Ie kunt niet meteen van elkaar gaan houden" abinet beschouwt tijd als bondgenoot ot m fS&ef ^ënland itensteBinnenhofbuitensteBinnenhofbuitensteBinnenhofbuitensteBinnenhofbuitensteBinnen Té ItensteBinnenhofbuitensteBinnenhofbuitensteBinnenhofbuitensteBinnenhofbuitensteBinnen f IEFGEZINNEN NA EEN ECHTSCHEIDING: WAAR BEN JE MET DE KERST? 295.- SIJTHOFF PERS ICONIEKE HOUDING NIET VAN GEVAAR ONTBLOOT Politiek Partij Parlement CeUbeSomani ZATERDAG 26 NOVEMBER 1983 PAGINA 7 ii limenten nota zal 5 en staatssecretaris- iting vaiVMi de Tweede Kamer :a, die gitsontwerp verdedigen, innen en/ets niet helemaal in nsie) zal itje. Zij kunnen altijd nekomstop een aantal deskun- pening btenarendie door- ijn in de materie die isteren yde is. Bij een debat in erland re vergaderzaal zitten >eschouvtenaren schuin boven doorschjidsman of -vrouw, in lgend jaïiefen ambtenarenloge, taken \ruit zij het debat op de Igen. Die ambtenaren -ook meestal de verde- an het wetsontwerp op gezet, zodat een be- - of vrouw zijn of 'h alleen maar hoeft •n. Dat kan wel eens takelijke scènes leiden, eeld als een minister :retaris onvoldoende tijd heeft gehad, de „voorge kookte" speech helemaal door te nemen. Zo las staatssecreta ris Brokx (volkshuisvesting) tijdens één van zijn eerste op tredens in de Kamer een keer het volgende op: „Mijnheer de voorzitter! De bezwaren die vanuit de TK naar voren zijn gebracht...". Hier stopte hij even en herlas nog eens wat hij zojuist had gezegd. „TK, wat is dat?", zag je hem den ken. Gelukkig voor hem was er een behulpzaam kamerlid, dat lachend opmerkte: U zult waarschijnlijk Tweede Kamer bedoelen Brokx keek hulpe loos naar boven, waar zijn ambtenaren met het schaam rood op de kaken bevestigend zaten te knikken. „Dat is in derdaad juist, dank u", zei de staatssecretaris tot het kamer lid. En vervolgens las hij de zin opnieuw voor. Ook hebben we wel meege maakt, dat een minister na een interruptie van een kamerlid met de mond vol tanden stond. Hij had geen flauw benul van het antwoord op de vraag die hem zojuist gesteld was. De blik omhoogwerpend zag hij hoe enkele ambtenbaren de monstratief twee vingers in de lucht staken, daarbij heftige gebaren met de mond makend. Bij de minister ging plotseling een licht op. „Ik kom hier graag in tweede termijn op te rug", sprak hij opgelucht. Toen Luns nog minister van Buitenlandse Zaken was, le pelde hij de door zijn ambtena ren geschreven teksten vaak klakkeloos op, zonder er van te voren ook maar één blik in geslagen te hebben. Op een keer stond hij in de Kamer op zijn bekende ongeïnteresseer de wijze een speech voor te le zen, toen hij plotsklaps stuitte op een schitterende poëtische passage over bloeiende boomp jes, bijtjes en wat dies meer zij. Kennelijk had de betrokken ambtenaar bij het schrijven van de tekst een romantische, verliefde bui gehad. Luns sprak de zin helemaal uit, zweeg even, las het voor zich zelf nog een keer door, keek vervolgens omhoog naar c/e" ambtenarenloge en zei: Mijn complimenten, heren!". Kamer te kijk Deze anekdote over Luns heb ben wij ontleend aan het boek je „De Kamer te kijk", dat deze week is verschenen. U zult het ongetwijfeld op een opvallende plaats in de boek handel aantreffen, als u dezer dagen op zoek bent naar een betaalbaar sinterklaascadeaut je. „De Kamer te kijk", ge schreven door de journalist Aat de Kwant, is een kleine bloemlezing van versprekin gen, komische zinswendingen, onbegrijpelijke woordenreek sen en boze uitspraken die ka merleden en bewindspersonen door de jaren heen in 's Lands Vergaderzaal uit hun monden hebben laten vloeien. Omdat wij ons in deze rubriek al vijf jaar met min of meer hetzelfde bezighouden, waren we uiter aard zeer