PETER TUINMAN:
inkhoest
:i opmars
t dat
in het p:
roepe im
)k we p
n. Aai
k. „Hi
?cht ni
of ni(
mekker
loet n<
Schwa
Kiyosl
Ivechtq
ate nol
meegi
lie kan
ArnolJ
deierej
gezojl
ongena
net sui
l heel
in na3
den ei
l Monl
id. Zij
-.ondei
\mstei
TREIC
juardu
ZATERDAG 8 SEPTEMBER 1984
rerhal r que van ^en en ®>eter Tuinman in „De schorpioen"
wander
at, gaa TT A m ,.A
MaarfDHOVEN „Het voor-
Zoatl van cinema is dat de ca-
Fijra genadeloos kan registre-
wat er met mensen ge-
irt. Het is onontkoombaar
i daar op dat doek staat, je
;nd doirdt als acteur op twee me-
gne uif breedte de zaal ingesme-
de fili Wanneer je op het toneel
7 maat knipoog moet geven, moet
ke«eklde hele linkerkant van je
n dat fccht vertrekken. En dan
sporgt het publiek nog: „Hé, ik
*n heiloof dat ie een knipoog gaf".
all£%tje op de film in close up
cln-ifteP0glid net *ets te zwaar val"
fitheij- dan zeëgen de mensen:
'-statiofUt, gut, kijk hem nou 'ns
met ecèatraal bezig zijn".
i Holly
raakten Tuinman, over de verschillen
i. Wai^en film en toneel. Hij kan het
trenzen, want hij heeft die stap van
opeerhter naar film gemaakt. Na ze-
n- Trap jaar aan het toneel en af en toe
Cliii kleine filmrol, kreeg hij van
wordjsseur Ben Verbong de hoofdrol
vel ee|de nieuwe Nederlandse speel-
jcheunki MDe schorpioen", die 13 sep-
3f er zftber in première gaat. En de
ze zicfhingsbeelden van de film ma-
?n. Grc^\ het meteen al duidelijk: we
fitnesyiben er met Peter Tuinman
werkereer een filmacteur van kaliber
"onda'^inman heeft niets van het jeune
iden z^mier-type. Geen mooie jongen
de gladde rollen. Hij oogt wat
•kig. nors, blond haar, blauwe
en kruising tussen de Ame-
William Hurt en onze Rut-
Hauer. In „De schorpioen"
hij Lou Wolff, een vrachtwa
genchauffeur die het hier de
speelt in de jaren vijftig
aeer ziet zitten, naar Amerika
spelefl, maar zonder dat hij het wil in
Dat nasleep van een schandaal uit
n halt» Nederlands-Indië van de poli
ben blhele acties terechtkomt. „Die
at fenoL heet niet voor niks De schor-
vijfel ejen" zegt Peter Tuinman. „Die
of tieh is een einzelganger, ontevre-
"npischji met het leven dat hij leidt. Hij
n paar foutjes, hij vergokt
de baas, verkoopt z'n pas-
dan blijken er opeens
n te zijn die hem weg willen
Wie en waarom weet hij
ar opeens zit de onderwe-
hem op z'n huid en vliegen
wanneer hij voor de spiegel
n kapqjt de kogels om de oren. Dat
ndat ifheel bizar. De meeste mensen
iken dan: „Oei, oei, zorgen dat
.wegkom". Maar hij krijgt het
VNSM4eekeerde. Zodra hij bedreigd
It, krijgt hij een vechtersmen-
•it. Een schorpioen is ook niet
nature agressief. Lou wil en zal
:n door welke machten hij ge-
ipuleerd wordt".
zitten in de hal van het Euroci-
theater in Eindhoven. Bin-
wordt „De schorpioen" ge-
d voor de lokale pers. Peter
Tuinman is voor dit gesprek eerder
uit het Belgische Turnhout ver
trokken. Daar speelt hij de laatste
serie voorstellingen van Franz Ma-
rijnens toneelvisie op Jules Verne.
In een tot een immens theater om
gebouwde fabriekshal. Het stuk
was in Nederland alleen in de Gro
ningse Oosterpoort te zien, België
heeft het laatste woord bij Marijnen
ex-Rotterdams Toneel die
daarna naar het Schillertheater in
Berlijn vertrekt. Peter Tuinman
wacht dan op een volgende filmrol.
