NICARAGUA:
Sandinisme in doodsnood
De junta weet
zelf niet wat voor
maatschappij ze wil
ZATERDAG 19 NOVEMBER 1983.;
orrespondent in de Verenigde Staten
de Koninck, maakte een tweeweekse
oor Midden-Amerika. De serie die hij
iijn ervaringen schreef, pretendeert geen
Ik uitgebalanceerd verslag te zijn, maar
J-hildering van het veelal onthutsende
mgrondse" leven. Op 29 oktober, 5 en 12
pber werd achtereenvolgens aandacht
ld aan Guatemala, Honduras en El
dor. Vandaag is de schijnwerper gericht
faragua.
jRica komt nog aan bod, gevolgd door
plitiek-militaire analyse van de
kkeling in geheel Centraal-Amerika.
UA Managua blijkt een
niet bestaat. „Hier was het
zegt onze gids. „Het was
jtwerk van winkelstraten,
iet altijd wemelde van de
igers en de auto's". We kij-
•r een uitgestrekt stuk gras-
•gens staat een betonnen ge-
van wat een kleine apparte-
iflat in aanbouw moet zijn
t. Links op de vlakte knielt
m een afgebrokkeld huis,
in het dak schuin in de vloer
I bovenverdieping hangt. In
fe staat heel alleen een witte,
j torenflat overeind. De aar-
br de hoofdstad van Nicara-
Ote lifde op 23 december 1972 ge-
•emote enkele seconden. Het aan-
Partfcn is nooit geteld. Een veel
(de pe schatting zegt: tiendui-
I vorj
plaefP zou °°k het e'nde inlui-
y0rk»n de gehsfe familie-dicta-
San fn Anastasio Somosa, wiens
irs van de Nationale Garde
ïachtoffers maakten dan de
Gmr*le aafdschok. Met de hon-
miljoenen guldens interna-
."ihulp voor de gewonden en
In lozen vergrootte Somosa nog
za')ens het astronomisch hoge
'vchtkapitaal, waardoor de guer-
ten jjders van het Sandinistisch
-ich ^oor de Nationale Bevrijding
kand| de noodzakelijke steun
1. van de overgrote meerder
en de bevolking. Ook de
let bedrijfsleven en de con-
fcve partijen schaarden zich
Mde opstandelingen. En toen
e ook de Verenigde Staten
ichermende handen van So-
ftrokken, vluchtte de dicta
te juli 1979 het land uit en na-
5^? Sandinisten temidden van
bhele feestgedruis de macht
i je beloofden (onder meer in
Ificiële FSLN-verklaring te-
Ir de organisatie van Ameri-
i staten, OAS) democratie,
lie ongebondenheid en socia-
er ^vaardigheid in een gemeng-
rt, ^rheid en vrij bedrijfsleven)
rouvie.
>p Jdag van onze aankomst is de
bekuaanse revolutie vier jaar
in vdag°n oud. Het is allemaal
ïtiëli gelopen. De gehoopte wei
tor (stijging voor de berooide bur-
Dak» niet gekomen. Het land is
heeim tot straatarm gekomen. De
ijn (groting van de Sandinisti-
[eveitolksregering is zelfs 30 pro-
nonmger dan de schamele over-
Partiilgaven in het laatste Somo-
?st br. Indrukwekkende resulta-
>of left de nieuwe regering des-
?rki«s bereikt op met name on-
I- en gezondheidsgebied. Het
ibreide analfabetisme is in
n njjaren vrijwel geheel wegge-
prekvooral dank zij duizenden
?n tfijzers uit het eveneens
in, vitalige Cuba) en een ziekte
tentivo sinds mensenheugenis
n kijationale plaag in Nicara-
iis dit jaar voor het eerst niet
joorgekomen.
locralLN heeft zichzelf in alle
Natrganen een absolute meer-
en iip toegeëigend. FSLN-leden
rouvmilitaire revolutionaire junta
„ruls defensieminister Umberto
esidel— hebben in openbare toe-
eur fi het Sandinisme onlosma-
1 nidverklaard van het Marxis-
doeminisme.
