Onder Ons "heefthet 1jaar hunnen
Lissesepopgroep To Lips maakt furore in Colombia
PIONIEREND IN EEN TIJDPERK VAN „DUIVELSE" TEGENWERKING
TWEEDE TOERNEE NAAR ZUID AMERIKA
iBlDEN/REGIO
CeidócSoiMCMit
DINSDAG 21 FEBRUARI 1984 PAGINA 5
U heeft dus in Alkemade
de claxon gebruikt, terwijl
volgens de politie de ver
keerssituatie dat op geen
enkele manier recntvaar-
hield kantonrech
ter V. Groenendijk de ver
dachte gistermorgen voor.
MDe rechter bladerde nog
eens in de dikke stapel pa-
pieren en keek vragend
'erd naar de al wat oudere man
die voor het hekje stond
sjot
Toeters
en bellen
I ht Deze bleek
dee.
in eerste in
stantie niet erg spraak
zaam en leek geen behoef
te te hebben de ten laste
gelegde overtreding te be
twisten. „Ik draaide aan
_.e het stuur om de bocht te
n c nemen en raakte met m'n
.jelleboog de claxon", klonk
het kortaf.
.Waarom heeft u dan niet
betaald en laat u het voor
komen", is over het alge
meen de reactie ,van de
inti] rechter, wanneer de ver
dachte soepel bekent. Het
antwoord van de rechter
was dit keer echter wat
verrassender. „Er zijn toch
al langer problemen", zei
wet Groenendijk, nadat hij liet
ani weten het jammer te vin
den dat de verdachte er
zich zo vanaf maakte. „U
bent al een aantal maal
door de politie gewaar
schuwd en u reageert daar
jniet op. De politie heeft u
iweiitoch ruim de tijd gegeven
rweflom een bel te kopen? Dat
ft. Jis toch ook een mogelijk-
?rmjheid om iedereen op uw
/herkomst attent te maken?"
indelijk werd duic
at de verdachte, de
rier van justitie en de
>6eeirechter al lang wisten. De
it onverdachte produceerde de
<ek iovermatige herrie niet met
een huis-, tuin- en keu-
jkenauto maar met een rij-
lende winkel. En een rij-
lende winkel trekt klan-
jten door een hoop lawaai
maken.
'e conversatie tussen de
rechter en de verdachte
was er inmiddels niet
vriendelijker op gewor
den. Na wat geruzie rond
om de vraag waar een en
ander zich had nu precies
had afgespeeld, concen
treerde Groenendijk zich
Weer op de oorzaak van
pile ellende: „Heeft u nu
pen bel?" „Ja". Waarom
jebruikt u hem dan niet?".
,,Ik gebruik hem wel",
^^vas het afgemeten ant-
voord van de verdachte
lie nog steeds niet had uit
gelegd waarom er zo nodig
ilke keer getoeterd en niet
[ebeld kon worden.
Hi'
^Huisvrouwen
jmirj
letetue rechter wees er nog
De wonaar eens op dat de politie
Jisswoldoende mogelijkheden
gevhad geboden om het con-
:hts<jlict op te lossen. Er waren
lan tjiver en weer brieven ge-
ouw chreven over de omstre
den toeter, maar ook dat
had niet mogen baten. De
raaqerc*achte bleef toeteren
ken)m klanten de wagen
'In te lokken.
d bo?e officier van justitie, J.
arietf3" Ek, bleek niet erg
;tje pïmponeerd do.or het ver
valeer van de SRV-man. Er
dretf getoeterd op een mo
llen hent dat het niet nodig
„Lifas- Dat maS niet- Het ge-
heefleuren is wettig en over-
love^igend bewezen en een
dgrqoete 's dus °P zUn plaats:
app^Zeventig gulden". Rec'h-
x Groenendijk was wat
lulanter. Hij hield een
;etje rekening met de ge-
ihetste problemen, ver-
"e de eis van de offi
cer en kwam tot een boe
van vijftig gulden.
'as in de gang van het ge-
)uw van het Kantonge-
;cht bleek de Alkema-
)y1ense SRV-man wat
Spraakzamer: „Er zijn
waalf rijdende winkels in
lkemade en ze toeteren
llemaal. Ik dus ook. Je
poet wel, want die huis
je rouwen zijn achter in de
pin bezig en dan horen ze
|e bel niet. De mensen
lebben geklaagd dat ze me
•matjiet hoorden en daarom
'eter ik".
