LIBELLE iinaie Vogels vangen zit Urkers in het bloed vijftig jaar op solide pumps in het midden ZATERDAG 3 MAART 1984 URK Een dorp van kerken, bankgebouwen, vissershuisjes envolières. Op een gewo ne door de weekse dag in de winter is het rustig op Urk. Het gemeentehuis van het voormalige eiland blijkt 's middags gesloten. Als ik op de dijk klim, aanschouw ik een open vlakte. Links het vriendelijk kabbelende IJssel- meerwater en rechts de naak te Noordoostpolder en het Ur- kerbos. De dijk en het bos zijn een geliefde rustplaats voor trekvogels. Maar zij zijn ook het jachtterrein voor hobbyïs- tische en meer „professionele" vogelvangers (volgens de poli tie), vogelflappers (aldus de jachtopziener) en stropers (volgens de vogelwacht). „Zolang er Urkers zijn zullen er ook vogelvangers zijn. Het zit de mensen hier in het bloed. Vroeger vingen de mensen uit armoede en was het een leuke bijverdienste. Tegenwoordig is het een pure sport, maar tegelijkertijd ook een bloeiende handel", vertelt H. Kom brink, wachtmeester eerste klasse van de Rijkspolitie te Urk. De gevangen vogeltjes, putters, goudvinken, geelgorzen, groenlin- gen en sijsjes, leveren een aardig zakcentje op voor de vangers. Gewapend met klapnetten, mist- netten en/of lijmstokken trekken ze erop uit om de kleine vogeltjes te vangen. Van september tot en met november de trek van de putters en vinken is het de tijd van de klap- en tentnetten. Op het ogenblik zijn de vangers bezig met het vangen van sijsjes door middel van lijmstokken. Elk jaar pakt de politie weer een aantal vogelvangers. Zij krijgt hier bij hulp van de jachtopziener, de vogelwacht van Urk, staatsbosbe heer en de veldpolitie van Overijs sel. De vogelvangers krijgen, als ze worden betrapt, een procesverbaal op grond van artikel 7 van de Vo- gelwet van 1936. „Die vogelwet is zo gammel als wat", moppert J. Spoelstra van de rijkspolitie te Urk. „Ze moeten het vangen verbieden of vrijgeven, want zoals het nu isDe vogel- wet verbiedt het vangen, vervoe ren, verkopen en te koop aanbie den van kooivogels. Als de vogels eenmaal in een kooi zijn onderge bracht, ook al zitten ze onder de lijm, dan kunnen wij niets meer doen. Verder zijn er voor ons nog veel belemmeringen om de vogel vangers te grazen te nemen. Zo wordt er alleen gevangen als er winter in de lucht is, want dan trekken de vogels namelijk. Aange zien onze diensttijd ver te voren gepland wordt, kan hier nooit re kening mee gehouden worden. Daarbij komt nog dat niet alle poli tiemensen geschikt zijn voor dit werk. Je moet er feeling voor heb ben en met de natuur zijn opge groeid. Een ander nadeel is dat je gebonden bent aan je eigeri gren zen. Wil je die vogelvangersaffaire echt efficiënt aanpakken, dan moet je volgens mij, als putter verkleed zijn en voor dag en dauw door het bos vliegen", merkt Spoelstra op. Voor veel vogelvangers wordt de grond in Urk en omgeving overi gens te heet onder de voeten. Ze verspreiden zich nu al langs de hele kust van de Noordoostpolder en de Friese kust bij Gaasterland. De politie van Balk en Emmeloord verbaliseren in hun district gere geld een vogelvanger uit Urk. Dat sommige Urkers erg fanatiek zijn op het gebied van het vogel- vangen blijkt wel uit de opmerking van een politiewoordvoerder: „Er wordt hier zelfs op zondag gevan gen". „Natuurliefhebber" De jeugdige Jacob is een goede be kende van de politie. Al twee maal werd de 16-jarige jongen door de politie bekeurd. Eén keer toen hij bezig was met vangen van groen- lingen, de tweede keer toen hij vo gels van de ene naar de andere vo lière vervoerde. Zijn bezit werd in beslag genomen en daar is hij nog steeds heel erg kwaad over. „Ik ga er een rechtszaak van maken", verklaart hij gedecideerd. „Ik ben geen stroper of misdadiger, maar juist een grote natuurliefhebber". En wijzend naar de prijzen die hij dank zij zijn goed verzorgde en ge kweekte vogeltjes heeft gewonnen, zegt hij: „Ik behandel mijn vogels altijd prima en houd ontzettend veel van ze". Met mijn neus tegen de tralies van de volière gedrukt luister ik naar de uitleg van de „liefdadige" vogel vanger. „Dat is nu een putter. Vol gens een sage heeft God de putter alle kleuren