van Schoonheidsideaal bouwer Van Bohemen Project ontwikkelaar op jacht naar consument ,Een kind ziet er toch ook anders uit dan z'n grootvader' 9 MAAK ZATERDAG 9 MAART 1985 PAGINA 29 Stout* projectontwikke- l van Bohemen er- ïder-enns een hekel aan g w<ft. dan is het wel atenTj het imiteren van iJbouw. De man die i io* t«n Haag zijn Badger J','lijding, het Bohe- mo»ten/(nhuis, de Prinsewal nog enkele andere vallende kantoorge- uwen gaf, wil be- t>«k«st gestalte geven p de tijd waarin hij |ft. Het nabouwen n bijvoorbeeld ze- ntiende eeuwse ge itjes noemt hij ou- illige, saaie architec- jir. „Dat is pure ar- je. Het is vlees noch "n*LHet ;s gehoon Is", zegt de heer L A. van Bohemen BOlUUt. Vij hebben anno 1985 veel meer know-how. wn d« fk eens wat er de 0 73 ®^tste jaren voor tech- sche mogelijkheden h ontstaan met alu- jnium, staal, rond- en jbbelglas, lexaan, ^^^Inststof, glasvezel, trsterkt beton". De >er Van Bohemen 1st deze materialen lelvuldig toe in de euwe gebouwen, die x>r zijn toedoen in het dfiJf „jadsbeeld verrijzen. R num faar hij door allerlei epalingen toch gebon- en blijft aan het hand- aven van een histori- che gevel, tracht hij JMrbbveel mogelijk het he ien en verleden met el- Mrst^aar in harmonie te "Jrengen. Zoals dat ge- "neurde met het pand de Bezuidenhout- 5, waar nu de ibank gehuisvest En zoals dat nu ook .chter de schermen ge beurt aan de Lange Vij- erberg, waar nieuwe, Itramoderne kantoor ruimte achter histori sche gevels wordt ge bouwd. „Aan de Bezui- denhöutseweg 5 wat een beschermd stadsgezicht is heb ben we het mooie, lieve geveltje gerestaureerd en er heel moderne nieuwbouw naast ge zet. Het is een contrast. Maar dat is het leven. Een kind ziet er ook anders uit dan z'n grootvader", zegt de heer Van Bohemen. „Vandaag moeten we andere gebouwen neer zetten dan honderd jaar geleden. Als we er alleen maar nieuwbouw in die oude stijl zouden neerzetten, zou ik me schamen voor de tijd waarin we leven. Geluk kig mogen we tegen woordig laten zien wat voor techniek we in huis hebben en wat voor dingen we van daag kunnen maken". Het beste toonbeeld van wat hij bedoelt is het gebouw De Haagse Poort bij het Centraal Station, waarvan de bouw nog dit jaar be gint. Dit paradepaard van Bouwbureau Bohe men b.v. gaat 29 lagen tellen met een totale hoogte van 108 meter. ■ZIEK I Kantoren bouwen voor belegging, zoals dat nu gebeurt, noemt de heer Van Bohemen een jong produkt. „Dat is in ons land pas zo'n tien jaar oud en is komen over waaien uit Engeland. Voor die tijd werden kantoren alleen maar als maatkostuum voor de gebruiker, in op dracht van diezelfde gebruiker, gebouwd. Den Haag heeft veel grote, oude kantoren, die allemaal in op dracht zijn gebouwd. Van de Shell, Esso, Rijksgebouwendienst, PTT, noem maar op. Het waren allemaal dik ke landschapskanto ren. Goedkoop, maar nu zit men er een beet je mee. Vandaar dat men nu als reactie daarop smalle kantoren bouwt. Daarin kunnen met behulp van schei dingswanden gemakke lijk kleine een- en twee persoonskamertjes ge maakt worden. Zoge naamde cellenkanto- ren. Met weinig kosten kun je de gebouwen weer aanpassen als dat over een paar jaar no dig mocht zijn. Nieuwe kantoren lijken op het eerste gezicht duurder dan oude. Maar nog te weinig mensen zijn er van doordrongen dat nieuwbouw toch in alle opzichten goedkoper is. Het is efficiënt in- deelbaar, er is een nut tig gebruik van het vloeroppervlak, er zijn lage service- en huur kosten. Bovendien is een nieuw gebouw veelal een imageverbe tering voor het bedrijf. In tegenstelling hiermee kun je een heel goed koop, oud kantoor hu ren en toch duur zitten. Omdat het slecht in- deelbaar is en er een heleboel vierkante me ters zijn die je niet kunt gebruiken. Toch moet je voor al die meters de verwarming, de verlich ting en de servicekos ten betalen. Vóór 1973/1975 werd hele maal niet gekeken naar het energieverbruik in zo'n gebouw. Gelukkig