bortijzingen zijn aangekondigd
985.' maar de opzet daarvan is
/an fceds niet vastgelegd. In wat
sptfcncties en organen de bevol-
ler bèrtegenwoordigers zal mogen
'ouwi blijft vooralsnog duister,
'a eniekende uitgangspunt is dat
vojrkiezingen de revolutie niet
■kiezln mogen laten g,
n wfl Westeuropese regeringen
jonomische steun aan Nicara-
voobortzetten, heeft de Ameri-
ampi regering die hulp in 1981
eeniet. In hetzelfde jaar kwa-
i hetlapenleveranties uit de Sov-
n dfje op gang en betichtte Was-
dit h de Sandinisten van wapen-
an pprten naar de linkse opstan-
slpeifcn in El Salvador („export
e „ia revolutie").
Tipaj Iels zijn in Nicaragua op drie
langfi in het Noorden, het Zui-
lich het Oosten „contra's" ac-
met ewapende guerrilla-strijders
rdvoior ware democratie zeggen
ur iskomen en het Sandinistisch
Zij 1 ten val willen brengen,
ijvei int Reagan heeft dit jaar van
po nerikaanse congres 140 mil-
ekle lden gekregen voor CIA- as-
tiële e aan de contra's. Onzeker is
r zijl die sponsoring volgend jaar
vrolor zal gaan.
dale ir enkele honderden doden
riter gevallen in gevechten met
denhtra's, bruggen waren ver-
e gdaanslagen gepleegd op een
re fijfinaderij en op het vliegveld
vai anagua en de Amerikanen
rorv 'evluchten boven Nicaragua
uitvoeren, kondigde de San-
3e h iche junta in maart vorig jaar
van onale staat van alarm af. Be-
senakste gevolg: strenge c
dt d He kranten en radio-
tor" ons. Afgelopen zomer kwam
e invoering van de dienst
roep bij voor alle 17- tot 27-jari-
ew
hap
ndp
kleed
n gasten op een receptie v
van nerikaanse ambassadeur
[e ua. Hoewel de Sandinisten
>t de -regering, en meer bepaald
n dlA, tot grootste staatsvijand
Morin verklaard, functioneert in
eestégua een volledig bemande
oosifSaanse ambassade. Het ge-
„De Sandinisten noemen ons een
oppositiekrant, ten bewijze van hun
democratische gezindheid. Maar
wij zijn geen oppositiekrant. Veer
tig procent van onze binnenlandse
nieuwsberichten wordt dagelijks
weggecensureerd", aldus de heftig
gebarende Pedro Chamorro.
Hij vertelt hoe de krant elke mid
dag om vijf uur alle geplande arti
kelen moet inleveren bij het Bu
reau voor Media-communicatie.
Daar haalt 's lands, 24-jarige, San-
dinistische censor Melba Cecilia
Blandon alles uit de teksten wat de
junta niet goed uitkomt. De volgen
de ochtend krijgt de redactie dan
een telefoontje dat de kopij klaar is.
Zo gaat het al anderhalf jaar lang.
„Om de krant, een middagblad,
minder aantrekkelijk voor het pu
bliek te maken, zorgen ze ervoor
dat we pas uren na onze normale
verschijningstijd kunnen uitko
men", klaagt de hoofdredacteur.
Hij zegt nooit uitleg te krijgen
waarom teksten zijn geschrapt, dat
bijvoorbeeld ten tijde van het Ko
reaanse vliegtuigincident het volk
van Nicaragua alleen de Russische
versie mocht vernemen dat het toe
stel op een spionagemissie was en
dat hij anonieme telefoontjes krijgt
met de boodschap dat „als de Ame
rikaanse invasietroepen komen, de
redacteuren van La Prenza aan de
bomen en de lantaarnpalen langs
de invalswegen van Managua zul
len hangen".