geïnteresseerd in de vrucht van De Kwant's arbeid. Helaas hebben we moeten con stateren dat het boekje nogal tegenvalt. Het is typisch zo'n werkje dat ter gelegenheid van sinterklaas in elkaar is ge stampt, in de hoop dat velen er f9,90 voor zullen neertellen omdat ze in die prijsklasse niets beters weten te kopen. Hetzelfde geldt trouwens voor het onzinnige boekje „De baard van Lubbers" van de Vara-journalisten Tromp en Witteman, dat eveneens deze week in de boekhandels be landde. „De Kamer te kijk" had een vermakelijk boekje kunnen zijn, als er meer werk van was gemaakt. Nu is het een grijze opsomming geworden van veelal onbegrijpelijke, niet na der verklaarde uitspraken die politici in de loop der jaren hebben gedaan. Alleen dege nen die zeer in politiek geïnte resseerd zijn, zullen bij het le zen af en toe een gevoel van herkenning krijgen.. Afgezien van enkele werkelijk aardige anekdotes, zoals het hiervóór vermelde stukje over Luns, is het boekje ook helemaal niet leuk. De zogenaamd grappige onderschriften bij de foto 's zijn zelfs om te huilen. Het boekje zal door zijn opzet bij de gemiddelde lezer alleen maar het gevoel wekken dat er in de Kamer enkel en al leen gezwamd wordt, dat poli tici niet weten waar ze het over hebbendat niemand be hoorlijk Nederlands spreekt, kortom: dat er aan het Bin nenhof maar wat aangerot- zooid wordt. Dat is natuurlijk niet waar. De Kwant heeft wel het volste gelijk van de wereld als hij pleit voor een duidelij ker taalgebruik door politici. Terecht is wijlen kamervoor zitter Vondeling al tegen de taalverloedering ten strijde ge trokken en gelukkig heeft zijn opvolger Dolman die strijd voortgezet, niet helemaal zon der succes overigens. Er is, in vergelijking met tien jaar gele den, al heel wat verbetering opgetreden. Zelfs de kampioen van de wollige taal, Ruud Lubbers, is duidelijker Neder lands gaan spreken. Bij de behandeling van zeer specialistische onderwerpen is het echter bijna onvermijde lijk, woorden en uitdrukkin gen te gebruiken die voor de leek moeilijk toegankelijk zijn. En bovendien zullen er helaas altijd politici blijven die echt nooit leren hoe ze (niet van papier sprekend) drie zinnen netjes achter elkaar moeten zetten, zoals de voormalige CDA vertegen woordigster Hannie van Leeuwen, die dan ook in „De Kamer te kijk" te recht als weerzinwekkend voorbeeld aan de kaak wordt gesteld. DICK VAN RIETSCHOTEN posterj iet lan£HT Stiefgezin- gehantjjn geen onbekend liet" tijnsel in onze sa- M.R. iüng; ze ontstaan als tijdscbeduwe of weduw- lingeiflie kinderen heeft, bo ha<hwt. Er is echter euw type stiefgezin in, dat niet een stand ^ensgeval maar Hp" leiding als voorge- de ïn*s heeft- Het aan- eniwelijken dat mis- voor hs in enkele jaren op- nietin tot één op de drie dat daar maar al te n op jjinderen b»j betrok- bellijn, is het aantal vare stiefgezinnen in receiprte tijd aanzienlijk Die gezinnen n specifieke moei- ïftede ^ie vooral ver" ns ont.»n met die van de laan: hide stiefgezinnen, r mislut er eigenlijk drie ot. Er >s bij betrokken zijn. leven met de kinde- n het nieuwe stiefge- mag°l) de derde leeft ge- beoorcfen van zowel zijn partner als zijn or hetren. betro rtijen et leven van die nieuwe van dannen en de moeilijk- ze kunnen tegenko- cht teis nauwelijks iets be ven inDe Nederlandse Gezins- chtte het dan ook ver- er onderzoek naar te terecht ziin gekomen en is ook oventen. Als eerste aanzet door hulpverleners geschre- post}sociologe Simonne de ven. „Een nadeel", vindt ze het o(28) de opdracht over zelf, „omdat we daardoor een r dat g totaal onbekende on- problematisch beeld hebben dreigdrp een literatuurstudie gekregen van stiefgezinnen". ien. Naar aanleiding van Bovendien ontbreekt