male Den Haag met z'n lege kantoren heeft les van Leiden geleerd ISW vertrekt van Den Haag naar Leiden Bewoner ook een beetje aannemer door „open bouwen" veel veranderd Is het Rijk de geld- an naar de gemeenten Itdraaide en nog ar met mondjesmaat subsidiestroompje in richting liet doorsij- ;n. Min of meer ge- angen door deze fi- iciële aderlating en oren als teruglopende kgelegenheid gingen steden met elkaar in ilag om in de gunst te tien van andere geld- schaffers: investeer- s en beleggers. Verge- zijn de bureaucrati- drempels van wel gekozen is voor com- ciële benadering en ktgericht denken. In concurrentiestrijd is den in de afgelopen jaar al menigmaal overwinnaar uit de jd gekomen: Aramco, /etti, Schreiner Air- is, Heerema en pas het Instituut voor Sociale WEER HAAGSE ORGANISATIE WEG DEN HAAG/LEIDEN In navolging van Aramco. Olivetti. Schreiner Airways en Heerema vertrekt nu ook het Instit Sociale Wetenschappen (ISW) uit Den Haag om zich in Leiden te vesti gen De verhuizing vindt in óe laatste week van juni plaats. Dc krappe behuizing op twee verschillende plaatsen in Den Haag (Wasscnaarse- Uit Het Binnenhof van 18 mei jl. Wetenschappen kozen Leiden boven Den Haag. Daarmee was de itelstad de Residentie verschillende malen een voor. Is dit een strijd tussen een Leidse David en Haagse Goliath? Is er sprake van serieuze con- rentie tussen beide steden? De stand van zaken, ien door een Haagse bril. I HAAG Had Den Haag i tien jaar geleden nog de repu- cvan „de stad met z'n lege pa- "h", nu is dat veranderd in „de met z'n lege kantoren". De 'Prenstad bij uitstek kampt met Walijke reputatie dat er enorm ^kantoorruimte leeg staat. Zegt l, En alsof dat nog niet genoeg frrijzen er talloze nieuwe kan- bebouwen her en der in het loeeld. O paradox. Er was nog t zoveel leegstand en terzelfder ^as er nog nooit zoveel in aan- y. De leek schudt verbijsterd aoofd. lenteel is er in de Haagse regio leegstand van een kwart mil- vierkante meter kantoorop- rlakte. Op een totaalbestand drie miljoen vierkante meter, i de 250.000 m2 leeg staande toorruimte moet echter 100.000 kante meter op rekening van Plaspoelpolder in het aanpalen- tijswijk worden geschreven. De luwen die hier verlaten staan Sangzamerhand met het uitblij- ivan de al vele jaren geleden lofde ontsluitingsroute de nseweg uiterst moeizaam te •n. Dumpprijzen moeten het ge il aan interesse aan de vraagzij den opleven. „Interessante prij- t heten de huidige vierkante- nrtarieven van 150 tot 180 gul- lin Haagse makelaarskringen, i èlaars buiten de stad geloven iBneer in dit concept van „con- pproduktie". Bedrijfsmakelaar Imitsloo uit Leiden over de Wand in de Plaspoelpolder: „Er ijar sprake van een qua outilla- iiet meer op de huidige ontwik ken inspelend incourant kan torenbestand. Dat is pure kapitaal vernietiging". Versnipperd beeld Maar terug naar de situatie in de stad Den Haag. Het is duidelijk dat de leegstand in de Plaspoelpolder een vertekend beeld geeft van de Haagse situatie. Weliswaar blijft er nog steeds het respectabele aantal leegstaande vierkante meters van 150.000 over, maar dat heeft een aanwijsbare oorzaak. De Rijksge bouwendienst en de gemeente zijn aan het centraliseren. Versnipper de ministeries worden bijeenge bracht in nieuwbouw op eigen grond, gemeentelijke afdelingen worden centraal ondergebracht rondom het stadhuis aan het Bur gemeester de Monchyplein. Dat heeft geleid en zorgt nog steeds voor een uitstoot van oude kantoor panden. verspreid over de stad. Adjunct-directeur H. J. de Kouse- maeker van makelaardij Nieboer en Van Kuijen: „De Haagse markt heeft altijd gesteund op de over heid en de gemeente, die waren standaard-afnemers. Ze waren ook in veel gevallen bereid minder handzame kantoren te betrekken". Die tijd is nu definitief voorbij. Evenals het bedrijfsleven hanteert de overheid nu ook kritischer maatstaven: zoveel mogelijk nutti ge oppervlakte, recht-toe-recht-aan om meer te kunnen doen op min der kostbare vierkante meters. Kortom: maatwerk, waarbij reke ning wordt gehouden met efficien