LC-expositie is een trekker van jewelste Omwegen h Kippenbrug: Werkplaats voor de eerste officiële brugwachter - )EN/REGIO £cidócSom<mt WOENSDAG 19 SEPTEMBER 1984 PAGINA S I»ntoonstelling is amper agen oud, maar de orga- e heeft het al opgege- je bezoekers te tellen, telt „bij benadering", aat om duizenden, 't Is lelijks bij te houden. Bij- 100 scholieren uit Leiden L hele streek willen gaan 'Jifioe een krant 75 jaar ge- un ontstond en verder ?lc(en zeilt. Tot en met 28 o%nber de dag waarop, fatn klap op de vuurpijl, asLbileum wordt afgerond e/ipen indrukwekkende re- wordt in het Leidse jrgebouw door de jubile- p Leidse Courant, uw en I lijfblad, exposerend ge- Instreerd „hoe het alle- raJgekomen is". Driekwart feJ lang. Buiten, boven het van de Nieuwe Rijn, jA een diepzilveren dia- ^t\ die de stormen der tijd p j doorstaan. Triomf der m ukte media; tijdperk met en opstaan. Gestut [optimisme en vertrou- Ik liep gistermiddag even te banjeren, e Courant 75 jaar ys. U moet het nu zo (saan weten. Het is een *1ent om even wat heet bij een volop levend ^4ment stil te staan. In ,nVaag is een publiektrek- f |an heb ik jou daar on- Mbracht. Gratis toegan- c. En dat is te merken: loopt er storm. Het ge- zelden, dat een onbe- en bezoeker zoveel in >eperkte ruimte te weten ui over het maken van aajcrant. Een krant, dat is teding, een wezen liever, fejpoveel te zeggen heeft, 'h! wegwerp-artikel. r ij Ji stuif-in 3a<vrij ongebruikelijke ex- is „Leidse Courant 75 ssfliieuws". Een echte stuif- otVaarop je een vrijwel ileet beeld krijgt van hoe trant in elkaar.zit, vroe- )n tegenwoordig. En ze >n er op af; jong en oud. inee en niet-abonnee. te», als je je zo kunt mani- ►ejren, dacht ik. Gezellige rgie, met als één van de 'fJelpunten een chef-re- ir die overuren maakt h de benen uit het lijf om de gasten wegwijs te n en daarna nog tijd l HET LOOPT STORM IN DE WAAG Het loopt storm bij de LC-tentoonstelling in het Waaggebouw vindt om een editie in de juiste banen te houden. Gis teren: ruim 200 scholieren op bezoek. Gewapend met een puzzelformulier en een bal pen; deelnemend aan een» kwis „Ken je krant". Minder aangenaam bezoek ook. Maandag werden boven in de Waag glazen ingegooid door lieden die de Leidse Courant gestolen kan zijn. Waar schijnlijk op weg naar het be lendende grootwinkelmaga- zijn. Leuke vraag, overigens, in de kwis: hoeveel kilogram weegt een staaf lood die ge bruikt wordt (werd; want het lood is lood om oud ijzer ge worden in de krantenhisto rie) bij de Linotype-zetma chine? Ik zou het werkelijk niet weten. Maar dat heb je bij journalisten. Soms. Als schooljongen of -meisje zou je ook moeten weten wat een Speed Graphic is. Het is niet zo eenvoudig hoor, die kwis. En langs de kanten, de zij muren van de Waag, zie je het „randnieuws", uitge bracht door World Press Photo: een boeiende zwart wit of gekleurde kijk op het wereldgebeuren in schijnen de of schrijnende facetten. Het is al de moeite waard om daar bij stil te staan. De paus die last heeft van een ruk wind, waarbij z'n witte cappa hem om de oren vliegt en hem hindert bij het kussen van het territoir dat hij be lieft te bezoeken. Of neerge- mitrailleerde mannen, vrou wen en kinderen in een ont wikkelingsland. Foto's, een prijs waard. Hoe dan ook. De Heetvelt-story Maar ik ontmoette gisteren ook de weduwe van een be faamde zetter uit de Papen- grachtperiode. Mevrouw S.M.L. Heetvelt. Ze had een „Heetvelt-editie" bij zich. Van woensdag 15 september 1954. Samengesteld door haar eigen kinderen die pa eer den: L.H. Heetvelt, 40 jaar bij de krant. Prachtig geredi geerd in een perfecte lay-out. „De man met de grijze kuif" werd hij genoemd. Lamber- tus Heetvelt. De samenstel lers betitelden de Heetvelt- editie met een „dagblad, ver schijnt eens in de veertig jaar". „Drukker Heetvelt, zo ken ik