p5flff „Niet alleen de spelers in het veld worden kampioen" Henry van der Weijden hoopt op nieuwe kans SPORT LEIDEN EcidócSootant HET COLLECTIEF BELANGRIJK VOOR TRAINER ARIE LAGENDIJK: «snx Onder redactie van Gert-Jan Onvlee en Maarten Nooter lijkspelletje pakten, moest er wel wat gebeuren. Tegen Noordwijk schoof Aandewiel halverwege de tweede helft al door naar het middenveld en dat pakte goed uit. En tegen RCL, een week later, speelde hij op die plek opnieuw een sterke wedstrijd. Op zo'n mo ment is dan duidelijk dat de ploeg zichzelf heeft opgesteld, daar hoef je als trainer niet meer aan te komen". Het heeft Lagendijk wel verbaasd dat Aandewiel dit seizoen zo'n op vallende rol heeft kunnen spe len dat men in het Katwijkse nu al stelt zaterdag „ook kam pioen" te kunnen worden. „Ik blijf er bij dat Aandewiel op het middenveld beperkingen heeft. Hij heeft vooral relatief veel tijd nodig voor de balbe handeling, het aannemen van de bal, het versturen van de pass. Dat was ook de voor naamste reden om hem van achteruit te laten komen. Op die manier zou hij hetzelfde spelletje als nu kunnen spelen, maar zou hij met de tegenstan ders vóór zich in balbezit ko men en dus meer tijd hebben voor die balbehandeling. Om dat Aandewiel deze competitie maar twee, drie keer is gecon fronteerd met een tegenstan der die hem over het hele veld volgde, heeft hij dit seizoen verbazend frank en vrij kun nen voetballen. Ik bemoei me in principe niet met de speel wijze, de tactiek van tegen standers,- maar voor mij blijft dat wel een beetje onbegrijpe lijk". „Wondertje" Het feit dat Rijnsburgse Boys hu een overwinningenreeks van twaalf op rij heeft opge bouwd, is voor Lagendijk een „wondertje". „Ik zeg altijd dat in voetbal alles mogelijk is, maar wie mij vooraf zou heb ben verteld dat we er twaalf op rij zouden winnen, had ik wel voor tachtig procent gek verklaard. Van zoiets kan je immers alleen maar dromen. Dat die serie uiteindelijk wel is gerealiseerd, dat we nu mede daardoor op de drempel van het kampioenschap staan, valt wel terug te brengen op een aantal factoren. Het feit dat we nauwelijks met langdu rige blessures te maken heb ben gehad, bijvoorbeeld. Paul van der Blom en Fred Arroyo, ja. Maar op het moment dat Fred wegviel, was Paul net aan het terugkomen. De groep heeft ook maar weinig schor singen opgelopen. Eén om pre cies te zijn, Rob Gillissen. Maar op dat moment was wel Ton Arroyo beschikbaar, een jongen die met het team in die periode toch voor tien punten heeft gezorgd. De kracht van de bank, zeg maar. Een bank die heel belangrijk is, zeker voor een winnend elftal. Als je veel wint, moet je juist zorgen dat je op de bank niet verliest. Mede door de fantastische in stelling van die jongens op de bank, heeft de groep zo kun nen presteren". Ook de factor „geluk" wordt door Lagendijk aangehaald als verklaring voor de impone rende zegereeks. „Je kan nog zo goed voetballen, de ploeg- tactiek kan nog zo perfect worden uitgevoerd, geluk heb je toch nodig. Als je op bepa lende momenten het geluk meehebt, scheelt dat aan het einde van de rit drie, vier punten met de nummer twee. De wedstrijd tegen Vallei vo gels uit is daarvan een goed voorbeeld. In die wedstrijd la gen 3-2 en 2-3 op centimeters van elkaar. Het werd uiteinde lijk 2-3 voor ons, maar niet omdat we in die laatste minu ten beter waren, maar gewoon omdat wij op dat beslissende moment meer geluk hadden". Verbetering Hoewel Rijnsburgse Boys al lerwegen als de enig juiste kampioen wordt aangeduid, is Lagendijk van mening dat er binnen het team nog wel enige zaken voor verbetering vat baar zijn. Lagendijk, die al enige tijd terug voor nog een jaar bijtekende: „We zijn nu twee jaar bezig