cy. onderhoud en energie. De heer De Kousemaeker: „Tot kantoren omgebouwde herenhuizen en vil- Adjunct- directeur H. J. de Kousemaeker: „Er is een tijd geweest dat Oen Haag vreesde voor concurrentie met Leiden". la's hebben altijd een ongunstige bruto/netto-verhouding gehad. Er is nu al behoorlijk veel aanbod in verkantoriseerde herenhuizen. Als je dan ook nog ziet hoeveel rijks- en gemeentediensten momenteel nog in dit soort panden zijn gehuis vest. Naar onze mening komen die begin '85 allemaal op de markt. Als zo'n pand geen eigen parkeergele genheid heeft, wordt het echt een probleem om het kwijt te raken". Het is duidelijk: een deel van het Haagse kantorenbestand is sterk verouderd en nauwelijks nog in deze achterhaalde opzet te slijten. Vandaar dat voor de huur der anno 1984 nagelnieuwe kanto ren in de stad worden neergezet, gebouwen die beter voldoen aan de eisen en wensen op de hedendaagse markt. Want iedereen blijft het er over eens: Den Haag was, is en blijft een interessante stad om er kantoor te houden. Onzin Wethouder C. Nyqvist van Ruimte lijke Ordening: „Ze zeggen van mij dat ik de hele stad volbouw. Dat is onzin natuurlijk. Ik wil graag dat het particulier bedrijfsleven en de institutionele beleggers geld stop pen in Den Haag om de meerkwa- liteit van de stad als centrum van regering en buitenlandse vertegen woordigingen te behouden. Dat moet de doorslag geven om de con currentieslag met andere steden vol te houden". Dus toch concurrentie. Ook met Leiden? Een in eerste instantie weifelende wethouder. „Aramco kreeg vier, vijf jaar geleden te horen dat Den Haag vol zat. Menig bedrijf, Schrei ner Airways, Olivetti, kreeg dat toen ook te horen: vergeet het maar, Den Haag is volgebouwd. Te genwoordig zeggen we dat Den Haag nog volop bouwmogelijkhe den heeft. Zowel in de woning bouw als in de kantorensector zijn we full speed bezig met de invul ling van hoogwaardige kantoorlo- katies. In de omgeving van het Centraal Station, van het Congres gebouw en in het Spuikwartier. Dat heeft te maken met het aantal pre's dat Den Haag heeft boven alle andere steden in het land. De goed kopere grondprijs in Leiden is meestal van ondergeschikt belang. De pluspunten van Den Haag zijn van hoger gehalte dan in Leiden. Ik geloof niet dat Den Haag de grootste concurrentie van Leiden hoeft te vrezen". Het Schuttersveld, een ambitieus kantorenplan van circa 70.000 m2 in de onmiddellijke nabijheid van het Leidse station waarvoor ove rigens nog de eerste paal de grond in moet brengt de Haagse wet houder niet in verlegenheid. „Een lokatie in de buurt van een station is erg gunstig, maar de kwaliteits aspecten van het Centraal Station in Den Haag zijn toch van hoger gehalte dan in Leiden", is zijn vaste overtuiging. Het hemelsbrede ver schil in prijs 325 gulden per m2 op die plaats in Den Haag en 190 gulden per m2 in het Leidse Schut tersveld doet daar volgens hem weinig aan af. Bovendien bevesti gen diverse makelaars de gretig heid waarmee huurders de toploka- tie rond het Haagse Centraal Sta tion voor de pittige prijs van 325 gulden per m2 bevolken. Scoren De heer De Kousemaeker van Nie boer en Van Kuijen bevestigt het standpunt van wethouder Nyqvist: „Den Haag heeft gewoon meer te bieden. Er is een tijd geweest dat Den Haag vreesde voor concurren tie met Leiden. Zeker door de slag vaardige manier van optreden. Neem het geval Aramco. Het woord „nee" bestond niet in Lei den. Terwijl ze er toch ook handi caps als erfpacht hebben. Je kunt alleen scoren als je slagvaardig handelt. Dat hebben ze in Den Haag goed begrepen. Dat is van de laatste twee jaar. Een ondernemer die in Den Haag wat wil, vindt geen problemen meer. Daarvoor is te veel gebeurd. De wethouders Dijkhuizen van Economische Za ken en Nyqvist van Ruimtelijke Ordening hebben begrip voor de wensen en gedachten in het be drijfsleven. Ze zijn ondernemers- vriendelijk. Over het algemeen kun je zeggen dat ze goed bezig zijn om het bedrijfsleven te behouden of te verwerven. Dat moet ook, want kantoren bouwen is het indi