Regisseur John Badham van „WarGames": „Teveel vertrouwen in computers" mmèt - V Selectie uit veertig eeuwen Ierse kunst vol imposante hoogtepunten ZATERDAG 17 DECEMBER 1 V- ir-S AMSTERDAM In een aan tal zalen op de bovenverdie ping van het Rijksmuseum te Amsterdam is een unieke ten toonstelling ingericht van Ier se kunstschatten. De circa honderd voorwerpen bestrij ken een periode van ruim vierduizend jaar, lopend van 3000 voor Chr, tot 1500 na Chr. De expositie, iiie duurt tot 27 februari 1984, was eerder te zien in New York, Parijs, Keulen en Berlijn, waar ze vele honderdduizenden bezoe kers trok, Het is voor het eefst, dat deze Ierse kunstvoorwerpen in Europa wor den getoond. Dank zij de samen werking tussen het National Mu seum of Ireland, het Trinity Colle ge Dublin en de Royal Irish Acade my konden de samenstellers van de tentoonstelling een selectie uit talrijke hoogtepunten maken. Het oudste voorwerp is een met groe ven versierde steen uit het grafveld van Knowth, 3000 voor Chr., het jongste een zilveren reliekhouder uit de vijftiende eeuw. In het Rijksmuseum is een indruk wekkende bloemlezing van ge- bruiks- 'en kunstvoorwerpen sa mengesteld. met fibula's, iunula's, kelken, drinkbekers, gespen, mu ziekinstrumenten, boekwerken, schilden, wapens, schrijnen, reliek houders. gereedschappen, voor- raadpotten en sieraden. Enorme rijkdom De gouden kunstvoorwerpen, ge maakt tussen 1800 en 600 voor Chr. hebben Ierland op het gebied van Regisseur John Badham AMSTERDAM Een jongen van zestien belandt via zijn hüiscomputeri zonder zich daarvan bewust te zijn, in het elektronische brein van het verdedigingssysteem van de Verenigde Staten. Hij begint met die hoogst geheime com puter een variant op een spel letje schaak, getiteld „WarGa mes". Het lijkt zo maar een van die honderden computer spelletjes, een wat geavan ceerde versie van zeg maar Space Invaders, maar het draait uit op een complete si mulatie van een kernoorlog tussen de Sowjet-Unie en de Verenigde Staten, die zo hoog oploopt, .dat er volgens het brein van de staatscomputer maar één consequentie kan zijn: de druk op de knop voor de Amerikaanse kernraketten die een aanval van de Russen moet belemmeren. Een totale nucleaire oorlog dus, oftewel het lot van de wereld in de handen van een teenager. Wat een krankzinnige fantasie lijkt, is door regisseur John Bad ham neergezet als een avonturen film met een boodschap op de ach tergrond: vertrouwen we niet te veel op onze computers? En: hoe krijg je het die geprogrammeerde computer aan z'n verstand dat er in een nucleaire oorlog geen winnaars en verliezers zijn. Een techno-thril- ler die mét een perfecte timing de bioscopen binnenkomt op een mo ment dat er van alle kanten wordt gepraat en geschreven over „inbra ken in computers". De keurig gekapte en geklede re gisseur John Badham ziet er niet uit als een wilde jongen, die zomaar wat knuppels in het hoenderhok van de publiciteit smijt. Hij heeft inmiddels zes films gemaakt. Zijn eerste grote succes was „Saturday night fever", een film. die iedereen de naam van Travolta deed ont houden, maar Badhams eigen naam nauwelijks bekendheid gaf. Anders werd het met zijn laatste twee films, „Blue thunder" en „WarGa- mes".Het blad Americain Film suggereerde zelfs, dat Badham wel eens de Spielberg van 1983 zou kunnen worden. Met het woord „boodschap" heeft Badham het zelf nogal moeilijk: „Als mijrt film andere films inspi reert, die iets serieus te zeggen heb ben over nucleaire bewapening, prima. Als de makers van die films dan maar net zoals wij alles probe ren om entertainment, amusement te brengen. Je hebt zo gauw. dat mensen die iets té zeggen hebben, in een wip bovenop een zeepkist staan te oreren. Daar komt je pu bliek niet voor. Dat wil vermaakt worden. En als je ze daarna ook nog met iets kan raken, nóg beter. Maar ik weet zelf hoe het