'e suggestie een wat gro-
koo]£re bel aan te schaffen
deFne'nc*e verdere conflic-
itionfn met de politie te voor-
dooi[omen' bleek ook geen op-
ent£fss'n8' SRV-man hield
i_ t3jn handen bijna een me-
.Jr uit elkaar „Ik heb al
'nf n klonk het wat
m lulpeloos. „En trouwens,
n.enP zag die politie-auto
nlgellaan toen ik die bocht
oor lam. Dan ga je toch niet
vooSp de toeter drukken als je
gujeet dat ze je moeten heb-
opeijen. Het ging echt per on-
n hfcluk. Deze keer. Met m'n
dit pleboog".
bedtt MARCEL GELAUFF
Op mijn otnwegth door stad en land
-kom ik graag mensen legen. U kunt
mij telefonisch ol schriftelijk vertellen
wie u graag in deze rubriek zou willen
tegenkomen. Ik ben bereikbaar via 071
- 12 22 44 op toestel 10.
D3 T7T33 VLAZ231T,
or HET DORP IN OPSCHUDDING.
Kluchtig Blijspel in I Bedrijf.
Meine», «en oud Notaris. Dc Ur. Muter,.
Oloficn, ccn SpekslagerStraalkof.
Nathan Lijp, ccn Tandmeester. - KapUi*.
Victor .^crf Poel.
Annette, dochter van Olo'fscn. Mojvr. N.t.J.Pod.
Crislin.^, zijne Nicht. N. Koot.
EEN OOSTYRIESCH DORPS-PLEIDOOI
or HERBEHG1F.R BURGEMEESTER.
Vrolijke Yauderille in 1 Bedrijf.
Pcbioiib*.
Dorps-AdrokantDe Ur. ireee.liaf.
Gonberg.Burgcmceïtcr, Kcgtcr en Herbergier. ftrkltj.
St.Cvr, KunstschilderStraatlef.
Hard'cdrnf. courier toon van Reskoll Iloajectwa.
Een GrifherLooijaard.
Tot Slot:
Arlequin Tftbaksnijder
or LIEFDE OVERWINT.
Ballet-Pantomime in 8 Tafercclen.
late tafereel: Jrltjai* Toiakiaijdtr. 8de Ufcrcel: De «rfnriW»
Ar?«iuim"hun nlKgiLT""'. IfcHr. 'irèurtiij.
Kakement, een Straathof.
Hans, ccn schildcrsknn.ipLoaijaarJ.
Colombine, dochter v.m Batavia. Mtjvr. L. Koot.
Martha, zijno huishoudster. - N.r.d.To
vTouwDri". üttr
(akement. k'aa dmtU
Helemaal „onder ons" is
het niet gebleven, sinds
de heren zangers van het
Groenendijkse kerkkoor
in de jaren '50 der vorige
eeuw lustig aan de decla
meren sloegen omdat
„echt" potverteren er
vanwege de krappe pot
niet bij was. In de loop
der volgende decennia
raakte een half dorp er
bij betrokken. Maar het
heet nog steeds „Onder
Ons", daar in Hazers-
woude aan de Rijndijk.
Met haar 130 levensjaren
is de „R.K. Koninklijke
Toneel-, Muziek- en
Zangvereniging „Onder
Ons" de oudste statutair
vastgelegde club van lie
den die georganiseerd
hun plankenkoorts be
dwingen en ingestudeer
de offers aan muzen en
publiek brengen.
Kortom: „Onder Ons" is de
oudste Nederlandse toneel
vereniging, en er zit nog
steeds muziek in. Kranig
hoor, van zo'n 130-jarige, op
gestaan in een tijdperk waar
in de „rederijkers" nog na
galmden, en de lieve dames
rond Nicolaas Beets hun ver
guldpartijen hielden; zoals
Roosje, die door broeierige
jongemannen werd uitgeno
digd: „Kom Roosje, reciteer
'reis een poosje..." In die
sfeer, maar toch ver verwij
derd van Pieter Stastok, en
„een onaangenaam mens in
de Haarlemmerhout", verza
melden de mannen van het
Scheepjeskerkkoor zich on
der het regime der Wesse-
linghen (oprecht Groenen-
dijks geslacht) en hieven met
uitbundigheid hun strijdkreet
aan: „Komt mannen, al te
gaêr, en laat ons nu in ere en
in deugd gaan potverteren".
Of iets van dien aard. De
pastoor hoorde het aan en
hoopte dat het goed was; zo
lang er maar geen vrouw
spersonen aan mee deden.
Maar dat herderlijk ideaal
was na een paar jaar al ver
keken.
