De stille revolutie in de hemofilie Aangeboren Dat gemis is aangeboren en komt alleen bij mannen voor. Vrouwen kunnen als drager hemofilie alleen op de volgende generatie overbren gen. Heb je hemofilie dan kun je slecht tegen een stootje. Kruipen veroorzaakt blauwe plekken, het wisselen van de tanden een on- stelpbare bloeding, lippen of tong bloeden makkelijk. Berucht zijn de inwendige bloedingen. Die kunnen vooral kniegewrichten onbruikbaar maken of fataal uitpakken in sche del of buikholte. De therapie laat zich raden. Hemo- filie-patiënten missen in hun bloed stollingsfactor VIII of IX dus met het aanvullen van dat gemis zijn ze al een eind op streek. Sinds 1940 kan dat. In plasma (bloed zonder bloedcellen) zit die factor in tame lijk kleine hoeveelheden. Pas in 1960 ontdekte de arts Judith Poole dat in gecentrifugeerd afgekoeld bloed een neerslag ontstaat waarin factor VIII geconcentreerd voor komt. Dat is dan het beroemde cry- o-precipitaat, kortweg cryo. Later werd het mogelijk om stollingsfac toren nog geconcentreerder uit gro te hoeveelheden donorbloed te ha len. Daarmee kunnen lekkende bloedvaten worden gedicht. De stille revolutie in de behande ling komt vooral door een ander beleid. Hemofilie is in de helft van de gevallen zeer ernstig. Toch werd ook dan eerst een bloeding afge wacht voordat men de bloedstel pende stollingsfactor in de aderen spoot. Zolang wacht men tegen woordig niet meer. Als bloedingen heel vaak voorkomen, vooral in de gewrichten, dan wordt op voor hand een paar keer per week een transfusie toegediend. Dat kan in validiteit door het vastkoeken van de gewrichten of erger voorkomen. Een ander nieuwtje van de laatste tien jaar is de zelf- dan wel thuis- transfusie. De patiënt spuit steeds meer zelf stollingsfactoren, of an ders doet een van de huisgenoten dat wel. Over die zelftransfusie is men erg enthousiast. Niet eens zo zeer om de medische voordelen, die er overigens wel zijn. Bij bloeding is men er veel sneller bij en dat kan de schade aanzienlijk beper ken. Revalidatie van aangedaan ge wricht of spier duart dan korter. Men is juist zo enthousiast omdat zelftransfusie de patiënt eindelijk zelfstandig maakt. Hij is niet meer afhankelijk van ziekenhuis of dok ter, en als hij echt zelf spuit ook niet van een familielid. Het gevoel van bevrijding laat zich voorstel len. Stel je voor. Hemofilie heb je van kinds af aan, dat wil zeggen dat je zorgenkind bent. Hoe je ou ders je ook net als alle kinderen willen opvoeden, zorgenkind blijf je. Alle ruwe spelletjes zijn taboe, een sprong van een meter hoog kan al een bloeding in gewricht of spieren veroorzaken. Daar komt nog bij de terreur van het medisch regime, de geregelde bezoeken aan het ziekenhuis om stollingsfactot enJ bij te spuiten en vooral de dageli goede raad om voorzichtig _.jn, en dat net op een leeftijd da juist niet voorzichtig wilt zijn. 1 kan wel eens benauwend werke Hindernissen nr\ l De tijd dat hemofilie-patiënten leven lang waren gekluisterd huis of bed ligt gelukkig ach ons. Ze kunnen nu een bijna n maal leven leiden en dat lever waarschijnlijk van r duur als dat van „normale" m Het enige probleem is dat n male mensen dat niet altijd bef pen. Sollicitaties geven vaak blemen, levensverzekeringen ken problemen net als particul ziekenfondsen. Om ook dat si hindernissen uit de weg te ruin bestaat er een speciale verenig Nederlandse Vereniging van *„e] mofiliepatiënten, 't Wed 2, Viar ook a< ïpaald i niet IdingS' ij te hi vaah Werk ste ro |ij" be iheten it. In j Met elke klop stuwt het hart vijf liter bloed door de bloedvaten. Die bloed vaten zijn bij elkaar 100.000 kilometer lang en een gaatje is gauw gemaakt. Bloeden we dan leeg? Nee. Bloed kan stollen en dicht zo het gat. Bij 1 op de 10.000 mannen gebeurt dit stollings- wonder niet. Die hebben hemofilie, medisch sjiek voor bloederziekte. Hoe stolt bloed? Als een bloedvat lekt komt er stollingsfactor XII vrij. Die zorgt dat een volgende factor, XI, wordt veranderd. Fac tor XI verandert weer factor X, en dat gaat net zolang door totdat factor Ia wordt omgezet in factor Ib ofwel fibrine. Pas als er fibrine- -draadjes ontstaan, stolt het bloed. Net een rij