rect scheppen van werkgelegen heid. Als die gebouwen er staan, dan komen er mensen te werken. Hoe dan ook". Goede bedoelingen Inderdaad, Den Haag heeft van Leiden geleerd. In de universiteits stad is een Bureau Bednjfscontac- ten in het leven geroepen om de ondernemer met concrete vragen en weinig tijd snel en zakelijk ant woord te geven. Hier geen „struc turen aanbrengen", „beleidskaders scheppen", „criteria ontwikkelen" en „uitgangspunten formuleren", zoals mevrouw mr. J. G. Fase-Dub belboer, wethouder van economi sche zaken in Leiden, alle tegenpo len van de Leidse handelwijze Om schrijft. Wie belangstelling heeft in de sleutelpositie van de Sleutelstad Leiden maak! de Zuidhollandse kantorenmarkt „onveilig" met het ambitieuze kantorenplan Schuttersveld. re contacten te maken met slechts één persoon, die achter zich een groepje mensen weet om eventuele haken en ogen weg te werken. Die kordate manier van optreden is in Den Haag weliswaar iets anders, maar Dijkhuizen en Nyqvist doen er alles aan om de in Den Haag ge ïnteresseerde ondernemer uiteinde lijk een positieve optelsom voor te toveren. Nyqvist: „Als we tegen een kandidaat oplopen, wordt de zaak met mijn collega Dijkhuizen kortgesloten. Binnen de kortst mo gelijke tijd nodig ik de mensen rond de tafel uit. Als een onderne mer zich in Den Haag wil vestigen en problemen heeft, zijn de contac ten rechtstreeks. Helemaal geen probleem. Het wordt teruggekop peld in een klein groepje mensen, dat de zaak ter hand neemt". Alle goede bedoelingen ten spijt, deze opzet blijkt toch niet altijd even goed te werken. Zonder in menging van een Haagse gemeen telijke instantie ging het Instituut voor Sociale Wetenschappen on langs op zoek naar een ander on derkomen. En vond die uiteindelijk niet in Den Haag de oorspronke lijke plaats van vestiging maar in Leiden De lokroep van de Sleu telstad blijkt in sommige gevallen toch nog sterker en overtuigender dan die van Den Haag. TOM VAN RIJSWIJK I HAAG Om de sociale Ingbouw in de toekomst albaar te houden, wil een al aannemers in ons land oouwproces fundamenteel iideren. Het gaat om het }n Bouwen", een goedko- J methode waarbij boven- 4 bestaande woningen zijn Je passen aan de verande- ^e behoefte in de samenle- K Bij het open bouwen Jen de bewoners namelijk Jcasco aangeboden dat zij 1 eigen inzicht mogen in- ijen. Zij kunnen dan naar relust variëren met de •Idingswanden van de toe- Jtige woning. Iemand die rtorbeeld een grotere 'ïkamer wil en een klei- keuken, kan dat zelf be- De initiatiefgroep rfin onder meer de bouw- «rnemingen Wilma Ne- 4nd, Nevanco en Grootel ti, lanceerde de plannen J maand op de Bouw Rai "een co-produktie van de ^nale Woonraad pn de §op grote schaal invoeren ,pen resoluut ander bouw- i£s doen de aannemers jtooor hun lol. Zij worden Jin of meer toe gedwon- 2 door de sterk gestegen Jrkosten in de afgelopen d en de bezuinigingen van elninisterie van volkshuis- Itig. De stichtings- en be lkosten van sociale wo- pouw moeten bovendien iag, omdat steeds meer 5en maar met moeite hun ïlasten kunnen opbren- Ten slotte wordt ver- it, dat open bouwen de frictie tussen vraag en aanbod op de Nederlandse woning markt kan oplossen. Het vreemde verschijnsel doet zich namelijk voor, dat tien duizenden mensen in ons land nog altijd ingeschreven staan als woningzoekend, terwijl met name aan de rand van de grote steden talloze flats al langere tijd leeg staan. Toch zullen er in de komende jaren nog nieuwe huizen gebouwd worden, hoewel marktonder zoeken van de Nederlandse Vereniging van Makelaars aantonen, dat er van woning nood geen sprake meer is. De enige schaarste die er nog zou zijn, zit in de hoek van de huurwoningen van onder de 400 gulden in de maand. Een oud grapje op het ministerie van volkshuisvesting zegt dan ook: als alle Nederlanders hun huis worden uitgezet en op nieuw over de woningvoor raad verdeeld worden, is er van woningnood of woningbe hoefte geen sprake meer. Blijkbaar woont niet iedereen zoals hij zou willen. Veel men sen hebben behoefte aan een andere