■Zuid-Holland boos korting 2,2 miljoen over DeLijsbethbrug: Eigentijdse vervanger van Scheistraatbrug Noordwijkse stiefbroers plegen juwelenroof in hun vaders hotel LEIDEN/REGIO 31NA 4 - - ^Z„DE REK IS ER NU VOLKOMEN UIT" Bruggen, we maken er allemaal zijn geen technische verhandelin- gebruik van. Zeker in een water- gen, maar historische verhalen rijke stad als Leiden zijn het on- waarin een brug als leidraad misbare schakels in het wegen- dient. De gegevens zijn verza- net. Veel aandacht is er nooit aan meld door een werkgroep van de Leidse bruggen besteed. De historisch geïnteresseerden, die stilte rond de Leidse bruggen is veel van de geschiedenis van de met de presentatie van het Brug- Leidse bruggen heeft uitgezocht, genboek (waarvan de herdruk Samensteller is de begeleider van momenteel te koop is) al gedeel- deze werkgroep, de heer P.J.M. de telijk 'verstoord'. Het Gemeente- Baar van het Gemeentearchief, archief aan de Boisotkade hoopt Kees van Herpen tekent voor de dit jaar de tentoonstelling „De eindredactie. De reprodukties Leidse bruggen" te houden. Als zijn van fotograaf Wim van inleiding op deze expositie ver- Noort. Vandaag verschijnt het schijnt in deze krant een serie ar- achtenveertigste artikel in deze tikelen over Leidse bruggen. Het serie. Celstraf geëist tegen Leidse voor beroving bejaarde vrouw DEN HAAG Een jaar gevangenisstraf waarvan vier maan den voorwaardelijk hoorde een 20-jarige Leidse gisteren voor de Haagse rechtbank eisen voor de beroving en mishandeling van een oude vrouw in haar woonplaats, op 16 juni van dit jaar. De verdachte zei niet de bedoeling te hebben gehad het slachtoffer met een hamer op haar hoofd te slaan en te schop pen. Met haar vriend had ze het plan beraamd 's avonds bij de bejaarde in te breken. Toen de bewoonster tegen alle ver wachting in thuis bleek te zijn kwam er geweld aan te pas. Het slachtoffer werd geschopt en geslagen en gedwongen vier geldkistjes af te staan met een inhoud van totaal 7.000 gulden. De vrouw liep letsel op aan hoofd, buik en ribben. De ver dachte zei onder druk van haar vriend, die overigens nog te recht moet staan, aldus te hebben gehandeld. Ze werkte voor hem als prostituée in Den Haag. Nu het tussen beide uit is wil ze in de horeca haar brood verdienen. Leidse taxichauffeurs hadden het tweetal herkend van de rit ten naar en van de plaats des misdrijfs. Op grond van hun signalement kon de politie hen arresteren. situatie DEN HAAG (ANP) De commissarissen van de konin gin van de drie randstadpro vincies hebben gisteravond in een gesprek met premier Lub bers en minister Van Aarden- ne aandacht gevraagd voor de slechte economische toestand iri hun provincies. De commis sarissen hebben zich verder beklaagd over een zekere in formatie-achterstand als het gaat om het bepalen van het sociaal-economische beleid voor de regio's. Na afloop van het gesprek zei de Utrechtse commissaris P. van Dijke dat de kabinetsdele gatie begrip had getoond voor de grieven van de randstad. De drie commissarissen heb ben geen concrete wensen voorgelegd, omdat ze dat wil len overlaten aan hun gedepu teerden van economische za ken. „We hebben hier eigen lijk als een soort opwarmers gefungeerd," aldus de Zuidhol landse vertegenwoordiger S. Patijn. Elke overeenkomst met het recente optreden van het „supertrio" uit de noordelijke provincies berust overigens op zuiver toeval, zo benadrukte men gisteravond. De drie commissarissen ba seerden zich in het gesprek op een enige tijd geleden gepubli ceerde nota van de drie pro vincies en het openbaar li chaam Rijnmond. In deze nota wordt de noodklok geluid over de economische situatie en de grote werkloosheid in de rand stad. Volgens Noord-Holland, Zuid-Holland en Utrecht is deze situatie ook rampzalig voor de rest van Nederland. De drie provincies zien hun regio