m'n man nog steeds", zei z'n vrouw. Het was wer kelijk een prachtige uitgave, een familiegebeuren, waar aan mijn oud-hoofdredacteur Leo Roozen ongetwijfeld zijn goedkeuring heeft gegeven. En directeur Van Hamers- veld natuurlijk ook. De druk bevatte, onder meer, een bij drage van zegswijzen, die toentertijd „Korreltjes" wer den genoemd. En de kinde ren Heetvelt hadden dertig jaar geleden de zaak door. Ze schreven: „Vele krantenle zers zijn gevoeliger voor drukfouten dan voor denk fouten". En: „Geen Roozen zonder doornen". En: „Pra ten met een man van de krant is tijd verspillen; 's avonds kun je het lezen". Dan had je destijds ook nog de rubriek „Baardaapjes". Soms kostelijke „uitjes" die onder hoofdredactionele goedkeuring het geabonneer de sop konden kiezen: „Waar zouden we de jubilaris nu eens extra mee kunnen ver rassen? O, alles is welkom bij hem, als er maar een buisje aspirine bij is". Zoiets kon toen nog gemakkelijk in een (extra) editie van de nu 75-ja- rige Leidse Courant. Op mijn omwegen door stad en land kom ik graag mensen tegen. U kunt mij telefonisch of schriftelijk vertellen wie u graag in deze rubriek zou willen tegenkomen. Ik ben bereikbaar via 071 - 12-22 44 op toestel 10. door Ton Pieters VOORAANSTAAND ZOETERWOUDE" GAF ZICH OVER AAN HET AMERIKAANSE RUNDVLEES Omdat de Amerikaanse graanvelden zo rijk zijn, de maïs er zo goudgeel is en de beesten ook met soja gevoederd worden, daarom smaakt het Amerikaanse vlees zo bijzonder goed. De gemiddelde Nederlander mag dan vinden dat zo'n stuk Amerikaans vlees er niet al te appetijtelijk en vet uitziet, de Ame rikaan zweert bij zijn „gemarmerd" rund vlees en kan zich niet voorstellen dat een Ne derlander daar geen prijs op zou stellen. „Het moet al erg raar lopen als ik in die Neder landse smaak geen verandering zou kunnen brengen", meende de Scheveningse zaken man Jacob Rensen een paar jaar geleden en hij ging in „American beef" pionieren en zijn opzet noemde hij „Meat Coast". In deze hoedanigheid doet Rensen dus in Amerikaans rundvlees en hij weet zich ge- ruggesteund door fijnproevers die zeggen, dat de „beste steaks uit Amerika komen". Op ge zette tijden trekt hij het land door om, al voorsnijdend en roosterend, tegen de Hol landse klippen op zijn blijde boodschap te brengen. Afgelopen zaterdagavond vierde hij als een middernachtszendeling uitgebreid een overdadige, uitzonderlijke Amerikaanse bar becue, bespoeld door rode en witte Californi- sche wijnen (die het ook al zo goed doen) en „live" omspeeld door een groepje dat folk- en country music ten gehore bracht. Op houtvuren En dat allemaal in en buiten het Zoeterwoud- se eetcafé Landzicht, die roemruchte burcht van lokaal vertier, waar het bij Ria van Zijp voor een prik zo uitstekend en onbeperkt mosselen eten is. Daar heeft ook Wil Lange- veld zijn party-service-vestiging die de smaakvolste en wonderschoonste schotels op honderden tafels brengt. In deze setting wer den door Landzichts eigen, zich in het zweet werkende, koks onvoorstelbare hoeveelheden rib eye steaks, T-bone steaks, prime roast ribs en nog veel meer runderdelen op houtvuren onder een tentdak gaar gemaakt. Half lekkerbekkend Zoeterwoude, cowboys en politici krek the same als in de States zat te likkebaarden bij al die sauzen, ge pofte aardappelen met zure room, de spekjes en fijngehakt bieslook. Het werd, met braden en smoren, een eetfeest, dat zeker voor her haling vatbaar is. Dat vonden ook veel „out standing" dorpsgenoten, onder wie Zoeter- wöudes eerste burger ing. Houdijk en oud minister mr. Toxopeus, lid van de Raad van State, die met hun dames aten voor wat ze waard waren. Het gaat je niet in de kouwe kleren zitten, als je tien soorten rundvlees op hun gloeiende merites moet zien te beoorde len. En dan was er ook nog tijd voor het ma ken van een