zijn al die gebouwen na zo'n twintig jaar econo misch verouderd en moeten ze worden ge sloopt of gerenoveerd. Paradepaard van Bouwbureau Bohemen b.v. ia da 108 meter hoge Haagse Poort bij het Centraal Station. Ik zeg niet dat ze waar deloos zijn. Via een verbouwing kan ik ze aanpassen, maar als dat maar een beetje gebeurt, wordt het niks. De maten kloppen niet, er zijn onvoldoen de parkeervoorzienin gen, dat soort zaken. Het blijft een zieke kip. Die moet je slachten. Koop een nieuwe kip is mijn advies". Tijdens het praten over beweegredenen en achtergronden van zijn werk, wordt enigszins duidelijk wat de drijf veer van de directeur van het Bouwbureau Bohemen b.v. is. Ie mand die al iets meer dan een halve eeuw op dit ondermaanse mee draait en in de jaren zestig en zeventig als ondernemer de juiste zetten deed in het Mo- nopoly-spel dat de on- roerend-goedmarkt toen was. zou tenslotte kunnen gaan denken aan het op den duur overdragen van de taak aan anderen. Zo niet de heer Van Bohemen. „Ik zou kunnen rente nieren, van m'n geld gaan leven. Maar dan heb ik niets meer om handen. Geld verdienen is niet eens mijn be langrijkste drijfveer. Wat dan wel? Iets doen met de mogelijkheden die er elke dag zijn. Ik ben dan wel bijna drieënvijftig, maar ik vind dat ik net leuk be gin. Ik ben zeker van plan nog twintig jaar mee te draaien, als mijn gezondheid dat tenminste toelaat". De problemen en verande ringen van deze tijd vindt de heer Van Bo hemen een uitdaging. „Ik ben me bewust dat we in een dynamische tijd leven, waarin heel veel dingen verande ren: computers, menta liteit, maatschappelijke structuren. Daar wil ik met mijn plannen op in haken. Ik wil ook pro beren de mensen uit het doemdenkende dal te halen en hun weer een beetje elan te ge ven". Hij vervolgt: „Ik ben niet alleen bouwer, maar ook nog een stukje cultuurdrager. Zoals gezegd vind ik het geen uitdaging din gen te maken die vroe ger al gebouwd zijn. We moeten proberen binnen het budget iets aardigers te doen. Van daar dat ik steeds naar architecten zoek die wat oorspronkelijker ontwerpen zonder dat het veel duurder wordt. Dat lukt me telkens aardig. Architecten die vandaag vernieuwende architectuur willen ma ken moet je een kans geven en stimuleren. Het kost me wel meer tijd en energie, maar ik wil nu eenmaal mooie dingen maken. Simpele gebouwen maken is veel gemakkelijker, maar dat geeft me geen bevrediging". De heer Van Bohemen vindt het allerminst frustrerend dat de naam van de architect voorgoed verbonden blijft met een bepaald gebouw, terwijl hij alle voorwaarden schept om het te realiseren. „Er zit natuurlijk wel een stuk van mijn visie in zo'n gebouw, maar het ontwerp is van de architect. Ik heb alleen als t ware het kader gemaakt en gestimu leerd dat er iets bijzon ders komt". Het Bouwbureau Bohe men maakte vooral in de laatste zeven jaar naam in de kantoren- bouw. Toch ziet het er naar uit dat dit bedrijf het accent weer ver schuift naar de woning bouw. Maar wel voor de hogere welstands klasse. Volgens de heer Van Bohemen is er sprake van een her waardering van het wo nen in de stad: „Er is erg veel gedaan voor het wonen in de stad voor de lagere en mid denklasse, de sociale woningbouw. Terecht natuurlijk, maar er is een andere groep die vergeten wordt. De groep die het kan beta len en die eigenlijk in de stad zou willen wo nen. op een goede plek. In de jaren zestig wilden de jonge gezin nen met kinderen alle maal een huisje met een tuintje buiten de stad. Nu zijn in 1985 de kinderen het huis uit. Ifïlë De man is tussen de vijftig en zestig. Hij zit elke dag met z'n auto in de file. Heeft een he leboel reiskosten. Tot overmaat van ramp is het huis te groot ge worden. In feite zijn het eigenlijk altijd stedelin gen gebleven en nooit dorpelingen geworden. Pa werkt in de stad. ma gaat er geregeld bood schappen doen. Daar haak ik nu op in. Bouw kwaliteitsappartemen