elke —bevindingen, als rapport kennis over stiefgezinnen die enen onder de titel „De niet in de hulpverlening te- stiefgezinnen", wil de recht zijn gekomen. Wat niet lad in de toekomst de wegneemt, dat het nogal wat latiek verder uitwer- uitmaakt of je een traditioneel [et de uiteindelijke be- gezin vormt of een stiefgezin. intact! kennis ter beschikking rste wen voor de hulpverle- noveP ertoe te draêen dat ze^»enleving het eigen ka- van een stiefgezin er- hten Zegt Simonne de Zwart: „Het is een heel verschil hoor. Bij een gewoon gezin heb je twee mensen die gaan trouwen of samenwonen en op een gege^- ven moment besluiten een t kind te nemen. En na een tijd- je misschien weer één. Het adersne de Zwart kan zich groeit langzaam, partners heb- luwen als pionier. Al ben de tijd om aan elkaar te ntdekte ze, dat er hoofd- wennen, om iets op te bouwen ik in de Verenigde Sta- en dan pas komen er kinderen ublikaties zijn versche- bij. Een stiefgezin is er ineens. rer het onderwerp, maar Pats boem. Van de ene op de ïlijks in Europa, laat andere dag ontstaat dat gezin 'n Nederland. En de stof wanneer ze bij elkaar gaan is, gaat louter over ge- wonen. Dat is natuurlijk wel die in de hulpverlening even iets anders". „Je merkt dat veel van die nieuwe stiefgezinnen het idee hebben dat ze een gewoon tra ditioneel gezin moeten gaan vormen, waardoor ze heel hoge eisen gaan stellen en ver wachten dat alles maar met een zo gaat als in het traditio nele gezin, het kerngezin of hoe je dat ook wilt noemen. Daardoor geven ze elkaar niet de kans langzaam aan elkaar te wennen de ouders aan de kinderen en andersom om zodoende een eenheid te gaan vormen. Het kerngezin wordt veel te veel als ideaal gezien. De nieuwe stiefgezin nen willen zich daaraan afme ten. Met als gevolg dat ieder een vreselijk geforceerd z'n best gaat lopen doen: iedereen moet van elkaar houden. Maar dat kun je gewoon niet ver wachten". Fantasieën „De volwassenen zijn in eerste instantie degenen die voor el kaar kiezen en daarmee voor het vormen van een stiefgezin; voor kinderen geldt dat meest al niet. Die kunnen langzaam aan zo'n situatie wennen, maar misschien gebeurt dat hele maal nooit. Misschien gaan ze ook nooit van die stiefvader houden. Veel kinderen hebben fantasieën, dat hun eigen ou ders weer bij elkaar komen, zelfs als ze beiden al weer her trouwd zijn. Er wordt bijna geen aandacht besteed aan de beleving van de kinderen, al les is nogal gericht op de pro blemen die de stiefouder met de kinderen heeft". Die problemen liegen er dan. ook niet om. Veruit het groot ste deel van de ouders in de li teratuurstudie noemt de kin deren als het grootste pro bleem in een nieuw stiefgezin. Geld komt op de tweede plaats. Nemen volwassenen die een nieuwe relatie willen aangaan andermans kinderen dus maar op de koop toe, als bijgeleverd pakketje? „We we ten helemaal niet in hoeverre mensen zich bewust zijn van de consequenties als ze beslui ten zo'n nieuw stiefgezin te gaan vormen, in hoeverre er afwegingen plaatsvinden". „Je komt daarmee op het punt van de vrije keus. Nou, het kan zo zijn dat je heel bewust kiest voor een partner én voor de kinderen van die partner. Het kan ook, dat je kiest voor de partner en de kinderen voor lief neemt. Dan kun je wel zeggen dat je voor een stiefgezin hebt gekozen en dat die keuze bewust is, maar ik blijf dat een moeilijk begrip vinden. Je kunt er niet van uitgaan, dat ieder mens die een belangrijke stap neemt, van tevoren precies kan over zien wat de gevolgen zijn. Je kunt wel bedenken, dat het veel gaat betekenen, dat er iets zal veranderen, maar veel meer ook niet. Daarom is het ook zo belangrijk, dat er goede voorlichting komt. Mensen moeten erop voorbereid