square-dansje. Enfin, de Prime Beef ging erin als koek. Dat was niet in de laatste plaats te danken aan het wervend en thousiasme van Jacob Rensen, Ria en Wil, maar net zogoed aan die uitnemende twee Britse rundersoorten, de Angus van Aber deen en de Hereford van midden-Engeland, die een hele Nieuwe Wereld op de knieën kregen. „Men serveert ze in 's werelds beste restaurants", zou Jacob Rensen zeggen. Bruggen, we maken er allemaal gebruik van. Zeker in een water rijke stad als Leiden zijn het on misbare schakels in het wegen net. Veel aandacht is er nooit aan de Leidse bruggen besteed. De stilte rond de Leidse bruggen is met de presentatie van het Brug- genboek (waarvan de herdruk momenteel te koop is) al gedeel telijk 'verstoord'. Het Gemeente archief aan de Boisotkade hoopt dit jaar de tentoonstelling „De Leidse bruggen" te houden. Als inleiding op deze expositie ver schijnt in deze krant een serie ar tikelen over Leidse bruggen. Het zijn geen technische verhandelin gen, maar historische verhalen waarin een brug als leidraad dient. De gegevens zijn verza meld door een werkgroep van historisch geïnteresseerden, die veel van de geschiedenis van de Leidse bruggen heeft uitgezocht. Samensteller is de begeleider van deze werkgroep, de heer P.J.M. de Baar van het Gemeentearchief. Kees van Herpen tekent voor de eindredactie. De reprodukties zijn van fotograaf Wim van Noort. Vandaag verschijnt het vijftigste artikel in deze serie. •eeks dient gewijd te zijn ten brug die iets met de |rende courant te maken l Dat daartoe de op een worp van de burelen van èdactie gelegen Kippen- sttuit ver koren is, ligt voor *nd. Niemand zal bewe- kdat de Kippenbrug niet dipeciale brug is, want om nOik Trom te spreken: bij- e^r, dat is ie. Al was het ei maar omdat het de eer- hèug was die een uit de lekas gesalarieerde brug- téer kende. Wanneer de lié officiële brugwachter t (deze brug is aangesteld, 1 niet achterhaald. Voor ïljerst kent de stadsreke- *1 over 1662 een apart idstuk voor de betaling enet salaris van deze brug- leter, in vier termijnen in nl 15 gulden en 12 stuivers maar. Al dat eerste jaar :o|)irck Jacobsz. de brugop- hij zou het zeer •lijven. :Pl wachters één schaap over de dam waren er meer brug- lers die graag een salaris in en vanaf 1668 ontving Üie van de Bostelbrug 12-0. Dit bedrag zou tot tijn de negentiende eeuw èbruikelijke vergoeding ëin. Steeds meer brugop- U gingen dit salaris krij- vfco kregen in 1729 naast nl Beun voor deze brug 1de brugophaalders van de pjbrug, Kerkbrug, Gan- ïebrug. Rijnbrug, Blauw- hfcbrug, Herenbrug en St. >Urug een salaris, in 1821 Dlermeerderd met die van I Kraaierbrug, Marebrug, ra/ossenbrug, Singelbrug, nkte brug, twee bruggen olde Middelste gracht en Mover de Langegracht. al brugophalers kunnen dè* vergeleken worden Dde hedendaagse brug- lers, die in principe alle raen moeten kunnen be vél en een heel wat hoger jis voor een volledige ;iiveek ontvangen. Eeu- ing was het brugophalen eievenwerkzaamheid, die iiet echt royaal werd be- Naast het feit van de eerste officiële brugwachter is de Kippenbrug ook bijzonder vanwege zijn grote ouderdom en het feit dat bekend is in welk jaar hij is gebouwd. Niet iedereen kon zomaar bruggen over de Rijn bouwen, zeker niet waar deze zo dicht bij de al bestaande Visbug kwam te liggen. Iedere nieuwe brug zou een concurrent zijn die verkeer tot zich trok dat an ders van de Visbrug gebruik zou maken en daarbij de win kels aan de Maarsmansteeg passeren. De graaf van Hol land moest er dan ook aan te pas komen en deze verleende in 1324 toestemming hier een brug te leggen, die echter niet door wagens bereden zou kunnen worden. Hij was pri mair bedoeld voor de melk meisjes van bijvoorbeeld het Sint Catharinagasthuis aan de Aalmarkt, die hierover naar de weilanden, waar nu de Camp en de