omtuimelende dominos tenen. Haal je er eentje weg dan gaat het tuimelen door tot de weg gehaalde steen. Ontbreekt één fac tor uit de lange rij stollingsfactoren dan stokt het stollingsproces. He mofilie-patiënten missen meestal factor VIII en soms factor IX. ZATERDAG 13 OKTOBER 1981 In absoluut braak-, brand- en bomvrije bunkers, uitgehouwen in de Granieten Bergen van Salt Lake City, worden de originele microfilms bewaard. echt, hebl kwal Op ongeveer dezelfde manier als er met de handschoen ge trouwd kan worden, heeft de heer F. C. Brouwer uit Vianen een voorvader van hem in het hiernamaals met de hand schoen gedoopt. En aangezien hij de overtuiging is toegedaan dat ook alle andere ruim 5 miljoen leden van de Kerk vanJezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen in de gelegenheid moeten zijn hun voorouders postuum te dopen, houdt hij zich bezig met stambomen. Immers: om de daad van zo'n plaatsver vangend doopsel te kunnen stellen, dient men tot in detail op de hoogte te komen van zijn voorgeslacht. Namens wie laat men zich onderdompelen? Dat is binnen de mormoonse kerk een verre van lichtzinni ge vraag. Hetzelfde geldt ui teraard wanneer men voor ouders in het hiernamaals laat trouwen. Want dat kan ook. Of wanneer men ze waar voor alleen gestorven mannen in aanmerking komen als nog het priesterschap verleent door zichzelf in naam van hen de handen pp te laten leggen. Daarover straks meer. Om de stam bomen gaat het hier. Om de per soonsregistratie van gans het do denrijk, zo ver mogelijk terug in het verleden. Omdat de mormonen van hun kerk de opdracht hebben zorgzaam te zijn voor hun voorge slacht, is er een genootschap opge richt dat hen daarbij kan helpen door het opsporen van voorouders. De Genealogical Society of Utah, zo luidt de volledige naam van dit li chaam dat zijn hoofdzetel heeft in de Amerikaanse stad Salt Lake City. De heer Brouwer is vertegen woordiger van het instituut voor de Benelux. Aan hem dus de taak om de namen te verzamelen van alle mensen die ooit geleefd hebben in België, Nederland en Luxemburg. Een krachtsinspanning van Hercu lisch formaat; daarmee wordt geen woord te veel gezegd. Toch komt het einde langzaam in zicht. „Over vijf jaar zijn we ermee klaar", schat Brouwer blijmoedig. „Dan hebben we alles wat genealo gisch van belang is voor België, Ne derland en Luxemburg, op micro film staan". Dat wil zeggen: alles tot het begin van deze eeuw. Latere gegevens zijn wettelijk nog niet openbaar. Die laat de mormoonse kerk dus gezagsgetrouw met rust. Brouwer ziet dan ook niet in hoe zijn gigantische registratie een be dreiging zou kunnen vormen voor de privacy, de persoonlijke leef sfeer. „Ik heb dat bezwaar wel meer gehoord, maar een feit blijft, dat ik nooit van enige instantie te genwerking heb ondervonden. Men heeft mij nog nooit nee verkocht. Sterker: een instelling als het Rijksarchief is dolgelukkig met ons werk. Want anders hadden ze het zelf moeten doen en dat zou ze tientallen miljoenen hebben ge kost". Miljoenen boeken Het uitvlooien van alle denkbare archieven ook kerkelijke en zelfs particuliere is in de Bene lux meteen na de Tweede Wereld oorlog begonnen. Driekwart van de klus zit er inmiddels op en bij voor beeld de provincie Drenthe is al helemaal gedaan. Om de orde van grootte te bepalen: voor Nederland heeft dit 75.000 rollen microfilm opgeleverd, te vergelijken met de informatie die bevat zou kunnen worden door 5 miljoen gedrukte boeken van 300 bladzijden elk. Over 5 jaar, wanneer de arbeid is voltooid, zullen dat 100.000 filmrol len zijn, ofwel 6,3 miljoen boeken van 300 pagina's. Vijf filmopera teurs heeft Brouwer voor deze af ronding dag in dag uit binnen de Benelux op pad en zelf is hij ook nauwelijks thuis aan te treffen. „Ik kom mezelf voortdurend tegen", zucht hij, doelend op de zwaarte van het werk. „Maar ook in figuur lijke zin natuurlijk wel eens,, wan neer ik stuit op iemand van mijn eigen voorgeslacht. Dat zit in Delft en in Den Haag. Heel vreemd. Je zou denken: Brouwer, dat moet een brouwersfamilie zijn. Maar uit die tak kom ik net niet. Het zijn voor namelijk burgemeesters, advocaten en notarissen. Die kringen". Nog even de blijdschap van