Want die komt. „Ik heb eerder
kleine rollen in films gespeeld. Het
is begonnen met „Spetters" en „Het
teken van het beest" van Pieter
Verhoeff. Daarna kwamen „Een
vlucht regenwulpen" en „Het meis
je met het rode haar". Een film van
Ben Verbong en die rol is er waar
schijnlijk de oorzaak van dat ik nu
hier zit. Nu is er sprake van dat ik
de manlijke hoofdrol krijg in een
nieuwe film van Verhoeff, „De
rode droom" (een werktitel) over
drie arbeiders die ten onrechte ver
oordeeld worden tot stevige gevan
genisstraffen, terwijl bijna iedereen
weet dat ze onschuldig zijn. Een
waar verhaal van rond de eeuw-
„Ik ben niet iemand die denkt in
„doorbraken". Niet wat theater be
treft, niet wat de film betreft. M'n
dierbaarste tijd in het theater was
toen ik bij Franz Marijnen in Rot
terdam kwam: „Het balkon" van
Genet, Goldoni's «,,De knecht van
twee meesters". Die man kreeg
dingen van-me gedaan die ik nooit
eerder gedaan had. Datzelfde ge
voel heb ik 4iu met Ben Verbong.
Eerste
filmrol
3 7-jarige
Friese
acteur
den. En als je me
zen uit een goed scenario met een
goede regisseur en het theater, dan
zou ik toch doorgaan met film".
Dramatisch persoon
Peter Tuinman loopt overduidelijk
weg met regisseur Verbong. „Die
man is een en al film", zegt hij. „Er
wordt wel eens geroepen over zijn
films: „Maar het ziet er allemaal zo
mooi uit". Wat bedoel je daar dan
mee, vraag ik dan. De cameravoe
ring, dat speciale licht, dat zijn
geen losstaande dingen. Die hebben
hun functie bij datgene wat er met
de personages gebeurt. En dat is
van het begin af aan duidelijk in
„De schorpioen". Ben is een goede
acteursregisseur. Hij blijft constant
bij je, in de zin dat hij heel nauw
lettend kijkt wat ik als dramatisch
persoon doe, in welke fase ik zit.
Peter Tuinman: het klamme zweet bij eerste beelden.
Want film wordt niet in de norma
le tijdsvolgorde van liet verhaal op
genomen. Vooral dat maakt het an
ders dan toneel. Het vraagt een
heel ander soort concentratie. Want
er is geen geleidelijke opbouw zoals
tijdens een repetitieproces, of een
voorstelling. Je moet je steeds de
voorafgaande scène en die erna
blijven realiseren. Verbong is heel
goed in het meedenken. Hij legt je
wel een hoeveelheid beperkingen
op, want hij maakt wat hij wil ma
ken. Het klinkt paradoxaal, maar
juist door die beperkingen krijgen
je eigen verantwoordelijkheid en
creativiteit als acteur meer kans. Je
denkproces wordt op gang gehou
den, want jij mag het invullen.
Verbong zal nooit zeggen: „Volgens
mij moet het zus of zo". Maar wel:
„Een jongen als die Lou Wolff
heeft die en die kenmerken, die
manier van doen".
V rachtwagentje
Petor Tuinman speelt zeven jaar
toneel. Dc toneelschool heeft hij
nooit van binnen gezien. Na de
middelbare school in Friesland,
ging hij naar de Groningse univer
siteit, althans stond daar twee jaar
ingeschreven. „Maar gestudeerd
heb ik niet", vertelt Peter Tuin
man. „Ik heb alles gedaan. Op een
vrachtwagentje gereden, ben disc-
jockey geweest, heb de halve stad
verbouwd. Via kennissen van m'n
ouders thuis waren ze nogal the-
atergezind kwam ik bij de Leeu
wardense groep Tryater. Semi-pro-
fessioneel toneel toen, maar ik ge
loof dat ze nu de beroepskant op
gaan. Ik had er nog een baan bij
een bank bij, toen Jaap Maarleveld,
toendertijd van de Noorder Com
pagnie, me vroeg. „Ik denk dat jij
beroeps moet worden", zei hij.
„Jaa", riep ik meteen. En ik heb
mezelf drie jaar gegeven om dat te
bewijzen. Ik heb tweeënhalf jaar
bij de Noorder Compagnie gezeten
en ben televisie gaan doen. „Tussen
wal en schip" van Eimert Kruithof.
En vandaar ben ik bij Franz Marij
nen terecht gekomen".