als de motor van de na tionale economie en vinden het zeer zorgelijk dat de rege ring wieltjes uit deze motor blijft slopen, aldus Van Dijke. Met Lubbers en Van Aarden- ne is afgesproken dat hét ge sprek later wordt voortgezet. Ook met de kamercommissie voor economische zaken zal contact worden gezocht. verder zonder veel problemen verlopen te zijn, zij het dat men dus de funderingspalen heeft laten zitten. Stadsui tbreiding De in 1863 gesloopte brug lag sedert de stadsuitbreiding van 1611 op deze plaats. Van de toen gelegde bruggen over de vroegere stadssingel, de Oude Vest, in totaal acht stuks, werd het merendeel gebouwd door het eigen personeel van de stad. Deze brug was in 1649 aan het eind van zijn normale levensduur en op 12 juni 1649 werd aan Bruyn Jansz. van Hogerwaert voor 1245 aan besteed het volledig weghre- ken van de oude brug en het maken van een nieuwe. Daar toe moest hij acht eiken palen van 6.90 meter in de gaten van de oude palen slaan en daarop werden de vier jukken gezet waarop over vier ope ningen een vast houten dek kwam en over de middelste opening een dubbele ophaal brug. Hij heeft zijn werk blijkbaar goed gedaan, want toen op 11 september 1649 het stadsbestuur de brug kwam inspecteren, werd hij door burgemeesteren vereerd met een half vat bier. En toch heeft hij geen echte kwaliteit geleverd. Slechts 25 jaar later, en dat is voor een goede hou ten brug echt veel te snel, werd door het stadsbestuur op 24 juli 1674 het doodvonnis geveld; „de Scheybrugge, gantsch vervallen ende t'ene- mael onbruyckbaar sijnde, is goetgevonden een nieuwe brugge van steen ter plaetse van de oude brugge te doen, maecken". Metselwerk Wellicht naar het voorbeeld van de in 1672 vernieuwde Turfmarktsbrug werden de vaste gedeelten in metselwerk uitgevoerd. Allereerst nam op 7 augustus 1674 Willem Claesz. van Dijck voor 625 aan om in het midden van de Oude Vest een damwand te slaan en eerst de ene helft en later de andere helft van de gracht droog te maken. Ook moest hij bij het leggen van de grondslag en het heien zor gen dat er geen aarde of bag ger in de weg lag. Op dezelfde dag nam Arent Veellant voor 345 aan om zodra hem aan gezegd zou zijn te beginnen (als het stadspersoneel klaar zou zijn met het heien en de fundering) binnen tien werk dagen met het metselwerk bo ven het waterpeil te zijn. Ook moest hij al het door de stad televerde en door hem van de tadssteenhouwerswerf te ha len natuursteen, of dat nu Bremer, Benthemer pf blauwe (Escausijnse) stukken- zouden zijn, inmetselen en vastgieten met tras. In het volgende voorjaar, op 26 maart 1675, werd het aanbrengen van het houten beweegbare gedeelte voor 135 aan Jan Schinckel aanbesteed - die ging toch in de buurt aan de slag, want op dezelfde dag nam hij ook het vernieuwen van de Jan Vos- senbrug, eveneens voor 135, Uit latere jaren vinden we slechts vernieuwingen aan de houten ophaalconstructie. Zo verving in 1791 Jan Baptist de Groot de wippen (balansen) en vallen en later werden ook de poorten nog eens ver nieuwd. In 1862 was zijn toe stand zover achteruit gegaan dat opnieuw grote kosten ge maakt zouden moeten wor den, maar -dat heeft toen dus geresulteerd in algehele af braak. De toen nog zo moppe rende bewoners hebben zich daarbij maar neergelegd. In de moderne tijd is echter de roep om een betere door- schrijdbaarheid van de bin nenstad weer luider gewor den en toen in 1978 er een noodbruggetje over de Oude Vest gelegd werd ter gelegen heid van de vernieuwing van de Turfmarktsbrug, kwam de wens op dit later te vervan gen door een definitieve voet gangersbrug. De kosten hier van werden op ƒ230.000,- ge raamd. De gemeenteraad stond op 21 januari 1980 vrij kritisch te genover deze plannen; tellin gen hadden uitgewezen dat slechts 258 passages van het noodbruggetje stonden tegen over veel