het Rijksarchief. „Daar achter in die leeszaal in Den Haag", zegt Brou wer, „zie je allemaal rekken met films in cassettes. De mensen kun nen ze zo pakken en ze komen er ontzettend veel in snuffelen. Waar om? Wist u niet dat genealogie na postzegels en munten nummer drie staat op de wereldranglijst van hobbies? Nou, die films zijn alle maal ons werk. We hebben ze gra tis aan het Rijksarchief gegeven. Elk archief dat we op microfilm zetten, krijgt trouwens zo'n gratis copie. Als tegenprestatie voor de medewerking. Daarom zijn we ook overal welkom. We sparen al die archieven enorm veel geld uit. Maar er is nog een andere reden waarom ons werk wordt gewaar deerd. Er kan met een archief al tijd wel wat gebeuren, nietwaar? Denk aan de watersnoodramp van 1953. Daarbij is in Middelburg erg veel archiefmateriaal verloren ge gaan. Maar wij hadden het net ge filmd. Ze konden het dus zo uit Vroeger had je met die ziekte weinig kans om de twintig te halen. Tegen woordig leidt een hemofiel een bijna normaal leven dankzij een stille revo lutie in de behandeling. J. Paalman treffende afdelingsbibliotheek, waar men haar in alle rust kan af lezen. Gratis. Men betaalt alleen de portokosten. De Benelux mist nog zo'n afde lingsbibliotheek. ,,Dat komt omdat onze archieven bijzonder goed zijn; we hebben voor onze eigen gege vens niet zo hard een aanvulling nodig", denkt Brouwer. „Maar ik verwacht dat we over twee jaar toch wel een afdelingsbibliotheek zullen krijgen. Ik zou dat ook toe juichen. want veel van ons voorge slacht komt uit het buitenland, uit Duitsland met name, Frankrijk, Scandinavië. De lijnen daarmee kunnen hier niet duidelijk worden gemaakt; daarvoor moet men naar de dichtstbijzijnde afdelingsbiblio theken in Frankfurt, Hamburg of Parijs". Groei per minuut Maar genoeg nu over het wereldse aspect van het archiefwerk. De geestelijke kant, vindt Brouwer, is belangrijker. Waarbij hij er zijn spijt over uitspreekt dat de mormo nen in brede kring nog steeds als een sekte worden beschouwd. „Wij maken gewoon deel uit van de christenheid. Wij hebben alleen de kerk van Christus weer in zijn oor spronkelijke, zuivere staat terugge bracht. Dat blijkt aan te slaan, want het toonaangevende Ameri kaanse blad News Week heeft on langs becijferd, dat onze kerk per minuut met twee leden groeit, vooral in de arme landen". De zuivere kerk. In dat geloof wor telt de zorg die de mormonen aan het voorgeslacht besteden. „We zijn immers pas in 1830 gesticht", pro beert Brouwer uit te leggen. „Alles wat daarvoor is gedaan, kan onzui ver gedaan zijn. Doopsels, huwelij ken, priesterschappen. Maar de boodschap van het evangelie richt zich niet alleen tot de levenden. Die is evengoed bestemd voor gestorvenen. Zie Johannes 5 waar staat: „Het uur zal kornet t waarop al wie in het graf rusten Zijn woord zullen horen". Daaron dag kent de mormoonse geloofsleer d< i mogelijkheid om ten behoeve de overledenen bepaalde religieuzi s, verordeningen te voltrekken die c kerk onmisbaar acht voor de zalig onderc heid van ieder mens. Zo hoeft i mand verloren te gaan die r schien de zaligmakende beginselei erp het evangelie zou hebben wil It i len omhelzen, maar die is gestor upj ven zonder daartoe de gelegenheii err te hebben gehad. Het gaat daarbinig vooral om doopsel en huwelijk", iet pre hroorr. ek te u Doop bij volmacht Na het overlijden gaat het besta; ongeveer voort zoals het op aarde geweest, geloven de morm geloven echter ook, dat er slecl op aarde gedoopt kan wordi Vandaar dat ze de doop bij vj macht hebben ingevoerd. Voor huwelijk geldt iets soortgelijks, mormoonse geloofsleer di huwelijk niet „totdat de dj scheidt", maar blijft de vei iis „in tijd en eeuwigheid" v< bestaan. Een dergelijk huwelij echter kan slechts in een van c vijftig mormoonse tempels geslote! worden. Ook hier dus het systeer de volmacht. Getrouwe ledi de kerk kunnen naar ee pel gaan en daar ten behoe wee overledenen een pla angend huwelijk sluiten. Er is voorwaarde verbonden aan c handelingen bij volmacht: de af{ storvenen die er hun zaligheid m verdienen, moeten duidelijk gel dentificeerd zijn en in familiegt pen ingedeeld. Dit verklaart mormoonse preoccupatie met