finale itll Huwelijks- bemiddeling moet in het ziekenfonds" ZATERDAG 3 NOVEMBER 19 De vader is de dader. Het staat niet expliciet in de uitno diging, maar deze aanklacht zal het hoofdthema vormen van een symposium over in cest (bloedschande) dat minis ter van justitie Korthals Altes woensdag 7 november zal ope nen in het congrescentrum Evert Kupers te Amersfoort. Een keur van sprekers zal vanuit verschillende invals hoeken de schijnwerper zetten op het laatste taboe dat de seksuele revolutie nagenoeg onbespreekbaar heeft gelaten. Zo zal de Utrechtse hoofdofficier van justitie mr. A. Herstel een be spiegeling houden over het beleid dat het openbaar ministerie in za ken van bloedschande (maximum straf zes jaar) pleegt te voeren. Maatschappelijk werkster Carla van Lichtenburcht (één van de op richtsters van de Vereniging tegen seksuele kindermishandeling bin nen het gezin, nu als ervaringsdes kundige werkzaam bij de zedenpo litie te Utrecht) zal de knelpunten blootleggen die de opvang van alle betrokkenen bij incest bemoeilij ken. En dr. Woet Gianotten, als medisch seksuoloog verbonden aan de Rutgersstichting, zal, jawel, het daderschap van de vader centraal stellen. Dit alles onder leiding van prof. J. E. Doek, kinderrechter te Den Haag en hoogleraar jeugd- en jeugdbeschermingsrecht. Rechtvaardigt de omvang van het verschijnsel incest zoveel sprekers- geweld? „Ja", vindt Carla van Lichtenburcht die het initiatief tot de studiedag heeft genomen. „Ik denk dat bloedschande waanzinnig veel voorkomt. Exacte gegevens ontbreken. Maar als ik zo'n schat ting van een onderzoeker hoor, dat er in één op de acht gezinnen wel eens incest gepleegd wordt, acht ik dat ^een gek cijfer. Zelf heb ik hier in éen jaar 73 meldingen gehad. Uit Utrecht. Nou, dat noem ik veel. En in acht van de tien gevallen betrof het vaders die seksueel misbruik hadden gemaakt van hun dochters. Uit alle lagen van de bevolking. Er heerst een hardnekkige mythe dat incest alleen voorkomt in milieu's die laag op de maatschappelijke ladder staan. Ik had er zelfs een dominee bij. Hoewel onder bloed schande ook seksuele relaties ver staan worden tussen broers en zus ters, zonen en moeders, grootvaders en kleindochters en zelfs neven en nichten, overheerst sterk de ver houding vader-dochter". Meldingspunt Maar veel blijft giswerk. Wat speelt zich af onder de waterspiegel? Daarom zal Carla van Lichten burcht tijdens het symposium met name aandringen op het instellen van een landelijk meldingspunt. „In Amerika zijn hulpverleners zelfs verplicht om gevallen van in cest aan te geven. Ik vrees dat zo iets in Nederland niet lukt. De mel dingsplicht voor geslachtsziekten komt al nauwelijks van de grond. Maar een landelijk meldingspunt dat louter dient ter registratie, moet toch kunnen? Het bestaande Bureau Vertrouwensartsen zou die taak op zich kunnen nemen. Ze doen het al voor kindermishande- Ze telt af: „Bij de politie wordt een melding van incest vaak onder schat. Men heeft geen oog voor het slachtoffer. „Is het wel echt ge beurd?", krijgt zo'n meisje te horen. Of: „Besef je wel wat het voor de carrière van je vader betekent als je aangifte doet?". Dat laatste heb ik onlangs nog meegemaakt. Pot verdorie, het wordt hoog tijd dat de politie de slachtoffers van incest eens serieus gaat nemen. Vervol gens jusitie. Daar ontbreekt besef voor de ingewikkeldheid van het probleem. Men denkt te gauw dat men van alles af is door de vader naar de gevangenis te sturen. Men ziet niet dat incest het hele gezin raakt. Misschien is het in sommige gevallen wel beter om te volstaan met al dan niet gedwongen hulp verlening. En wanneer een officier van justitie een zaak seponeert, laat hij dan in elk geval praten met het slachtoffer. Als zo'n dochter niet wordt uitgelegd waarom vader geen straf krijgt, is dat voor haar psychisch erg schadelijk. De sepo nering kan door haar familie zelfs tegen haar gebruikt worden. Het kind krijgt het verwijt te horen: zie je wel, zo erg is het allemaal niet geweest". Eenzijdig Dan