gegeven die Hij na de schepping nog over had. Een pracht vogel. Een paar levert dan ook wel dertig tot veertig gulden op. Die groene daar is een groen- ling". Zenuwachtig vliegt het vogeltje heen en weer. Het is inderdaad groen. Ik had niet anders verwacht al weet ik dat voor sommige vogel vangers deze vogel rood is, vanwe ge het briefje van 25 gulden dat hij waard is. Op de grond zit een sijsje, hij vliegt niet meer. „Ja, dat komt door de lijm. maar dat gaat wel weer over. Straks na de rui is er niets meer van te zien en kan-ie weer vlie gen". Zo vrij als een vogel?, vraag ik me af. Jan die ook graag vogels flapt is eveneens erg boos op de politie. „Als ze ons pakken behandelen ze ons of we de grootste misdadigers zijn die op de wereld rondlopen. Ze nemen het gaal werk (netwerk in het Urker dialect) in beslag en bo vendien krijg je nog een boete van honderd gulden. En wat die vogel- wet betreft, die is helemaal waar deloos". Op de vraag waarom hij flapt, ant woordt Jan: „Ja het zit je in je bloed, hè, mijn broers, mijn ooms en mijn pake deden het. Het is een familietraditie. Verder is de hele sfeer om het vangen heen prachtig, 's Morgens vroeg als het nog don ker is, je stekkie opzoeken en alles in gereedheid brengen. Het klapne- tje uitzetten en dan maar hopen dat de lokker de vogels weet te roepen. Maar dat is nu voorbij. Op het ogenblik vangen we sijsjes met een telescoophengel. Dat noemen we tippen. Het bovenste gedeelte van de hengel is ingesmeerd met ge kookte lijnolie of een soort harspro- dukt en zo pakken we dus de vo geltjes uit de bomen". Bij een demonstratie blijkt hoe moeilijk het tippen is. Teleurge steld legt Jan de hengel neer. De vogeltjes zijn gevlogen. Gruwelijk Jachtopziener B. Wiegersma van Urk vindt het vangen van vogels met lijmstokken een gruwelijke praktijk. „Het gebeurt nogal eens dat de staartpennen aan die stok ken blijven vastzitten en dat die vogel daardoor nooit meer kan ARTIKEL 7: Het is verboden beschermde vo gels onder zich te hebben, te koop te vragen, te koopen, te koop aan te bieden, te verkoop- en, af te leveren, te vervoeren, ten vervoer aan te bieden, in te voeren, door te voeren of uit te voeren. ARTIKEL 12: Het in artikel 7 bepaalde is, voor wat betreft het onder zich heb ben, te koop vragen en koopen het eerste met uitzondering van het ten verkoop voorhanden heb ben niet van toepassing ten aanzien van in artikel 11 bedoel de vogels, voor zoover deze le vend en onverminkt zijn. vliegen. Ik ga dan ook met veel plezier achter die vogelvangers aan", aldus de boswachter. De heer H. van der Woning van de veldpo litie van Overijssel weet te vertel len dat de vogelwet spoedig gewij zigd zal worden. „Eigenlijk zou dat vorig jaar al gebeuren, maar door omstandigheden is er niets van ge komen. Er zal een compromis ge sloten moeten worden tussen het ministerie van landbouw en visserij en de vogelbescherming. Een aan tal vogels, welke is nog niet be kend, zal dan niet meer tot de kooi vogels worden gerekend". Als ik 's avonds weer naar „de wal" ga, denk ik nog even aan de psalm die 's middags aan tafel werd gelezen bij een Urker familie: „Want Hij is het, die u redt van de strik des vogelvangers, van de ver derfelijke pest". Berijmd staat in psalm 91:2 „Hij zal uit 's vogelvan gers net u veilig doen ontkomen". RUURD WALINGA 3t pSTERDAM Libelle. Jlank die vleugellicht louter nb zonnestralen lijkt te kun- nten dansen, te teer voor dauw if drup. Wanneer een ouder- ?bar vijftig jaar geleden, van jfansparante idealen bevlo- njen, zijn dochter met die ajaam had gedooptwaar «hu.