Jongeren de dupe van sluiting jeugdgebouw" EIDEN CeidaeSou/iq/nt VOORZITTER DE WITT: ÜDSCHENDAM [onderden Leidschen- mse jongeren zijn nu de pe van het feit dat bui- het jeugdgebouw geen kan worden gehou- n. Als' bestuur zijn we yendien furieus dat de rgemeester geen voor- met ons heeft ge- toen hij besloot het drie te sluiten, lat niet ter discussie eft hij gezegd. Het gaat ivoon om aanloopmoei- theden, net als bij de bning van het Sater-ge- uw tien jaar geleden »n de problemen overi- bs veel en veel erger iren". p het woord de heer J. de tt, voorzitter van de be- ïrsstichting van het jeugd- jongerengebouw Amstel- |k dat door burgemeester F. de Vreeze de weekein- (i 29 oktober, 5 en 12 no- aiber is gesloten. Niet om lenen binnen het gebouw een maand geleden feeste- j werd geopend maar „om :ra-murale redenen", zoals [burgemeester in een brief ftft laten weten. Het ingooi- van ruiten en andere ver dingen in de omgeving van gebouw, overlast in het >rtcentrum „De Fluit", ge- dsoverlast en grote onder- ge vechtpartijen werden als ileiding voor het besluit ge- bmd. De relschoppers zou- tiekorpsen te vragen. Het be stuur vreest hierdoor echter ascalatie van de moeilijkhe den. Overleg met Haagse be stuurders over de problemen van de Bezuidenhouters zou meer effect sorteren, aldus het stichtingsbesdtuur. De heer De Witt, al achttien jaar als vrijwilliger werkzaam voor alle mogelijke Leidschen- damse organisaties (Raad voor Jeugd en Jongeren, Stichting Sportgemeenschap, gehandi capten, Sater en wijkvereni- gingen Zuid en Prinsenhof) wijst in dit verband op de Haagse Heli's Angels. Proble men van de jeugdsoos Dormi- bella met deze lieden waren voor het bestuur van de soos aanleiding voor een brief aan het Haagse gemeentebestuur over een onderkomen voor de groep. „Dat heeft blijkbaar zo'n succes gehad dat de Heli's Angels bijstand beloofden als het bestuur van Dormibella soms ook eens in moeilijkhe- i> Onder redactie van Ton Pieters. Begin november 1913 sidder de het Duitse keizerrijk een geconcretiseerde driftui ting van Pruisisch bewustzijn van trots en ontroering. In de Teutoonse wouden had den de woeste strijdkreten kunnen galmen, zoals eens, 1500 jaar geleden, toen de verenigde Germaanse stam men de Romeinse grenzen definitief begonnen aan te tasten. Maar in 1913 werden voorlopig de krijgsplannen nog binnenskamers en zon der al te veel kreten ge smeed. Niettemin werd tegen het einde van dat jaar iets „groots" en protserigs ver richt. Zelfs lang niet alle Duitsers waren er gelukkig mee. Ook het „Geïllustreerd Zondagsblad" gaf zijn oordeel over „het monument voor den volkerenslag te Leipzig". Wof ie oon i1 lorrtourolH i net met méér dan reuzengroote figuren versierd en naar den huidigen bouwvorm der Duitschers log en massaal, een passend en waardig ge- denkteeken zal vinden voor deze overwinning. Niet onaardig en hèèl fijntjes werd dit onlangs naar voren gebracht door een Fransch geïllustreerd blad, dat nevens elkaar zette „den uiterst smaakvollen, fijnbelijnden „Are de Triomphe" die na meer dan honderd victories van het Fransche leger op de Place de l'Etoile te Parijs den heldenmoed en de wonder baarlijke overwinningen der Fransche soldaten en het ge weldig krijgskundig genie der Fransche generaals, bo venal van den wereldverove raar Napoleon viert, en het logge, groote, zware mo nument dat nu het Germa- ter der twee groote erfvijan den ook tegenover elkaar is gesteld, niet geheel en al iuist. Immers: het „Völkersc-' hlachtdenkmal" van Leipzig, dat den „volkerenslag" van 1813 moet vieren, is niet ge» heel en al opgericht ter eere van deze overwinning, mapr., verzinnebeeldt bovenal dè vrijmaking der Duitschers, die in Leipzig de vrijheidszon zagen opgaan welke zoo lan ge jaren door den duisteren, nacht der Fransche over* heersing was verborgen ge weest. Maar mooi? Neen, dat is de smakelooze bullebak niet. Bekend is dat niemand minder dan keizer Wilhelm - den cementen en steenen ko lossus abominaal leelijk vindt, en Zijne Majesteit*, heeft dat ook op den dag der inwijding getoond, door zich streng te houden aan het pro-' tnonlaire ceremonieel, en niét*'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1983 | | pagina 5