is er nog de reclassering. „Die zit helemaal aan de andere kant van de lijn", constateert Carla van Lichtenburcht. „Die vertegenwoor digt alleen het belang van de va der. Die wil al heel snel weer ge- zinsgesprekken op gang brengen zonder zich af te vragen wat een confrontatie met de dader bij het slachtoffer kan aanrichten. Voor mensen van de reclassering is het juist uiterst belangrijk dat ze op één lijn zitten met de hulpverlening aan de dochter of de moeder en dat ze niet uitsluitend met de vader aan de gang gaan. Anders kunnen er verschrikkelijke dingen gebeu ren. Ik had laatst het geval van een vader die de brieven van zijn doch ter aan de reclassering controleer de; hij liet haar schrijven dat alles prima ging en bleef ondertussen rustig doorgaan met de incest. Dat meisje was doodsbang. Hetgeen me op de kinderbescherming brengt. Ik loop regelmatig tegen schadelij ke bezoeksregelingen op. Dan is in cest de reden voor echtscheiding geweest en wordt zo'n kind toch gedwongen van tijd tot tijd naar haar vader te gaan. Ik ken een meisje dat van angst asthma-aan- vallen krijgt wanneer ze naar haar vader moet". Eigen normen De hulpverlenende instanties ten slotte. „Hulpverleners", aldus Carla van Lichtenburcht, „worden in ge vallen van incest geconfronteerd met hun eigen waarden en normen omtrent huwelijk, gezin en opvoe ding. Met de eigen opvattingen over seksualiteit ook. Dan kan blij ken dat het gezin voor de hulpver lener een heilig huisje is, de hoek steen van de maatschappij. Hij kan vinden dat het gezin waarin seksu ele kindermishandeling plaats vindt, kost wat kost intact moet blijven. Ook kan hij opzien tegen de machtspositie van de vader of zelfs bang voor hem Zijn" Dan krijg je reacties in de trant van: „Je moet je niet zo aanstellen"; „zoek maar een vriendje, dan vergeet je het ling. Waarom niet voor incest? Of Volksgezondheid zou een meldings punt in kunnen richten. Kijk, je moet ergens ondergebracht zijn bij een computer zodat je op elk ge wenst moment een uitdraai kunt maken. Nu zit er niet eens lijn in wat er bij de verschillende politie bureaus in het land aan meldingen binnenkomt. Het is verschrikkelijk belangrijk dat we beter zicht krij gen op het vraagstuk. Want zolang we de juiste omvang ervan niet kennen, kunnen we blijven zeggen dat het niet bestaat of dat het zo'n vaart niet loopt". Praktisch probleem Bloedschande is vooral een prak tisch probleem. Maar de benade ring ervan loopt meestal via theo retische wegen. „Het slachtoffer van incest heeft een onbewust dwangmatig-masochistische per soonlijkheidsstructuur", heet het dan, wat in gewoon Nederlands zo veel wil zeggen als: ze wilde het zelf. Ofwel „het slachtoffer ver toont een onbewust pre-oedipaal wraakgevoel jegens de moeder door een seksueel bondgenootschap met de vader aan te gaan". Heel anders, maar even theore tisch, wordt in de feministische hoek gedacht. Daar legt men het misbruik van dochters door vaders uit als een gevolg van het heersen de sexisme, als onderdeel van de totale onderdrukking van de vrouw. Hoezeer zo'n theorie op los zand is gebouwd, heeft de Leidse hoogleraar seksuologie prof. J. Frenken al eens duidelijk gemaakt. „Elke vader", stelde hij nuchter, „staat in een machtsongelijke rela tie tot zijn dochter, maar toch pleegt niet elke vader incest. De verschillen tussen vaders die wel en die niet seksueel misbruik ple gen, zijn niet puur willekeurig. Ge- zinsgeweld is niet toevallig of luk raak". Daarom is het krijgen van inzicht zo geboden. En omdat het een praktisch vraagstuk betreft, heeft Carla van Lichenburcht ditmaal al lerlei mensen uit de praktijk naar Amersfoort opgetrommeld, verte genwoordigers van politie, justitie, kinderbescherming, reclassering en vertrouwensartsen. Het is voor het eerst dat een dermate gemeleerd gezelschap zich over het probleem incest buigt. „Ons symposium van vorig jaar kreeg alleen half hulp verlenend Nederland over de vloer. Dat was niet genoeg. Maar bij de brede groep van nu is het on derwerp veel moeilijker