Tranen
De critici van het Sandinistisch be
wind blijven vandaag op ons toe
stromen. De namiddag brengt ons
Enrique Bolanos, voorzitter van de
Nicaraguaanse werkgeversorgani
satie Cosep. Zijn voorganger is een
jaar na de revolutie door een com
munistische groep, voor wie het
Sandinisme niet revolutionair ge
noeg was, doodgeschoten.
Ook Bolanos is bitter gestemd. Hij
somt de decreten op die de junta
ten aanzien van de ondernemers
heeft afgekondigd. Wie tot meer
dan vijf jaar gevangenisstraf wordt
veroordeeld ziet zijn bedrijf en al
zijn persoonlijk bezit geconfis
queerd. Wie voor „contra-revolu
tionaire" delicten wordt veroor
deeld krijgt al gauw meer dan vijf
jaar. Nergens is bepaald wat con
tra-revolutionair is. De rechtspraak
Een betoging van de Sandinisten in Mana
gua. Voor alle andere partijen geldt een
demonstratieverbod.
Links: Het verdwenen centrum van Managua.
Alleen de „Bank of America" heeft de verwoes
tende aardbeving van 1972 overleefd.
bouw is zelfs nauwelijks bewaakt.
Er staat één soldaat op enige af
stand een oogje in het zeil te hou
den. Het is een merkwaardig ver
schil met de grimmig verdedigde
Amerikaanse diplomatieke bolwer
ken in Guatemala en El Salvador.
„We voelen ons niet bedreigd. De
Sandinisten weten de orde behoor
lijk te handhaven", zegt hier in
Managua een medewerker van de
VS- ambassade.
Binnen speelt zich een onthutsend
toneelstuk af. Aanwezig zijn, behal
ve allerlei ambtelijke dienaren van
president Reagan, zowel vertegen
woordigers van de revolutionaire
junta als voorlieden van de binnen
landse oppositie. Een jonge Sandi
nist, woordvoerder van het minis
terie van voorlichting, antwoordt
op onze vraag of de revolutie nog
te redden valt: „Het is heel moei
lijk. Zowel economisch als militair.
Ons grootste probleem is de VS. Zij
stellen de contra's in staat ons eco
nomisch te saboteren, ons land bin
nen.te dringen en onze soldaten te
doden. Zij zijn onze moordenaars".
De jongen is nog zichtbaar onder
de indruk van de aanslag, de dag
tevoren, op de oliehaven van Co-
rinta. Vijf opslagtanks staan op dit
moment nog altijd in brand. De
vernieling van de overslagappara-
tuur heeft (sinds in september ook
's lands centrale oliepijpleiding is
opgeblazen) nu alle brandstofaan-
voer naar heel Nicaragua afgesne
den. Bij de vaststelling dat hij erg
pessimistisch klinkt, herneemt de
Sandinist plotseling de officiële
partijlijn: „O nee, dan heb je me
verkeerd begrepen. Wij zijn heel
optimistisch. De revolutie zal
standhouden. Wij hebben de steun
van het gehele volk".
Managua ligt op zeeniveau, op een
dag rijden van de Evenaar en daar
om in de vroegte van de volgende
dag al te bakken in de zon. In de
krantenkiosk liggen La Barricada
en De Nieuwe Krant, twee Sandi-
nistische dagbladen, waarvan de
koppen melden dat „De beesten"
(waarmee gewoontegetrouw de
contra's worden aangeduid) weer
hebben toegeslagen. Verder is er
alleen La Prenza, het enige onaf
hankelijke dagblad in het land. dat
veruit de grootste oplage geniet en
waarvan we later op de dag het
verhaal over de censuur zullen ho
ren.
Nu pas vernemen we dat in het
verdwenen centrum van Managua
de eenzame, grote, witte torenflat
al van vóór 1972 dateert en de
aardbeving ongeschonden heeft
doorstaan. Het parmantige gebouw
is de voormalige JJJBank of Ame
rica.
Onze eerste zegsman deze dag is de
aartsbisschop van Managua, Miguel
Obando Y Bravo. Hij is verbitterd.
