pt. Etienne terug naar het vagevuur
Diet Kleine
s ook als
vielrenner
?en topper
Voetbal
op tv
ZATERDAG 26 MEI 1984
Steeds meer kom ik tot de overtui
ging dat achter de boven dit stukje
staande kop een drama van een
steeds verder groeiende omvang
schuilgaat. Een humane tragedie,
waarnaar bij mijn weten nog geen
enkele ambitieuze wetenschapper
een onderzoek heeft ingesteld. En
in het kader van de ontwikkeling
van de intermenselijke relaties en
mogelijke ontwrichting van de
hoeksteen van onze maatschappij
(zoals bekend: het gezin) op langere
termijn is er op dat terrein toch wel
degeljk een doctorstitel te verdie
nen.
Tot dusver echter hebben socio's,
die hun naam graag vooraf zien
gaan door een duur ogende aandui
ding, slechts studie-objecten gezien
in zaken als „Hoe is betonrot van
invloed op de kwaliteit van de ont
lasting van een op de twaalfde ver
dieping als huisdier gehouden mus
kusrat" en „Waarom wordt de aan
wezigheid van kosmisch beïnvloe
de mollen als storend ervaren door
de biologisch voorgeprogrammeer
de tuinier".
Dat is jammer. Want muskusratten
en mollen mogen dan een voor het
natuurlijk evenwicht van onmis
baar belang zijnde diersoort zijn, de
geestelijke gezondheid van onze be
volking is toch weer heel iets an
ders. En die is direct in het geding
wanneer het onderwerp voetbal
op televisie" aan de orde komt.
Want welke signalen bereiken mij
vooral de laatste tijd steeds meer?
In een groeiend aantal huisgezin
nen, waar het tot voor kort pais en
vree was, breekt zeer binnenkort
een crisis van ongekende omvang
uit. Die er als ik mijn informan
ten mag geloven toe zal leiden
dat de vraag naar Van Dam-eenhe-
den voor éénpersoonshuishoudens
vóór het eind van deze zomer tot
een schrikbarend hoog aantal is ge
stegen. Zóveel hoekstenen van
onze maatschappij demonsteren na
melijk slijtageverschijnselen door
het feit dat er deze weken zo ver
schrikkelijk veel voetbal op het
scherm is te zien.
Hoe gaat dat namelijk in een hoek
steen, waar ten minste één voetbal
liefhebber (critici plegen ze fanaten
te noemen) onderdak heeft? De
buis gaat op voetbal. En of op een
ander net nu net de meest geavan
ceerde videoclips uit de historie
worden vertoond of op een ander
kanaal Ton Brandhouter een nau
welijks in originaliteit te overtref
fen quiz presenteert, dat maakt al
lemaal niks uit. De liefhebber (die
term prefereer ik ondanks alles)
kiest voor voetbal. Tot grote droe
fenis van de overige huisgenoten,
van wie moederlief in arren moede
de was- en strijkkamer betrekt, de
oudste zoon zijn heil op een doodlo
pende straat zoekt en de dochter
des huizes haar met de puberteit
samenhangende problemen in het
lokale buurthuis aan de grote klok
hangt. Waar de ter plekke gedeta
cheerde opbouwwerker haar wat
verveeld een oor leent, maar het
oog richt op een in de hoek staand
televisiescherm. Nog even en de
dochter, die aan voetbal net als
haar moeder en oma een broer
tje dood heeft, komt niet meer in
het buurthuis en gaat met haar
moeilijkheden de boer op.
Zo ver is het al gekomen in als
ik nogmaals mijn bronnen mag
vertrouwen menige hoeksteen
van onze maatschappij. Dat voet
balhaters zich denigrerend uitlaten
over de -liefhebbers en daarbij im
mer termen gebruiken als „Dat
domme gehol van al die mannetjes
achter zo'n balletje" nemen de laat-
sten de eersten nimmer kwalijk. Zij
kijken gewoon voetbal en de rest
kan hun gestolen worden. Maar de
betrekkelijke verdraagzaamheid,
die de haters de liefhebbers tot
voor kort nog toonden begint lang
zaammaar zeker om te slaan in
wanhopige woede. Die alleen maar
kan aanwakkeren met het EK-
voetbal voor de deur. Dan staat het
scherm er weer bol van. En zullen
de campings met stacaravans zon
der televisie weer uitpuilen van de
gebroken gezinnen. De brei- en
broddelwinkels zullen hoogtijdagen
beleven en de fabrikanten van
diepvriesmaaltijden evenzeer.