aan te zwengelen. Het ligt te ingewikkeld. Zelfs wanneer incest louter afge handeld wordt als een strafbaar feit, zie je dat er in de justitiële mo len vaak iets fout gaat. Er is geen beleid. Je mist de lijn. De actie die het openbaar ministerie onder neemt, loopt uiteen van seponeren terzijde leggen tot het eisen van de zwaarste straf. En er wordt niet verder gekeken. Er wordt niet over nagedacht dat zo'n vader op een goed moment weer terugkomt jn het gezin". Mentaliteit Carla van Lichtenburcht hoopt met het symposium een mentaliteits verandering op gang te brengen. Wat er schort aan de mentaliteit? ril* wel; misschien hield je vader veel van je, was je niet blij mef aandacht?". Als medewerkster de Vereniging tegen seksuele dermishandeling binnen het heb ik meer dan tweehonderd cestgeschiedenissen gehoord. Dj ren er misschien vijf bij i het slachtoffer de gel hulpverlening als positief had Triest dus". Eng blikveld Wat Carla van Lichtenburcht bereiken, is dat alle hierboven J noemde groepen, zoals z< Amersfoortse symposium i woordigd zijn, de bereidheid wikkelen om samen te gaan 1 ken. „Ik vind dat ze moeter erkennen: van onszelf te weinig over incest; hetl zaak dat we te rade gaan bij i r verstand van hebben. 1 aan deskundigheidsbevj dering gaan doen. Nu zit iedew vaak op zijn eigen eilandje 1 denkt vanuit dat enge blikvl over incest. Het gevolg is, dat al I verschillende opvattingen doqr kaar heenlopen. Er zouden veel meer samenwerkingsver! den moeten komen tussen polil justitie, reclassering, kinderf scherming, vertrouwensartsen hulpverleners. Steden als Leeuw den en Enschede kennen menwerking al. Den Haag i Maar het dient veel meer i breid te worden". Naast een landelijk melding! en een netwerk van samer kingsverbanden heeft Carla Lichtenburcht nog een derde v op haar verlanglijst. BloedschaiP moet in het opleidingspakket v alle hierboven genoemde groept „Ik wijt de onwetendheid en DEL] macht op het gebied van inqende mede aan het feit dat er bij vrij^jch geen enkele opleiding aandaLni,p voor is. Neem artsen. Die leren F leen dat er van incest zieke kind|Vari tjes kunnen komen. Of juristpenta Die leren alleen dat het een stiether baar feit is en horen niets vanPapej psycho-sociale kant. Het hjkuch woord incest komt trouwens in TuoU, wetboek van strafrecht niet vtf' Je moet in allerlei artikelen zoeken om strafbaarheid te c&how strueren. Artikel 249 bijvoorbedlliter! Dat spreekt alleen over mindeij^keeri gen. Jonger dan 21 dus. Laatst üancje ik een geval van een vrouw bij de incest door de vader begon t4r- ze twaalf was. Het ging door )luut: haar zevenentwintigste. Pas toweet durfde ze aangifte te doen, maarlke S1 officier van justitie zei: „Tja, u b^aa] meerderjarig, u had kunnen wei)moe| ren; ofwel u moet aangifte van v Jen» krachting doen, maar dan moet sprake zijn geweest van gewei Zelfs de opleidingen voor nuTl."e' schappelijk werk besteden g®10'" aandacht aan het verschijnsel K"30^1" eest. Ja, heel af en toe wordt er fiestoi genwoordig om voorlichting kenni vraagd, maar dan denken ze datKien- aan twee uur genoeg hebben fie pl; deskundig te zijn. Bijna niema100^ durft incest te benoemen, bang|J3> men is voor de gevolgen die nP3311 losmaakt. Ik hoorde het laatst d#Tieer een arts aardig samenvatten. J°ver- eest", zei hij, „daar moet je je \£how gers niet aan branden". voor PIET SNOEB?ettei UTRECHT Alleen in het leven te moeten staan, terwijl je liever een partner zou heb ben, is geen ziekte, maar wel een handicap. Daarom zouden de honderden guldens die een alleenstaande kwijt is als hij zich inschrijft bij een relatie bemiddelingsbureau door het ziekenfonds vergoed moeten worden. Deze suggestie deed Jan Wilms van de stichting Vrij en Blij eerder deze maand op een congres te Utrecht, waar organisaties die de belangen van alleenstaanden behartigen bij- De naam Vrij en Blij suggereert dat de stichting nu juist niet de bedoe ling heeft om alle alleenstaanden het huwelijk in te praten. „Dat klopt", zegt Wilms, maar er zijn nu eenmaal mensen