Jan Verkley
Ja, de Groenendijk van Ha-
zerswoude, de „zielen" van
St. Bernardus, en het toneel-
minnende amateurvolkje van
Nederland, dat trots op zo'n
oude gedienstige mag zijn,
hebben veel te danken aan
pastoor J.B.Wesselingh en
•Jan Verkley. Jan Verkley:
een jonge Ripper die even na
1850 naar de Groenendijk
verhuisde om daar het boe
renvak te leren. Jonge Jan
had gaven. Er zat bij hem
muziek in 't bloed, en hij was
een komediant. Als knaapje
reeds deed hij niets liever
dan zich verkleden. Hij
beeldde net zo goed een veld
wachter als een vrome zuster
uit. Hij deed nog nèt niet de
mis; dat kwam pas vele jaren
later, toen het idee „En
Roomsen, dat zijn wij!" ge
stalte kreeg. Maar zijn
vriendjes vonden het al
prachtig als Jan, aldus uitge
dost, de romantische show
stal. Als Wim Sonneveld toen
geleefd had, had hij beslist
tegen Jan Verkley gezegd: Je
hebt talent man, je moet bij
LISSE Stel je voor, je
speelt als groep in een
Amsterdamse discotheek.
Na afloop van het concert
komen er twee heren naar
de kleedkamer die infor
meren of de groep mis
schien zin heeft om een
aantal optredens in Co
lombia te doen. Je kijkt
eerst nog wat ongelovig
en je denkt dat je in de
maling genomen wordt,
maar een maand later sta
je op een podium in Bogo
ta. Dat overkwam de
groep To Lips uit Lisse,
toen ze in augustus van
het vorig jaar "ontdekt"
werden door twee Colom-
bianen op zoek naar Euro
pees talent voor de Zuid
Amerikaanse markt. Het
succes van To Lips in het
verre Colombia was zo
groot dat de groep volgen
de maand voor de tweede
maal richting Zuid Ameri
ka vertrekt voor een serie
concerten.
„We hebben daar vorig jaar
een prachtige tijd gehad", ver
telt Onno Lakeman, gitarist
van de groep. „Toen we in Ne
derland terug waren, wilden
we zo weer op het vliegtuig
stappen richting Colombia. We
staan nu dus te popelen om te
gaan. Gelukkig blijven we
deze keer wat langer, we doen
ook meer optredens, een stuk
of zeven voor zo ver nu be
kend is".
To Lips heeft de afgelopen
maanden noodgedwongen op
non-actief gestaan door het
vertrek van een van de beide
zangeressen, Patty, die haar
studie niet meer kon combine
ren met het vele repeteren en
optreden. Ellen Martens, haar
overgebleven collega: „Het
werd op een gegeven moment
heel lastig. We moesten optre
dens afzeggen omdat Patty in
verband met haar studie niet
mee kon. Ook het repeteren
ging steeds moeilijker. Toen
heeft ze besloten om voor haar
studie te kiezen en wij moes
ten dus op zoek naar iemand
anders, en dat is best wel las
tig. Je moet niet alleen iemand
hebben waar je goed mee op
kan schieten, maar hij of zij
moet de muzikale richting van
To Lips goed aanvoelen en
over een behoorlijke dosis per
soonlijkheid beschikken".
Zanger
Na lang zoeken is dat Evert
Nieuwstede geworden, die zijn
sporen al verdiend heeft bij de
bekende (inmiddels opgehe
ven) Haagse groep Urban He-
roes. „Met Evert klikte het
meteen", aldus Onno. „Het
eerste dat we in de nieuwe sa-
eerste periode spreekt het
meest tot de verbeelding. De
nieuwe pastoor, H.Bosmans,
maakte ernstig bezwaar te
gen het spelen in herbergen,
maar Verkley en de zijnen
gingen doldriest door. Jans
vrouw, Agatha, steunde haar
man door dik en dun, waar
bij ook haar vlekkeloze repu
tatie als nette huisvrouw in
het geding kwam. In '68
vaardigde pastoor Bosmans
een decreet uit, waarbij het
vrouwen verboden werd om
op het zangkoor te komen.
Afgelopen was het, met het
komediespel. Maar er gingen
„achterhuizen" van agrariërs
open als „schouwburg". Het
was een complete opstand
der gelovige horden gewor
den; er is niets nieuws onder
de zon. In de middeleeuwen
was het veel „raker"! Enfin,
de „kunst" kreeg het aan de
Groenendijk zwaar te verdu
ren, en de zielenherders had
den er de handen aan vol.
Het was voor „het toneel"
een schuilperiode. Er was
zelfs „een pater", die tijdens
een mis over „Ónder Ons"
preekte en Jan Verkley („die
zich in de achterste koorban
ken had verscholen") betitel
de als „een arme zondaar".