grotere aantallen over de Turfmarktsbrug en de Marebrug. Toch werd uit eindelijk met 21 tegen 15 stemmen besloten tot de bouw. De nieuwe Lijsbeth- brug werd op 7 juni 1983 dooi de wethouders Waal en Schoute met de assistentie van de directeuren van de Schouwburg en Lakenhal in gebruik genomen. WOENSDAG 5 SEPTEMBER 1984 PAGINA 5 Randstad- provincies vragen kabinet aandacht voor economische Bruggen bouwen is niet altijd een eenvoudig werk. Zo is een paar jaar geleden het ontwerpen van een eigentijds soort hangbrug over de Oude Vest tussen de Lange Scheistraat en Lange Lijs- bethsteeg niet zonder eni ge hoofdbrekens tot stand gekomen en de bouw er van was evenmin kinder spel. Is het bouwen niet eenvoudig, het afbreken van een brug loopt soms ook niet van een leien dakje. De verdwijning van de voorganger van de Lijsbethbrug, de Schei straatbrug, is daar een goed voorbeeld van. Deze brug was in 1863 ge sloopt, volgens het bestek „in haar geheel, met inbegrip van de funderingen, zodanig dat in den bodem der gracht geen van de brug afkomstige ver hevenheid overblijft". Of er daarbij niet erg zorgvuldig ge handeld is of dat er later ge baggerd is in de Oude Vest, is niet bekend, maar in 1901 meldden B W de Gemeen teraad dat de funderingspalen van de voormalige Schei straatbrug na herhaalde klachten van de schippers in het begin van dat jaar getrok ken waren op enkele na, die zó diep zaten dat zij niet zoals de andere getrokken konden worden. Het laten zitten van de overgebleven palen zou wel eens ongelukken met diepstekende schepen kunnen veroorzaken en B W be pleitten sterk het onschadelijk maken ervan. Ze moesten daartoe door een duiker bij de grond afgezaagd worden, het geen zo'n 600,- zou gaan kos ten. De Raad ging zonder dis cussie accoord met het voor stel dit bedrag ten laste van de post „onvoorzien" te bren gen. De sloop in 1863 was ook be paald geen kinderspel. Door De Lijsbethbrug als modern soort hangbrug over de Oude Vest met op de achtergond de Lakenhal: foto augustus 1984. verantwoord was. De Ge meenteraad beraadslaagde er uitvoerig over en uiteindelijk werd met 13 tegen 7 stemmen besloten het verzoekschrift „te wijzen van de hand, ver mits het ongerief dat voor de adressanten (verzoekers) uit de amotie (sloop) zal voort vloeien, niet kan opwegen te gen de belangrijke financiële bezwaren welke voor de ge meente aan eene herstelling of vernieuwing der brug zou de verbonden zijn". Dit be sluit van 7 augustus werd aan de indieners van het verzoek meegedeeld. Inmiddels was al kort na 15 mei 1862 overgegaan tot het weghalen van de poorten, ba lansen en vallen, zodat er nog slechts twee stenen uitstulpin gen in de Oude Vest aanwezig waren. Op de begroting voor 1863 werd een post opgevoerd van 2500,- om deze weg te breken en bij de begrotingsbe handeling op 30 oktober 1862 werd deze post na de nodige discussie vastgesteld. Nu de zaak deze wending kreeg, werd er opnieuw een drietal verzoekschriften aan de Raad gestuurd, alle drie door de zelfde persoon opgesteld en geschreven. Blijkbaar was deze persoon niet erg gelet terd; zo dacht hij bijvoorbeeld dat de Scheistraat Scheifstraat heette. Na nog weer uitvoeri ge discussie besloot de Raad met 16 tegen 4 stemmen om het eenmaal genomen besluit te handhaven. Opgemerkt werd dat iedereen snel genoeg wennen. De afbraak schijnt QeidócQowumt in DEN HAAG De pro- jvincie Zuid-Holland is boos op het rijk, omdat jdeze volgens haar ten on- rechte 2,2 miljoen gulden heeft gekort op de uitke- ringen aan de provincie. De regering maakte on langs bekend de korting in te voeren in verband met een andere subsidië ring van de zogenaamde podiumkunsten. Het rijk meent daardoor meer ta ken te krijgen en bere kent Zuid-Holland daar voor 2,2 miljoen gulden. i De Zuidhollandse gedeputeer- de drs. J.H. Boone zei gisteren i „met