woning; groter of klei ner, goedkoper of duurder, met een andere indeling of omgeving, of beter passend bij de persoonlijke omstandighe den. Behoefte Volkshuisvesting is meer dan het vergelijken van de behoefte en de voorraad aan woningen om vervol gens het verschil bij te bouwen. De woningbehoefte verandert name lijk voortdurend. Migranten beslui ten al of niet naar hun vaderland terug te keren, jongeren die gekort De bewoners kunnen naar hartelust variëren met de toekomstige woning. worden blijven tegen de bedoeling in toch thuis wonen, woongroepen komen moeizaam van de grond en er wordt opeens weer meer ge trouwd. De meeste alleenstaanden laten zich niet in buitenwijken wegstoppen. Ze willen wonen in de binnensteden om daar onder de mensen te zijn. Dergelijke veranderingen in het gedrag van de bevolking voltrek ken zich sneller dan de aannemers kunnen bouwen en het gevolg is dat vraag en aanbod niet op elkaar aansluiten. Bovendien hebben de meeste ge meenten er nog steeds geen ge woonte van gemaakt de behoefte aan woningen binnen de gemeente grenzen te onderzoeken. In het al gemeen trachten gemeenten zo vlug mogelijk de beschikbare grond bebouwd te krijgen, om van de zware rentelasten op de grond ver lost te zijn. Dat gebeurt meestal met standaard gezinswoningen in de vrije sector, want daarvoor zijn al tijd bewoners te vinden. Zoals re cente onderzoeken weer eens 'heb ben aangetoond. Met open bouwen voert de bouw wereld een flexibeler methode in waarmee niet alleen goedkoper ge bouwd, maar ook beter ingespeeld kan worden op de snel veranderen de vraag van de consument. De woningen zijn immers ook nader hand nog aan te passen wanneer de eerste bewoners verhuizen en de volgende bewoners een andere in deling nodig hebben. Ommezwaai Open bouwen vereist een grote sa menwerking tussen de verschillen de partijen die met bouwen en wo nen te maken krijgen. Bouwonder nemingen, architecten, industriële ontwerpers, opdrachtgevers, toele veringsbedrijven. bestuurders en niet op de laatste plaats bewoners, moeten op één lijn gebracht wor den. De bewoners van nieuwbouw- en renovatiewijken die voor open bouwen in aanmerking komen, moeten de mede-zeggenschap en het beslissingsrecht krijgen over de wijze waarop de ruimte in de wo ning verdeeld wordt. De overheid zal moeten meewer ken door onder meer de bouwre- gels te versoepelen. Tegenwoordig moet een bouwplan dat bij de ge meentelijke overheid wordt inge diend zelfs beschrijven hoeveel stopcontacten een huis moet heb ben Bij het open bouwen is dat echt niet mogelijk en zal de over heid soepeler moeten optreden. Eigen houtje Hoewel het initiatief uit hun eigen rijen komt, zal de overschakeling naar het open bouwen vooral voor de aannemers een harde dobber zijn. Zij zijn immers meer gewend op eigen houtje te opereren. Vóór 1975 deed het er namelijk niet zo toe waar en hoe er gebouwd werd. De nood was zo groot, dat er sim pelweg gebouwd móést worden. Met de instorting van de bouw markt in '79 waren de gouden tij den voorbij en moesten tientallen bouwondernemingen het loodje leggen. In die jaren werden de overblijven de ondernemingen bovendien ge confronteerd met bouwkosten die onder invloed van de recessie zeer fors stegen. Tussen 1975 en 1980 steeg de bouwprijs van een woning van 5,40 meter bij 8,40 meter van 53.000,- naar 91 000,-. De stij ging was voor een groot deel te wii- ten aan hogere loon- en materiaal kosten en verder aan nieuwe voor schriften en normen. Door eenvou digere ontwerpen, hogere produk- tie en innovatie, zakte de bouwprijs tussen 1980 en 1894 weliswaar met 15.000,-, maar de prijs is nog veel te hoog. Dat is de grootste drijfveer voor de aannemers om de bouw open te gooien. Dat deze manier van bouwen wat flexibeler de maatschappelijke veranderingen kan volgen, betekent voor de bou wers dat zij voortaan ook naar de bewoners moeten luisteren. Zij moeten kortom lerert, eerst te pra ten over wonen en dan pas over bouwen. HENK ENGELENBURG

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1984 | | pagina 27