De spoorbrug over de Haarlemmertrekvaart: ee:; van hout, nu onderdeel van één groot viaduct Manifestatie verenigingef in Alkemad r overvol LEIDEN CeldócGotKcuti /- Wekelijks verschijnt in de Leidse Courant de rubriek „Hond zoekt huis". In deze rubriek wordt een hond (of soms ook wel een kat) beschreven die in het asiel ver blijft om daar een zekere dood tegemoet te gaan... ten zij het dier een goed tehuis vindt. De in de rubriek be schreven honden zijn óf gevonden óf door hondenbezit ters naar het asiel gebracht. Ze worden om uiteenlopen de redenen afgestaan, vaak begrijpelijk, maar soms ook volslagen onzinnig. De in „Hond zoekt huis" beschreven dieren zijn alle goed gezond, hebben een wormenkuur ondergaan en zijn volledig ingeënt. Tegen betaling van circa 80 gulden (voor katten is dat 45 gulden) ten bate van zwerfdieren zijn ze af te halen. Adres: Nieuw Leids Dierenasiel, Besjeslaan 6b, Leiden. Tel.: 411670. Geo pend di. t/m vr. 10-12 en 14-16 uur. Zondag en maandag ^gesloten. Nadat op 20 september 1839 de proeflijn Amsterdam- Haarlem met veel feestge druis in gebruik genomen was, vroeg de Hollandsche Yzeren Spoorweg-Maatschap pij (HYSM) meteen vergun ning („concessie') om deze lijn te mogen verlengen tot Rot terdam. Een der drie eerste directeuren van de HYSM en tevens de geestelijke vader van de spoorwegen in Neder land was ingenieur Willem Christiaan Brade, die reeds ja ren tevoren een tracé uitge stippeld had en alvast ontwer pen voor enige bruggen ge maakt. Helaas boterde het tussen Brade en zijn mede-di recteuren Louis Jan Jacob Serrurier en Rodolphe le Chevalier niet erg en begin 1839 vloog hij de laan uit. Omdat er onvoldoende inge nieurs met enig verstand van spoorwegen op de arbeids markt te krijgen waren, ver zocht de Raad van Admini stratie van de HYSM de rege ring een bekwame ingenieur af te staan. Die ingenieur was de bekende waterbouwkundi ge Frederik Willem Conrad. Conrad was degene die op ba sis van de plannen van Brade een aangepast tracé ontwierp. De concessie voor de lijn Haarlem-Den Haag werd bij Koninklijk Besluit van 22 juni 1840 verleend. Langzaam maar zeker vorderde de lijn vanuit Haarlem. Omdat de bouw van de spoorbruggen vrij veel tijd nam, werd bij voorbeeld de bouw van de brug over de Haarlemmert rekvaart tussen de Haarlem merweg en Maredijk al op 14 september 1841 aanbesteed. Aannemer voor ƒ34.800,- was Pieter Langeveld te Slie- drecht, ofschoon volgens an deren zekere Arie Visser uit Sliedrecht de brug gebouwd heeft. Hoe het ook zij, de aan nemer moest ogenblikkelijk beginnen zodra de grond in het bezit van de HYSM zou zijn. Het hele karwei diende uiterlijk op 1 mei 1842 te zijn opgeleverd. Overigens is er wellicht niet zo snel gewerkt als de bedoeling was; Lange veld kreeg eerst op 24 februa ri 1842 toestemming van B en W van Leiden om voor het metselen van het oostelijke landhoofd de vaart gedeelte lijk af te dammen. De aanleg van de lijn Amster dam-Haarlem had al proble men gegeven in verband met de slappe ondergrond, het tra ject Haarlem-Leiden was op enige plekken nóg slechter. Vooral het gedeelte tussen Warmond en Leiden was zeer slecht en vereiste veel extra werk. De brug over de Haar lemmertrekvaart is niet ont komen zijn aan de zettingen van de slappe veenbodem. Wellicht had Conrad daarom meest voor houten bruggen gekozen en ook hier werd de overspanning van 17.20 meter met 6 stuks zware eikehouten liggers, elk 13 meter lang, ge realiseerd. Deze liggers waren 30 bij 45 centimeter zwaar, en samen met 9 liggers van 8.70 meter, 6 van 4.20 meter en twee van 10 meter vormden ze de ruggegraat van de brug. Bronsgeest Zodra de bouw van de brug WIJ n E ke z rote e de De Wffc afd bl^n tg3> ALKEMADE Hei Samenwerkingsver band Jouw Alkemade (SJA) wil eind augus tus een manifestatie op touw te zetten, waarop alle vereni gingen die actief zijn op sociaal, cultureel en sportief terrein, zich kunnen presente ren aan de plaatselij ke bevolking. fair annex rommelmarkt en loterij, gaat dit jaar niet door. De organiserende verenigin