afgrijzen" kennis te heb ben genomen van de plannen DEN HAAG Twee stiefbroers uit Noord wijk hebben gisteren voor de rechtbank in Den Haag bekend op 22 januari van. dit jaar uit het hotel van hun vader een groot be- drag aan juwelen te heb- Een ben gestolen. De buit be- droeg circa zeven ton. Het tweetal (18 en 32 jaar) en een handlanger uit Zand- voort (37) hoorden twee jaar gevangenisstraf tegen zich eisen. De officier van justitie, mr. H. Klein Breteler, had bovendien een eis van zes -ia- maanden in petto voor een van Leidenaar (32), die vorig jaar oktober met de oudste broer men een kluis had gekraakt van een groothandelaar in goud I en zilver aan het Moleneind in Rijnsburg. De inhoud had een waarde van veertig mil- I ^e' r jya. Volgens de verklaringen zou ■we(j. de jongste verdachte bij de de stadsarchitect werd geëist dat „het afbreken zal geen de minste stoornis mogen ver oorzaken in het voortdurend, geregeld en onverstoord ge bruik van het vaarwater". Daarom kon de aannemer niet zomaar het water geheel afdammen om op zijn gemak alles weg te halen. De stadsar chitect liet bovendien in het midden hoe die aannemer dal varkentje dan wel zou moeten wassen: „aan hem wordt de keuze overgelaten betreffende de meest geschikte middelen om dit oogmerk (de sloop) te bereiken, hetzij door afdam ming, aanplemping of dierge lijke". De inventiviteit van de aannemer zal dan ook wel da nig op de proef gesteld zijn. Bovendien moest alles wat hij aanwendde later weer verwij derd worden tot een gemid delde diepte van 2 ellen (me ter) onder Amsterdams Peil. Toch waren er nog aanne mers die dit karwei wel aan durfden op deze condities: op 23 februari 1863 bleken bij de aanbesteding H. Filippo en J van der Tas voor 674,- de minsteisenden te zijn. Zij heb ben dan ook binnen twee maanden hun beulswerk op deze fraaie brug mogen ver richten. 3?rf/,J Wcerstandeti U Het verdwijnen van een brug zonder dat er een andere of betere oeververbinding tegen over staat, roept altijd weer standen op en bij de Schei straatbrug was dit al niet an ders. Zodra de eerste geruch ten de ronde deden dat er over gedacht werd deze slechte staat verkerende bru. geheel weg te breken, werd e. een verzoekschrift aan de Ge meenteraad gericht om daar toch niet toe over te gaan. Na de ontvangst ervan op 23 mei 1862 vroegen B W de Com missie van Fabricage om ad vies. Die liet dit door stadsar chitect Van der Paauw opstel len. Deze woonde aan de Oude Singel tussen de Nieuwe Mare en de Marktsteeg, zodat hij beter dan wie dan ook tot oordelen bevoegd was. Volgens hem zouden 11 mid denstanders in de buurt van de brug enig nadeel kunnen ondervinden, maar niet zo dramatisch als deze vreesden. Gezien het verschil tussen de kosten van herstel 3600,-) en sloop (ƒ2000,-) meende hij dat behoud van de brug niet De Scheistraatbrug over de Oude Vest bij de Lakenhal, kort voor de algehele vernieuwing van 1674. Detail uit de stadsplattegrond van Chr. Hagen, 1670. receptie van zijn vaders hotel in de badplaats de sleutel hebben gestolen die paste op de kamer van een Duitse handelsreiziger. De man had daar een koffertje staan,met 700.000 gulden aan gouden en zilveren sieraden. De stiefbroer en de verdachte uit Zandvoort zeiden dat zij de knaap er op het nippertje vanaf hadden kunnen hou den de Duitser te overvallen en met ether te bedwelmen. De 18-jarige stond 's mor gens ook terecht voor de be roving van een winkelmeisje uit de Hema. Zijn zaak dien de achter gesloten deuren voor de kinderrechter, omdat hij ten tijde van de misdrijven nog 17 jaar was. Hij werd door de anderen af geschilderd als het brein ach ter de grote juwelendiefstal. De verdachten ontkenden dat de juwelen zoveel waard waren als de officier van jus titie in zijn dagvaarding had vermeld. Volgens hen betrof het een koffertje met een monstercollectie, dat