om hef maxi male rendement uit de groep te halen. En in vergelijking met vorig seizoen zijn we na tuurlijk ook een stuk verder. De ploeg is in mentaal opzicht gegroeid, het collectief staat als een blok. Maar dat bete kent niet dat er zowel indivi dueel als in ploegverband niet nog onderdelen kunnen wor den verbeterd. Daarbij moet het team volgend jaar eerst nog maar eens bewijzen dat het echt een blijvertje, echt een topper is. Dit seizoen zit alles mee, loopt alles lekker, wil iedereen zich voor meer dan honderd procent inzetten om dat eerste kampioenschap te pakken. Maar volgend jaar „Het betaalde bekervoetbal hebben we dit seizoen volledig los gezien van het competitiegebeuren. De ploeg mocht het als een uitje beschouwen, mocht proberen ook tegen Willem 2 en bij Roda JC vanuit een positieve opstelling zo aanval lend mogelijk te spelen. Ik vind het nog altijd jammer dat we er bij Roda niet minimaal een gelijkspel hebben uitge sleept, de mogelijkheden waren er wel. Of dat bekeravon- tuur ons iets heeft opgeleverd? Ja, financieel is de club er wat wijzer op geworden en ik denk dat we in sportief op zicht met die 3-1 overwinning op Willem 2 en die 1-0 neder laag bij Roda ook de nodige goodwill hebben gekweekt. Aan de andere kant leden we na Roda bij Spakenburg wel onze tweede en tot nu toe laatste competitienederlaag, om dat de ploeg de eerste tien minuten niet optimaal geconcen treerd was..." ZATERDAG 5 MEI 1984 PAGIN 1-4- jj „HET WORDT 4- GENOEMD, MAAR EIGENLIJK SPELER WE MET VIER SPITSEN..." I „Ik weet dat er meer is dan voetbal allel Dat er veel belangrijker zaken in het le\l zijn dan dat rotspelletje. Maar voor mijs dat spelletje nu eenmaal heel erg bela\l rijk. Ik kan ook beslist niet tegen m'n iS lies. Je verliest als ploeg, maar ik trek |I mezelf persoonlijk aan. Ik zoek de sch\ altijd bij mezelf. Ga na of ik dingen Jr kunnen voorkomen met een betere voor, reiding, bezie of ontwikkelingen in een h| strijd me hebben verrast. Wat dat betq streef ik toch naar perfectie, naar zekerhi Ik wil niet worden verrast door een teg\ stander. Afgelopen zaterdag ben ik naar L selmeervogels geweest. Ik heb niets nieul gezien, niets gezien dat ik nog niet wj Maar ik ben toch blij dat ik geweest b\ Dat ik nu weer zeker weet dat die ploeg A niet kan verrassen". LEIDEN/RIJNSBURG De buitenwereld houdt hem, met Huug Aandewiel, voor de stu wende kracht die er voor heeft gezorgd dat Rijnsburgse Boys vanmiddag al, tegen Spa kenburg, het kampioenschap in de eerste klasse B kan vero veren. Het is tekenend voor de persoon Arie Lagendijk dat hij dat zelf heel anders ziet. Niet één individu, maar de comple te groep beschikt over winst of verlies. „Aandewiel", zo stelt de 35-jarige oefenmeester, „kan slechts creatieve dingen doen bij de gratie van een die nende speler als Toon Houten kamer. En dat tweetal zou weer nergens zijn als er niet nog eens negen spelers in dat veld zouden lopen die hun specifieke, even belangrijke taak verrichten. En dat elftal zou weer tekort schieten op belangrijke momenten als er niet een bank was waarop twee, drie altijd inpasbare jon gens klaar zitten. Zo eenvou dig ligt dat. En ook voor mij gaat datzelfde verhaal volledig op. Optimaal functioneren zou voor mij volstrekt onmogelijk zijn zonder collega's als Ed Bos en Paul Bahlmann. En wij zouden voor niets werken als we naast ons niet een perfect werkende begeleidingsgroep, een goed functionerende me dische staf en een altijd rug dekking verlenend bestuur zouden weten. Neen, als Rijns burgse Boys vandaag kam- f»ioen wordt, worden niet al- een die jongens in het veld en die trainer aan de kant kam pioen. Maar al die mensen die zich in meer of mindere mate voor de ploeg, voor de