Nederlandse dorpenvan hier tot ginder, in een spectrum samengevat Langs der wet Koudekerk kiest voor samengaan met Hazerswoude-Rijndijk Chef-zwemmeester van der Velde gaat met de VUT Veel voorzieningen in Rijnsoever-West REIDEN/REGIO Ecidóc Soulmat DINSDAG 20 DECEMBER 1983 PAGINA S U5eej| ildeaj tm 011 uari s\ wo/i n ^fjRotje biferiaar''J^se kerstboom- jen «verbranding bij winkelcen- g-e" ntrum Lange Voort in :e At was in volle 'gang. Het publiek kon op 4 januari van dit jaar echter niet ongestoord van de enorme vuurzee genieten omdat opgeschoten jongens laë krotjes in de menigte gooi- dooriden. De politie greep in en ?efro!inam een groepje vuur- volgewerkgooiers mee. Een van ïsen dhen verscheen gisteren op r£ewohet kantongerecht. Deze "er?jongeman was van mening, aktj'jdat de politie hem ten on- ïe °Ptrechte had opgepakt en in aan j de cel had gesmeten. r ^"R.Maar twee agenten heb- r «'eeben gezien dat u een rotje met een sigaret aanstak en tussen het publiek gooide. Ze zagen het rotje zelfs ont ploffen," merkte rechter us vrOomen op. Hij confronteer- De de de jongen ook met het feit dat de politie vijf ka- i de nonslagen (rotjes van een fors kaliber) in diens jaszak had gevonden. „Daar be- grijp ik nog steeds niets van," vertelde de jonge man. „Ik zei tegen die agent, ik heb niks, haal en 1 mijn zakken maar leeg. En igene jneens zitten er vijf ka- en a nonslagen in." De jongen slaagde er uitstekend in om zijn stem bij deze laatste zeer verbaasd :inken. „Het kan niet anders of iemand heeft st ii) die rotjes in mijn zak ge- stopt," beweerde de ver- vai dachte nog. 23 de) Officier van justitie Huinen vond het een merkwaardig verhaal. „Misschien moet de verdachte maar eens ■mh goed in zijn geheugen gra- ven," gaf hij als raadge- ving. De officier eiste 80 ^59 gulden. „Zo, tachtig gul- m den," stamelde de jonge man. Het ongeloof zijn zijn stem was wèl echt. „De an deren kregen maar 25 gul den boete en ik heb niks gedaan," zei hij veronge lijkt. Rechter óomen zei weinig geloof aan de ver klaring van de jongen te hechten. Hij legde de ge vraagde boete op. pol h steld ie hu toes t iet< bben hooi er v ebrui ïdt di rvan' Stroper De Noordwijkerhouter, een klein, grijs mannetje, werd ervan beschuldigd, dat hij op konijnen had gejaagd. Op de Kappelleboslaan in Noordwijk zag de politie de man op zijn fiets stappen met een konijn in een strop in zijn hand. Rechter Oo- men keek in het procesver baal en zei: „Hier staat dat u al twintig jaar bent ge stopt met stropen. Maar u bent er op achtjarige leef tijd mee begonnen, dus u heeft een hele tijd ge stroopt." De man beaamde dat. Maar in dit geval was er volgens hem geen sprake van stropen. De Noordwij kerhouter vertelde dat hij op een ochtend op weg was 9 naar het strand en dat hij een konijn in de berm zag liggen. „Het was nog don ker en daarom zag ik niet dat het konijn in een strop zat. Ik dacht dat het een aangereden konijntje was," beweerde de man. Toen hij de politie zag, gooide hij het beestje in de berm. „Ik eet ze zelf nooit, ik ben er vies van. Zeker met die myxomatose," zei de Noordwijkerhouter, die zuchtte: „Had ik hem maar nooit opgeraapt." Voor de leken op het gebied van deze langorige knaagdie ren: Myxomatose is een meestal dodelijke virus ziekte onder konijnen. De politie had een uitvoe rig procesverbaal aan deze zaak gewijd. Zelfs de latijn- se naam voor het wilde ko nijn, Oryctolagus Cunivu- N. A lus Lapidus, was vermeld. „Het konijn is in beslag ge nomen en verkocht aan een poelier," las mr. Oo- men voor. „Wat denkt u eried 1937, Het vroeg