NUTS!"
Ardennenoffensief
laatste stuiptrekking
Hitler Duitsland
NV"
Museum trekt jaarlijks duizenden bezoekers
Vele
dokters
maken
spoeling
dun
jp). In
zocht
Bgendi
it het
terdac,
imor
von v
in ten 2
svolste
jiostb
de m
urney
hoofc
triek
■4 -film
lor de
beste
M verb
tieuze
Icht aa
tda 0
par he
\ar de
If zich
b/ Be 1
|n sue
Bar not
oden.
tterdag
I tweet
yclus.
ren vet
If a Hay
\„Gild,
w een
tan Joh
bf. Jar
pi opr
fhqetrc
fnaar
'Ida he
iindson
ire dooi
bieder
i ti
Dichte mist
Op 16 december 1944 is het Arden-
nenlandschap bij Bastogne bedekt
met een laag sneeuw en er hangt
een dichte mist rond deze hoogst
gelegen stad van België op het ge
lijknamige plateau. Het lijkt het be
wijs voor de profetische gaven, die
Hitier moet hebben gehad toen hij
de naam „Herbstnebel" bedacht.
De geallieerde luchtmacht, tot nu
toe de doorslaggevende factor in
het succes, is verlamd; er kan niet
worden gevlogen. Het gebied is
dun bezet met Amerikaanse troe
pen, die zich rust gunnen na de
overrompelende opmars uit Nor-
mandie. Niets lijkt die rust te kun
nen verstoren, want het gebied
leent zich volgens de Amerikaanse
staf niet voor grote operaties.
De Duitsers komen te voet. Door
de mistige bossen rukken zij snel'
op door de dun bezette Amerikaan
se linies. In enkele dagen bereiken
zij, nu gesteund door tanks, Dinant,
waar de bevrijding al uitbundig ge
vierd is. Duitse soldaten in Ameri
kaanse uniformen zaaien verwar
ring. Zij willen vooral voorkomen
dat de Amerikanen hun brandstof
voorraden in brand steken, omdat
de Duitsers die brandstof nodig
hebben voor hun eigen tanks.
Vanuit het noorden nadert de pant-
serkolonne van SS-kolonel Peiper,
die in Losheim doorgebroken was.
In de Schnee-Eifel zitten 9.000
Amerikaanse infanteristen ingeslo
ten. Monschau en Echternach blij
ven nog even in geallieerde han
den, maar Peiper kan doorstoten
langs Stavelot en Trois-Ponts naar
de vallei van de Amblève tot rond
Houffalize.
De stad Bastogne en omgeving
worden verdedigd door de 10e
gezocl
VV.'f
f BASTOGNE Het toverwoord bleek „nuts" te zijn. De Duitsers, die
in december 1944 in een allerlaatste poging om Antwerpen te herove
ren, een wig probeerden te drijven in de geallieerde linies, raakten
door dat simpele woord „nuts" (vrij vertaald: donder op) dusdanig in
verwarring dat het een niet onbelangrijke rol blijkt te hebben ge
speeld in de afloop van het Ardennenoffensief. Het was het simpele
1 antwoord van de Amerikaanse bevelhebber Anthony McAuliffe op
een ultimatum, dat de Duitsers stelden aan de omsingelde Amerikaan
se troepen. „Aan het Duitse opperbevel", schreef generaal McAuliffe
op 22 december 1944, „Nuts. De Amerikaanse bevelhebber".
Het is eind van dit jaar veertig jaar
geleden dat op de heuvels boven
het Wiltz-dal bij Bastogne de hel
losbrak. Tussen zaterdag 16 decem
ber 1944 en donderdag 4 januari
1945 trof de laatste stuiptrekking
van het naziregime het Ardennen-
|febied. In die periode sneuvelden
.497 geallieerden en 12.652 Duit
sers; 49.000 geallieerden en 63.000
Duitsers raakten gewond. Toen de
slag voorbij was telde men op het
slagveld 600 Duitse en 733 kapotte
Amerikaanse tanks.
Het plan tot het Ardennenoffensief
dateert van september 1944. Het
wordt ten onrechte ook wel „Von
Rundstedt-offensief" (de Duitse op
perbevelhebber in het Westen) ge
noemd, maar de planning was
voornamelijk van Hitier zelf af
komstig. De Führer schonk de
naam „Herbstnebel" aan de opera
tie. die de bedoeling had de snel
oprukkende geallieerden van hun
aanvoerlijnen af te snijden en zo
doende het Duitse Rijk van de tota
le ondergang te redden. De opera
tie had een kans van slagen, zo be
rekenden de Duitse strategen. De
fronten in Rusland en Italië leken
gestabiliseerd, er werd nog steeds
oorlogsmateriaal geproduceerd en
het moreel bleek aanwezig om suc
ces te hebben. In het geheim wer
den vanaf begin oktober de voorbe
reidingen getroffen. Het zou het
laatste Duitse tegenoffensief wor
den van de Tweede Wereldoorlog.