vereni ging hebben ingespannen. Tot de man die in de rust met de thee langskomt aan toe". Het collectief. De groep. Het zijn termen die bij Lagendijk hoog in het vaandel staan. Vroeger al, als speler van Al- phense Boys, DOS en UVS, nu als trainer. Eerst vier jaar bij Quick Boys, nu voor het derde seizoen in Rijnsburg. Zijn op het collectief gerichte wijze van werken, stuitte nog wel eens op wat weerstand. „Zijn" ploegen zouden minder attrac tief voetballen, Lagendijk zou spelers door opdrachten be lemmeren tot het echte voet bal te komen. Kritiek die de laatste twee jaren verstomd lijkt en Lagendijk vindt dat zelf niet vreemd. „Want ik zal de laatste zijn die een creatie ve speler verbiedt creatieve dingen te doen. Sterker nog, ik sta erop dat spelers die dat kunnen op goed gekozen mo menten trachten hun tegen stander uit te spelen, om op die manier een man meer situ atie te creëren voor het doel van de tegenstander. Maar dat alles wel binnen de mogelijk heden van dat moment en bin nen de mogelijkheden van de speler. In het team van Rijns burgse Boys zijn drie spelers die bij balbezit ingetogen moe ten spelen. Jack Manuputty, Wim Driebergen en Toon Houtenkamer moeten op dat moment bezig zijn met de on herroepelijk volgende balver lies-situatie. De rest kan en mag offensief bezig zijn. Moet op zoek gaan naar het doel van de tegenstander". Lagen dijk weigert dan ook het door hem bij Rijnsburgse Boys ge predikte 4-4-2 concept „verde digend" te noemen. Integen deel. „Het mag dan 4-4-2 he ten, in de praktijk streven wij naar een speelwijze waarin we met vier spitsen werken. Dat dat wordt gedaan vanuit een uitgangspositie met twee spit sen, is alleen en uitsluitend omdat het spelersmateriaal Arie Lagendijk: belangrijke, bepalende moet je ook het geluk meehebben". zich daarvoor leent. Marcel van der Blom, Rob Gillissen en Ton Arroyo zijn puur op het centrum gerichte puntspe- lers. Die mag je niet op de vleugels vastpinnen. Zeker niet als je zowel op het mid denveld, als in de verdediging (Toet en De Kroon) kan be schikken over loopsterke, op komende spelers. Dan is het logisch dat je die kwaliteiten benut. En dus de vleugels vrij houdt. Wat dat betreft stelt de ploeg zichzelf op". Aandewiel Een gegeven dat ook opgaat als de speelwijze van de dit seizoen van Quick Boys over gekomen Huug Aandewiel aan de orde komt. In eerste instan tie had Lagendijk Aandewiel als veel opkomende vrije ver dediger in zijn formatie opge nomen. „In mijn Quick Boys- periode had Aandewiel op die plek al goed gefunctioneerd en ook in de voorbereiding op deze competitie ging het goed. De wisselwerking met Jack Manuputty werkte voorbeel dig, Aandewiel scoorde ook re gelmatig, in wezen liep het al lemaal perfect. Totdat de com petitie begon. Dat Aandewiel er in de eerste wedstrijd tegen Quick Boys niet helemaal uit kwam, mocht nog worden ver wacht. Het was voor hem een beladen wedstrijd tegen zijn oude club. Maar toen het na die nederlaag ook tegen Noordwijk niet lukte en we slechts met veel geluk een ge LEIDEN „Dit wordt een heel belangrijk jaar", zei Henry van der Weij den kort nadat hij een contract bij AZ'67 had ge tekend. „Ik moet mij op twee fronten bewijzen. Op school, omdat ik dit jaar gezakt ben voor mijn eindexamen en bij AZ om te trachten een A-con tract af te dwingen". Nu, ruim een jaar later, moet de HAVO-scholier toege ven dat hij met de doelen die hij zich toen heeft ge steld, waarschijnlijk te hoog gegrepen heeft. Net terug van een examen Nederlands, zich voorbe reidend op de volgende hindernis die over econo mie handelt, meldt hij: „Ik denk dat het op school weer fout gaat. Komt door die combina tie van voetballen en naar school gaan. Vijf keer per