gaat als ik in Hollywood een première voor een góed doel bezoek. Het licht gaat uit en opeens staat er een me neer achter een microfoon die je vijftien minuten lang gaat vertel len. dat die film zo belangrijk is voor multiple sclerose of zo iets. De schermen van het NORAD computersysteem geven de bewijzen van een atoomaanval in „WarGames" prehistorische goudvondsten ge maakt tot het rijkste land ter we reld. In dé cultuurgeschiedenis van Ierland staat deze periode dan ook te boek als de Gouden Eeuwen van de Ierse prehistorie. De enorme rijkdom aan gouden voorwerpen blijkt bijvoorbeeld uit de schat- vondst van Clare, waaruit zo'n 150 sieraden bewaard zijn gebleven. Pronkstuk uit die tijd is de zware, één kilogram wegende kledingslui- ting van Clones, in het graafschap Managhan. Deze klédingspelden of fibula's, waarvan de beroemde Tara fibula eveneens een schitte rend voorbeeld is, zijn gemaakt uit massieve staven goud die rondge bogen zijn. De uiteinden zijn mas sief of hol. Ze schijnen te zijn ge bruikt met behulp van lussen of dubbele knoopsgaten. De fibula van Clones is de grootste. Hij is prachtig versierd met uit een stip en een cirkel bestaande motieven. Sommige kledingspelden zijn zo zwaar, dat ze nóóit lang achtereen gedragen konden worden. De gave staat ervan maakt het aannemelijk, dat ze ook inderdaad weinig zijn gebruikt. Indrukwekkend is voorts een serie gouden halskragen, ook wel Iunu la's genoemd. Een van de gaafste voorbeelden is de halskraag van Gleningheen, in het graafschap Clare. De kraag bestaat uit een hal vemaanvormige gouden plaat met twee ronde schijven, die aan de uit einden zijn vastgezet met gedraaid ouddraad. De kraag van Glenning- leen is een prachtig bewijs van dé Ierse edelsmeedkunst uit de late bronstijd. Evenals bij de kleding spelden zijn plaats en tijdstip van ontstaan van de halskragen onbe kend. Sommige cultuurhistorici zien in de versieringsmotieven een verwantschap met de Noorse kunst en opperen de mogelijkheid dat de TEENAGER VIA COMPUTERSPELLETJ AMERIKAANSE DEFENSIE BINNEN IN AVONTURENFILM METEENBOODSCH M AP geland maar op z'n zesde n< Amerika verhuisd, kwam via i jongere zusje die een rolletje spe de als Gregory Pecks dochtertje „To kill a mocking bird" in cont met film. Maar ondanks een z gedegen opleiding begon zijn c rière in de postkamer van Univ sal Pictures. Badham: „Unive; was toen gekocht door MCA en was van huis uit een talenten reau. Hun truc was jonge, veell vende mensen aan te nemen ei op de onderste trede van de lad neer te zetten, de postkamer, ds e het is gek hoeveel je leert door post om te gaan. Een soort osmc Ik leerde in elk geval heel snel je enveloppes tegen het licht 1 -e bekijken om te zien hoe groot ds cheque was die de baas nu weg kreeg. Ze lieten je in die postkan u^e maar modderen om te zien of je i jezelf omhoog kwam. Gebeurde niet, zat je er een paar jaar la nog, dan was je niet agressief noeg en dan zat het er gewoon nlnoo in. Iedereen in die postkamer hjjd toen zijn „college" afgemaakt, j zat er met Walter Hill, regissi p van bijvoorbeeld „48 hours" mensen die nu hoofden van filom: studio's zijn". Lachend: „Ik gel af niet, dat het nog bestaat. Ik deèhi dat als je nu solliciteert bij de c van de postkamer en vertelt, da 7.o graag regisseur wil worden, je onmiddellijk van z'n lij: schrapt. Want hij wil niet iema in dienst die over een maand weg is". BERT JANS# „WarGames", speelfilm met M ers thew Broderick en Dabney CoPst- man. Regie: John Badham. „WarGames" door David schoff. Penquin pocket, prijs f 12.25. Importeur Nilsson Lamm. enpST sel A r u: gemaakt van een techniek, waai het ene pigment wordt bedekt r een dun doorschijnend laagje i een ander pigment. Andere mal scripten op de expositie zijn I Book of Armagh, de Stowe Miss en het Book of Dimma. Met de bula's, halskragen, armbanden ringen vormen deze