hij belangstellend aan de Noordwijkerhouter. „Dat weet ik niet," hield deze zich van de domme, jsmarj „Ach kom, dat weet u best," drong Oomen aan. „Nou, vijf gulden," zei de la C man op deskundige toon. „Heel goed," merkte de rechter op. „Het konijn 3-3- heeft/4,50 opgebracht." Mr. Huinen zei alles wel erg toevallig te vinden. Hij eiste een boete van 120 gul den en verbeurdverklaring van het konijn en strop. Wat het inmiddels gebra den en opgegeten konijn betreft een wat overbodige eis, maar formeel hoort dat nu eenmaal zo. „Ik vind deze eis voor één konijn ruim hoog," oordeelde mr. Oomen. Hij verlaagde de boete tot 25 gulden en ho noreerde de eis om ver beurdverklaring. KEES VAN HERPEN Het was zeker niet zo, dat het „de hoogste tijd" zou zijn om zo veel Ne derlands dorps schoon op bijna 240 uitstekend ver zorgde bladzijden vast te leggen. Weliswaar is ons platteland, als opvang en overloop voor de ontvol kende „metropolen", aan het verstedelijken, maar in 1971 waren er altijd nog 1640 bewoningsker- nen, buurtschappen, vlekken, „gehuchten" met minder dan 500 in woners; eenzelfde aantal dorpen telde destijds tus sen de 500 en 5000 zielen. Niettemin leek het uitge verij Het Spectrum niet onaardig, eens een vrij indringende, goed gedo cumenteerde en boeiend geïllustreerde Atlas van Nederlandse dorpen sa men te stellen. Wel, Spectrum is er zonder meer in geslaagd, al die Vele honderden „dor pen" in hun vaak won derschone „setting" ka rakteristiek te plaatsen in een overzicht dat be paald wordt door histori sche, geografische, bouwkundige en sociaal- culturele (religieuze en folkloristische) aspecten. Dat alles is aaneenge- breid met bijdragen van een stuk of tien deskun dige auteurs. Het gaat over het leven en wonen in een land van te genstellingen. Nederland, een stukje grond met meer dan 14 miljoen bewoners ervan. Het werelddeel Australië telt er minder! Maar daar ziin ze ook pas een paar duizend jaar later gaan „groeien". In de Atlas gaat het om een laag land dat zichzelf gemaakt mensen het landschap beïn vloed; soms maakten ze het. Maar niets is aparter, vaak streekgebondener, onthut- sender soms, dan het Neder landse dorp: dorpen in de polder, langs de rivieren, aan de kust. Niet., zelden nog steeds verstild, of gegroeid tegen de klippen op. We zien „dorpen" die eens „stad" wa ren: steden die tot „dorp" zijn teruggevallen. Maar „dorp" is geen officiële naam, zegt de grote Van Dale. Is het nieu we Lelystad, met z'n bijna 55.000 inwoners een dorp? Een „dorp" zal nooit meer Op mijn omwegen door stad én land kom ik graag mensen tegen. U kunt mij telefonisch of schriftelijk vertellen wie u graag in deze rubriek zou willen tegenkomen. Ik ben bereikbaar via 071 - 12 22 44 op toestel 10. een „stad" kunnen worden. Sinds de „Franse tijd" (1795- 1813) worden er geen stads rechten meer uitgereikt. Vanuit de lucht gezien is Ne derland een staalkaart die je in enkele tientallen minuten met een jet" kunt bevliegen. De Spectrum Atlas „vloog" op de grond mee en ontdekte een zinderende rijkdom in een kort bestek: vanaf de Ro meinen tot en met Ameri kaanse toestanden in het nieuwe Flevoland. Een groot deel van die oppervlakte wordt nog steeds ingenomen door kleine kernen, die we dorpen noemen. En dan is ook Nederland een gebied dat je kunt doorkruisen en dan steeds terecht komen bij plekken waarbij toeristen kunnen lekkerbekken. Maar een Nederlands dorp is een gehouden door gewoonten, en doorgaans in zichzelf ge keerd. Dit is het gebied van „het hele dorp weet het", en de kleine, geïsoleerde, plekjes van „er gaat