„Een heleboel mensen zijn gewoon een beetje jaloers op die figuren boorden criminaliteit op satirische korrel NOTARISSLIS MODEL VOOR MUSICAL MIMICRIMI verwacMen: MB<| |H|1 vol deri MSTERDAM „Ik net If ben een van de eer- ant, slachtoffers geweest. ,nen I 1973 al. Beroofd. Zo trek] aar een klap op mijn era a jofd voor de vijfen- nféi ''nt'g gulden die ik op had. En toen al dacht wtai i. jit ;s een teken aan ,ro/ wand. Ik bezit nu een- nub taal een heel scherp ij? endgevoel. Hoe vaak dit t ïh ik niet gemerkt dat M 'a ijn werk lang goed or"o leef omdat ik kennelijk «én tevoren wist dat de „p"'' iken die ik aan de orde ent lelde, iets zouden gaan "l^etekenen? Nu dus weer r. Atie berovingen. Het is "eb oodgewoon geworden. 'kejnl i ziet het voortdurend kudi m je heen gebeuren. "v'"; laar ik wist tien jaar ge- me «leden al dat dit zou ko- loni mn". rokl i' ^■fielijk gaat de brand in de siga- t lanêe onaangeroerd tus- mÉiijn druk gesticulerende han- >p tafel heeft gelegen. Na een ;temde dooltocht over de jlanden van het schrijverschap iHCuus Vleugel terug in terra cog- i, op vertrouwde grond. Terug de nieuwe musical die hij aan schrijven is. „Mimi Crimi" zal naam zijn. Zo heet ook de vrou we hoofdpersoon en dat laat ig te raden over. Notaris Slis- im heeft ervoor model gestaan, nationale hinkstapspringster sport van het frauderen. De boordencriminaliteit wordt 'de satirische korrel genomen, ir ook de kleine criminaliteit een klap op het hoofd voor intwintig gulden. En de samen- l tussen beide. De algehele ver- enoi 8'në van de moraal. njes «fai ikant detail npïa ^ant detail is dat Nelleke Burg in ziin 'Imi Crimi" een niet onaanzien- leze ie ro' za' sPe'en- Men kent haar oral van haar optredens in VA- Rooie Haan en Haagse Bluf ikaat** ze met ven'jn'8e trillers uit- aan alt in de richting van al wat naar Jrhts riekt. De nieuwe musical ns ter gaat haar tonen in een totaal P luwe rol. Die van patriciërsdoch- en typische VVD-mevrouw. ets heel anders dan je van haar i verwachten", grijnst Guus eugel. „Dat vind ik prikkelend. van omkering van het gangbare. De radox". Begrippen die nog vaker len vallen tijdens het interview. Oe trendgevoelige neus van Guus Vleugel snoof het tien jaar geleden al op: het fenomeen van de berovingen. „Ik was een van de eerste slachtoffers" VLEUGEL En geen te dik woord, dit laatste. Ooit, voordat hij zichzelf tot tijdelij ke vergetelheid verbande, werd hem door de Maatschappij der Ne derlandse Letterkunde de Van der Hoogtprijs toegekend. Een zeld zaamheid, want die onderscheiding was altijd exclusief voorbehouden geweest aan beoefenaren van de Grote Literatuur, maar Vleugel kreeg hem voor de teksten waar mee hij het vermaarde Lurelei-ca- baret op de wenken van Jasperina de Jong had bediend. „Arme ouwe" was een van die teksten en Vleugel kreeg er nog iets anders voor: een proces-verbaal wegens opzettelijke belediging van Hare Majesteit de Koningin. Althans bij gezagshand- havers bleek de tijd nog niet rijp voor zijn omkering van het gang bare. Vedette Notaris Slis-Stroom als model voor Mimi Crimi. Guus Vleugel ontving de inval toen hij deze ooit achtbare dame na haar vrijlating uit het ge vang zag optreden in de babbel show RUR van Veronica's Jan Lenferink. De crimineel als vedet te. En ze vormt geen geïsoleerd ge val. Pistolen Paultje. De gentle- man-boef Heer-Olivier. Rienk Ka mer met zijn trucendoos vol onroe rend goed. De halve penose op de afscheidsreceptie van de Amster dams politiecommissaris Toorenaar. Nederland laat het allemaal met een geamuseerd glimlachje over zijn kant gaan. Hoe dat kan? „Die figuren zijn daarom zo populair", bespiegelt