Deze hausse is te voorkomen. Maar
dat vereist een samenspel van alle
betrokkenen. Ik stel het volgende
voor: de buis gaat pas twee minu
ten voor het beginsignaal aan en
direct na het slotsein uit. Vervol
gens zetten alle huisgenoten zich
aan de eettafel voor een goed ge
sprek. De daarbij staande stoelen
met doorgaans rechte rugleuning
voorkomen de eerste symptomen
van slaperigheid en dat houdt de
discussie gaande.
Ik stel echter één voorwaarde: er
mag overal over worden gespro
ken, behalve over voetbal. Die con
cessie moet de liefhebber doen. Als
dat gebeurt is het hierboven be
schreven spookbeeld, waarop zo
nodig een socio zich moet storten
voor een proefschrift, binnen de
kortste keren verdwenen. Tenzij
iemand wil onderzoeken hoe voet
bal op televisie, gevolgd door het
door mij voorgestelde goede ge
sprek uitwerkt op .de hoeksteen.
Dat is natuurlijk ook boeiend om te
weten.
BUYS
John Rep (rechts) maakte in de top
jaren van St. Etienne ook deel uit
van de Franse formatie. Ook hij
raakte betrokken bij de zwart-geld-
zaak, die leidde tot de teloorgang
van de club.
stuur een beroep op de tot dan toe
overgeslagen eigen jeugd om de
club voor de hoogste klasse te be
houden. Het jonge team, met een
gemiddelde leeftijd van 23 jaar,
heeft het net niet gered. Ook de
tussentijdse aanstelling van een
nieuwe trainer, Robert Philippe,
kon het tij niet keren. De ploeg zat
zonder echte aanvallers, wat werd
onderstreept door de acties van de
verdediger Mahut, die de meeste
goals scoorde.
„Grote clubs gaan nooit dood", zei
een supporter van St. Etienne na
afloop van de wedstrijd tegen Ra
cing Club de Paris. Uitgerekend die
laatste vereniging lijkt zijn uit
spraak te bevestigen, want de Pa-
rijzenaars keren na twintig jaar te
rug naar het hoogste plan. De voor
zitter van Racing zei lering te heb
ben getrokken uit het drama van
St. Etienne. „Nooit zal onze vereni
ging aan een zwarte kas beginnen",
bezwoor hij de aanwezige journalis
ten, waarop meteen de bekendma
king volgde van de nieuwe spelers,
die de club voor het volgend sei
zoen wenst aan te trekken
BOB VAN HUËT
Piet Kleine trainend in de Drentse dreven op weg naar mogelijk een plaats in de olympische wielerploeg.
Sterker nog, hij vindt nu dat hij te
laat met schaatsen is gestopt. „In
1976 toen ik in Innsbruck op de
tien kilometer een gouden medaille
won had ik moeten stoppen. De in
vesteringen, die ik de jaren erna
heb moeten doen loonden de moei
te niet. Dat vaak onmenselijk har
de trainen en het oneindige gereis
voor in wezen maar vier of vijf be
langrijke toernooien. En dan ook
nog verslagen worden op tienden
of zelfs honderdsten van seconden.
Ik kon dat niet meer opbrengen".
Rotsport
„In wezen is schaatsen een rot
sport", mijmert Piet Kleine. „Je
moet er bijzonder veel voor doen
om er in die paar belangrijke wed
strijden te staan. Bij al die selectie
wedstrijden, die aan kampioen
schappen vooraf gaan komt geen
hond kijken. En ook dan moet je
presteren. Een schaatser moet hele
maal gek zijn van zijn sport, anders
houdt hij het nooit vol. Er komt
nog bij, dat je als schaatser in Ne
derland onder grote druk staat. Ie
dereen bemoeit zich met je en ook
iedereen denkt er verstand van te
hebben. En als je faalt, valt ieder
een over je heen. Door te stoppen
heb ik een verstandig besluit geno
men. Héél verstandig".