Amerikaanse soldaten graven zich in de sneeuw in tijdens de slag om
Bastogne.
Amerikaanse pantserdivisie en de
101e Airborne. Op 20 december
valt Echternach, een dag la(er
Sankt-Vith. Eisenhower, Bradley
en Patton, de drie Amerikaanse ge
neraals, besluiten een tweeledige
tegenactie uit te voeren: vanuit het
noorden een aanval van het eerste
Amerikaanse leger onder generaal
Hodges en vanuit het zuiden door
het derde Amerikaanse leger onder
generaal Patton. Gedurende de
nacht van 19 op 20 december weten
veel terugtrekkende Amerikanen
aansluiting te krijgen bij de eigen
linies rond Bastogne. Generaal
Troy Middleton heeft dan besloten,
voordat steun mogelijk is, alleen
Bastogne te verdedigen. Op 20 de
cember wordt hij daarvoor door
Patton in Arlon op het matje geroe
pen. „Troy", zal Patton op zijn be
kende snauwende manier opmer
ken, „ik heb in mijn leven al veel
stommiteiten meegemaakt, maar
jouw besluit om de 101e Airborne-
divisie in Bastogne te laten omsin
gelen. is toch wel verreweg de
grootste". Later zal Patton het „een
geniaal idee" noemen, omdat met
die strategie de Duitse aanvoerlijn
bemoeilijkt werd.
Nog 48 uur
De verdediging van Bastogne is in
handen van generaal McAuliffe.
Op woensdag 20 december laat hij
het hoofdkwartier weten dat hij
nog 48 uur zal kunnen standhou
den. Op diezelfde dag zegt de
SS-Gruppenführer Fegelein tot
Hitier; „Nog vanavond nemen we
Bastogne". Het lukt niet. De 26e di
visie Volksgrenadiere, versterkt
door 15 pantsertanks met belangrij
ke artilleriesteun, met hulp van de
5e divisie parachutisten en overle
venden van het 901e pantserregi
ment slagen er niet in via het noor
den of oosten door te breken. Met
een minimum aan munitie houden
de Amerikanen stand. Generaal
Von Manteuffel, de Duitse bevel
hebber, vraagt om versterking.
Inmiddels wordt het steeds kouder
en het gaat hevig sneeuwen. Even
na half twaalf op 22 december gaan
de sergeants Oswald Butler en Carl
Dickinson en soldaat Ernest Pre-
metz vier Duitsers tegemoet, die
met een witte vlag vanuit de rich
ting Arlon komen. Zij brengen de
Duitsers naar de commandopost
van kapitein James Adams, die
naar het hoofdkwartier seint: „Vier
moffen zijn met een witte vlag bij
ons aangekomen. Ze zeggen dat ze
onderhandelaars zijn. Wat doen we
ermee?". Twee van hen, officieren,
worden geblinddoekt en naar het
hoofdkwartier van kolonel Joseph
Harper gebracht, die het volgende,
voor McAuliffe bestemde bericht
uit handen van de Duitsers ont
vangt: „Aan het Amerikaanse Op
perbevel van de omsingelde stad
Bastogne. Het oorlogsgeluk is ver
anderlijk. Dit keer zijn de Ameri
kaanse strijdkrachten door sterke
Duitse eenheden omsingeld. Om
aan de totale vernietiging te ontko
men, blijft de Amerikaanse troepen
nog de enige mogelijkheid over om
de omsingelde stad over te geven.
Mocht dit voorstel verworpen wor
den dan staan een artilleriekorps
en 6 bataljons luchtdoelartillerie
klaar om de Amerikaanse troepen
in en om Bastogne te vernietigen.
Dit bombardement zal uiteraard
onder de burgerbevolking ernstige
verliezen veroorzaken, hetgeen on
verenigbaar lijkt met de alom bek
kende humanitaire gevoelens van
de Amerikanen. Het Duitee Opper
bevel".
Na het gelezen te hebben gooit
McAuliffe het bericht op de grond.
„Nuts", zegt hij. McAuliffe, een
man, die zich niet al te best kan
uitdrukken, vraagt zich vervolgens
af wat hij de Duitsers moet ant
woorden. „Naar mijn gevoel, gene
raal", zegt overste Hardy Kinnard,
„was uw reactie beslist de beste".