door het ge hucht een wonder gerucht". Een eigen leven Veel aandacht (althans in de illustraties) wordt besteed aan de „model-dorpen" in het noorden, het oosten, het zuiden van het land; Zeeland, Limburg, Brabant, Salland, Twente, Groningen, het ri vierengebied. Het westen krijgt, misschien door de op rukkende verstedelijking, iets te kort. Hoewel de licht- valling daar ook erg attrac tief kan zijn. Nu moet ik toe geven, dat op de „droge" ge deelten van ons vaderland de geschiedenis ingrijpend is kunnen doorgaan: terpen en klöosters, stiften en vlucht- burchten, hebben voor mo numenten gezorgd. In het westen is alles iets meer „verwaterd"; dat zou best kunnen zijn. Maar wie deze Atlas aan schaft krijgt wel een gèfun- deerd inzicht in dorp en landschap, bewoningsge- schiedenis, dialect, kleder dracht en volksgebruiken, in sociaal-culturele aanblikken, de rol van de overheid, de aantasting van het dorp, de dorpsbescherming en het „dorp van de toekomst". Ooit maakte de god Wodan een diepe indruk, waar nu elek triciteitscentrales de horizon ontsieren. We lezen, dat in Katwijk de autochtone bevol king nog altijd een zekere stempel op dit dorp drukt, en dat Echtemach in de elfde eeuw aanspraak maakte op de kerken van Noordwijk en Sassenheim. Voorhout werd toen al genoemd. Voor ons verleden zijn we al aangewezen op de „plaats- naamkunde". Het taalge bruik was dorpsgebonden, zeker als er sprake was van isolement. „Dialecten" kwa men „in de beste families" voor: in Amsterdam werden aan 't einde der 18e eeuw niet minder dan 18 buurtta len onderkend: op Katten burg sprak je anders dan aan de Haarlemmerdijk; in Haar lem zei je: „die spreekt Haar- lemmerdijks". De Atlas geeft voorbeelden van „Neder landse" dialecten, in alle pro vincies en streken, over de (in huidig Nederlandse) bij belse tekst: „Een man had twee zoons". Dan weet je niet waar je blijft, want in elke streek nu doorsneden door rijks- en provinciale wegen had men daar z'n eigen „taaleigen" voor. Dan komt het uit op: „twie zeuns, een zeker mens, 'ne mins die twieë zeuns hai", en nog viel meer. En dat is allemaal Neder lands. Dan zegt de Atlas ook en daar stem ik helemaal mee in: „Het is trouwens niet eens onjuist om ook onze Ne derlandse taal als een (Ger maans) dialect te kwalifice ren". Je kunt vervolgens aan „discriminatie" gaan doen, en de taalkundige „underdog" spelen, aan de hand van„Die Deutsche Zeitung" in de Ne derlanden, vanuit de Diet- sche, Nederduitse tijd van de Algermanen. Anno '40-'45. Zo raak je, taalkundig, wel aan de grond. Die „dialecti sche" vervorming, evenwel, zit er al eeuwen dik in. Maar de dorpen blijven ongemoeid; wij blijven „een dorpje apart". Verketteren De „Atlas" graaft terug; tot aan de scheidslijnen, toen men elkaar in al die Holland se dorpen aan het verkette ren was. De reformatie was nog pas enkele tientallen ja ren oud, maar de protestan ten mochten in Langeraar voor hun eredienst gebruik maken van de katholieke kerk:, „oecumene is kenne lijk niets nieuws", zegt de At las; maar die rijk versierde kerk werd nadien afgebro ken, en de hervormden kre gen hun eigen gebouw in het nabije Aardam. „Overigens kregen de Langeraarse rooms-katholieken wel snel een eigen kerk terug: een der eerste dorpen in de Tachtig jarige Oorlog waarin een nieuwe roomse kerk werd gebouwd". Het is maar een voorbeeld van samenloop der omstandigheden. De „Atlas van Nederlandse dorpen" zit vol opzienbarendheden. Een Nederlands dorp is, over het algemeen, nog steeds een ju weeltje. Een heerlijk, aanbe volen kijk- en leesboek, waarvan