Tuinman heeft nog een licht noor
delijk accent in z'n stem. Iets dat
vroeger niet mogelijk was, toen to
neel en film werden beheerst door
een soort Beschaafd Nederlands dat
weinig Algemeen was. Terwijl in
Engeland en Amerika een accent
juist een extraatje was, waardoor je
acteurs in hun rollen direct thuis
kon brengen. De film is dat hier
aan het veranderen. We verwonde
ren ons er trouwens wel over, dat
er zo weinig Nederlandse acteurs
uit het Noorden komen, waar tra
ditioneel wel een levendig ama
teurtoneel bestaat. „Het zal wel iets
met de taalbarrière te maken heb
ben", denkt Peter Tuinman.
IJdelheid
Laten we het dan toch maar even
over de doorbraak van Peter Tuin
man hebben, al hoort hij die uit
drukking liever niet. Hoe is het om
jezelf opeens in zo'n dragende rol
op het doek te zien? „Het klamme
zweet", herinnert Tuinman zich.
„Ik heb de film maar één keer ge
zien, dus ik heb er nog niet zo'n af
stand van genomen. Ik kon eerst
bijna niet naar die beelden kijken,
maar ondanks dat shock-effect be
gon ik de film langzamerhand
steeds spannender te vinden. En
dat is heel wat. Naar rushes, de da
gelijkse opnames, heb ik ook niet
gekeken. Dat heeft geen zin. Stel je
voor dat je uit ijdelheid zegt: Jasses,
wat ben ik daar afschuwelijk. Ter
wijl de regisseur het juist precies zo
gewild heeft. Het brengt je alleen
maar op een dwaalspoor. Ik had er
genoeg aan als Ben Verbong uit de
projectiekamer vandaan kwam en
twee duimen omhoog stak. Van: Ik
geloof dat het precies zo wordt als
ik wil".
„In een regisseur moet je een blind
vertrouwen hebben. Hij kan je ma
ken en breken, terwijl je op het to
neel zelf nog wel eens iets kan her
stellen dat fout is gegaan. Dat soort
rotsvaste vertrouwen heb ik in Ben
Verbong. En dat heeft ie bewaar
heid".
BERT JANSMA
ls in grootmoeders tijd een kind
's nachts hartverscheurend hoeste,
taai slijm opgaf en ook nog braakte,
hadden ouders geen dokter nodig om
te weten hoe laat het was. Nu hebben
zelfs huisartsen moeite met de dia
gnose. De kinderarts Bos schreef on
langs in een artsenvakblad dat in 9
van de 10 hem bekende gevallen de
huisarts de diagnose miste. Bij een
paar kinderen stelde jawel oma
de juiste diagnose. Tevergeefs overi
gens. „Kan echt niet mevrouw, kink
hoest komt niet meer voor en zeker
niet bij ingeente kinderen", was dan
het commentaar van de huisarts.
J. Paalman
Maar mooi dat oma gelijk had:
inenten tegen kinkhoest geeft géén
volledige bescherming. Dat is een.
Bovendien stijgt het aantal ziekte
gevallen de laatste jaren juist heel
scherp: van 4 meldingen in 1976
via 50 in '81 naar 200 in 1983. Hoe
dat .komt weet men niet precies al
heeft men maar daarover ver
derop meer zo zijn vermoedens.
Vroeger, nou ja, dertig jaar geleden,
was kinkhoest gevreesd. Na be
smetting met de bacterie Bordetella
Pertussis gaat het kind een tot twee
weken 's nachts droog hoesten.
Dan slaat de ziekte pas echt toe.
Het kind wordt overvallen door
hoestsalvo's van 10 tot 20 keer ach
tereen. Na elke hoestaanval haalt
het gierend adem. Die uitputtings
slag voor kind en ouders duurt een
paar weken waarna het herstel
iangzaam inzet. Echt gevaarlijk
wordt het als er complicaties optre
den zoals stuipen of een secundaire
luchtweginfectie. In het laatste ge
val marcheert een ander micro
beest in de achterhoede van het
kinkhoestleger moeiteloos de lon
gen binnen.
De behandeling is erg ondankbaar.
Het antibioticum erythromycine
kan, mjts op tijd toegediend, een
echte kinkhoestaanval voorkomen.
Tegen de tijd dat oma er achter
komt dat het om kinkhoest gaat, is
het te laat. Verder helpt niets: geen
hoestmiddelen, geen slijmoplossers,
niets. Gelukkig kan men anders
dan vroeger een bijkomende long
ontsteking nu met antibiotica in de
kiem smoren. Blijft over de enige
afdoende oplossing: inenten.