Lammermarkt zijn, konden gaan. Toch moetde brug meteen een geweldige bouwstroom aan de dijk die nu de Haar lemmerstraat is, tot gevolg hebben gehad. Er stonden misschien al enkele boerderij en, maar nu verscheen er al lerlei bebouwing. Rond 1330 werd begonnen met de hei werkzaamheden voor een kleine kapel, die zich na 1365 zou ontwikkelen tot de derde parochiekerk van Leiden, de Vrouwenkerk aan de Haar lemmerstraat. Enige restanten van die kerk zijn bewaard ge bleven. De ontstane wijk was onbeschermd door het ontbre ken van vestingmuren en het ligt voor de hand dat zodra het stadsbestuur van Leiden de kans kreeg, hieraan iets werd gedaan. Een moeilijk heid hierbij was dat het ge bied officieel tot Oegstgeest behoorde. Kort na het uitbre ken van de Hoekse en Kabel jauwse twisten in 1347 en het daardoor ontstane machtsva cuüm profiteerde de stad van de geboden kans: het gebied werd bij de stad ingelijfd en de Oude Vest werd gegraven. De beperking van het gebruik van de brug voor hoofdzake lijk melkmeisjes kwam daar mee te vervallen en voortaan zal hij, eventueel na een ver nieuwing, als volwaardige op haalbrug hebben gefunctio neerd. Naar de kerk die aan het eind van de Vrouwen- steeg stond werd hij Vrou wenbrug of Vrouwensteeg- brug genoemd. Markt De oevers van de Rijn zijn al tijd wel als marktterrein ge bruikt. De namen Boommarkt en Aalmarkt herinneren daar nog aan, maar ook de Apothe- kersdijk en Stille Rijn werden vaak tot de laatste meter met koopwaar bezet. Zoals ook thans nog bepaalde goederen op slechts één vastgestelde plaats op de markt te koop zijn (voor bijvoorbeeld vis moet men niet bij de Koorn- brug, maar op de Karne- melksbrug zijn), had vroeger alles zijn eigen plaats. Wel veranderde die plaats in de loop der eeuwen nogal eens. De Apothekersdijk met zware bomen om de markt beschutting te geven tegen de zon. met de Kippenbrug in het verschiet; foto ca. 1900. Kippenbrug, gefotografeerd in 1965 door W Valentgoed De Kippenbrug dankt zijn naam aan de hier gehouden hoendermarkt, maar deze is ook wel op andere plaatsen gehouden. Zo werd op 15 fe bruari 1618 verboden nog lan ger op zondagochtend vóór de predikatie markt van „eenige levende gedierten als conij- nen, duyven, vinckeri" en dergelijke voor de gevel van het stadhuis te houden; dit mocht nog slechts tot negen uur en op de Koornbrug. Toch bleef hier de handel in pluimvee bestaan; in 1634 werden er zelfs speciale huis jes voor tegen de stadhuisge vel gebouwd. Op 24 januari 1643 werd besloten, omdat op zaterdag de Nieuwe Rijn tus sen de Karnemelksbrug en Thoornbrug (Sint Sebastiaans- brug) door het grote aantal kramen en de toeloop van mensen zo vol was dat nie mand meer kon passeren en ook de daar wonende mensen niet meer bij hun schuit kon den komen, om onder meer de markt van levende konij nen, hoenders, duiven, vin ken en andere vogels, die bij de Botersteeg (thans Mosterd- steeg) werd gehouden, te ver plaatsen naar de andere kant van de Nieuwe Rijn. Waar de daarop volgende eeuwen de pluimveemarkt is gehouden, werd niet gevonden. De gemeenteraad herzag op 16 februari 1843 de reglemen ten op het marktwezen volle dig en bepaalde dat dagelijks de verkopers van mosselen aan de Apothekersdijk, te be ginnen aan de Vrouwensteeg- brug, moesten markten en op zaterdag van 10 tot 4 uur de verkopers van honden, hoen ders en gevogelte aan de Rijn bij de Vrouwensteegbrug, tus sen de bloemisten en boom kwekers die van de brug tot aan de Nieuwe Varkenmarkt (thans allemaal Boommarkt geheten) stonden en de rivier- vis- en palingmarkt op de Aalmarkt waar nu de Lucas van Leydenschool is. Op 9 mei 1895 werd deze verorde ning herzien: de verkopers van hoenders en ander gevo gelte, honden, konijnerf en dergelijke bleven op de Aal markt bij de brug, maar de bloemisten en boomkwekers verhuisden