het einde nog zoek is; je krijgt het niet in één avond uit. De prijs is 39,90. Het gehucht „Nederland", in de kop van Overijssel, vanuit de lucht gezien. UIT NOTA BLIJKT: KATWIJK In de nota Rijn soever-West, zoals die vorige week is gepresenteerd, wordt uitgegaan van de bouw van rond de 520 woningen in dit gebied. Daarnaast is in deze toekomstige wijk een zoge naamd voorzieningensteun punt gepland waar bijvoor beeld enkele buurtwinkels, een kerkelijk centrum en een school kunnen verrijzen. Het plan is opgezet met als uit gangspunt dat de Zwarteweg in zijn huidige vorm .ver dwijnt. Het schetsontwerp van Rijnsoever-West is overigens nog geen definitief plan. De grote lijn die nu is uitgezet wordt echter vastgehouden als basis voor de architect die het bouwplan verder gaat uitwer ken. De oppervlakte van het woon gebied in Rijnsoever-West be draagt ongeveer 100.000 vier kante meter. Uitgaande van ruim 50 woningen per hectare betekent dit dat er ongeveer 520 woningen gerealiseerd worden. Hiervan zpllen er 400 als ééngezinswoning verrijzen en 120 als kleine woningen in gestapelde vorm. Met de bouw van woningen zal 60 procent van de 100.000 beschikbare vierkante meter benut zijn. Er blijft dan nog 10,5 procent over voor groenvoorzieningen en 30 procentvoor verharding (wegen, parkeerplaatsen, speelplaatsen). Er wordt bij de aanleg van Rijnsoever-West uitgegaan van 1,25 parkeer- laats per woning, n Rijnsoever-West kan 10.000 vierkante meter gebruikt wor den voor bijzondere voorzie ningen en centrumvoorzienin gen. Gedacht wordt hier aan de bouw van een acht- ne- genklassige basisschool, een kerkelijk centrum en een (buurt)winkelcentrum. Moge lijk is verder nog de realise ring van een wijkgebouw met eventueel een peuterspeelzaal en een praktijkruimte voor een (tand)arts. Na goedkeuring van B en W en de commissies wordt een deel van het plan eruit gelicht. Dit kan pas ge beuren wanneer duidelijk is hoeveel woningen de gemeen te in het desbetreffende jaar van het rijk toegewezen krijgt. Vervolgens wordt dan een ar chitect gezocht die het bouw plan verder ontwikkelt. KOUDEKERK AAN DEN RIJN De Koudekerkse ge meenteraad heeft zich gister avond in meerderheid uitge sproken voor het samengaan van Koudekerk met Hazers woude-Rijndijk. Algemeen vond men het niet realistisch vast te houden aan het ideaal van het zelfstandig blijven van Koudekerk. Hiervoor heeft de provincie de procedure voor de gemeentelijke herindeling al te zeer in gang gezet. De gemeentegrens zou dan ge vormd moeten worden door het toekomstige traject van Rijksweg 11 of de spoorlijn. De voorgestelde samenvoeging heeft vooral de voorkeur van de de PvdA en het CDA door de vele banden op sociaal-cul tureel en maatschappelijk ge bied die al bestaan tussen Koudekerk en Hazerswoude Rijndijk. De VVD-fractie sprak zich uit voor een veel verdergaande combinatie. Zij vond het voorstel van Provin ciale Staten om Hazerswoude, Koudekerk en Benthuizen sa men te voegen aanvaardbaar. Graag zag de VVD ook Zoe- terwoude hier nog aan toege voegd. Zo zou een sterke ge meente tussen Leiden, Alphen en Zoetermeer ontstaan van 27.000 inwoners. De VVD ver wacht dat een dergelijke ge meente een krachtig werkge legenheidsbeleid zal kunnen voeren. Bovendien ontstaat een sterke onderhandelingspo sitie om aan verbeteringen van het openbaar vervoer te werken. Daarnaast vindt de VVD het onredelijk om van Hazerswoude te vragen zich op te splitsen. „Het is te ver wachten dat Hazerswoude zich met hand en tand tegen een splitsing zal verzetten", stelde de heer W. Fransen van de VVD