zijn wat er allemaal kan gebeu ren". Voorbereid Een van de dingen die de stu die van Simonne de Zwart heeft aangetoond, is dat men sen zich maar al te vaak niet realiseren wat het betekent om een nieuw stiefgezin te gaan vormen. Daarom zullen ze niet voorbereid zijn op de moeilijkheden. Die er het zij nadrukkelijk gezegd lang niet altijd móeten komen, want gelukkig zijn er ook voorbeelden van gezinnen waarin men het voortreffelijk met elkaar rooit. „Heel belangrijk", zegt de Utrechtse sociologe van Haag se afkomst dan ook, „is om van tevoren met z'n allen te praten: wat gaat er gebeuren, wat verwachten we precies van elkaar? Een stiefvader kan het idee hebben dat ie een soort vader voor de kinderen moet worden. Misschien ver wachten die kinderen dat he lemaal niet van hem. Als je dat van tevoren weet, kun je veel onduidelijkheden en mo gelijke problemen voorko- „De eigen moeder, die na de scheiding een tijdje met de kinderen alleen heeft ge woond, wil een heleboel din gen misschien niet uit handen geven. Of ze wil juist dat ie mand anders zich ook weer met de opvoeding bemoeit. Dat zijn wezenlijke dingen, die je móet weten als je aan zoiets ingrijpends begint. Veel din gen kunnen in het begin moei lijk zijn en nieuw en vreemd. Als je daarop voorbereid bent en als ieder de ander de tijd geeft daar een vorm voor te vinden, dan hoeft die moeilijk- Loyaliteit Evenals bij de problematiek van echtscheiding, is ook in het geval van de nieuwe stief gezinnen de beleving van de kinderen nauwelijks belicht. Publikaties erover gaan hoofd zakelijk uit van de volwasse nen en er is vrijwel niets be kend over de beleving en eventuele problemen van kin deren zélt in stiefgezinnen. „Volwassenen onderschatten vaak wanneer zij hertrouwen of gaan samenwonen wat voor emoties kinderen ervaren. Een van de dingen die voor kinde ren in stiefgezinnen kunnen spelen, zijn loyaliteitsconflic ten. Als ze bijvoorbeeld van hun stiefvader houden, voelen ze zich ontrouw aan hun eigen vader. En als ze niet van hun nieuwe stiefvader houden, zijn ze bang dat ze hun moeder kwetsen. Voor de kinderen is het belangrijk dat de twee ge scheiden ouders een werkza me relatie onderhouden, hoe wel dat niet altijd mogelijk is. Maar voor de kinderen is dat wel veel prettiger. Ze hebben hun eigen papa of mama nog en hoeven niet zo nodig een nieuwe papa of mama. Je kunt echt niet verwachten dat ze de nieuwe stiefouder meteen zul len accepteren. Volwassenen moeten inzien, dat zoiets een heel proces is, dat je niet mag forceren". Simonne de Zwart stelt met nadruk, dat haar literatuurstu die slechts een eerste verken ning is. „Verwacht van mij daarom geen pasklare oplos singen", zegt ze. „Er is nog erg veel onbekend over dit onder werp. Wat wel duidelijk is ge worden en wat mij ook heeft verbaasd, is dat de meeste mensen het moeilijker vinden om stiefouder te worden na het overlijden van de vorige partner dan na een scheiding. De overleden ouder wordt door de kinderen geïdeali seerd. Om zo'n plaats dan in te nemen, is voor een stiefouder erg moeilijk. Ik heb altijd ge dacht dat het veel lastiger zou zijn als die andere ouder er nog wel is, omdat het kind zijn aandacht en liefde dan moet verdelen". Over één ding is ze wel heel uitgesproken. Ervaringen, in haar omgeving („veel proble men") en de bestudering van de litaratuur, hebben haar ge leerd dat nieuwe stiefgezinnen (en zeker ook de „oude" stief gezinnen) nauwelijks worden geaccepteerd. „Al in sprookjes zie je hoe negatief dat begrip „stief" wordt uitgelegd: de boze stiefmoeder van Sneeuw witje. Maar ook uitdrukkingen als: iemand stiefmoederlijk be handelen; een stiefkindje. Het heeft allemaal een negatieve bijklank. Ik vind, dat