boeken wibij e meesterwerken van ambachtelij Isald versierkunst, zoals maar zelden voetl zo'n zorgvuldig geselecteerde c< ;rijki centratie kan worden waargei ïven men. De bezoeker aan deze in alle zichten buitengewone expositie via kleine landkaarten in één opslag dé verschillende vindpla Is sen van de diverse schatten op eiland herkennen. Geïllustreerd tekstborden informeren over belangrijkste aspecten van de li geschiedenis waarop de geëx seerde voorwerpen betrekki hebben. Degenen die meer infi matie wensen, kunnen drie fi' gaan zien waarin bijzondere t ma's van de Ierse kunst won uitgewerkt. En tenslotte is er i rijk geïllustreerde catalogus met uit van tekstbijdragen, waarin alle I langrijke onderwerpen uitvoe 'striji worden besproken. g en o da lijkt Teneinde deze tentoonstellingjds eli het Rijksmuseum mogelijk te t ken, moest de leiding besluiten het instellen van een extra entr v<_ heffing van drie gulden. De visu ap rijkdom die de bezoeker daarvc£n! in het museum in ruil krijgt, s echter in geen verhouding tot extra heffing. Een unieke tentocjt stelling, die na beëindiging alle f nog maar in Ierland zelf kan w den bekeken. GODERT VAN COLMJI Scene uit WarGames: General Beringer (Barry Corbin) bevelhebber van het NORAD verdedingssysteem luistert sceptisch naar McKittrick (Dabney Coleman) als die uitlegt, dat er wel eens een fout in het spel kan zijn. lei stappen in het computerproces over wilde slaan. Maar ik moest een film van twee uur maken die boeit. Dan zeiden zij: „Jij hebt makkelijk praten met die twee uur. Wij moeten voor dat zenuwcen trum twaalf grote computerscher men vullen met twee uur program mering. Dat is dus vierentwintig uur film." „Ik heb het verhaal niet bedacht, dat is lang voor die tijd gedaan door een aantal scenarioschrijvers. Ik ben gewoon een van de binnen huisarchitecten geweest, die de schilderijen op de goede plek moest hangen. Maar de filmmaatschappij heeft mij gevraagd op het moment, dat een andere regisseur ontslagen was. Het script was te zuur en te somber. Daar ben ik aan gaan sleu telen. De humor en de grapjes, die zijn in elk geval van mij. En de rol van het vriendinnetje van die jon- fen, die heb ik ook groter gemaakt, ij vraagt steeds: „Hoe kan dat nou?" En: „Kan die computer pra ten?" Dezelfde vragen die het pu bliek zou stellen. Dat hoeft zich dan niet dom te voelen, want een ander doet het al voor ze. Je kan zeggen, dat ik mijn voetstappen op het script heb gezet en die zijn wat minder subtiel dan mijn vingeraf drukken." Waanzin „WarGames" kostte tussen de twaalf en de vijftien miljoen dollar. Tegenwoordig niet eens meer zo'n schrikbarend budget. Badham: „We hebben zo economisch mogelijk ge filmd. De acteurs zijn geen grote sterren, dus we hoefden geen vijf milioen dollar voor een hoofdrol speler te betalen. Iets wat ik trou wens de grootst mogelijke waanzin vind. Het meest hebben de decors gekost en dat is prima, want dat geld zie je tenminste op het doek. Maar toen ik aan de film begon was bijvoorbeeld de loodzware deur die dat computercentrum afsluit, al klaar. Van echt staal, voor dertig duizend dollar. Om gek van te wor den. Toen er daarna een kleinere deur nodig was. heb ik die onmid dellijk van hout laten maken en als staal laten beschilderen. Kosten ne genhonderd dollar. Had ie de decorontwerpers moeten noren! Maar geen hond ziet het, want op de geluidsband hoor je datzelfde zware geluid". Postkamer Geld is een belemmerende factor in de filmindustrie. Hoe duurder een film, hoe meer mensen er logi scherwijs heen moeten. Maar het moeilijke is, dat het grote filmpu bliek, ook in Amerika, jong is. Rond de twintig jaar. Badham: „Op dat publiek moet je je richten voor een dure film. Heb je daar geen zin in, dan moet je een goedkope film maken. Mijn film met Richard Dreyfuss, „Whose life is it anyway" over een man die door een ongeluk