week moet ik naar Alkmaar. Om te trainen en om te voetbal len. Dat gaat ten koste van je studie". En ook sportief ging het Van der Weijden dit jaar bepaald niet naar den vleze. Een serie blessures stond een doorbraak in de weg. Zo danig zelfs dat zijn positie bij AZ een uiterst wanke le is geworden. „Eén dezer dagen hoor ik of ik nog een jaartje mag blijven. Ik heb destijds weliswaar de afspraak gemaakt dat ik voor twee jaar naar AZ'67 zou gaan, maar dat zegt op zich niet zoveel. Ik ben gehaald door Eykenbroek en nu is er een andere trainer. De Visser (de huidige oefenmeester) zegt misschien dat-ie met die eerder gemaakte afspraken niets te maken heeft. Kan-ie doen want er staat niets op papier. Ik heb een amateur contract. Dus veel meer dan een verédeld overschrijvings formulier is dat niet. Ik zit vreselijk in de zenuwen, maar voorlopig houd ik me toch maar vast aan die eerder ge maakte afspraak. Ik moet er eigenlijk niet aan denken om volgend jaar weer bij Lugdu- num te spelen. Niet ik dat geen leuke club vind, ik heb er altijd gespeeld en ga er nog vaak kijken. Voorzitter Ver- straaten is zelfs al bij me langs geweest. Die voelde al aan dat ik op de wip zit. Maar ik zie het toch niet zitten. Mijn am bitie is en blijft om in het be taalde voetbal terecht te ko men". Het waarom van Van der Weijdens huidige, wankele positie bij AZ laat zich simpél Henry van der Weijden: „Ik zit vreselijk in de zenuwen, maar voorlopig houd ik me toch maar vast aan die eerder met AZ ■gemaakte afspraak". verklaren. „In de aanloop naar het seizoen ging het alle maal heel erg goed. Ik scoor de in het C-team in totaal ze ventien goals in de voorberei ding. Vier daarvan eind au gustus in Leiden tegen UVS. Ook tot aan de winterstop ging het afgezien van wat kleine blessures best redelijk. AZ was zelfs erg tevreden over me. Maar daarna ging het mis. In februari botste ik op de training tegen Theo Vonk (de assistent trainer) op, hetgeen me op een aantal ge kneusde ribben kwam te staan en daarna liep ik een spierscheuring in mijn enkel op. Eigenlijk ben ik nu pas weer fit, maar ja, het seizoen zit er nu wel zo'n beetje op. Twee doelpunten heb ik in de competitie gemaakt en goed beschouwd heb ik meer tijd in de lappenmand gezeten dan dat ik heb gevoetbald". Een uiterst pechvol seizoen dus. „Ongelukkig is een beter woord", vind de 20-jarige Van der Weijden. „Ongelukkig op school en ongelukkig bij AZ. Dat heb ik nou altijd. Als het fout gaat, dan komt alles ook ineens. Toch hoop ik dat ze me nog een kansje geven. Volgend jaar, als ik niet meer naar school ga, kan ik me he lemaal op het voetbal storten. En als ik dan ook nog gevrij waard blijf van blessures, kan ik eindelijk laten zien wat ik kan". MAARTEN NOOTER beginnen we allemaal weerf de nullijn. Kunnen we schien meer tegenslagen wachten. En pas dan zal ken hoe sterk de groep mentaal opzicht echt is. mag jezelf na een goed nog geen topper noemen, als je, zoals bijvoor! Noordwijk, jaren achten hoog meedraait, mag je 01 toppers gaan praten". De gemiddelde leeftijd van Rijnsburgse team (zo'n 23 ji doet Lagendijk overigens optimistisch naar de komerij1 seizoenen blikken. „Dr' groep heeft toekomst. De cl kan hiermee, wellicht aani vuld met wat jeugdige jongaFi uit het tweede, minimaal r/11 vijf jaar door. Tegen die tijq^ de huidige, veelbelovende D-lichting zover dat die worden ingepast. Op die nier kan binnen Rijnsbui Boys een stuk continuïj worden ingebouwd, iets wij niet alleen als trail groep als een prioriteit zit Rijnsburgse Boys mag niet hankelijk zijn van „ovetj pers", van spelers die erge anders zijn uitgekeken. hele organisatie moet er zijn gericht om met de club i j club te presteren. En dat tj toevallig