gen bleken tijdens de on langs bijeengeroepen leden vergadering van het SJA niet bepaald reikhalzend uit te zien naar het wederom or ganiseren van een fancy fair met rommelmarkt, zal wel gehandhaafd omdat deze winstgevei en zal deel gaan van de nieuwe manfesi Dit gebeuren zou op gustus gehouden mfct w worden. Dat is de nan|n dj ook de dag waarop veeU g bliek richting sportcoi%nge De Tweesprong trekt vojjftig jaarlijkse sportdriekamf georganiseerd wordt dc ijsvereniging en de zwei poloclub. De manifestaj bedoeld om het nieuwi zoen in te luiden en opiate] nieuwe leden voor de ^sba nigingen te winnen, tyijfe] het verstrekken van ifcp j] matie vanuit stands zfcordi demonstraties en uitvokni r gen worden gegeven. Ticjibrie heel wordt extra aantrekarb lijk gemaakt door attr%ten, zoals een poppenkast^ stelling, een springkussef— levende muziek. begon, moet bij de eigenaar van een arbeiderswoninkje aan de Maredijk de schrik om het hart geslagen zijn. De trein zou straks bijna over zijn huisje heen daveren. Niet dat dat huisje hem veel kon sche len, maar deze rijke zaagmo lenaar en houthandelaar Pe trus Arnold us Bronsgeest be zat aan de Maredijk twee houtzaagmolens. Precies tus sen „De Herder" en „De Hooiberg" zou de trein gaan rijden. Daargelaten het ge vaar van uit de schoorsteen van de locomotief springende vonken zo zijn bijvoorbeeld de wipmolen van de Lage- veense polder onder Lisse op 25 juli 1890 en de bovenmolen van de Benthuizer polder on der Hazerswoude op 31 juli 1928 in vlammen opgegaan was het ook erg onhandig voor zijn bedrijf. Bronsgeest weigerde dan ook pertinent zijn kleine reepje grond, slechts 21 roeden groot, te verkopen. Juist in 1841 kwam een nieu we onteigeningswet tot stand, die bepaalde dat de Koning besliste na de Raad van State gehoord te hebben. De Raad van State meende dat het vooroverleg met Bronsgeest onvoldoende geweest was en dus was de HYSM in het nauw gebracht. Bronsgeest eiste maar liefst 29.500,- voor dat armzalige lapje. Mis- De Haarlemmerweg met aan de overzijde van de trekvaart houtzaagmolen De Hooiberg. In het midden de spoorbrug in de lijn Haarlem-Den Haag. Geheel rechts molen De Herder. Foto J. Goedeljee, ca. 1900. schien had de HYSM nog wel willen betalen, maar dit kon onmogelijk boven de tafel ge beuren, omdat dan de knup pel pas goed in het hoender hok gegooid zou worden. Om dat het overleg muurvast zat, viel er niets anders te doen dan een voorlopig stationnetje aan de oostkant van de Trek vaart aan de Haarlemmerweg te openen. De eerste trein reed op 17 augustus 1842 van daar naar Haarlem. Het zag er zwart van de mensen en de eerste zondagen wemelde het van de reislustigen die wel eens met dat ijzeren paard wilden reizen. Uiteraard kon niet in de situ atie berust worden, vooral ook omdat het station aan de Rijnsburgerweg aardig begon te vorderen. Uiteindelijk ver klaarde Bronsgeest zich aan de aannemer van de spoor brug bereid om VA hectare grond, waarvan de gewenste 21 roeden deel uitmaakten, te verkopen. Zodra deze de grond in zijn bezit had, ver kocht hij de 21 roeden voor f 1500,- aan de HYSM; ver moedelijk is er onder de tafel nog wel wat extra betaald. Hierna werd met spoed de baan tussen de spoorbrug en het nieuwe hoofdstation aan gelegd, zodat op 15 juni 1843 de eerste trein van daar naar Haarlem kon vertrekken. Het „voorlopige" stationnetje „buiten de Marepoort" aan de Haarlemmerweg kon daarna als woning voor de overweg- wachter dienst gaan doen. Hout Hout is een weinig duurzaam materiaal en al in 1856 was vernieuwing in ijzer nodig. De HYSM vroeg op 3 juli om midden onder de brug een pe nant van 1.05 meter breedte te mogen bouwen en de brug iets te verlagen. Stadsarchi tect Van der Paauw ging alles eens nameten en op 8 juli rap porteerde hij dat de hoogte van de brug, indertijd bepaald op 2.25 meter boven Amster dams Peil, al tijdens de bouw door de grote verzakking en toen „nog grooter onheilen dreigde" verlaagd op 2 meter, even hoog als de Kwaakbrug, echt niet minder kon. Wat het middenpenant betrof achtte