Vleugel, „omdat de men sen in hun hart denken: ze zijn een van ons; wij zouden dat ook willen, als we durfden of slim genoeg wa ren. Een heleboel mensen zijn ge woon een beetje jaloers op die figu- Maar er bestaat ook een samen hang met de verschuiving van het morele klimaat hier ten lande. Arc tische rechtzinnigheid, aangeblazen door de ijzige adem van Calvijn, heeft het veld moeten ruimen voor een schier subtropische lankmoe digheid. Dat proces is al lang aan de gang, denkt Vleugel, en hij heeft er met zijn trendgevoelige neus het eerste vleugje al van opgesnoven toen het reukorgaan van de natie nog weggedoken zat in de wollen das van Vadertje Cats. „Ik denk dat de morele vervaging begonnen is met de Lockheed-affaire", for muleert hij, terwijl zijn glaasje ap pelsap behoedzame kringen be schrijft over het tafelkleed. „Luis ter, het zij verre van mij hier nog eens tegen prins Bernhard aan te gaan zitten schoppen. Wie zonder zonde is, werpe de eerste steen en zovoort. Maar de manier waarop hij toen is vrijgepleit, heeft mij nogal verontwaardigd. Ik herinner me reacties uit die tijd in de trant van: als hij zoiets mag, waarom zou ik dan dit en dat niet mogén?". Witwasserij Nu priemt zijn vinger. „Het is een staaltje van witwasserij geweest. Door een socialistische minister president nog wel. Een politieke daad. Absoluut niet integer. Maar ik stond vrij alleen met die mening. Iedereen riep: zo is het toch prach tig? Nee. zeg ik nu, je zult zien dat daar alles mee begonnen is. We zouden nu een veel meer heldere toestand hebben, als dat toen niet was gebeurd. Als Den Uyl toen een flinke kerel was geweest, zou hij de geschiedenis in zijn gaan. Maar hij is dat niet geweest en daarmee heeft hij een sluipend proces van morele vervaging in werking gezet. Ik vind het niet leuk om dit te zeg gen, hoor. Je bent dan al gauw een ouwe zwartkijker. En laat ik eerlijk zijn: er zitten ook een paar andere kanten aan. Ik vind het op een boosaardige manier vrij amusant om het proces te observeren. Want je hebt toch te maken met een bij- produkt van de vrijheid die we sinds de jaren zestig met z'n allen hebben gekregen. En die vrijheid wil niemand kwijt". Sardonisch gefonkel van brillegla- zen. „Wat die CDA-politicus roept hoe heet ook weer, Gualteri van Weezei, juist dat de criminaliteit een bijprodukt is van de permissive society, van een samenleving die veel door de vingers ziet, dat acht ik een juiste analyse. Maar het punt is, dat we met z'n allen die toegeef lijke maatschappij willen hou den De permissive society blijft, daar ben ik van overtuigd. De mensen hebben het nu toch veel meer naar de zin dan ooit tevoren? Een stap terug, zoals Gualteri van Weezei wil, dat kan helemaal niet. En het nadeel van zo'n vrije sa menleving, de criminaliteit, de on veiligheid, die nemen de mensen op de koop toe". Mammie Crimi De ironie van het aldus gegroeide klimaat zal het hoofdthema vor men van Mimi Crimi. De vreemde verscheurdheid van de moderne mens die iets wil en tegelijk niet wil. „Het publiek gaat mee met zo'n notaris Slis", mompelt Vleugel ingehouden, „en laat haar door Lenferink op de televisie inhalen als een soort vedette van de crimi naliteit. Maar diezelfde burgerij komt enorm in het geweer tegen de heersende onveiligheid. Terwijl het toch allebei een beetje hetzelfde is. De witte boordenmisdaad en de kleine criminaliteit zijn twee kan ten van dezelfde munt. In mijn musical zal Sylvia de Leur de moe der van Mimi Crimi spelen. Mam mie Crimi heet die. Een zeer ge zagsgetrouwe vrouw. De stem van de kleine burgerij. Het gedrag van Mimi vindt ze walgelijk, maar ze