ten op goeie plekken in de stad: Benoorden hout. Bezuidenhout, Mariahoeve, Scheve- ningen. Statenkwartier, maar ook in het hartje van de stad naast de Oude Kerk. En als ik zeg kwaliteitsapparte menten, dan bedoel ik niet zo'n opgefokt pre mieflatje". TOM VAN RUSWIJK S. de Graaf nieuwe hart van Loosduinen, bestaan- uit winkels, woningen, kantoren, een irkeergarage en een aantal gemeentelijke uwen, is een van de produkten van bon bv, de grootste projectontwikke- jsmaatschappij op het gebied van be- Irijfsonroerend goed io de Haagse regio, pmerkelijk is dat Mabon na de oplevering navelstreng met het project niet door lijdt Het bedrijf blijft zich met zijn schep- ig bemoeien als beheerder van het win- lelcentrum, namens de belegger. Mabon int niet alleen de huurpenningen, hij zorgt ook voor allerlei promotie-activiteiten. Dit is een ongebruikelijke bezigheid voor een (projectontwikkelaar die zich gewoonlijk be perkt tot het verwezenlijken en tijdelijk fi nancieren van projecten om ze daarna zo snel mogelijk te verkopen. Mabon bewandelt het beheerderspad om voeling te houden met de detailhandel. „Zo kunnen we le ring trekken uit de ontwikkeling van het centrum", verduidelijkt directielid drs. H. C. de Lint. „De jcennis die we opdoen kunnen we weer gebruiken j voor het opzetten van andere winkelcentra. De detailhandel is voortdurend in beweging. De know-how van twee jaar geleden is nu al weer aan t ^het verouderen. De beheerdersfunctie stelt ons in Tfctaat bij te blijven. Het is een efficiënte manier. Ons doel is niet er geld mee te verdienen. Het kost weliswaar wel tijd en energie, maar doen we het niet dan zullen we toch elders de benodigde 'kennis vandaan moeten halen. Het is bovendien van belang dat het winkelcentrum een plaats op de markt verovert en behoudt. De detaillist is im- nters veelal geneigd zijn eigen belang voorop te Drs. H. C. de Lint stellen in plaats van dat van het collectief van on dernemingen. Terwijl juist de samenhang en de trekkracht van een centrum het wel en wee van iedere ondernemer bepalen. Daaruit is de behoef te ontstaan actieve beheerders aan winkelcentra toe te voegen. Dus een beheerder die veel meer doet dan alleen de huur innen. Het beheer is ui teraard niet voorbehouden aan projectontwikke laars. Voor wat betreft Den Haag is Mabon de eerste projectontwikkelaar, die zich hiermee be zighoudt. Het spreekt voor zich dat ook de beleg gers in Loosduinen, twee pensioenfondsen, er mee gebaat zijn dat het winkelcentrum goed draait. Dat is voor hen immers de beste garantie dat de winkeliers hun huurpenningen kunnen op brengen. Genoemde beleggers zijn bovendien als grote afnemers van ons bedrijfsonroerend goed en premie-huurwoningen voor ons bedrijf van le vensbelang. We geven hun met onze activiteit een extra service. Dat hoort thuis in ons pakket. We hebben overigens in Loosduinen het makelaars kantoor Nieboer Van Kuijen ingeschakeld voor de huur". FUSIE Mabon bv (Maatschappij Bouwontwikkeling Ne derland) is gevestigd aan de Volmerlaan in Rijs wijk. Het bedrijf is vorig jaar mei ontstaan uit de fusie tussen de projectontwikkelingsmaatschap pijen Mavob en Bohan, dochters van de Holland- sche Beton Groep (HBG). Mavob opereerde hoofdzakelijk in de Haagse regio op het gebied van bedrijfsonroerend goed en koopwoningen. Bohan was in het hele land met koopwoningen ac tief. Mabon behoort met een jaaromzet van zo'n hon derdvijftig miljoen gulden tot de grotere ontwikke lingsmaatschappijen in ons land. Het bedrijf heeft een bemanning van vijftig koppen en een drie- hoofdige directie. Het werkgebied van Mabon be strijkt heel Nederland. „Onze holding HBG houdt zich via haar werk maatschappijen internationaal bezig met bouwac tiviteiten in de ruimste zin van het woord", vertelt Mabon-directeur drs. S. de Graaf. „De projectont wikkeling binnen het concern is bij ons gebun deld. We houden ons bezig met de woningmarkt koop- en