Zijn zondagsmis mag niet meer op
de televisie worden uitgezonden.
Elke tekst voor de katholieke radio*
moet eerst door de Sandinistische
censor gezuiverd worden. „In het
begin werkten we samen met de
Sandinisten. Maar sinds ze de Mar
xistische richting zijn ingeslagen,
verkeren we in een staat van oor
log. De situatie is nu dat het voor
mij gevaarlijk is om met jullie te
spreken. Er trekken groepen San
dinistische burgers, de zogenaamde
Turba's, door de stad, die iedereen
die voor anti-revolutionair wordt
versleten ongestraft kunnen lastig
vallen. Vorig jaar, het was op 11
lijken voldoende om alle strategi
sche objecten in het land te vernie
tigen.
Voor de rest van de dag staan voor
ons ontmoetingen op het program
ma met leden van de junta en van
de Sandinistische burgerwachten.
We hebben behoefte aan hun le
zing van de snelle ontwikkelingen
in Nicaragua. Maar onze agenda
loopt hopeloos spaak. Er is blijk
baar een verhevigde noodtoestand
in het land. Commandant Henry
Ruez Hernandez, minister van eco
nomische planning, zegt om niet
verduidelijkte redenen onze vaste
afspraak af Juntaleider Daniel Or
tega stelt die avond op het laatste
moment zelfs een aangekondigde
televisietoespraak uit, omdat de
FSLN-partijraad op een geheime
raad in spoedzitting bijeenkomt,
's Avonds kan ook het ons toege
zegde bezoek aan een van de San
dinistische wijkmilities niet door
gaan. De burgerwachters hebben
het te druk met het controleren
van identiteitsbewijzen van men
sen op straat.
De volgende ochtend verlaten we
Nicaragua met de angstige vraag
waar dit verzwakte land op afste
vent. Elke dag had onze auto kilo
meters moeten omrijden om een
werkende benzinepomp te vinden.
Elke avond had de bar in ons hotel
zonder bier gezeten, hoewel het
land twee grote brouwerijen heeft.
We hebben geen kaartje naar huis
kunnen sturen, want nergens in
Managua waren postzegels te krij
gen. We waren volkomen afgesne
den van het wereldnieuws.
In de vertrekhal van het vliegveld
delen we onze laatste muntjes uit
aan een zwerm jonge bedelaartjes.
Al prijkt de beeltenis van de legen
darische opstandeling uit de jaren
dertig, Augusto Sandino, inmiddels
op 's lands geldstukken, dit Sandi
nisme verkeert zichtbaar in doods
nood.
Wat als de contra's, met in hun
midden de vroegere Somosa-offi-
cieren, Managua naderen? Ze ho
pen op groeiende steun vanuit het
ontevreden volk, maar een bloedi
ge burgeroorlog met een grote ge
motiveerde kern van Sandinisten
lijkt onvermijdelijk. „De Sandinis
ten hadden nooit met het commu
nisme moeten gaan flirten. Was
hington accepteert nu eenmaal
geen tweede Cuba in zijn achter
tuin Zoals de Russen geen westerse
vrijheden tolereren in Oost-Europa.
Dat zijn de regels, zegt de westerse
diplomaat die ons uitgeleide doet.
„Het is wellicht te laat voor een on
derhandelde oplossing. De Sandi
nisten zouden hun oorspronkelijke
beloften moeten nakomen, vrije
verkiezingen houden, de Russen
eruit gooien. Amerikaanse hulp ac
cepteren. Wie ziet dat gebeuren?"
We vliegen naar het zuidelijk buur
land Costa Rica, waar we meer zul
len vernemen over de kansen van
de ook daar verzamelde contra's en
over dat snel acuut wordend Ame
rikaanse probleem. Wat te doen als
de contra s er niet in slagen de jun
ta in Managua tot democratische
hervormingen te dwingen, maar
gewoonweg zullen winnen en de
Sandinisten terug de jungle inja
gen? Het is ook voor Nederland,
dat na Mexico de grootste economi
sche hulpgever is aan Sandinistisch
Nicaragua, een meer dan pikante
vraag.