Inmiddels is Piet Kleine als wiel
renner veel verder dan zijn bedoe
ling was. Van rustig ontspannen
fietsen en zo nu en dan een criteri
um rijden is geen sprake. Kleine is
dit jaar toegetreden tot de rijen der
A-amateurs en mengt zich als ren
ner van de Univers-ploeg volop in
de strijd voor tickets naar Los An
geles. Hij blijkt zich gemakkelijk in
het voorste gelid te kunnen hand
haven met als onuitwisbaar bewijs
zijn overwinning in de klassieker
van de Omloop van de Veenkolo
niën.
Aardigheid
Piet Kleine: „Ik fiets nog steeds
voor de aardigheid, maar ik geef
toe dat ik meer doe dan aanvanke
lijk de bedoeling was. Ik zou maar
een paar klassiekers rijden en hele
maal geen etappe wedstrijden. In
middels verscheen ik in alle klas
siekers aan de start, reed ik Parijs-
Nice en begin ik volgende week
aan Olympia's Ronde. Tja, het gaat
goed. En ik ben nog ambitieus ge
noeg om wat extra's te willen doen.
Wie weet levert het nog deelne
ming aan de Zomerspelen op. Dat
zou toch erg leuk zijn".
Voor de roem levert Piet Kleine al
die inspanningen beslist niet. Ple
zier en voldoening vormen de drijf
veren. „Prestaties lever ik echt niet
meer voor het publiek. Die beoor
deel ik zelf wel. Het kan zijn dat ik
met een zesde plaats tevredener
ben dan met een overwinning.
Daarentegen wens ik niet zomaar
mee te fietsen. In wedstrijden wil
ik nog wel een rol van betekenis
spelen. Als ik daar niet meer toe in
staat ben stop ik beslist. Meefietsen,
zoals zovelen, zou ik niet kunnen
opbrengen. En als ik stop is dat de
finitief. Bij de liefhebbers of vete
ranen zal men Piet Kleine niet te
genkomen".
Het moment van afscheid is voor
Piet Kleine trouwens niet ver meer
weg. Zeer binnenkort wil hij echt
rustig aan gaan doen. Kleine: „Al
mijn vrije tijd gaat aan de wieler
sport op. Mijn vrouw en kinderen
zie ik weinig. En dat kan echt niet
meer zolang duren. Zeker geen zes
jaar meer", zegt hij schaterlachend.
„Nee, ook geen vijf, geen vier, drie
of misschien twee jaar. Het is zelfs
denkbaar dat dit mijn laatste jaar
is. Maar serieus, dat weet ik op dit
moment nog niet zeker. Aan het
eind van dit seizoen neem ik een
beslissing. Hooguit nog een jaartje,
maar dan is het definitief voorbij
en wordt het tijd dat ik alle aan
dacht aan mijn gezin besteed".
Echt vakantiehouden zit er dit jaar
voor het gezin Kleine niet in. Van
af maandag heeft Piet Kleine wel
iswaar twee weken vrij, maar die
verlofdagen gaan grotendeels op
aan Olympia's Ronde, die op He
melvaartsdag in Nieuwleusen van
start gaat. Piet Kleine doet mee aan
Nederlands grootste etappewed-
strijd voor amateurs, omdat het de
laatste olympische test is en omdat
hij het evenement toch een keer
wil meemaken.
„In het verleden ben ik geregeld in
de gelegenheid geweest aan Olym
pia's Ronde mee te doen. Vroeger
toen ik nog bij Amstel reed, en la
ter ben ik een paar keer gevraagd
als gastrenner", vertelt hij.