tot op z'n gezicht na volkomen ver lamd wordt en niet in een ziekbed dóór wil blijven vegeteren, bleek vooral mannen van boven de veer tig aan te spreken. En die gaan nauwelijks naar de bioscoop. Dus niemand heeft die film gezien. Ja, later op televisie. Toen kregen Dreyfuss en ik reeksen telefoontjes: „Wét een goeie film. Dat niemand daar naar is komen kijken!". Dan word je zó kwaad dat je roept: „Waarom ben jij toen niet ge weest?" Regisseur Badham, geboren in En UNIEKE EXPOSITIE IN RIJKSMUSEUM Een detail van de ornamentiek van de beroemde „Tarafibula" uit de achtste eeuw. Deze rlngspeld werd gevonden aan de Ierse oostkust bij Bettystown. Een vergulde bronzen pla quette, die de kruisscène met engelen en soldaten voorstelt. Deze plaquette is waarschijnlijk een van de oudste kruis- voorstellingen in Ierland. De ruim 21 cm grote plaquet te dateert uit de achtste eeuw. Ierse voorwerpen naar haar vóór beeld zijn ontwikkeld. Andere daarentegen menen, dat met even veel recht sprake kan zijn van een authentiek-Ierse versieringskunst. Cirkels en spiralen Het spiraalmotief loopt als een rode draad door de Ierse versierings kunst op deze tentoonstelling heen. Of de voorwerpen nu vervaardigd zijn uit steen, aardewerk, brons, ii- zer, goud of hout het zijn cirkels en spiralen, die de Ierse ambachts lieden op hun voorwerpen aan brachten. Bezoekers van Ierland treffen dergelijke versieringen ook aan op stenen die in het landschap liggen, of aangebracht op zerken of in de vorm waarin geheimzinnige aarden wallen zijn opgeworpen. De betekenis van het cirkel- en spi raalmotief is uit de herinnering van de mensen verdwenen, maar tegenwoordig wordt aangenomen, dat ze een godsdienstige betekenis hadden. Book of Kells Als het christendom in Ierland ter rein wint, doet het kruis zijn intre de. Maar de traditionele versiering met cirkels wordt daardoor niet verdrongen. Cirkel en kruis vinden elkaar en gaan een huwelijk aan, zoals een aantal voorwerpen op de tentoonstelling laat zien. We scnrij- ven dan de vijfde eeuw na Chris tus. In die tijd werden talrijke kloosters gesticht, waarvan de monniken zich aanpasten bij het le venspatroon van de uiteenlopende volksstammen die het eiland be woonden. Zo nam de vroeg-christe- lijke kerk de bestaande Ierse kunst vrijwel onveranderd over ten be hoeve van haar eigen kunstpro- duktie. In deze periode ontwikke len zich de hoogtepunten in de kunstnijverheid en boekverluch ting. Met het laatste is de roem van de Ierse kunst nauw verbonden. Een beroemd voorbeeld van de Ierse boekversieringskunst is het Book of Kells. Het bevat de vier evange liën in een latijnse tekst, gebaseerd op de Vulgaat. De vroegste vermel ding van net manuscript stamt uit 1007 en verhaalt van het feit, dat het handschrift werd gestolen uit de kerk in Kells, veertig mijl ten noordwesten van Dublin. Het Book of Kells onderscheidt zich van soortgelijke manuscripten door de op elke oladzijde weer anders ver sierde beginletters en grappige randmotieven, waarvan er sommi ge zijdelings verwijzen naar de tekst. Naast een breed kleurenscala wordt in het Book of Kells gebruik „Hacker" Matthew Broderick en vriendinnetje bezig met hun spannend spelletje „schaak" Kijk. dat hoéf ik dan niet te weten. Daar héb ik al geld voor gegeven. In de Verenigde Staten waren we nogal bang voor de serieuze kant van de film. We hebben daar zo min mogelijk over gepraat. Maar hier schijnen de mensen er veel meer interesse in te hebben". Computermisdaad Wat er in „WarGames" gebeurt, is volgens de experts in Amerika on denkbaar. Niettemin stikt het in de Verenigde Staten van de „hac kers", dat is de populaire naam voor knulletjes van tussen de vijf tien en de achttien die een huis computer hebben, een simpele „modem" waarmee ze via de tele foon verbinding met andere com puters kunnen zoeken en die als een alternatief soort