„Wat heb ik dan
„Nuts, generaal".
Een sergeant typt vervolgens het
vermaard geworden antwoord uit.
Von Manteuffel en zijn staf weten
er geen raad mee. Betekent het dat
de Amerikanen sterker zijn dan de
Duitsers vermoeden? Zijn er ver
sterkingen in aantocht? De hoop op
slagen wordt getemperd.
De hevige sneeuwval doet niets af
aan de moordende aanvallen van
de Duitsers. De Duitse artillerie
spuwt de gehele dag vuur en
's nachts wordt voor de eerste keer
de stad door de Luftwaffe gebom
bardeerd. Sommige batterijen van
het B-gevechtscommando van ko
lonel Roberts hebben nog tien scho
ten per kanon, die van de 101e di
visie nog 120 schoten. Daarom be
sluit McAuliffe dat er alleen nog
maar gevuurd mag worden „als
men het wit van de ogen van de
vijand ziet".
In deze uiterst benarde positie ge
schiedt op 23 december het wonder.
Om iets voor twaalf uur slaat het
weer om, het klaart op, en onmid
dellijk verschijnt de eerste golf
vliegtuigen, die aan honderden pa
rachutes de zo noodzakelijke muni-
De Amerikaanse bevelhebber McAuliffe (links) die zijn Duitse tegen
stander generaal Von Manteuffel overblufte met het historische „Nuts".
Guy Franz Arend werd als jonge
man met zijn ouders vanuit Bastog
ne geëvacueerd, toen het Arden
nenoffensief begon. Vanaf dat mo
ment heeft de veldslag hem nooit
meer losgelaten.. Hij begon verwoed
alles te sparen wat maar aan het
offensief deed denken. In 1950 had
hij al een indrukwekkende verza
meling, maar hij kwam door een
toevalligheid op het idee van een
museum. „Ik zat op een terras in
Bastogne en hoorde mensen zeggen
dat het jammer was, dat er geen
museum bestond over de Slag om
Bastogne. Dat zette me aan het
denken", zegt Arend „Een paar
maanden later opende ik het Nuts-
museum.
In 1976 kon Arend, geheel op eigen
kracht, het Bastogne Historical
Centre laten bouwen op de heuvel
van de Mardasson bij Bastogne. Ik
heb daarbij geen enkele medewer
king van de gemeente gehad", zegt
hij, „integendeel, men heeft mij
eerder tegenge werkt
Over belangstelling heeft Arend
niet te klagen. Zijn museum trekt
per jaar 200.000 bezoekers, van wie
zeker 120.000 Nederlanders. De
Amerikanen nemen als bezoekers-
groep de tweede plaats in met zo'n
40.000 belangstellenden per jaar.
Het museum geeft een volledig
beeld van het verloop van de veld
slag. Bovendien zijn alle unifor
men, wapens, zelfs de pakjes siga
retten en kauwgum, afkomstig van
militairen, die erbij betrokken wa
ren.
Guy Arend heeft één belangrijk
wapenfeit op zijn naam: hij bracht
de twee grote tegenstanders uit
1944, generaal Anthony McAuliffe
en de generaal van de Duitse tank
eenheden, Hasso von Manteuffel,
in 1977 weer in Bastogne bijeen.
Beiden waren bereid Arend zo te
adviseren, dat vrijwel geen detail
in het museum ook maar enigszins
op een historische vervalsing lijkt.
„Omdat ik ook wilde uitbeelden
hoe Von Manteuffel de slag gezien
en beleefd heeft, heb ik te maken
met één soort kritiek", aldus
Arend, „en dat is dat het museum
te objectief is".
Het Bastogne Historical Centre is
alle dagen geopend. In de zomer
maanden van 08.00 tot 19.00 uur en
's winters van 10.00 tot 17.00 uur.
Toegangsprijs 120 frank.
tie droppen. Later in de midcjl
verschijnen nog eens 241 vlieg»
gen boven de Amerikaanse linj
met 1.446 ladingen. En in de avoj
van Tweede Kerstdag slagen I
tanks van Patton erin de beleget
stad te ontzetten. De geallieerde,A
prematie in de lucht wordt wI
ten volle benut. Tussen Kerst#
Nieuwjaar weten de Amerikaf
de Duitsers terug te dringen tetY
stellingen die zij bij het begin x
het offensief van 16 december
namen.