„Het is er nooit van gekomen, om
dat ik het niet goed aandurfde. On
der renners gingen wilde verhalen
over Olympia's Ronde. Er zou niet
alleen hard, maar ook vaak onbe
suisd worden gefietst, met de nodi
ge valpartijen. En daar was ik een
beetje huiverig voor. Nu na mijn
goede ervaring in Parijs-Nice en de
klassiekers valt me dat hard mee
en daarom doe ik ook mee. Ik wil
nu zelfs graag een keer Olympia's
Ronde rijden'
Geen dopii
Als nuchtere Drent heeft Piet Klei
ne in de loop der jaren zijn eigen
sportnormen vastgelegd. Belang
rijkste is wel dat hij de sport zuiver
wenst te houden. Van doping wil
Piet Kleine niets weten. Van die
verderfelijkheden houdt hij zich
verre, hoewel ook Kleine niet zien
de blind is. „Ik zeg eerlijk, zolang
ik fiets heb ik één keer gezien dat
iemand doping gebruikte, nooit in
de schaatssport. Zelf wens ik niets
met stimulerende middelen te ma
ken te hebben. Ik heb het spul
nooit gebruikt en zal het ook nooit
gebruiken. Dat beroepsrenners iets
gebruiken kan ik me nog voorstel
len. Bij hen hangt er tenslotte een
inkomen vanaf. Maar dan nog al
leen als het gaat om middeltjes ter
bestrijding van een ziekte. Het ge
bruik van anabole steroïden bij
voorbeeld keur ik ten strengste af".
Piet Kleine vertoeft zo'n vijftien
jaar in de sportwereld. Heeft hij er
iets aan overgehouden? „In mate
rieel opzicht beslist niet", zegt hij.
„Zeker niet toen ik schaatste. Daar
moest alleen maar geld bij. Nu met
het wielrennen kan ik van hetgeen
ik verdien de kosten dekken. Als
mens ben ik wel veranderd. Als ik
terug denk aan de tijd dat ik nog
vijftien jaar was en ik zie mezelf
nu, dan staat er een heel andere
Piet Kleine. Die schuchterheid van
toen is verdwenen. Het belangrijk
ste dat ik aan de sport heb overge
houden is wel mensenkennis. Ik
laat me niet gauw meer iets wijs
maken, zeker niet meer misbrui
ken".
HENK STOUWDAM
kIJS Stervoetballer Mi-
i ll Platini vernam het trieste
5 uws een week geleden via
;llradio tijdens de trainings-
r£e van de Franse nationale
lseg in het Zuidfranse Font
Dineu. Twee doeltreffende
naaien van de Parijzenaars
«land en Ekéké voor Racing
de Paris hadden het lot
J zijn oude vereniging beze-
ltcl, waardoor de beslissings-
rdstrijd voor AS Saint Etien
ne, de eens zo roemruchte
„verts", resulteerde in degra
datie uit de hoogste afdeling.
„Jammer, heel jammer",
zuchtte Platini, de populairste
voetballer van Frankrijk.
Acht jaar geleden had hij het
groen van St. Etienne nog ge
dragen in de onverdiend ver
loren finale om de Europa
Cup I tegen Bayern Mlinchen.
Na een laatste stuiptrekking in een
slopende na-competitie is St. Etien
ne dan toch afgedaald naar wat in
Frankrijk „de hel van de tweede
divisie" wordt genoemd. Zelfs in de
over het algemeen heel weinig
sportnieuws bevattende krant Le
Monde stond het uitgebreid te le
zen: „De Groenen naar het vage
vuur". De jammerlijke degradatie
doet veel denken aan een vrije val.
In 1981 stond St. Etienne nog op
zijn kop bij de viering van het tien
de kampioenschap in de hoogste af
deling, drie seizoenen later heerste
er onder de 40.000 in het stadion
Geoffrey-Guichard zaterdag een
grafstemming. De afgang was een
feit.
Klassiek voorbeeld
St. Etienne, de club waarvoor Kees
Rijvers ooit voetbalde, mag een
klassiek voorbeeld heten van de
val die na de hoogmoed komt. Het
is niet de eerste keer dat de Stépha-
nois terug moeten; gedurende het
seizoen '62-'63 vertoefde men ook
in de tweede klasse. Maar toen kon
pioeg van 5t. Etienne, die PSV uitschakelde in 1976. Staand v.l.n.r. Curkovic, Janvion, Farison, Piazza, Lopez, Bathenay, Synaeghel.
d: Rocheteau, Larqué, Hervé Revelli en Patrick Revelli.
dat als een vergissing worden afge
daan daar St. Etienne in datzelfde
jaar de promotie bewerkstelligde
en en passant beslag legde op de
Franse beker. Een seizoen later
was men weer landskampioen.