Geen wonder, dat „Onder
Ons" waarbinnen men
zich kon laten gaan, zonder
het betamelijk karakter van
zich af te werpen in die
periode op de rand van de af
grond stond.
In 1904 overleed de Groe
nendijkse „maestro", Jan
Verkley, die zich tot het
laatst op de artistieke been
had gehouden, en al zijn
zuurverdiende geld in zijn
dramatische liefhebberij had
gestopt. „Meester Vink" was
het laatste stuk, dat hij regis
seerde. Na een uitvoering
(met Jan in de hoofdrol))
werd hij onwel, en toen was
het afgelopen. Wesselinghen
namen het roer van hem
over. Als er geen Wesselingh
meer is, zal er ook geen
Groenendijk meer bestaan.
Er staat nog zo veel meer in
de annalen van „Onder Ons"
bestaande uit „personen
van fatsoenlijk gedrag"
opgetekend. Strijkkwartetten
streken er, binnen de concep
tie, composities van Haydn,
Boccherini, Mendelssohn-
Bartholdy, Philip Loots. Stor
men („Bloed en Liefde",
Programma van het Zangersfe
1855.
zelfs, van Godfried Bomans)
raasden bij „Onder Ons"
over de planken, en in 1954
werd de vereniging, die zo
veel tegenwind had door
staan, tot „koninklijk" verhe
ven. En iedereen zong het
Wilhelmus. Nagenoeg verrast
en spontaan. Tien jaar (van
'69 tot '79) is „Onder Ons" op
non-actief geweest, na „Zach
tjes met de deuren", maar in
'82 ging het doek, voor Neer-
lands oudste toneelvereni
ging, weer open. Geheel toe
vallig met het stuk „Het be
gon in een gracht".
Komende vrijdag en zaterdag
wordt het weer een evene
van „Onder Ons", in januari
ment, met „Onder Ons" al
weer enige tijd zonder het
originele maar gedoemde
predicaat R.K.) als cen
trum. In het parochiehuis
„Pleyn '68" speelt een groep
onder regie van Jacques Ver
kley (ah drie eenakters,
met muzikale omlijsting van
het Bernarduskoor, onder de
regie van Liesbeth Wayen-
berg. Onder ons is onder el
kaar geworden. Maar de ge
drevenheid is weer vrijwel
nieuw en aanmoedigend. Ei
genlijk zoals 130 jaar geleden,
onder de geel-witte vlag.
Maar dan toch weer „even
anders".
quenties voor onze muziek
hebben, nu er een nieuwe zan
ger bij is", antwoordt Ellen op
de vraag in hoeverre de "co
ming man" zijn invloed op het
geluid van de groep zal doen
gelden. „Als groep ben je toch
steeds in ontwikkeling, bezig
met stijlveranderingen. De
komst van een nieuwe zanger
zal daar ongetwijfeld invloed
op hebben".
Nieuwe plaat
Vorig jaar heeft To Lips voor
CBS een mini-langspeelplaat
op genomen die het op de Ne
derlandse markt echter niet zo
goed deed. Toch kan de groep
waarschijnlijk binnenkort de
studio weer in om een nieuwe
plaat op te nemen. „Het is nog
niet helemaal zeker", geeft
Onno te kennen. „Maar als al
les mee zit zijn we op korte
termijn in de studio te vinden.
Misschien dat we zelfs in Co
lombia in de gelegenheid wor
den gesteld om daar voor de
zelfde maatschappij de studio
in te gaan. Dat zou natuurlijk
prachtig zijn". Het gesprek
komt op de ontspannen le
vensstijl van de Colombianen,
die de leden van To Lips nogal
aansprak tijdens hun verblijf
vorig jaar. „Het gaat daar alle
maal veel makkelijker, veel
losser", zegt Onno. „De men
sen daar zijn ook veel vriende
lijker en eerlijker naar mijn
idee, niet zo kil als in Neder
land". Ellen: „Ze komen rustig
twee uur te laat op een af
spraak. Maar dan zeggen ze
niet dat ze een lekke band ge
had hebben of zo, nee, dan
zeggen ze heel vriendelijk en
open dat ze iets belangrijkere
te doen hadden. Een dergelijke
mentaliteit, dat ligt me wel
FRITS BRUINS
een band man. Maar Jan
raakte aan het toneel, waar
aan de dorpsherder zijn
Evulgetur gaf; Nihil obstat,
maar de vrouwen blijven
buiten. Toneel was al heidens
genoeg. Maar meneer pastoor
zat omhoog met zijn pro
bleem: hoe laat ik mijn koor
op een gezellige wijze potver
teren
Toen pastoor Wesselingh zijn
nieuwe parochiaan Verkley
beter had leren kennen wist
hij wellicht na het houden
van een novene tot de H.