die een vaste partner als absolute voorwaarde zien om normaal te kunnen func tioneren in de samenleving. Als ze niet slagen worden ze ongelukkig, en in extreme gevallen zijn ze zelfs hun omgeving tot last. Dus past de relatiebemiddeling in het zieken fonds-pakket. Als een zieke zou moeten adverteren om te vragen om genezing, zou dat toch ook ab surd zijn?". „Een staaltje van onzindelijk den ken", zo noemt Joke Kuijlman van de Raad van Toezicht op de Dienst verlening bij Huwelijkscontacten, het plan van Vrij en Blij. De raad controleert de bemiddelingsbu reaus. Joke Kuijlman vindt dat als de kosten van relatiebemiddeling in het ziekenfondspakket opgeno men moeten worden, hetzelfde zal moeten gelden voor de kosten van televisie en krant. „Voor bejaarden en alleenstaanden is dat vaak de enige bron van informatie. En de wasmachine moet dan ook maar in het ziekenfonds, want wie geen wasmachine kan kopen, moet op de hand wassen en de handwas gaat ten koste van de sociale contacten". Zielig Het ergste vindt Joke Kuijlman dat de alleenstaande op deze manier weer in een bepaalde hoek gestopt wordt. „Op het congres werd nu juist benadrukt dat het alleen zijn positief benaderd moet worden. Als huwelijksbemiddeling in het zie kenfondspakket wordt opgenomen, is de alleenstaande toch weer zielig. Zoiets werkt negatief stigmatise rend". Dat de bemiddelingsbureaus, voor veel alleenstaanden onbetaalbaar zijn prijzen van f 800,- tot f 1.000,- zijn geen uitzondering hoeft volgens Kuijlman geen pro bleem op te leveren. Vaak krijgen bijstandmoeders de kosten van de gemeente vergoed. Logisch, want uit een nieuwe relatie volgt in veel gevallen samenwoning en dan ver valt de bijstandsuitkering. Maar Idee van Vrij en Blij: Via het ziekenfonds op naar het stadhuis. mensen zonder uitkering oog valt er nog wel passen. „Er zijn er die gratis bij het bureau ingeschreven staan en ook mag men weieens in termijnen be talen. Ik vind het een goede zaak, als de gemeente, of een of ander rijksfonds, de kosten op zich neemt. Maar het ziekenfonds moet dat niet doen. Ook al omdat het fonds dan veel te duur zou worden. Iedereen moet daarvoor hogere premies gaan betalen. Bovendien, welke ga rantie op geluk biedt een partner? Onder gehuwden komt toch ook stress voor?", aldus Joke Kuijlman. Notoire klagers Er kleven trouwens ook grote na delen aan, als er ineens een grote stroom alleenstaanden op zoek naar een levensgezel(lin) bij de bureaus zouden komen. Joke Kuijlman is althans niet erg enthousiast over de mensen die op dit moment al gratis meelopen. „Die zijn eigenlijk hele maal niet zo gemotiveerd. Het zijn voor negentig procent notoire kla gers die veel te veel eisen stellen. Want hoe gaat dat: ze schrijven zich maar in, want het wordt toch wel vergoed. Als ze iemand ont moeten gaan ze er een paar keer mee uit, en verder blijven ze inge schreven staan. Op dezelfde wijze is het toch met de medicijnen ge gaan? Doordat alles in het zieken fondspakket zat, werd er veel te veel voorgeschreven. Zo zouden ;arc bemiddelingsbureaus horden mfclat sen krijgen, en ik denk dat ze d om helemaal niet mee gediend zoui nog :arc Voordelen Vrij I Wilms mogen geloven, gloren 1 echter grote maatsehappeli lis) voordelen aan de horizon wann ,sto de bemiddeling wel in het ziek 0os fondspakket wordt opf Niet alleen zouden veel leenstaanden via de bureaus 11. I J Ir jk *k( Jacob(a) tegenkomen e gaan voelen, gunstige uitwerking op de woni markt. „Immers, het doel van n zoeken naar een partner is v r°( om ermee samen te gaan wonen dan komen er weer wat hui^'Jn Van de twee miljoen alleensU den zijn er ongeveer zoek naar een partner. Ondert^ sen hebben we 30.000 echtsehek ^a' gen per jaar, waar dus 60.000 m sen bij betrokken zijn. Er kol steeds meer mensen die vere€l^e! men in hun huwelijk en op een paald moment liever vrij er 1 zouden ziin. Misschien een idee om de kosten van een scheiding in het ziekenfondsp; op te nemen? DENISE DAN!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1984 | | pagina 18