de om geving familie, buren die soms een enorme druk kan uitoefenen, moet erkennen dat die mensen in het nieuwe stiefgezin het toch met elkaar moeten uitzoeken. Dan zijn we al een heel eind". DICK HOFLAND „De nieuwe stiefgezinnen", een literatuurstudie door Si monne de Zwart, is verkrijg baar bij de Nederlandse Ge zinsraad; Duinweg 1, Den Haag. ADVERTENTIE Voor wie alleen is met de a.s. Kerstdagen of nu eens een keer niet met z'n wil optrekken heeft Uw krant een speciaal Kerst-arrangement: van 24 t/m 26 december a.s. Het verblijf aldaar Is In het luxe EUROHOTEL, met eigen zwembad en fitnesscentrum en alle kamers met douche, toilet, telefoon, radio, kleuren-t.v. en mlnl-bar. Het pro gramma biedt op zaterdag de mogelijkheid tot winkelen en een bezoek aan de Kerstnachtmis. Eerste Kerstdag wordt na het uitgebreide ontbijtbuffet een bezoek aan de be kende vogeltjesmarkt gebracht en is er aansluitend een stadstour olv een plaatselijke gids langs de vele markante bouwwerken van de Sinjorenstad 'sAvonds Kerstdiner met aperitief, gevolgd door een schitterend galabuffet en dansmuziek. De prijs van deze bijzondere Kerstreis bedraagt slechts per persoon, zowel voor een eenpersoons- als een tweepersoonskamer. Inbegrepen zijn de kosten van vervoer, koffie met gebak op de heenreis en het diner op de eerste dag. het Kerstdiner Inclusief aperitief en een halve fles wijn per persoon. 2 x logies met uitgebreid ontbijtbuffet en de warme afscheidslunch op de laatste dag. De gecombineerde reisverzekering kost 6.- per persoon 5.- poliskosten. POSTBUS 16050 2500 AA 'S-GRAVENHAGE TEL. 070-190882 (MAANDAG T/M VRIJDAG TUSSEN 9 EN 13 UUR) Inlichtingen en boekingen: telefonisch onder nr. 070-190882 (van maandag t/m vrijdag van 9 tot 13 uur) of persoonlijk In onze vestigingen Spui straat 71, Den Haag (op de hoek van het 1 Spui) en Coolsingel 67, Rotterdam (t.o. Stadhuis). J0,Btot. 3AAG „Tenslotte uweat ons gevraagd, hoe u verder moet?" Mi- r Rietkerk van Bin- jndse Zaken reageer- onderdag zeer laco- bp de aansporing van 'ergrote meerderheid irijvi|de Tweede Kamer sitie en CDA) om op ïn of andere manier 5en akkoord te slui ten met de ambtenaren bonden. „Wij zijn bereid tot heropening van het overleg, maar niet voordat we weten of dat zin heeft", vervolgde de be windsman, daarmee de monstrerend dat hij en de andere dertien ministers bepaald niet in paniek verkeren. Gegeven alle maatschappelijke onrust, nota bene veroorzaakt door een groep Nederlanders, die als gezagstrouw bekend staat, doet dat de vraag rijzen, waar dit kabinet de (over moed vandaan haalt om zich zo vierkant op te stellen. Dat heeft uiteraard te maken met de opvattingen over de ma nier, waarop Nederland econo misch weer gezond moet wor den (waarover elders in de krant meer), maar er zit ook nog iets anders achter. Inge ITENHEER wijden vertellen dat Lubbers en enkele andere oud-gedien- den, zoals De Koning, Riet kerk en Van Aardenne, veel geleerd hebben in de periode, dat Van Agt en Wiegel keer op keer met het schip van staat aan de grond liepen. De huidige premier, die in die pe riode fractieleider van het CDA was, weet als geen ander hoe dat kan worden veroor zaakt. Les geleerd Lubbers heeft daaruit de les geleerd, dat een kabinet aller eerst verzekerd moet zijn van de absolute en onvoorwaarde lijke steun van de regerings partijen. Dus zorgde hij ervoor dat de fracties van CDA en VVD intensief betrokken wer den bij het opstellen van het regeerakkoord. Die tactiek heeft zijn vruchten afgewor pen. Waar Dries van Agt moest opboksen tegen een CDA-fractie met daarin ten minste tien tegenstanders van het kabinetsbeleid, heeft Lub bers eigenlijk alleen het duo Scholten-Dijkman tegen zich. Bovendien wordt