-'ze zijn? In de menopauze 'Ijngetwijfeld. Lid misschien Jan een VIDO-praatgroep jjjoör vrouwen in de overgang. !flp' de rand van neergang in ofe levenscyclus. Maar Libelle 5ij" een blad. „En voor tijd schriften is er, mits ze hun Jansen benutten, geen enkele ÏJden om in de ban van een 'ijvenscyclus te geraken", be moedigt prof. dr. Marten «vouwer, hoogleraar in de Massacommunicatie en de Massapsychologie aan de Uni- èrsiteit van Amsterdam, ter blegenheid van de vijftigste brjaardag die Libelle binnen- tort viert. jaarna de volgende diagnose: „Tot pg toe heeft het blad zich behen- jg weten aan te passen aan ener- jjds de maatschappelijke ontwik- elingen, anderzijds aan de behoef- I van zeer veel vrouwen (en som- ige mannen) om steun te verwer en in de eigen situatie zoals zij die [varen. Mocht de redactie erin ijven slagen zo'n wisselende for- ule te realiseren, dan zie ik geen rmen van een voortdurend toene- ende kans op ondergang. Alleen s in de verre toekomst zo bit de afzonderlijke doelgroep pn vrouwen zou verdwijnen, zou een onafwendbaar lot van ster- pn kunnen zijn". h6n wisselende formule. Daarbij Ipoit zeulend aan het voortouw om Maatschappelijke ontwikkelingen i een stroomversnelling te krijgen. In dit verband is het toepasselijk [aan te herinneren", constateert tof. Brouwer fijntjes, „dat Libelle [thans één keer heeft geprobeerd [el degelijk een voortrekkersrol te pelen, namelijk toen het in de ja- fen zestig een flinke hoeveelheid pdactionele ruimte ter beschik king stelde aan de Dolle Mina's. Wat bleek geen experiment om met jtaagte te gaan herhalen. Nieuwer- vese ontwikkelingen doen zich nu ^nmaal eerst voor bij een of ande- b voorhoede en worden dan pas gemener. En waar is de positie bn Libelle? Juist ja, na-ijlend in jergelijking met de voorhoede en joorgaand bij het bredere publiek", ken plaats in het midden dus, met fltijd een schuine blik op de ther mometer om te zien of het vriest en wel dooit. De redactie mag dan laar buiten toe een beeld proberen I vormen van progressief en fnancipatoir bezig te zijn, dit ima- kD is door wetenschappelijke on derzoekers van de Vrije Universi nt te Amsterdam doorgeprikt. Libelle blinkt uit door een zeer Iringe èandacht voor de negatieve fpsitie van de vrouw in de maat- happij", ontdekten die. En: „Li- plle gedraagt zich, evenals Mar- riet of Viva (haar twee grote con- prrenten op de vrouwenbladen- arkt), tamelijk conservatief. Men |opt niet op de lezeressen vooruit, toekomst heeft, worden de kinde ren Joustra aan het woord gelaten. Hier spreekt de generatie waaron der Libelle zijn toekomstige abon nees moet zien te werven. „Het liefst wil ik me specialiseren in astronomie, astrologie of parap sychologie. ,Dat is het enige wat me echt interesseert. Maar of ik daar later mijn brood mee kan verdie nen, is de vraag. Niet dat ik daar wakker van lig. Wie weet is de we reld allang vergaan voordat ik af gestudeerd ben. Ik ben allang blij dat er een gebied is waar ik warm voor loop. Ik geloof heilig in astro logie, ook al is het niet allemaal even rooskleurig wat je, op grond van horoscopen, over de toekomst kunt voorspellen. Over niet al te lange tijd gaat Pluto het teken van de Schorpioen binnen en dat is een slecht teken. Ik hoop dat er veel mensen naar gebieden zullen vluchten waar nog primitieve volksstammen wonen en dat ze die stammen tegen invloeden van bui ten zullen beschermen. Mijn eigen horoscoop heeft me gewaarschuwd voor verslaving aan drugs of alco hol. In het ergste geval zou ik me daarin kunnen storten, staat er, maar gelukkig is het zo ver nog niet gekomen. Daar ben ik alleen maar blij om, want dan weet ik dat ik niet echt ongelukkig ben". Inderdaad, er valt voor Libelle straks veel op schouders te kloppen en moed in te spreken. Nog eentje? „Ik zou wel een baan willen als creatief therapeute of in het jeugd- welzijnswerk. Ik heb daar al inlich tingen over ingewonnen maar ze zeiden: je vindt nergens werk, dus moet je maar nergens op rekenen. Ik ga wel eens naar de disco, maar niet vaak. Stijldansen vind ik leu ker. Bovendien vind ik disco eng omdat ik het gevoel heb dat ieder een naar me kijkt als ik dans. Ik heb een vreselijke angst voor het oordeel dat anderen over me vor men. Het wereldgebeuren? Dat gaat aan me voorbij". Moederschap Of deze, over een onderwerp waar mee Libelle traditioneel altijd hoog heeft gescoord: het moederschap. „De bevolking moet inkrimpen. Weet je hoe? Je moet tegen ieder een zeggen: als je één kind hebt, krijg je meer kinderbijslag dan wanneer je er twee hebt. Dat doen ze in China ook. En als je géén kind hebt, dan krijg je een prijs. Alsof je de lotto wint. Moet je eens opletten hoe gauw we dan uit de overbevolking zijn. Maar over m'n eigen toekomst maak ik me niet zo druk, want er komt toch