De ploeg met als vedetten Robert
Herbin (de latere trainer) en Jean-
Michel Larqué stond toen onder
leiding van Albert Batteux, de man
die voordien Stade Reims naar in
ternationaal niveau had getild. In
1967 begonnen „les verts" aan een
indrukwekkende serie van vier op
eenvolgende landskampioenschap
pen, een prestatie die vanaf 1974
met drie titels werd herhaald. Uit
die laatste periode stamt ook de in
ternationale faam van de club. Ve
detten als Platini, Janvion, Bathe
nay, Rocheteau en Johnnie Rep
maakten van St. Etienne een topat
tractie op de Europese velden. Tot
titels is het merkwaardig genoeg
nooit gekomen, maar droomwed-
strijden als tegen HSV (0-5) en PSV
(6-0) staan de voetballiefhebbers
nog helder voor de geest.
Verwaarloosd
In de jacht naar succes werd de ei
gen kweek van St. Etienne ver
waarloosd. Onder de ambitieuze
voorzitter Roger Rocher hadden
kapitaalkrachtige supporters en
sponsors voor een geldpot gezorgd
waaruit de duurste spelers konden
worden betaald. In de zomer van
1982 haalden de „groenen" op
nieuw alle voorpagina's, maar dit
keer kwam de voorzet niet van
Platini, maar van de Franse fiscus.
Ten minste twintig miljoen francs
zou de club „zwart" aan zijn vedet
ten hebben uitgekeerd. De voorzit
ter werd in Lyon gevangen gezet
omdat één van zijn medewerkers
onthulde dat de heer Rocher ook
wel eens geld van de club over
maakte op een rekening in Zwit
serland. Met de zwarte kas verdwe
nen ook de helden van de groene
mat. Platini stapte over naar Ju-
ventus en moest begin dit jaar in
Lyon opdraven om te getuigen in
de nog steeds niet afgeronde zaak
van de zwarte kas.
Intussen draaide de competitie ge
woon door en in een verre van op
timale sfeer deed het nieuwe be-
RKEVELD Het had weinig
tcheeld of Piet Kleine (32) was
er gezwicht voor de schaats-
>rt. In februari 1981 kondigde hij'
afscheid aan, maar toen hij in
herfst van dat jaar voor zijn ple-
f de schaatsen onderbond, kreeg
een licht gevoel van heimwee,
i reed toen nog zo makkelijk, dat
"het gevoel had nog makkelijk
jaar door te kunnen gaan. Heel
'rzichtig begon ik al weer aan de
tel Cup te denken", herinnert
_iine zich glimlachend. „De ge-
hte aan een terugkeer riep ook
herinneringen aan intensief trai-
nerf en vooral veel reizen op. Ik
hield toen mezelf voor: ik moet me
voorlopig niet meer op een ijsbaan
laten zien, anders ben ik verloren.
Pas twee maanden daarna stond ik
weer op het ijs. Het ging absoluut
niet meer. En pas toen wist ik het
juiste besluit te hebben genomen".
Op dit moment kent Piet Kleine
totaal geen sentimenten meer als
zijn schaatssuccessen ter sprake ko
men. De postbode uit het nietige
Kerkeveld heeft voorgoed een
streep onder die periode gezet.
fet Kleine heeft als schaatser
n gelouterde sportcarrière
hter de rug. Met een we-
dtitel, een olympische gou-
n en zilveren medaille
ireef hij historie en behoort
eine tot de klassiekers in de
aatssport. In 1981 stopte
t Kleine met schaatsen en
irde hij terug naar zijn
le liefde, de wielersport,
ider pretenties, want het
ilrennen beschouwde hij
i of meer als afbouwen,
kker ontspannen fietsen na
reel jaren van intensief trai-
Inmiddels is de situatie
lig gewijzigd, want Piet
line manifesteert zich als
i top-amateur. Hij presteer-
dit seizoen dusdanig goed
hij kandidaat is voor uit-
ding naar de Olympische
nerspelen in Los Angeles,
rmpia's Ronde, waarin Piet
line zijn debuut maakt, is
laatste test. Als Kleine
|rdt uitgezonden is er spra-
van een unieke prestatie
h een sportman die eerst als
Éaatser aan Winterspelen
Iplnam en vervolgens als
fflrenner in Zomerspelen
komt.