MARC DE KONINCK
augustus, is mijn vicaris-generaal,
mgr. Carballo, op straat uitgekleed.
Hij had een bezoek gebracht aan
een vrouw. Toen hij buitenkwam
stonden tientallen journalisten en
cameramensen op de stoep. Die wa
ren uitgenodigd door de Sandinis
ten, om gade te slaan hoe de bis
schop zojuist van zijn zogenaamde
maitresse kwam en hoe het zoge
naamde woedende volk zogenaamd
spontaan wraak nam".
Indoctrineren
Aartsbisschop Obando Y Bravo er
kent dat de junta het analfabetisme
in Nicaragua heeft uitgeroeid, maar
meent dat zulks is gegaan ten koste
van de vrijheid van richting in het
onderwijs, ..De anti-analfabetisme-
campagne van de junta is op de
eerste plaats bedoeld om te indoc
trineren. De mensen krijgen de
zelfde teksten als de schoolkinde
ren op Cuba. Ze leren dat de D van
defensie is en de G van geweer.
Het t.weede doel van het onderwijs
is de jeugd te organiseren in Sandi
nistische strijdgroepen en pas op de
derde plaats komt de bedoeling het
volk te leren lezen en schrijven.
De kardinaal verzekert dat hij in
de tijd van Somosa evenzeer het
-onrecht aan de kaak stelde, maar
dat de katholieke kerk destijds aan
minder vervolging blootstond dan
thans. Hij verwijt de priesters, die
deel uitmaken van de revolutionai
re junta, dat zij hebben bijgedragen
tot de splitsing van de kerk in een
zogenaamde bourgeois- en een
volkskerk. Obando Y Bravo doelt
op de minister van buitenlandse za
ken, de eerwaarde Miguel D'Escoto
en minister van cultuur, Ernesto
Cardinal. De laatste maakte we
reldgeschiedenis toen hij bij het be
zoek van paus Johannes Paulus II,
afgelopen voorjaar, voor de kerk
vorst op zijn knieën viel, maar van
dezelfde paus prompt een openbare
bestraffing kreeg voor zijn vereen
zelviging met het politieke regime
in Nicaragua.
„Een enquête, begin dit jaar, heeft
aangetoond dat de paus en de aarts
bisschop van Managua bij de Nica
raguaanse bevolking veel populair
der zijn dan welke Sandinistische
leider ook. Sindsdien hebben de
Sandinisten de paus ingedeeld bij
de bourgeois-kerk en zijn ze bang
geworden van de publieke opinie.
Alle enquêtes zijn verboden", aldus
kardinaal Obando Y Bravo.
Bij de lunch ontmoeten we een
aantal mensen die niet nader wil
len worden aangeduid dan met
„westerse diplomaten". Zij verto
nen behoefte om tegengas te geven
aan de anti-Sandinistische rage die
in en buiten Nicaragua lijkt te ont
staan. „Nicaragua is bepaald niet
communistisch. Junta-leider Daniel
Ortega en zijn volgelingen weten
waarschijnlijk zelf niet welk maat
schappelijk model zij nastreven. Er
zijn nog altijd politieke oppositie-
-partijen toegestaan, ook al mogen
die niet op straat betogen. Er is ook
nog altijd een particulier bedrijfsle
ven. We hebben niet de indruk dat
de Sandinisten uit politieke gene
genheid de Cubanen en de Russen
te hulp hebben geroepen. De onge
veer 5000 Cubanen hier zijn voor
het overgrote deel onderwijzers,
artsen en weg- en waterbouwkun
digen. Er zijn 200 Russen, van wie
100 medici en 100 militaire instruc
teurs. Tegenover de Amerikaanse
militaire hulp aan Nicaragua's
buurlanden en aan de contra's, is
dat heel weinig. De Sandinisten
proberen inderdaad een groot leger
op te bouwen. Maar dat is niet per
se een bedreiging voor de rest van
Midden-Amerika. Ze beogen een
geregelde krijgsmacht van 25.000
man. Voorts zullen er 20.000 slecht
geoefende reserve-manschappen
zijn en dan komt er nog de zoge
naamde militia van 50.000 man, die
één zondag in de maand zullen
trainen", aldus een van de publici
teitsschuwe „westerse diplomaten".