komt met zichzelf in de knel, om dat ze zichzelf voortdurend schaak mat zal praten wanneer die oude moraal van haar ook een aantal zeer immorele kanten blijkt te heb ben. Tenminste: dat denk ik. Mam mie Crimi moet nog groeien. Mimi trouwens ook. Ik sta pas in de startblokken. Mimi is nu in een groeistadium dat ik denk: ze komt in de eerste scène uit de Bijlmerba jes met iets van: ik wil ermee op houden, ik wil verder keurig door het leven gaan. Maar dan zal ze door de omstandigheden in ons cor rupte landje toch weer gedwongen worden om op het slechte pad te gaan". In beweging Het kan echter ook anders lopen. Vleugel zal het pas weten wanneer hij komende zomer is uitgeschre ven. „Misschien gebeurt er voor die tijd nog van alles. Het onderwerp criminaliteit is zo verschrikkelijk in beweging. Ik moet voortdurend bijstellen. „Een worsteling met di lemma's is het. De morele invals hoek vormt voor mij nog steeds een punt. Want wat zie je in de moraal? Uiteindelijk hebben we hier in Ne derland toch de moraal van de zelf verwerkelijking gekregen. Er be staan weliswaar een christelijke en een sociale moraal, maar dat is iets koels geworden, iets wat bewaakt en betaald wordt door de gemeen schap. Individueel zitten we niet meer zo op die christelijke of socia le moraal. We doen iets niet meer uit liefde voor de naaste, maar om dat we het leuk en creatief werk vinden. In wezen is dat natuurlijk een zeer egoïstische filosofie". Daar stuit Vleugel op zo'n dilem ma. „Want een junk wil zichzelf natuurlijk ook verwezenlijken. Hoe doet hij dat? Door driehonderd au toradio's te stelen. En wat moet no taris Slis doen om zichzelf te ver wezenlijken? Ze hoeft er niet per se een keurige notabel voor te blijven. Nee, als ze zichzelf op een andere manier kan verwezenlijken en ziet er een mogelijkheid toe door consequent te frauderen dan valt daar vanuit de heersende mo raal van de zelfverwerkelijking niet zoveel op aan te merken. Ik denk dat een heleboel mensen graag hetzelfde zouden doen en dat ze het zielig voor notaris Slis vin den dat ze zich er door die meneer Olivier in heeft laten luizen. Maar ja, die Olivier is een leuke, vlotte man die zich ook verwezenlijkt door middel van zijn streken. Dat verklaart dan weer de populariteit van Olivier". Het thema is niet nieuw voor Vleu gel. „Ik heb er samen met Ton Vorstenbosch al eens een toneel stuk over geschreven. De miracu leuze come-back van Mea L. Lo- man heette het. Dat gaat over een mevrouw die zichzelf verwerke lijkt en daar letterlijk alles voor over heeft. Ze verliest haar man, haar zoon pleegt zelfmoord, ze raakt helemaal in een afgrond, maar ze verwerkelijkt zichzelf wel. Want wat gebeurt? Ze was ama teur-zangeres en het eindigt ermee dat ze in een tehuis voor bejaarden Franse chansons zingt. Zie je de sa tire? Ik heb het geschreven in 1978. Toen hield ik me dus al lang met deze thematiek bezig, maar nie mand met uitzondering van Globe uiteindelijk wilde het stuk opvoeren. De mensen hadden het proces dat ik aan de orde stel de, niet in de gaten. Ze vonden het een onaangenaam thema. Vervol sleutels tot zijn schrijverschap int m Ierse U at m brui m heel ander» dan le van Mimi Crimi wordt gespeeld door Karin Bloemen, dè Jeugdige cabare tière die opviel in haar rolletje in De zoon van Louis Davids. gens heb ik Verwende Krengen ge schreven, mijn eerste cabaretpro gramma na een inzinking van ja ren. Dat zat ook op die lijn. Ik was de eerste die durfde zeggen: ver wende krengen, dat zijn we. Maar zo is het toch? In de jaren dertig gingen de mensen naar het theater, naar Louis Davids, om hun misère te vergeten. Nu gaan ze