Onderschat
Het geallieerde oppercommaJÉjj
heeft midden december de DuW
slagkracht zeker onderschat. M
bres, die de Duitse troepen wisfl
te slaan in het Ardennenfront,
niet nodig geweest als men tiji
het gevaar ingezien had.
Waarschijnlijk is het Montgomp
geweest, die de tactiek bedacht
de Duitsers zo ver te laten oprij*
ken, dat zij uiteindelijk steeds vr
der van hun doel raakten, namel
de doorbraak over de Maas tuss
Luik en Huy en de verovering v-
de grote geallieerde voorraadde»
bij Spa. Zo kwamen de Duitsers-
Celles, enkele kilometers buit
Dinant, op Eerste Kerstdag zonr
benzine te staan. Op die dag h)
haalden de zenders van de pantsk
divisies en gemotoriseerde brigaj
van de Duitsers steeds weer „Ol.
we hebben dringend Otto nod£
Het was het codewoord vf
brandstof. Een tekort aan braF
stof, het plotseling opklaren VNOS
het weer en het oprukken van R30 Ni»
ton in het zuiden werden de D»«lecht
sers tenslotte fataal KRO
Het Ardennenoffensief, een van:00 Eu
grootste veldslagen uit de Twetuit Bri
Wereldoorlog met een bijna drarlNOS
tisch verloop voor de geallieerdiOO NU
heeft geen geringe gevolgen gehslecht
Doordat Hiüer in zijn wanhoops|45 Te!
ging het grootste gedeelte van Jschool
reservetroepen inzette, kwam derlan
mankracht en materiaal te k|1830
toen de Russen op 12 januari llbeginri
hun winteroffensief begonnen, gen bi
Amerikanen zagen tegelijker|7); 15.<
hun opmars vertraagd. Zonder Iderder
Ardennenoffensief zou het IJzeiProgra
Gordijn wellicht tientallen kiloijvrouwe
ters meer naar het oosten heblfvrouwt
gelegen. VPRO
AAD JONGBLO130 He'
ZATERDAG 24 NOVEMBER 11
Het gaat niet goed met de huisdokter.
Een dikke week geleden namen boze
huisartsen in Utrecht een motie aan met
de volgende inhoud: de huisartsenprak
tijk moet de komende jaren terug van
2.500 naar 2.000 patiënten, maar dan
moet de dokter wel evenveel blijven
verdienen. Wie moet dat betalen? en
ik, de ziekenfondsen dus. In plaats van
100 gulden per patiënt per jaar willen
huisartsen 120 gulden beuren. Heeft
staatssecretaris Van der Heijden daar
geen oren naar, dan volgt op korte ter
mijn actie, harde actie. „De huisartsen
beginnen recalcitrant te worden", aldus
voorzitter W. J. de Regt van de Lande
lijke Huisartsen vereniging (LHV).
Onwillekeurig denk je dan terug
aan het jubeljaar van de huisartsen,
1966. Toen speelde ongeveer dezelf
de kwestie. In dat jaar kreeg de
huisarts (hoe vliedt de tijd) 16,93
per jaar per ziekenfondspatiënt bij
een praktijk van 2.700 patiënten.
Veel te weinig, vonden veel dok
ters, daar moest minstens 50 pro
cent bovenop. Het bestuur van de
LHV weifelde en durfde niet ver
der te gaan dan een schamele 13
procent.
Radikalinsky's onder de leden na
men de macht over en J. F. A. van
Rijn werd voorzitter. Hij wilde
geen verhoging van 13 procent, ook
nigt van 50 procent, nee, het abon
nementsgeld moest verdubbeld
worden. Hij dreigde de overeen
komsten met de ziekenfondsen op
te zeggen en de patiënt per verrich
ting te laten betalen. Die moest dan
maar zien hoe hij zijn geld van het
ziekenfonds terug kreeg. Bij wet
zijn de fondsen verplicht om min
stens een gedeelte daarvan terug te
betalen. Kortom, enorme herrie in
de hut, er werd een onvermijdelij
ke commissie van Wijze Mannen
ingesteld en de huisartsen kregen
grotendeels gelijk. In een klap ging
het abonnementsgeld met 60 pro
cent omhoog.
Marktwaarde
Dat waren nog eens tijden. Maar
weerom komen zullen ze wel niet.
Zijn jullie nu iets dergelijks van
plan?, vroeg ik LHV-voorzitter De
Regt. „Daar wor^t nog niet over
gedacht", zegt hij; De Regt houdt
zijn kruit droog „Zoiets kan niet
meer", zegt de secretaris van de
Vereniging van Nederlandse Zie
kenfondsen (VNZ) drs. F. H. Werk
man.