We gaan naar de redactie van het
onafhankelijke dagblad La Prenza.
Onze Amerikaanse ambassade-auto
draagt als alle voertuigen in het
land nummerborden met „Vrij Ni
caragua" erop. Langs de weg staan
reusachtige aanplakborden. „Alle
wapens aan het volk", luidt een
veelvertoonde spreuk. Op de ka
zerne van het „Sandinistische le
ger" wapperen FSLN-vlaggen. Ze
zijn doornen in de ogen van dege
nen die menen dat het leger niet
van één partij moet zijn. maar van
alle politieke gezindten.
Hoofdredacteur-directeur van La
Prenza is Pedro Chamorro, zoon
van de voormalige hoofdredacteur
die in januari 1978 door soldaten
van Somosa wegens de kritische
koers van zijn krant werd ver
moord. Een jaar later, enkele dagen
voor de revolutie, liet Somosa La
Prenza bombarderen.
is in handen van Sandinistische
volkstribunalen, die straffen tot 30
jaar kunnen uitdelen. En zo is de
cirkel rond.
Onzekerheid over de uiteindelijke
ruimte die het bedrijfsleven zal
overhouden is volgens Bolanos het
meest fnuikend voor Nicaragua's
economie. „De junta weet zelf niet
waar ze heen wil. Ze is waarschijn
lijk hopeloos verdeeld. Coca-cola
en de Mercedes-Benzdealer zijn bij
voorbeeld onteigend. Maar het ty
pisch Amerikaanse restaurant
McDonalds is nog altijd in privé-
handen. Niemand weet waarom.
Die onzekerheid heeft de investe
ringen in ons land tot het nulpunt
teruggebracht De toestand is het
beste af te lezen aan de koers van
de nationale munt. Officieel is een
Amerikaanse dollar tien cordoba's
waard. Maar op de zwarte markt
betalen ze je meer dan 100 cordo
ba's voor een dollar".
De volgende ochtend neemt de
voorlichtingsdienst van de Nicara
guaanse regering ons mee naar de
in brand gestoken oliehaven van
Corinta, zeventig kilometer ten
noorden van Managua. De busrit
voert langs het natuurlijke drink
waterreservoir van de hoofdstad
een vulkanisch meer en een
ernaast gelegen olieraffinaderij.
„We weten dat de contra's het hier
ook op gemunt hebben. Het zou een
grote ramp zijn", zegt onze bege
leidster gelaten.
Als we na een uur voor de zwartge
blakerde olietanks en kreupele
pijpleidingen in Corinta staan, ko
men de tranen in haar ogen. „We
kunnen niet zondervolie. Dit gaat
ons pijn doen. We zullen nog meer
moeten lijden voor de revolutie",
zegt ze. „Nee, ik voel geen haat,
maar wel woede. Wat voor gevaar
is zo'n klein land als Nicaragua,
met nog geen drie miljoen mensen,
in 's hemelsnaam voor de Verenig
de Staten?"
Een jonge soldaat vertelt: „De con
tra's kwamen met een gewone
speedboat maandagavond heel
langzaam de haven binnenvaren,
zodat niemand argwaan had. Toen
hebben ze de brandbommen op de
tanks afgevuurd en zijn ze er pijl
snel vandoor gegaan. Onze kustbe
waking was elders op patrouille".
Nicaragua blijkt ontstellend kwets
baar. Het is ons een raadsel waar
om de contra's 50 miljoen CIA-dol-
lars per jaar nodig hebben om het
land kapot te krijgen. Een paar ple
zierboten en drie privé-vliegtuigjes