakt
kunnen worden. De totale
kosten zouden ƒ23.000,- gaan
bedragen.
In de Raadsvergadering van
20 oktober 1924 maakte Groe
neveld zich zeer boos: telkens
als een voorstel van de
SDAP-oppositie ter tafel
kwam, werd het door B&W
en het gehoorzame deel van
de Raad getorpedeerd, terwijl
het enige tijd later alsnog als
nieuw voorstel door het colle
ge ingediend werd en dan wel
aangenomen, zonder dat de
SDAP de eer kreeg. Na einde
loze discussie werd alles door
de burgemeester ontkend,
maar wel besloten tot de aan
leg van het straatje met brug.
Deze werden voor het ver
keer opengesteld op 11 febru
ari 1926. Vier dagen later stel
den B W de Raad voor om
de tijdelijke brug over de Ma-
resingelgracht tegenover het
Prins Hendrikplein te noe
men „Huigbrug", waartegen
de Raad op 22 februari geen
bezwaar had. De brug bleef
zijn diensten bewijzen totdat
in 1948 besloten werd de
overspanning tussen de wal
aan de kant van de vroegere
begraafplaats en de brug te
veranderen. Bij onderhands
bestek werd aanbesteed deze
schuine overspanning te ver
vangen door een rechte, het
geen binnen zes weken na de
gunning gerealiseerd diende
te zijn.
Slecht
De brug bleef liggen tot 1962.
Hij was toen 37 jaar oud en
alle heipalen waren vrijwel
volledig verrot. Ook was de
ophaalbrug te nauw en onder
hevig aan veel aanvaringen
door kolenschepen. De toe
stand was zo slecht dat bij een
nieuwe aanvaring de hele
brug wel in kon storten. Ge
zien de kosten van een nieu
we brug achtten B&W het
beter de brug maar niet meer
te herbouwen. Vanzelfspre
kend waren de bewoners van
de Maresingel, met name de
winkeliers, die een omzetda
ling vreesden, daar tegen. Op
26 maart 1962 verklaarden
alle politieke partijen zich te
gen afbraak, maar het college
achtte het absoluut noodzake
lijk dat de brug gesloopt werd.
Voorstellen om de per dag ca.
2390 passerende voetgangers,
fietsers en bromfietsers te hel
pen met een pontje, haalden
het niet: dit zou niet alleen
duur zijn, maar werd ook een
hinderpaal voor de 200 per
jaar passerende schepen naar
de Lichtfabrieken, en dus
verdween de brug.
Enkele raadsleden bleven dit
sterk betreuren. Op 23 maart
1964 kwam de kwestie
nieuw in de Raad aan de or.
Een nieuwe brug 3
ƒ81.000,- gaan kosten. Ij
was overwogen een (goedl
pere) pontonbrug te plaatsj
doch deze constructie bl^
vanwege onvoldoende stabUDE
teit de veiligheid in gevaaiN
brengen. Ook een schipbian j
en een verhoogde voetbje wc
bleken geen aanbevelingjoogs
verdienen. Wethouder Piefc in
twee jaar tevoren een felleienve
genstander van de afbrjen d
van de brug, meende datDe
wacht zou moeten wordenp ni
de definitieve brug in jscon
noord-zuidverbinding gereikt
seerd werd, hetgeen over fe uit
hoogste acht jaar gescj
werd. De voorlopige brug ian
dus maar kort bestaan, t hij
achtten enige raadsleden gegerc
bezwaar; de in staal uitt. In
voeren brug zou dan elc^eesti
nog wel een bestemming kfehec
nen vinden. Uiteindelijk wfc d<
besloten niet tot de bouw >r tei
de brug over te gaan. [den
Roe het met de geplai
grootschalige noord-zuid^! het
bnding gegaan is, weet ieijpen
e«n: deze is nooit van de Lp g<
gegracht naar de Maresir^nter
doorgetrokken. Daarom wn ph
in 1974 alsnog een schipbj- te
gelegd. Al in augustus lanteli
werd gesproken over de b<vijzel
van een meer definitieve bnbar
en eind april 1979 kon geColle
zei worden uit een driver
ortwerpen. Ofschoon uw i
scheepvaart door het wegveeg
lei van de kolenschuitenjat
het sluiten van de gasfabipte
tot nihil was teruggezrran|
werd uit het oogpunt Vai
stadsgezicht toch weer eenaljer;
hadbrug gekozen, ook al m m
die duurder. De aanbestetfchriji
volgde in 1980, tegelijk me/0nei
bouw van een vaste brug q doe
de Maresingel tegenovernmir
Koaingstraat, thans Koni^rde
brug genaamd. Zo werd rkinf
de tne brug tegen twee nj blei
we Ingeruild. irna
rd vc
1 coll(
P OP
Voor Sammy was het toen af
gelopen. De hond de hele dag
binnen houden ging niet en
hem buiten laten lopen ging
ook niet meer. Sammy ging
toen weer naar de buren: het
asiel. Daar moet hij nu een
nieuwe baas vinden. Een baas
die van zijn gekleurde flapo
ren houdt en met hem wil
spelen. Want Sammy is een
heel lief en speels hondje. Zijn
krulstaart staat geen moment
Burfie
De zwarte bastaard Bi
een zeven maanden
druktemaker, zit nog ste<
het asiel. Er heeft zelfs
mand voor hem gebeld
familie Tiele denkt da
komt door de naderend
kantieperiode, waarin m
doorgaans niet gemakl
toe overgaat een hond t|
zijn bazin het met haar bedrijf
en haar drie kinderen te druk
had om ook nog op de hond te
letten. Sammy ging dus voor
zijn eigen vermaak zorgen.
En dat deed hij goed. Hij ont
dekte dat schapen en koeien
erg hard kunnen lopen als je
ze opjaagt. Dat tikkertje spe
len met de koeien en schapen
van een boer verderop beviel
Sammy uitstekend en hij
kwam zijn dag wel door. Dat
beviel de boer uiteraard hele
maal niet. Zijn koeien waren
drachtig en dat trimmen met
Sammy was helemaal niet
goed voor ze. De boer ging
dus klagen bij de bazin van
Sammy.
stil. Sammy kan wel ev
leen zijn, al moet het i
lang duren. Doordat hij
veel ruimte gewend is,|
Samray ook een ideaal Ir
derijhondje zijn, maar I
moet hij wel een beetje
dacht krijgen. Een
hond als vriendje op 1
zou hem er ook al van 1
houden met de koeien opl
te gasn. Maar bij andere i
sen waar Sammy een bi
de ruimte heeft, of waar
regelmatig flinke einden
hem gaat lopen, zal Sai |S
zich Ook prima thuis vo
Sammy houdt alleen ni(
erg van autorijden. Hij vL,
vrij snel wagenziek.