computerspel letje allerlei vreemde computer systemen opsporen om die te „kra ken". In Nederland hebben zich de laat ste tien jaar 250 gevallen van com- putermisbruik voorgedaan en tweehonderd gevallen van diefstal. In Amerika zijn er dit jaar op hoog niveau vragen gesteld over de kwetsbaarheid van commerciële en bestuurlijke computers. Experts ge loven, dat er steeds meer compu termisdaden zullen voorkomen en de Engelse BBC had enkele maan den geleden een heel programma daarover, waarvan ik de smakelijk ste overtreding heb onthouden: een ontslagen bankemployé heeft als laatste daad de computer van zijn baas „gekraakt" en zijn roodstand op zijn salarisrekening bij diezelfde baas als wraak omgetoverd in een riant plus-saldo. Het zwakke punt ligt meestal bij de wachtwoorden waarmee je een sys teem kunt binnnedringen. Ze lig gen vaak voor de hand en hebben nog geen dubbele beveiliging. Het jongetje David in „WarGames", krijgt via een bevriende computer programmeur een lijst van op het net aangesloten computers en be gint gewoon reeksen wachtwoor den uit te proberen. Het lukt hem weliswaar wel érg goed, maar in de Amerikaanse praktijk gaat het bij na net zo. Keihard nodig John Badham: „Ik geloof, dat wij soms wel erg veel vertrouwen stop pen in uitvindingen, in computers, in technische zaken. Natuurlijk zijn het goede dingen, maar o wee als ze je in de steek laten. Een journa list van de New York Times vertel de me eens, dat de computer een dag uitviel, dat het geheugen uitge wist werd en dat iedereen z'n noti ties van zes maanden kwijt was. Zulke dingen kunnen gebeuren en je moet er op voorbereid zijn. Ik las net in de krant óver die moeilijk heden met de computer van die space shuttle. Je hebt extra zeker heden nodig. Niet. dat je angst voor computers hoeft te hebben, we heb ben die verdomde dingen keihard nodig, maar je moet zorgen, dat jij de computer in je macht houdt en niet de computer jou. Maar we zijn graag gemakkelijk en lui. Dat ding werkt toch wel voor ons. Ik denk, dat het antwoord op dat incident met dat Koreaanse vliegtuig ook zo iets is. Er is ge woon niet opgelet, waardoor ze een navigatiefout hebben gemaakt. Voor die piloten was het gewóón de zoveelste vlucht van Anchorage naar Seoul. Als ze beter hadden op gelet was er misschien niets ge beurd. Maar je moet een 747 wel even anders benaderen dan een rit je langs de snelweg. Net als met die Amerikaanse kerncentrale die kapot is gegaan. De mensen die dat ding beheren zien het alleen.maar als een grotere uitvoering van iets, dat ze al jaren als hun broekzak kennen. Maar ze vergeten dat alles groter is, kwetsbaarder en veel ge vaarlijker. Het gaat simpelweg om elementaire voorzichtigheid. Ik ben niet bang voor die trams hier in Amsterdam, maar als ik dé straat oversteek kijk ik toch twee keer. Want die dingen zijn wel verdomde groot". E.T.-effect „WarGames" blijft ondanks de ongewone achtergrond een avonturenfilm, een thriller. Met een beetje het E.T.-effect. De jon gen (Matthew Broderick) die wat eenzaam thuis op z'n kamer in z'n computerwereldje zit en opeens contact krijgt met die vreemde computer, heeft iets van het knul letje uit Spielbergs film, dat opeens die unieke verstandhouding met het buitenaardse monstertje E.T. krijgt. Daar houdt het dan mee op, want „WarGames" loopt halverwe ge weg van de herkenbare realiteit naar een stuk technische suspense in het zenuwstelsel van Amerika's verdedigingsorganisatie. Badham: „Een van de moeilijkste dingen in „WarGames" was de film begrijpe lijk te maken voor een zo breed mogelijk publiek. Ik ben ook geen superkenner van computers, dus ik kon mooi via de ogen van het pu bliek kijken. Als ik het niet kon volgen, dan zaten we fout. Dus al die technische mensen bleven op me schelden, omdat ik steeds aller

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1983 | | pagina 20