oorlog. Zolang ik mijn videospelletjes maar heb, vind ik alles best. Daar kun je je lekker mee afreageren". Waarop moeder Joustra samenvat: „Ik vind ook dat je moet doen wat je leuk vindt. Want waar is tegenwoordig wèl brood mee te verdienen? Om in deze tijd positief te kunnen blij ven moet je inderdaad de dingen doen waar je belangstelling naar uitgaat. Anders wordt alles zo ne gatief. Dat zie je toch al om je heen. Hoeveel jonge mensen van tegen woordig hebben helemaal nergens meer interesse in?" Libelle en het ik-tijdperk. Nieuw werk aan de winkel. De vijftien werken van bemoediging. Op de terreinen mode, schoonheid, eti en dan maar hopen dat de lokker de vogels weet te roepen. nee, men ligt zelfs in grote mate achter op de lezeressen". Veranderingen quette, relatie, vrije tijd, werk, jeugd, gezondheid, wonen, seksuali teit, opvoeding, voeding, huishou ding, geld en zwangerschap, want daar weet het blad na vijftig jaar ervaring zijn redactionele pijlers. Zo is het jubileumboek ook inge deeld. Bij dat alles zingt intern een bemoedigende gedachte mee Het inzicht namelijk dat alles op al die gebieden in golfbewegingen gaat. De inleidende woorden bij het hoofdstuk „mode" gelden evenzeer voor de overige chapiters. „Alles is veranderd en tegelijkertijd is er niets veranderd. Trends verschij nen en verdwijnen. Maar wat ver dwijnt, verschijnt vroeg of laat toch ook weer. Steeds opnieuw wordt teruggegrepen op vroeger. Het nieuwe schuilt 'm in het nèt even anders zijn, de kleine variatie". Dit verklaart waarom vrouwenbla den als Libelle zo zorgvuldig het midden houden. Daar steekt geen luiheid of truttigheid achter, maar integendeel een grote wijsheid. Wie zich al te geestdriftig op een golfbe weging mee laat nemen, weten ze ter redactie, zal onherroepelijk door diezelfde beweging worden teruggespoeld. Men is nog geen vis of men wordt weer geacht vlees te zijn. Dat kost tijd, geld en het belangrijkste lezeressen, zoals de uitglijder met Dolle Mina heeft Prof. Brouwer: „Libelle blijft be zig de Nederlandse vrouw een hart onder de riem te steken". voortdurend onderstreept. Tussen de regels door echter zie je een heel andere constante, namelijk de voortdurende bemoediging van de Nederlandse (huis)vrouw. Hoe de wind ook waait, wat voor ontwik kelingen er ook zijn, Libelle blijft bezig de Nederlandse vrouwen een hart onder de riem te steken, haar op de schouder te kloppen en haar moed in~te spreken. Wat dat betreft is,er inderdaad sprake van een ze kere eenzijdigheid, en terecht. Een vrouwenblad is toch ook iets an ders dan een historische kroniek?" Welke kant op zal de wind gaan krimpen of ruimen? Welke ontwik kelingen verwacht Libelle waar voor nieuwe harten onder de riem gestoken moeten worden? Een aar dige aanwijzing van de visie ter re dactie geeft het laatste deel van het jubileumboek dat „Dag crisis, hallo welvaart" getiteld is. Het is gegoten in de vorm van een biografie waar in de families Joustra-Hiddeman uit Leeuwarden, Kalma-Brouwers uit Minnertsga en Joustra-Kalma uit Wijk bij Duurstede hun wel en wee tussen 1934 en 1984 beschrij ven. Over de vraag of de jeugd de oewezen. Maar wie op solide pumps in het midden blijft staan, kan bei de kanten uit kijken. Een rots in de maatschappelijke eb en vloed heeft meer overlevingskans dan een speelbal. Poot op de rots bovendien een Lieve Lita neer in de trant van de zeemeermin op die kei bij Ko penhagen en succes is verzekerd. De vijftig jaargangen van Libelle tonen het aan. PIET SNOEREN Prof. Brouwer gaat dit verwijt niet uit de weg in het voorwoord bij het jubileumboek, waarmee Libelle de vijftigste verjaardag kracht bijzet. Is de inhoud van het blad represen tatief voor „het dagelijks leven in Nederland", zoals de ondertitel van de uitgave belooft, of zit er een ze kere eenzijdigheid in, vraagt hij zich af. Om zelf dit antwoord te ge ven: „De hoofdstukken van het boek geven overstelpende hoeveel heden voorbeelden van verande ringen in de inhoud van Libelle, die overduidelijk samengaan met veranderingen in de Nederlandse huishoudens. In die zin wordt de representativiteit als het ware

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1984 | | pagina 17