naar Aga- dir". Geïnterviewd over zijn come-back met Verwende Krengen juichte Vleugel indertijd: „Hoera, ik ben weer gaan doen wat ik het liefste wil en dat is cabaret; ik voel me als herboren". Waarom koud twee jaar later dan opeens een musical? Hij kaatst terug met een wedervraag „Wat is het verschil? Er zat voor mij aan Verwende Krengen een as pect van onvrede. Ik had het ge voel dat de vorm achterhaald was. Het leek wel Lurelei uit de jaren zestig. Ik moest uit een impasse en ik dacht: als ik een musical maak, heb ik het probleem in een klap opgeheven. Dan kan ik iets doen wat qua vorm veel meer in de tijd zit. En zo'n groot verschil is het niet, want ik blijf een satiricus. Ik ben inmiddels heerlijk op dreef ge raakt. Eigenlijk vind ik dit leuker". Nog een citaat uit een vroeger vraaggesprek. „Tegenover ander kleinkunstvormen stel ik de ele gantie van mijn cabaret. Het ele gante cabaret, zoals Wim Sonne- veld. Maar dan harder en scher per". Zullen dat ook de trekjes van Mimi Crimi zijn? Het is hier dat het onbestemde terrein van het schrij verschap betreden wordt. Een tas tend woordgebruik dus. afgewis seld met frequente denkpauzes en de bezorgde vraag of duidelijk is wat hij bedoelt. „Elegantie vat ik, behalve als een term die je voor een vrouw gebruikt, ook op als iets van vorm. Een zekere verfijning en scherpte. Ik heb dat altijd gehad, maar verder zie je het in Neder land niet vaak. Veel in de vader landse amusementssector wordt ge kenmerkt door medemenselijkheid of grofheid, maar niet door sierlijk heid in de vorm, de omkering van het gangbare, de paradox. In dat opzicht zal Mimi Crimi zeker ele gant zijn. Het verhaal eindigt met een totale omkering. Ik durf me ui teraard op geen enkele manier met een zo illuster iemand als de Fran se schrijver Marcel Proust te verge lijken. Kom zeg Maar ik bewonder hem enorm. Hij weet fantastisch de tegenstellingen met elkaar te ver zoenen van zijn behoefte om mooi te schrijven en zijn waarheidslief de. En dat op een ironische manier die zowel in elke zin zit als in de hele structuur van zijn werk Daar streef ik ook naar, dat is altijd al zo geweest. Heel mijn werk caba retteksten, toneelstukken, boeken, mijn vorige musical De Stunt en nu Mimi Crimi komt voort uit de zelfde invalshoek: de behoefte aan de paradox, aan het blootleggen van betrekkelijkheden". Nieuw gezicht Nog enkele zakelijke mededelin gen. Wanneer Guus Vleugel klaar is met schrijven en Ruud Bos zijn composities heeft voltooid, wan neer actrices en acteurs hun rollen beheersen en het ballet znn passen kent. volgen enkele proefvoorstel- lingen in het land. waarna het Am sterdamse Carré eind volgend jaar de première beleeft. Mimi Crimi dat bleef nog onvermeld wordt gespeeld door Karin Bloemen. De vragende blik dezerzijds ontmoet bij Vleugel begrip „Het is een jon ge cabaretière, maar we vonden net leuk om iemand met een nieuw gezicht te hebben Ze had een klei ne rol in de musical De Zoon van Louis Davids, en daarmee heeft ze grote indruk gemaakt Ze stak er met kop en schouders bovenuit Een geboren toneelpersoonlijk heid". Onvermeld bleef ook Luc Lutz die Hermes speelt „Dat was bij de Grieken de god van de die ven. Het leek me leuk hem terug te laten keren in een weer heidens f;eworden wereld waar hij bijacho- ing moet krijgen in allerlei nieuwe slinksigheden. Daar kan ik mee dollen. Het is natuurlijk mijn be doeling hem tot symbool van een zekere waarheid te maken, maar vooral moet er met Mimi Crimi veel en hard gelachen kunnen worden". PIET SNOEREN ZATERDAG 15 DECEMBER 1984

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1984 | | pagina 15