Ik denk dat de laatste gelijk heeft.
Sinds 1966 is de marktwaarde van
de huisarts enorm gekelderd De
wet van vraag en aanbod heeft toe
geslagen. Wat is het geval? De
huisarts heeft een winkel. U bent
de klant, hij is de winkelier. Vrij
ondernemerschap dus, en dat vaan
del hebben artsen altijd hoog ge
houden toen het goed met ze ging.
Van Vader Albedil, de staat, wil
den ze toen niets weten.
Als vrije ondernemer heb je te ma
ken met de ijzeren wet van vraag
en aanbod. Zijn er te weinig klan
ten dan gaat het niet goed met je.
Zijn er te veel winkeliers, dan gaat
het ook niet goed. De moeilijkheid
met de huisartsen is, dat het aantal
klanten (bijna 15 miljoen Nederlan
ders) gelijk is gebleven, terwijl het
aantal gezondheidswinkeliers de
laatste tien jaar enorm is gestegen.
De klad kwam er in in het midden
van de jaren zeventig Toen stu
deerde de geboortegolf af Er kwa
men te veel huisartsen, bij gelijk
aanbod van praktijken. De wet van
vraag en aanbod liet de overname-
-prijzen stijgen tot duizelingwek
kende hoogten. Geen gevestigde
arts die toen klaagde overigens.
Hoe ging dat? De jonge dokter
moest (en moet nog steeds) niet al
leen de goodwill betalen, maar ook
een veel te hoog geprijsd praktijk-
pand en vaak ook nog eens ver
plicht tegen een fantasieprijs het
woonhuis van de verkopende dok
ter.
Krankzinnige bedragen zijn er toen
betaald, tot over de miljoen gulden.
De banken financierden grif, want
van dokters die op de fles gingen
had niemand ooit gehoord. Maar ze
gingen wel degelijk op de fles. De
rente steeg tot 12 13 procent, de
droompraktijk viel soms niet meer
te betalen en de banken werden
dan onverbiddelijk. Een fiscaal-ju
ridisch adviseur: „Dan is er met de
banken niet meer te praten, ze leg
gen er de knoet over, ze kleden je
tot het allerlaatste uit".
Niemand die toen sprak van prak
tijkverkleining om ook de jonge
dokter aan een baan te helpen. Pas
toen jonge huisartsen in gingen
breken op de huisartsenmarkt en
zonder toestemming van hun colle
ga's een winkeltje op de hoek be
gonnen, pas toen riep iedereen ach
en wee. In vliegende haast werd in
1980 een vestigingsbeleid in elkaar
gefabriekt.
2000 Patiënten
Goed beschouwd was dat een po
ging om de boterham aan twee
kanten te besmeren. „Huisartsen
geven het vrije ondernemerschap
op", heette het toen in de krante
koppen, maar zo was het niet. De
huisarts gaf alleen de onaangename
kanten van het vrije ondernemer
schap op Met wettelijke maatrege
len zouden „wilde ve:
?jonge dokters moeten worden Joi
komen en over de idiote toestanLQ -
bij de verkoop van praktijken wLram_
hooguit zorgelijk het hoofd j®
schud. Bovendien werd de vrk_
wens utigesproken dat de geiT~
delde praktijkgrootte terug Lc9T_.
gaan naar 2.000 patiënten. uiL.
aard met behoud van inkomeni1
Prachtig allemaal, maar wie I
dat betalen? De ziekenfondsen *00 Joi
len, als ze al kunnen betalen, WVPRO
bij de vis. Voor meer geld zouj05 Jip
meer waar moeten worden flJO Lai
verd. Werkman, secretaris vanp'briel'
VNZ: „De praktijken zijn danJ25 Th<
kleiner geworden maar van de
der verwijzen naar de specialis^o.a.: ir
minder voorschrijven van gerijen eer
middelen hebben we niets kuitooepe
merken". Garanties dat de zorglBrag e
ter wordt door verplichte nasf®d, UE
ling bijvoorbeeld, hebben de I^Shriekl
artsen nooit willen geven. I
Nee, de huisartsen beleven nifJO Nic
schaduwzijde van het vrije onpO Hel
nemerschap waar ze toenjKayzer
nog goed ging altijd bij gezwf'ng
hebben. Ze hebben de tijd t«#OOlBH<
hun marktwaarde is gekelwjjte |Jz<
Drie jaar geleden zei een ar»30 VPI
naar van Volksgezondheid hef Hm N
„Het LHV bouwt zandkastelen ln|eidin
opkomende vloed". p5 D