hij één wijde opening uiter aard het best, vooral omdat bij stormweer er wel eens moei lijkheden konden ontstaan bij twee openingen. Aan de andere kant overwoog hij dat „gezien de bij uitstek scherpe hoek waarin deze brug over de trekvaart is ge legd, waardoor zulke buiten gewone lange leggers noodza kelijk zijn om de vaart in ééns te overspannen, dan roept de veiligheid van het groot aan tal menschen in de wagens gezeten, bij het colossale ge- wigt van eiken daarover rol lenden spoortrein, voorzeker alle toegevendheid in" om daar wat aan te doen. De Ge meenteraad stemde op 21 juli met 16 tegen 3 stemmen in met zijn voorstel om de HYSM toestemming te verle nen de middenpenant te bou wen, maar de brughoogte op 2 meter te handhaven. De breedte van de brug was in 1841 bepaald op 8.45 meter. Dat was toen wel buitensporig groot, omdat slechts enkel spoor aangelegd werd. Wan neer men bedenkt dat in het begin slechts vier treinen heen en vier treinen terug re den, is dat enkelspoor echter niet zo vreemd. Nu was dat spoor wel veel breder dan de thans gebruikelijke 1,435 me ter. De regering had de HYSM in 1837 gedwongen om spoor van twee meter breedte te leggen, maar was daarna niet bereid om subsidie te verlenen bij het wegwerken van deze miskleun. In 1864 werd met deze gigantische klus begonnen en in 1868 was de hele lijn dubbelsporig en op normaalbreedte. Het treinverkeer groeide daarna nog steeds met spron gen. Hoe stevig de ijzeren brug ook was, in 1925 begon men twijfels te krijgen over de stevigheid van de in 1856 gebouwde middenpijler. Uit eindelijk werd besloten een nieuwe ijzeren brug te bou wen die de hele trekvaart in één keer kon overspannen. De landhoofden uit 1842 za gen er wellicht nog goed uit, maar als deze problemen zou den gaan geven, was de oplos sing eenvoudig: op de plaats van de gesloopte middenpijler zou een nieuwe sterke pijler gebouwd worden, die het meeste gewicht te dragen zou krijgen. Aldus besloten, werd naast de bestaande brug de nieuwe overspanning gecon strueerd. In de nacht van zon dag 13 op maandag 14 septem ber 1925 werd eerst de oude brug opgevijzeld en weggeva ren; daarna lag ver voor de uiterlijke tijd de nieuwe brug op de landhoofden. Deze nieuwe brug had het nog vele jaren kunnen vol houden. Maar al in 1920 werd hardop gedacht over het pro bleem van de spoorwegover gang in de Rijnsburgerweg. Dit punt werd steeds drukker en ondanks de bouw van een „brug der zuchten" over het spoor begon de situatie uit de hand te lopen. Na veel onder handelingen raakten in 1942 het Rijk, de NS en de ge meente het eindelijk eens: de spoorbaan moest vanaf de Vink tot bij Warmond om hoog. In 1943 waren er echter geen materialen meer en na de oorlog moest sterk bezui nigd worden, zodat enige spo ren dienden te vervallen. Uiteindelijk hakte de minister van Verkeer en Waterstaat begin 1948 de knoop door: er moest begonnen worden. De inflatie en daarmee de stijging van kosten dwong steeds tot aanpassingen, en op 22 okto ber 1949 meldde de krant de nieuwste ontwikkelingen: er zou één groot viaduct komen, dat niet allen de Trekvaart overbrugde, maar ook de Haarlemmerweg en de Mare dijk aan de westzijde zou overspannen. Dat hiervoor de trekvaart een stuk verlegd moest worden en om- molen „De Herder" heen ging lopen, zodat de trekvaart voor een deel gedempt kon worden en er geen inzakking van het dijklichaam te vrezen was, werd daarbij op de koop toe genomen. Toch meende ontwerper ir. van katten en poezen daaren tegen momenteel zeer laag. Blijkbaar wordt afgewacht tot na de zomervakantie, voordat men bereid is weer een poes of een kat bij ons weg te ha len". Een ander probleem is dat veel katten in het asiel niet meer zo jong zijn. Veel men sen willen een jong dier, maar die zijn hier nauwelijks. De jongste poes is nu één jaar oud. Ze is zwart en en net als alle andere poezen in het asiel gesteriliseerd. „Sterili seren of castreren doen we al tijd onmiddellijk". Tiele hoopt dat voordat de zo mer echt aanbreekt een flink aantal katten en poezen als