de huidige premier, in tegenstelling tot alweer Van Agt, niet gehandi capt door een CDA-voorman a la Lubbers, dat wil zeggen met geheel eigen ambities. Men kan veel van Bert de Vries zeggen, maar niet dat hij de poten van Lubbers' stoel pro beert door te zagen. Een andere belangrijk erva ringsfeit van Lubbers uit de periode 1977-1981 is dat een kabinet zelf ook geen weke plekken mag hebben. Een mi nister als Pais (onderwijs), die keer op keer weigerde echt te bezuinigen, zal men dan ook niet aantreffen in het huidige kabinet. (Lubbers heeft on langs onthuld dat hij indertijd een paar keer bij Van Agt heeft aangedrongen op het ontslag van deze VVD-be- windsman.) Iedere minister van nu is benoemd mede op grond van zijn bereidheid het bedrag, waarmee hij volgens afspraak moet bezuinigen, vol ledig voor zijn rekening te ne men. Zo ook Koos Rietkerk, hoeveel moeite hem dat per soonlijk ook gekost heeft en nog steeds kost. Op koers Met deze twee randvoorwaar den vervuld, ligt het kabinet- Lubbers ook nu nog flink op koers, hoezeer Jaap van de Scheur en de zijnen hun acties ook hebben verscherpt. Zoveel is zeker na het debat in de Tweede Kamer. Maar daarmee zijn de problemen uiteraard niet opgelost. Rietkerk zal on getwijfeld zijn best doen de ambtenarencentrales, althans drie van de vier, alsnog in staat te stellen tot het sluiten van een driejarig contract. Dat blijkt alleen al uit zijn toezeg ging te onderzoeken of de ver laging van de ambtenarensala rissen inderdaad zeer grote be sparingen (twee drie miljard gulden) opleveren voor het Al gemeen Burgerlijk Pensioen fonds (en dus voor de schat kist). Maar wat te doen als dat allemaal toch niet voldoende blijkt, wat met Ruding op Fi nanciën bepaald niet denk beeldig is? Het antwoord op die vraag werd in het Kamerdebat ook wel enigszins duidelijk. Het kabinet zal zich dan terughou dend blijven opstellen, in de verwachting dat de publieke opinie zich steeds meer tegen de actievoerders keert en in de zekerheid dat de kortingswet jes binnen twee a drie weken door het parlement zullen zijn aanvaard. Daarna wordt elke actie zo goed als zeker door de rechter verboden, omdat er dan sprake is van een politie ke actie, gericht op het onmo gelijk maken van een beleid, dat door een meerderheid in de Tweede -Kamer één- en an dermaal is aanvaard en als noodzakelijk is betiteld. Mis schien zou een tussenkomst van de rechter niet eens nodig zijn, want zelfs de AbvaKabo maakt niet de indruk de spel regels, waar onze parlementai re democratie op is gebaseerd, te willen overtreden. Maar er kleven ook grote ge varen aan dit „Gods water over Gods akker laten lopen". Zo zou de relatie met belang rijke maatschappelijke organi saties ernstig worden aange tast. FNV-voorzitter Wim Kok waarschuwde het kabinet deze week dat zo'n houding „diepe sporen" zou achterlaten. Een kabinet, dat zelf zegt de vak beweging voortaan intensief te willen betrekken bij de voor bereiding van de rijksbegro ting, moet zich daar bewust van zijn. Bovendien is er het risico dat het kabinet te veel (ineens) wil. Als er de komen de weken tijdens acties van de ambtenarenbonden ongeluk ken gebeuren, waar sommige Haagse politici erg bang voor zijn, is dat niet alleen de schuld van Jaap van de Scheur of Ton de Jong. Het verbod van de Haagse rechter nog verder actie te voeren bij de posterijen maakt die kans alleen nog maar groter. De bonden beraden zich nu op an dere mogelijkheden, met name bij de telefoondienst, wat de ergernis bij vele burgers waar schijnlijk nog zal vergroten. Inmiddels zijn de eerste ruiten van een postkantoor, in Den Haag, al ingegooid. RIK IN 'T HOUT

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1983 | | pagina 7