registreren van overleden pei Enige spo{ blijft de kerk daad niet bespaard. In zijn meest cyru sche vorm gaat dat zo: „Mochten a leerstellingen van de mori waarheid berusten, dan heeft wereld althans deze troost, dat j zestig mensen levend zullen blijven die in de bunkers va Granieten Bergen de slachtoffel een atoomoorlog bij volmacl kunnen dopen". PIET SNOERB Salt Lake City van ons terugkrij gen. Daar waren ze verschrikkelijk blij mee". Bomvrije bunkers Salt Lake City. De eindbestemming van alle microfilms die overal ter wereld geschoten worden door mormomen op zoek naar voorge slacht dat verzorging behoeft. De hoofdzetel van het Genealogisch Genootschap van Utah beschikt al over anderhalf miljoen films. Op elke rol staan 1.300 tot 2.000 blad zijden. Per weèk komen er 1.000 rollen bij. Nooit ergens ter wereld is zo'n persoonsregistratie onderno men. Nadat ze copieën hebben ge maakt voor het dagelijks gebruik, bergen de zestig medewerkers de originelen op in een kluis. Wat heet kluis? Absoluut braak-, brand- en bomvrije bunkers zijn het, diep uit gehouwen in de Granieten Bergen die over Salt Lake City uitkijken. Achter tien ton zware deuren houdt verfijnde apparatuur de tem peratuur constant op 13-14 graden Celsius en de vochtigheidsgraad van de lucht op 40-50 procent. Ide aal voor microfilm. Zes van derge lijke opbergruimtes zijn er, elk 190 x 120 meter, totale capaciteit 25 miljoen films. Hoewel de kwaliteit van de films voor honderd jaar ge garandeerd is, worden er de klok rond steekproeven genomen. Dreigt een film door een onver moede chemische reactie terug te lopen, dan wordt er onmiddellijk een gave copie van getrokken. Zo willen de mormonen hun vol strekt unieke persoonsregistratie beschermen tegen een onveilige wereld. Zelfs een atoomoorlog moe ten de bunkers in de Granieten Bergen stoicijns kunnen doorstaan. Hier immers ligt een erfenis van de mensheid neergeslagen die kost wat kost voor het nageslacht be houden dient te blijven. Een leven de erfenis bovendien, want de mor moonse kerk is niet gierig met zijn gigantische archief. Iedereen die belangstelling heeft, kan in Salt Lake City zonder plichtplegingen binnenwippen. De helft van de mensen die de collectie raadpleegt, heeft dan ook geen enkele band met de Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen en het bestand heeft de grondstof fen geleverd voor vele honderden wetenschappelijke of medische stu dies. Terug tot 1500 „Zelf doen we hier in de Benelux niets met het materiaal", verduide lijkt Brouwer de gang van zaken. „Wij zetten alleen alles zo goed mo gelijk op film. Dat gaat van boven naar beneden. Ik bedoel: je begint bij de burgelijke standen, maar die lopen niet verder dan ongeveer 1810, dus dan kom je bij de kerkre gisters terecht waarin de dopen, huwelijken en begrafenissen vast gelegd zijn. Of de belastinggaarders- archieven, de militaire stamboe ken en de Weeskamerarchieven. Die houden weer rond 1600 op en dan ben je aangewezen op notariële en gerechtelijke registers, voor zo ver die transacties tussen verschil lende mensen bevatten. Zo kom je uit op rond 1500 en dan heb je het wel gehad. Als je voor die datum nog iets vindt, heb je veel geluk ge had. Het hele voorgeslacht is dus nooit boven tafel te halen. Jammer, maar in teruggaan tot Adam geloof ik niet". De hoofdzetel in Salt Lake City doet wel iets met het materiaal dat uit alle hoeken van de aardbol bin nenkomt. Daar halen ze de micro films door vernuftige computers die alle persoonsgegevens alfabe tisch en chronologisch op een rij van hier tot de top van de Mount Everest zetten. Zo ontstaat een soort moeder-archief voor de hele wereld, dat vervolgens weer aan de hele wereld ter beschikking wordt gesteld. Want om het te kunnen raadplegen, hoeft men al lang niet meer de lange weg naar Salt Lake City te gaan. Het genootschap be schikt op het ogenblik over 350 af delingsbibliotheken. Wie bezig is met een bepaald onderzoek, hoeft slechts op te geven in welke rich ting en welk gebied hij zoekt. Salt Lake City gaat na of men het ge vraagde heeft. Zo ja, dan gaat een I copie van de film naar de desbe-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1984 | | pagina 18