premiehuurwoningen en met be drijfsonroerend goed. Een van onze activiteiten is het ontwikkelen van geïntegreerde projecten, dat wil zeggen een mix van kantoren, woningen en winkels. Het nieuwe Loosduinse centrum is hier van een voorbeeld". „Er is een duidelijke vraag naar dit soort multi functionele projecten", zegt De Lint. „Zo'n project biedt de belegger bovendien de mogelijkheid zijn risico te spreiden. Dit in tegenstelling tot projec ten die uitsluitend uit woningen of kantoren be staan. Ons bedrijf, dat is gekoppeld aan een moe derbedrijf met andere werkmaatschappijen, zoals de aannemersbedrijven Intervam (woningbouw) en de Hollandsche Beton Maatschappij (utiliteits bouw), die ook belang hebben bij produkie, is overigens wel genoodzaakt op alle deelmarkten actief te zijn. De accenten kunnen wel eens ver schillen, dat hangt af van de marktontwikkeling. Zo hadden we een aantal jaren geleden maar heel weinig koopwoningen in ons pakket, omdat die markt was ingezakt. Nu maken die woningen weer een substantieel deel uit van onze huidige produk- tle". Het nieuwe winkelcentrum in Loosduinen, een van de produkten van Mabon. De Lint: „Een institutionele belegger investeert nu uitsluitend uit rendementsoverwegingen. Welis waar voor de langere termijn. Hij bepaalt zijn ren dement voor een exploitatieperiode van veertig, vijftig jaar. Naarmate de leegstand en de komst van nieuwe projecten op de markt toenemen wordt zijn houding kritischer. Het begint al tot de hoge uitzonderingen te behoren dat een belegger een geheel onverhuurd gebouw verwerft. Het komt nog wel voor. maar dan is het geloof van de belegger in het betreffende project en de plek wel erg groot. Over het algemeen richt de aandacht van de hele markt zich meer en meer op de ge bruiker. de huurder". De Lint: We zijn dan ook genoodzaakt ons voort durend bezig te houden met de uiteindelijke ge bruikers van onze projecten. Vroeger was het vol doende een project in de krant aan te prijzen. De gegadigden kwamen zich dan automatisch mel den. Op dit moment is zo'n aanprijzing volstrekt onvoldoende. We moeten ook de potentiële ge bruikers van onze projecten zien te vinden. Daar om zijn wij genoodzaakt de ontwikkelingen in de markt op de voet te volgen. Heeft bijvoorbeeld een bedrijf plannen voor uitbreiding of zoekt het nieuwe huisvesting? Het gaat dus niet alleen meer om de jacht op bouwterreinen maar ook om de jacht op de consument". vertalen in een stedebouwkundig en architecto nisch ontwerp. Zomaar op de bonnefooi een stuk grond kopen en dat bebouwen begint tot de uit zonderingen te behoren. Komen we echter een stuk bebouwing tegen dat wordt gesloopt of een plein dat eigenlijk geen plein Is. dan doen we ook zelf wel eens voorstellen .aan het gemeentebe stuur om de bestemming te veranderen". „We hebben overal in het land onze microfoons openstaan om het beleid van de lokale overheden en de ontwikkelingen op de markt te volgen", vult De Graaf aan. „Die microfoons zijn alle leden van de HBG. dat wil zeggen de werkmaatschappijen en onze eigen mensen. Zij zijn voortdurend alert Als zij iets horen wat voor ons interessant is. wor den wij geïnformeerd zodat wij meteen in actie kunnen komen. Kortom we zijn constant met die markt bezig". GË ANSEMS ■LOKAAL BELEGGER" Door de verandering van de WIR (Wet op de In vesteringsregeling) levert het een belegger geen fiscaal voordeel meer op te investeren in onroe rend goed. De Lint vervolgt: „Het is uiteraard voor ons ook erg belangrijk wat de lokale overheden doen. Het leeuwedeel van de bouwgrond is immers in han den van de overheid. We volgen het beleid van de overheid daarom op de voet. Welke bestem mingsplannen worden er gemaakt, bieden die voor ons mogelijkheden om projecten op te zet ten? Als het iets voor ons is gaan we naar de ge meente en bieden aan het bestemmingsplan te

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1985 | | pagina 29