het eerste alle a< dacht krijgt omdat dat éli kampioen gaat worden, ty kent niet dat het werk op; achtergrond, bij de jeugd ei de organisatie, minder bek rijk zou zijn. Integeni zelfs". GERT-JAN ONV: Provocateur... Het zal je toch maar gebeu ren. In het programmablad van je eigen club uitgemaakt worden voor de „grootste pro vocateur van het noordelijk halfrond en omstreken". Toch: het overkwam Frans van der Veen. Naar aanlei ding van Veens optreden op Nieuw Zuid tegen Quick Boys, deelde de redactie van het Noordwijkse programma blad deze niet overdreven eervolle titel aan Frans uit. En schreef daarbij ter verkla ring: „Voetbal is geen sport voor zachte eitjes, maar een beetje minder mag van ons ook wel Frans". Tja, en daar zit je dan in de kleedkamer. Het programma blad in je handen, het duel met Spakenburg voor de boeg. Een lastige situatie, zo menen Wij van Hutspo(r)t, en wij hielden middenvelder Van der Veen in dat treffen dan ook nauwlèttend turvend in de gaten. Welnu, Frans kwam welgeteld tot één be strafte overtreding en een tweetal niet bestrafte ver- grijpjes. Een supertotaal in derdaad, en wij vinden dat een foto waard. Een foto ove rigens, waarop Van der Veen in een geheel andere rol actief is. In die van vredestichter in het treffen met Rijnsburgse Boys, om precies te zijn. Waarmee eens te meer wordt aangegeven dat men zich echt in een voetballend mens kan jaar zo goed doet, sloeg „Al- pheo" juist daar regelmatig zijn tenten op. Maar alsof de duivel er mee speelde, steeds als „Alpheo" ter plekke was, verging het ARC bepaald niet naar den vleze. Ook afgelopen zaterdag in Maasdijk niet. De zieken konden rechtstreeks vernemen dat ARC de eerste kans om de titel binnen te ha len liet liggen. Reden voor de Alphense bestuurderen om de ziekenomroep te laten weten dat ze er vanmiddag, wanneer ARC een tweede poging waagt, mooi niet in komen. Bloedserieus. Hoezo bijgelovig....? Scorebord Het betreffende scorebord gaf een wat merkwaardige score aan. Alphia „0", Gasten „92". Klopt natuurlijk niets van, denk je op het eerste gezicht, en: er klopt ook inderdaad niets van. Ja die „0", die wel. Maar die „92", die niet. Dat moet gewoon „2" zijn, de „9" zal zijn toegevoegd .door onte vreden Alphia supporters die het het afgelopen weekeinde echt niet meer zagen zitten. Of niet? Neen dus. Het gaat hier im mers helemaal niet om een wedstrijd van Alphia. Maar km Alphia supporters om een duel van het tijdelijk naar het Alphia-terrein uitgè- weken Alphense Boys. Met UVS in de rol van de met 0-2 leidende gasten. En die „9"? Ach, dat kan eigenlijk toch heel goed het werk van tevre den Alphia-supporters zijn ge weest- In de vier seizoenen die Arie Lagendijk bij Quick Boys werkzaam was, kwam de h Leiden wonende Alphenaai tot zeer acceptabele prestaties. Een maal werd een vijfde plek op de eindranglijst inge nomen; driemaal legde Quick Boys onder Lagendijk beslag op de tweede plaats. Hij kwam dan ook niet zonder bijnaam uit Katwijk weg: „Ze noemden me daar al Arie Zoetemelk... Een wel zeer goed gekozen bijnaam, meent de redactie van deze rubriek. Won Joop immers ook niet een keer de Tour de France? Bijgeloof De geheel door vrijwilligers bemande Alphense ziekenom roep „Alpheo" verzorgt behal ve vele muzikale program ma's ook een sportprogram ma. Bij belangrijke gebeurte nissen is men zelfs „live" aan wezig. Zo werden de patiën ten van ziekenhuis Rijnoord rechtstreeks op de hoogte ge bracht van de Europa Cup- avonturen van de waterpo- loërs van AZC/Microlife. Ook bij voetbalwedstrijden wil de ploeg vrijwilligers nog wel eens rechtstreeks „de lucht in gaan". En omdat ARC het dit

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1984 | | pagina 8