nog aan een nieuwe baas ge holpen kan worden. Janco Janco, het oude hondje van vorige week, zit nog steeds in zijn hok. Niemand heeft het blijkbaar aangedurfd de zorg voor Janno op zich te nemen. Bruggen, we maken er allemaal gebruik van. Zeker in een waterrijke stad als Leiden zijn het onmisbare schakels in het wegennet. Veel aandacht is er nooit aan de Leidse bruggen besteed. De stilte rond de Leidse bruggen is met de presentatie van het Bruggenboek al gedeeltelijk „verstoord". Het Ge meentearchief aan de Boisotkade hoopt van 9 tot en met 29 augustus 1985 in De Waag de tentoonstelling „De Leidse brug gen te houden. Als inleiding op deze expositie verschijnt in deze krant een serie artikelen over Leidse bruggen. Het zijn geen technische verhandelingen, maar historische verhalen waarin een brug als leidraad dient. De gegevens zijn verza meld door een werkgroep van historisch geïnteresseerden, die veel van de geschiedenis van de Leidse bruggen heeft uitge zocht. Samensteller en schrijver is de begeleider van deze werkgroep, de heer P.J.M. de Baar van het Gemeentearchief. Kees van Herpen tekent voor de eindredactie. De reproduk- ties zijn van fotograaf Wim van Noort. Vandaag verschijnt het vijfentachtigste artikel in deze serie. De smalle Haarlemmei met gezicht op de spoorl over de Haarlemmertrekvi Bij molen de Hooiberg, van slechts de wieken 2 baar zijn, liggen houtvli en schepen in het water. J. Goedeljee, rond de e wisseling. wa: Schalij dat de totaalko van het ene viaductcom!Ch,P minder waren dan die 9,! drie afzonderlijke overs/ d°c ningen. De toen nog optin£rd 1 sche planning kwam uiteen een gereedkomen in lp®r mogelijk 1952. Maar doorb,J 9 lerlei oorzaken reed eerst tPP1 mei 1954 de trein over de f'P hoogde baan over een n<Prei( viaduct in de RijnsburgerVf' Daarna duurde het nog to®" w mei 1955 voor de minister P"*® Verkeer en Waterstaat ®c"' definitieve viaduct kon <i 1 nen en voor op 3 oktober £xlb| het viaduct Maredijk (tlr-©ic Oegstgeesterweg) in gebP01!' genomen kon worden. me' Het viaduct is daarna eens onder handen genoni in 1979 werd het verbi^^ voor de Schiphollijn. Maar is het dan ook een u)nd kunstwerk, dat Leiden z nog tegen overstroming behoeden: het viaduct isi geconstrueerd dat er een;eezi, sluiting van de trekvaart^, aangebracht kan worden. De lange zomervakantie traditioneel een perio de met een groot aanbod van honden en katten komt in zicht, maar het asiel aan de Besjeslaan zit nu al in de problemen. Bij de honden valt het al lemaal nog wel mee, maar in de katten- en poezen afdeling begint het aardig uit de hand te lopen. Woensdagavond kwam het zelfs zover dat een aantal katten en poe zen niet langer alleen in een hok kon worden ge zet. Het aantal beschikba re hokken is daar te klein voor geworden. „Woensdag hebben we hier en daar twee katten in één hok moeten stoppen. Leuk is dat niet voor de beesten. Zo'n hok is eigenlijk te klein voor twee dieren, zodat ze zich kunnen verwonden en boven dien loop je de kans dat ze gaan vechten. Maar het kan gewoon niet anders. We heb ben nu al tachtig katten en poezen in het asiel zitten en ik ben bang dat de toeloop al leen maar groter wordt". Vol gens Wil Tiele, de beheerder van het asiel, wordt het asiel De buitenren van het asiel aan de Besjeslaan met een gedeelte van de katten en Koos, de kat- tenverzorger. de laatste weken overstroomd met katten en poezen. Bij elkaar zitten er nu zo'n tachtig katten en poezen in het asiel. Veertig poezen en katten zitten nog in quaran taine omdat ze pas zijn in geënt. „Mensen komen alle maal aandragen met zwerf katten. Vaak zijn het ook die ren die van huis zijn weggelo pen. Als ze dan hier worden gebracht, hebben ze vaak hun vlooienband nog om en zien er gezond uit. Hun bazen in formeren maar zelden bij ons of hun kat of poes is gevon den. Ze denken blijkbaar dat als hun kat na een paar dagen niet boven water is, ze nooit meer boven water zullen ko men". Volgens Tiele is de afname

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1985 | | pagina 12