slechts voor een bedrag van 52.000 D-Mark was verzekerd. De gedupeerde zou het bedrag bij de aangifte flink hebben opgeschroefd. De verdachte uit Zandvoort beklaagde er zich over dat de officier niet op zijn aanbod is ingegaan de gestolen waar via de helers te achterhalen. Mr. Klein Breteler: „Ach, dat spul is natuurlijk al lang omgesmol ten. Daar heb je niets meer aan". De verdachten zeiden dat ze van de opbrengst hun schul den hadden afbetaald. Ook werd het casino met bezoe ken vereerd. De oudste stief broer was volgens zijn advo caat, mr. J. van der Plas, de meest beklagenswaardige van het stel. Hij was in zijn jeugd veel moederliefde te- kortgekomen. Op het zakelij ke vlak wordt zijn levens loop gemarkeerd door mis lukkingen, maar zijn stiefva der heeft hem inmiddels al-' les vergeven. Na zijn deten tie kan hij bij hem terecht voor een baan in zijn hotel. Mr. W. Janssen, de verdedi ger van de Zandvoortenaar, zei dat de zaak enorm door de officier was opgeblazen. „Het gaat hier om een gewo ne diefstal". Uitspraak op dinsdag 18 sep tember. van het rijk. Volgens Boone kan het rijk niets overnemen van de provincie, omdat het enige provinciale orkest van Zuid-Holland inmiddels ter ziele is, notabene nadat het rijk zelf weigerde daaraan mee te betalen. „Het rijk neemt dus niets over, maar berekent ons wel 2,2 miljoen gulden. Dat is voor ons volkomen onaan vaardbaar", aldus Boone bij de presentatie van de provinciale begroting. Volgens de financieel specia list van het college van GS komt ae korting des te harder aan, omdat „wat de bezuini gingen betreft de rek er nu volledig uit is". In de begro ting staat onder meer te lezen dat de provincie, om alle kos ten te dekken, twee miljoen gulden uit de reserves heeft moeten halen. Waar nu het geld voor de extra korting van 2,2 miljoen gulden vandaan moet komen is volgens Boone nog een raadsel. „Daar willen we nog niet meteen ons hoofd over buigen. We gaan eerst proberen dit onzalige voorne men van tafel te halen, lukt dat niet dan moeten we maar zien waar we het vandaan moeten halen: ook uit de re serves, via bezuinigingen of door verhogingen van de pro vinciale opcenten op dè we genbelasting", aldus Boone. Wat dat laatste betreft: uit de begroting voor 1985 blijkt dat de provincie nog niet aan een verhoging wil. Verhoging van de wegenbelasting met een op- cent kost de gemiddelde auto mobilist rond de 2,30. Dat zou de provincie ongeveer 1,8 miljoen gulden opleveren. Provinciale Staten hebben zich in het verleden echter uitgesproken tegen een verde re lastenverzwaring. Momen teel betalen de inwoners van Zuid-Holland 23 opcenten op hun wegenbelasting. Ander punt van kritiek van Zuid-Holland op het rijk is de invoering van de wet op de bejaardenoorden, waarbij de provincies de verantwoorde lijkheid krijgen over de be jaardenoorden. Om dat te re gelen geeft het rijk de provin cie 530 miljoen gulden. De pro vincie vreest echter de dupe te worden van plannen de AOW- uitkering te verlagen. De be jaarden kunnen dan de eigen bijdrage aan hun verblijf in een bejaardenoord niet beta len, waardoor de provincie het risico loopt daarvoor finan cieel op te draaien. „Rustenborch" tien jaar Het Oegstgeestse bejaardenhuis „Rustenborch" bestond gisteren tien jaar. Er was veel belangstel ling voor de sobere lustrumviering. De gehele dag was er een grote bazar annex rommelmark, draaide het rad van avontuur, werden er oude ambachten gedemonstreerd, kon men een drankje en hapje kopen en genieten van een uitgebreide fototentoonstelling. Een van de organisatoren, de heer Van de Akker: „De belangstelling was zo groot dat het rad van avontuur reeds vroeg in de middag zijn plicht had gedaan: alle prijzen waren weg. Het lijkt wel of het ieder jaar drukker wordt".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1984 | | pagina 5