Maar ja, dat is nu een probleem.
Over de K van het inentingskwar
tet DKTP (difterie, kinkhoest, teta
nus en polio) is de afgelopen 10 jaar
een hoop gedonder geweest. In
1974 begon in het Engelse medische
vakblad „The Lancet" een specta
culaire pennestrijd tussen voor- en
tegenstanders van het vaccin. Dat
het vaccin geen paradepaardje is
van de medische wetenschap, daar
waren vriend en vijand het over
eens. In 3,6 van de 10.000 gevallen
veroorzaakt het vaccin shock of
stuipen. Beide zijn goed te behan
delen. In 1 op de 310.000 gevallen
veroorzaakt het blijvende hersen
beschadiging. Men vloog elkaar in
de jaren over de strijdvraag of het
middel niet erger was dan de
kwaal.
Volgens een van de felste tegen
standers, de sociaal geneeskundige
Stewart Gordon, werkte het vaccin
niet of nauwelijks. Toegegeven, het
aantal doden was dan wel drama
tisch gedaald (in 1943 nog 1303)
maar dat zou zonder vaccinatie ook
zijn gebeurd. Op een bijgeleverd
grafiekje liet hij zien dat sinds de
eerste inentingen van 1957 het aan
tal doden niet sneller was afgeno
men. Het vaccin veroorzaakte dus
alleen maar overbodige ellende.
Dat bleef niet onweersproken. De
voorstanders geven wel toe dat het
vaccin gedeeltelijke bescherming
geeft, maar beschermen doet het.
Opmars
Bij ingeënte kinderen verloopt, als
ze het al krijgen, kinkhoest stuk
ken milder en komen gevaarlijke
complicaties nauwelijks voor. Toen
steeds meer Engelse ouders weiger
den om hun kinderen tegen kink
hoest in te laten enten, hielden ze
hun hart vast. Wanneer de bacterie
zich ongestoord kan verspreiden
dan zul je wat beleven, voorspelden
ze. Ze kregen gelijk. Engeland be
taalde leergeld met twee epide
mieën en enkele tientallen doden.
Terug naar Nederland. Het ziet er
naar uit dat kinkhoest ook in Ne
derland in opmars is. Onlangs
schreven een aantal deskundigen
bijna een heel nummer van het Ne
derlands Tijdschrift voor Genees
kunde vol over dit opmerkelijke
fenomeen. Echt begrijpen doet men
het niet, want in Nederland zijn
per slot van rekening bijna alle
kinderen tegen kinkhoest gevacci
neerd. Maar aan theorieën geen ge
brek natuurlijk. Het opmerkelijke
is dat al die theorieën een link leg
gen met de Engelse kinkhoest-oor-
log van de jaren zeventig.
In Nederland schrok men toen zo
van de onheilsberichten dat men in
1975 de sterkte van het vaccin
flink terugbracht. Dat zou een re
den kunnen zijn voor de opmars,
want een zwakker vaccin geeft
minder bescherming. Bovendien
verscherpte men de voorschriften.
Tot dan werd na een eerste ave
rechtse reactie de vaccinatie ge
stopt. Sinds 1975 gaat de prik ook
niet door als broertje, zusje of ouder
met stuipen op de vaccinatie heb
ben gereageerd. Een aantal des
kundigen gelooft dat die regel te
ruim is toegepast zodat veel minder
kinderen tegen kinkhoest zijn inge
ënt dan we wel denken. Ze pleiten
voor afschaffing van die maatregel
en ook mag van hen het vaccin
weer sterker worden.
Toerisme
Dan is er nog de lage
graad in Engeland, in 1978 krap 30
procent. De kans dat Nederlandse
kinderen tegen een kinkhoestbac-
terie oplopen is daarmee behoorlijk
toegenomen. Bovendien hebben
Duitsland en Zweden de Engelse
trend gevolgd en toerisme over en
weer doet de rest.
Maar de leukste theorie komt van
dr. H. Bijkerk. Die komt er op neer
dat er mogelijk helemaal niets aan
de hand is. Het zou goed kunnen
zijn dat al die kinkhoestgevallen er
altijd al zijn geweest, maar dat we
ze, gealarmeerd door de Engelse
toestanden, nu pas zien. De onheil
spellende stijging van het aantal
gevallen zou dan alleen maar aan
geven dat dokters beter zijn gaan
opletten.