vast. Het CDA en de PvdA hebben ook wel begrip voor het Ha- zerswoudse standpunt, maar vinden dat nu in de eerste plaats gekeken moet worden naar de belangen van Koude kerk. Zij vrezen dat bij een combinatie met heel Hazers woude, deze laatste gemeente een veel te overheersende rol zal spelen. Wanneer alle ge meenten op 31 december hun definitieve standpunt bekend hebben gemaakt, start de wet telijke procedure. De provincie Zuid-Holland zal zich opnieuw uitspreken over herindelings mogelijkheden, waarna de be trokken gemeenten weer in spraak kunnen leveren. Chef-zwemmeester H. B. vaA der Velde: heerlijk genieten-van mijn vrije tijd. KOUDEKERK AAN DEN RIJN Het waarschu wende stemgeluid van chef-zwemmeester Henk van der Velde zal binnen kort niet meer te horen zijn vanaf de wachttoren in het Prins Willem Alexanderbad. Op éénen- zestigjarige leeftijd vindt de heer Van der Velde het welletjes. Hij maakt gebruik van de VUT-re- geling. „Nu ben ik nog ge zond en fit. Ik ga lekker genieten van mijn vrije tijd", zegt de chef-zwem meester. De kinderen zal hij het meeste missen, want het op leiden voor het zwemdiplo ma vindt Henk het meest ..vermoeiende, maar ook het allerleukste werk. dat er is. „Die vertrouwensband, die je in die elf weken met de kin deren opbouwt, is geweldig", vertelt hij. „Die band is heel belangrijk, want in een hele korte periode moet je de kleintjes zover zien te krij gen om van een paar angsti ge stapjes in het ondiepe te komen tot het zwemmen van honderdvijftig meter in het diepe". Dit jaar voor het eerst heeft de 'badmeester' een kind leren zwemmen van een moeder die als kind ook les van hem heeft gehad. Via zijn hobby in de zwemsport bezig zijn is Henk van der Vélde vijftien jaar geleden in Koudekerk terecht gekomen. Daarvoor werkte hij zevenentwintig jaar als machinist bij de Spoorwegen. In zijn vrije tijd behaalde Henk de benodigde ^diploma's. Met zijn inmid dels exvrouw is hij toen in het anderhalf jaar oude Prins Willem Alexanderbad aan de slag gegaan. Zij had den veel over voor hun hob by, want de werkverande- ring betekende een flinke stap terug wat salaris betreft. „Maar nu heb ik het goed", zegt Henk. Jarenlang is de zwemmeester actief geweest in de waterpo- losport. Als speler en als in ternationaal topscheidsrech- ter. Nog steeds speelt hij een aardig partijtje mée in het derde team van Zwem- en Poloclub Koudekerk. Daar naast coacht Henk het twee de herenteam. „Scheidsrech ter zijn kan na je vijfenvijf tigste jaar helaas niet meer", zegt Henk. „Maar ik werk nog wel steeds mee aan de beoordeling van nieuwe scheidsrechters". ^Vat de heer Van der Velde altijd het meeste heeft ge troffen in de Koudekerk is de geweldige gemeenschaps zin in het dorp. „Dat zo'n prachtig, fijn zwembad ge bouwd kon worden met geld dat door de bewoners zelf is bijeengebracht, is daar een bewijs van. Ook als er iets gedaan moest worden met bijvoorbeeld de zwemvier- daagse, dan hoefde je maar te kikken en het kwam in orde", aldus Van der Velde. „Het minste wat ik terug kan doen. is mijn opvolger goed inwerken". Vervelen zal badmeester Van der Velde zich niet. Als de nieuwe man rond eind april is ingewerkt, vertrekt hij voor een paar weken met een kampeerbusje naar Noorwegen. Daar gaat Henk zijn tweede grote hobby zeevissen uitgebreid beoe fenen in de fjorden. Wie afscheid van de bad meester wil nemen, kan dal vanavond doen vanaf zes uur op de receptie, die spe ciaal voor hem op het ge meentehuis wordt gehouden. ASTRID DE NIJS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1983 | | pagina 5