Theresia de oplossing: hij
liet Jan z'n gang gaan. En dat
spaarde veel geld uit ook.
Ónder Verkley traden Ne
derlandse toneelamateurs
voor het eerst onder een offi
cieel vaandel naar buiten.
Boerenjongens, die in het ge
niep repeteerden (om vooral
geen aanstoot te geven aan
de dorpsbewoners) en de dui
vel tartten. Jan Verkley was
een verlichte geest die het to
neelspel uitdroeg tot buiten
het raam van het kerkkoor.
De tonelisten van St. Bernar
dus zouden zelfs tweemaal
per jaar gaan optreden,
„liefst bij lichte maan". Zo
ontstond „Onder Ons"; als
een soort heksendans. De al
lereerste keer was 't al raak,
toen in 1853 het jaar van
de restauratie der bisschop
pelijke hiërarchie in de noor
delijke Nederlanden onder
leiding van Jan aan de Does-
brug bij Leiderdorp op het
platteland de culturele revo
lutie werd ingezet met een
„operette": „Het Magnificat,
of de proefdoende zanger".
Daar was de luchtige door
braak naar het werkterrein
van de „demon". Want ge
looft u maar niet, dat de hele
dorpsgemeenschap achter de
geïnspireerde ingevingen van
Verkley stond. O jee nee.
Vaudeville
Maar niets kon Verkley en
de zangers van de Groenen
dijk, in hun opmars naar de
bevrijdende horizon, meer
stuiten. Een jaar later, op 23
januari 1854, was het hek he
lemaal van de dam met „een
grote tooneelopvoering" ter
gelegenheid van het potver
teren in herberg „Het War-
monder Hek". „De Baron en
de Huisknecht", heette de
„Liefhebberij-Commedie";
blijspel met zang in één be
drijf, bij meneer Papót thuis.
Vervolgens hoe frivool
„Teniers", vrolijke vaudevil
le met zang en dans in één
bedrijf; en zelfs ballet-panto
mime „De twee Standbeel
den" of „De Put en de
Schat". Dat was al zondig ge
noeg, en de ganse Rijndijk
sprak er dan ook schande
van, maar „Onder Ons" was
geboren. Met vallen en op
staan, zoals het een goede di
lettantenvereniging betaamt,
is nu, 130 jaar later, 1984 be
reikt en de Groenendijkers
hebben een kostbare naam
hoog te houden.
Eigenlijk is het een kostelijk
verhaal, waarmee, onder an
dere Cees Kroon als plaatse
lijke historicus en geschied-
keihard repeteren om straks
zo goed mogelijk voor de dag
te kunnen komen. Hard wer
ken dus, maar dat vinden we
leuk". „Het zal ook wel conse-
Jan Verkley,
oprichter en
eerste
regisseur
van „Onder
Ons", 1854-
1904.
kundige schatbewaarder, zich
bezig heeft gehouden. Ik put
dan ook uit zijn kennis. Het
repertoire van „Onder Ons"
werd in die eerste tientallen
jaren gevoed door de War-
mondse bakker Rotteveel,
die „uit innerlijke drang"
(ondanks zijn warme, drukke
werkzaamheden) toneelstuk
ken schreef. Hij moet meer
dan dertig stukken geschre
ven hebben. Die waren voor
het merendeel geïnspireerd
door Warmondse „hoofdfigu
ren in het dagelijkse leven",
en daarom kon Verkley niet
steeds van Rotteveels onthul
lende gedachtenspinsels ge
bruikmaken. Maar Verkley,
dat duivelsjong, die vaak het
beroepstoneel bezocht (wat
hij, in geweten, niet hoefde te
biechten), spande nogal eens
zijn paard voor de tilbury en
reed in zijn werkplunje
om de „anti's" geen ergernis
te geven, want een „boer
moet werken" naar Lei
den. Onderweg, op veilige af
stand, trok hij z n zondagse
pak aan en arriveerde als
„heer" bij de „Amsterdamse
Schouwburg". Daar ver
dween hij brutaalweg achter
het toneel en kwam met een
tekstboekje terug, na, onge
twijfeld, een toneelknecht
een volvet boerenkaasje toe
gestopt te hebben. Zo is „On
der Óns" groot geworden.
„Arme zondaar"
Laat ik maar boekdelen uit
de geschiedenis van „Onder
Ons" overslaan, echter die
menstelling gedaan hebben is
een fotosessie in verband met
de promotiefotos voor de Co
lombiaanse tour. Nu gaan we
een maand lang iedere dag