naar de Apothe kersdijk. Wellicht is rond 1910 de al achteruitgegane pluim veemarkt naar de Lammer markt verplaatst. Bouwkundig Over de bouwkundige activi teiten rond de brug zijn we tot 1663 maar slecht ingelicht, al zullen ongetwijfeld het nodige onderhoud en vernieuwingen hebben plaatsgehad. Op 18 juni 1663 namen Jan Swart en Jasper van Vliet aan om bin nen vijf weken de balans van de toen enkele ophaalbrug te vernieuwen, alsmede het ge deelte tegen de Aalmarkt aan. Zijn gietijzeren leuningen kreeg hij een paar jaar later: op 17 april 1666 nam Ael- brecht Bartholomeusz. voor 97 aan om 12 stijlen met spieën en acht met klauwen (voor op de walmuren) en 100 voet (31.47 meter) bovenregels en onderregels te leveren. Naar plannen van stadstim merman Jan van Warendorp werd de brug tussen 11 en 30 juli 1757 volledig vernieuwd door Pieter van den Bosch, die daarvoor ƒ110 ontving. Het bleek toen een dubbele ophaalbrug te zijn. Daarna duurde het weer, afgezien van reparaties, tot 1793 voor dat er ingrijpen op wat grote re schaal nodig was. Pieter Blommendaal vernieuwde toen het nodige. Op 4 mei 1835 werd de aanbesteding gehouden van het volledig vernieuwen van de brug vóór 30 september 1835; iedere dag overschrijding zou 7,- boete kosten. Carel Blansjaar nam het karwei voor ƒ2710,- aan. In 1863 was ingrijpen op nieuw nodig: wethouder Hu- brecht achtte de zeer verval len toestand van de Vrouwen brug zo ernstig, dat het twij felachtig was of de vernieu wing nog wel een jaar zou kunnen worden uitgesteld. Als alleen het hoogstnoodza- kelijkste werd gerepareerd, kostte dat ƒ2000,-, uitvoering als nieuwe ijzeren draaibrug 10.000,- en als nieuwe vaste ijzeren brug 5000,-. De Raad was als altijd zeer zuinig en neigde naar de de 2000,-, maar een fel betoog van mr. H. Gevers, die geen heil in steeds maar oplappen zag, deed de stemming keren: met 14 tegen 5 stemmen werd voor het plan van vijfduizend gulden gekozen. Hiertegen richtte zich een rekest van steenhouwer J.C. Timmer man, die grote bezwaren te gen een vaste brug had. Op 24 maart 1864 werd na eindeloze discussie met 16 tegen 6 stem men voor een beweegbare brug gekozen en op 2 april werd ingestemd met het plan tot herstel, waardoor de brug er weer zo'n tien jaar tegen zou kunnen. P. van der Kamp nam op 20 juni 1864 die ver nieuwingen voor 1950,- aan. Op de begroting van 1874 prijkte weer de Vrouwen steegbrug, die door een vaste ijzeren brug vervangen dien de te worden, hetgeen op 6500,- werd geraamd. Bij de behandeling op 28 oktober 1873 werd nog wel gevraagd om een beweegbare brug, maar het prijsverschil van ƒ2000,- gaf toch de doorslag. Op 16 februari 1874 kon ijzer gieterij D.A. Schretlen dan ook het leggen van een vaste brug voor 5830,- aannemen. Het door hem geleverde pro- dukt was zondermeer goed; het vormt ook nu nog de kern van de Kippenbrug, 110 jaar later. Wel werd eerst in 1905 een gewapend betondek met gemetselde rijvoering aange bracht, waartoe de tussenjuk- ken werden vernieuwd en nieuwe ijzeren zijliggers nodig waren, hetgeen door H.J. en A. Planjer voor 2374,- werd aangenomen. Daarna volgde de verbreding van de noorde lijke vleugel (zodat de scherpe hoeken wat werden afgesne den), op 22 februari 1909 voor 1377,- aanbesteed aan M. Langezaal Zn. En tenslotte kreeg de brug een geweldige beurt in 1937: op 20 april nam Th.L.J. Zitman voor f 7150,- aan naast de bestaanae brug een gedeelte aan te bouwen, zodat de breedte van 4.42 me ter werd vergroot tot een wegdek van 7 meter en twee trottoirs van ieder 2 meter. Sedertdien zijn slechts repara ties nodig geweest, zoals in 1978, toen het wegdek op de brug werd vernieuwd. Hope lijk maakt de brug zonder mankeren ook het honderdja rig bestaan van de Leidse Courant nog mee.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1984 | | pagina 5