HEERESMA Inqlë ZATERDAG 17 SEPTEMBER 1983 Amsterdam. 1940-1945. ?lan-Zuid. De stadswijk ;ussen het Olympiaplein, vaar Fanny Koen nog tnoniem over de horden icheert, en het Olympisch Stadion, waar Jan Derksen uit ,hun" Okeghemstraat af ;n toe net iets harder lietst dan Arie van Vliet, e buurt van de iocialistisch gekleqrde wchdale-huizen en de Tijwei identieke •tagewoningen van de jouwvereniging ^^atrimonium. Het tadsdeel ook. waar ^;harlotte Kohier trijdvaardige foordrachten opdiept im tussen de chuifdeuren het ndergrondse verzet tistiek te iggesteunen. ,Ons Huis" op het tertelmanplein. Voor en handjevol zinken enten kan je er iguurzagen of het rommelspel leren »eheersen. Langs de loor Olympiakade en Heter Lastmankade fgebakende, ichilderachtige uitloper 1 ran de Amstel knakken 1 i nachts de torenhoge p: opulieren als f uciferhoutjes. Het oodkacheltje, dat ironderdoosje uit de \veede Wereldoorlog, iraarop moeders agelijks met ulpebollen en uikerbieten goochelen, ioet( immers branden. Jroodjes, gebakjes jatten Duitse legerauto's, lie bij Garage Van 1 h fueren in de Cornelis 'nj| Crusemanstraat wél ma enzine mogen tanken, nia 'lan-Zuid. De mof i rordt er getrotseerd, tie poor oud en jong. Een Iajjuurt om nooit te abe/ergeten. Ook, en sl^nisschien wel juist juMaardoor, een ellirergaarbak vol g Aanzwellend talent, ^"telden naar school waar veelal in NSB- vfniform uitgedoste ^heerkrachten de vals meiestemde loftrompet mever „onze Duitse eschermers" blazen 0paar rijp voor alles dat, lag m wélke reden ook, de iet mag. In de vijver pas an het wanstaltige Van rS éutszmonument, een ationale held die „het an ezag deed vestigen in ederlandsch Oost- idië", baaien ze pootje. p het nabijgelegen ■I riehoekige pleintje, een ntn symmetrisch eiland in OS|e monding van de toen ondog niet door atie emotoriseerd verkeer ergeven Olympiaweg, n zj petballen ze. m„ if gedragen jasjes als uid( oalpalen. Poten om je >mrriendjes te mogen Jat iezen. Siempie Suurhof, asn >on van wijlen minister ;nte oos' die nu a^s tv' 'is jïgisseur bij de VARA liggnige faam geniet. De ïegaroertjes Ferdi en Eddy cor osthuma de Boer, anno b°™u respectievelijk t iei unstschilder in >ts l rankrijk en fotograaf an internationale espr jputatie. Fredje mmer, destijds te klein /00Jjm te mogen kiepen, ^ete imiddels groot genoeg riksfln het tv-nieuws dt hflekkeloos te lezen. Leo d ei udejans, vaak ziek, laar later sterk zat voor 'be,en glanzende carrière t zij ij Philips. Heere ie, oen nog Herrietje ke Faber Heeresma, e- >merkelijke nazaten s an een zeer erudiete gaa idsdienstleraar. Nooit ie v i beroerd, dat toot ïafscheidelijke stel, om djgen de wn van boven "Jj™ die van de Duitse len azetters het iaj »erkorgeltje van de 1 di mdagsschool in de ie h aeerstraat te teisteren jaar let verboden ^tie( merikaanse songs als 0ri h the mood" en ons de Sen onvolprezen teld 5tanje boven". Vogels leze in verschillende >or uimage, maar wel 2 °3 lakkers uit één buurt. SNOV stapte drie jaar rond met plastic zakjes om lekkende schoenen Heere Heeresma bijna kaal: hairstyling Lex Meijer (alleen maar voor de gein). AMSTERDAM Zonder tegen spraak te dulden komt Heere Hee resma, na zo'n zoveelste filtersiga ret uitgedrukt te hebben, tot deze stelling: „De generaties na ons heb ben geen incasseringsvermogen. Zijn met de welvaart groot ge bracht. Weten niet beter. Verzorgd van de wieg tot het graf. Bij een beetje tegenslag kermen ze al. Wij zijn van nature knokkers. Vech ters. Wij namen onszelf niet zo se rieus, maar wel de zaken die we aanpakten. U Meneer. Met twee wóórden spreken. Het was een hei lig moeten. Maar, let op. Die tijd komt terug. Onherroepelijk. De nu heersende crisis, met of zonder oor log, zal er voor zorgen". Herrietje van destijds is al lang Heere geworden en Faber is helaas niet meer. Twee taalbegaafde broers, die in 1969 door een nood lottig ongeluk op Ibiza abrupt van elkaar gescheiden werden. Heere, een goede vijftiger inmiddels, ver liest op slag zijn nog immer zicht baar aanwezige en vaak overdon derende zelfingenomenheid als we die herinneringen terughalen. Praat zacht als we het over Faber hebben. Fluistert bijna. „Wij waren veel meer dan broertjes van elkaar. Wij waren échte gab bers. Faber had zeer veel talent, misschien wel meer dan ik, maar hij had een haar in zijn soep. Stond ik met de armen vol boodschappen, moest hij de deur open maken. Brak de sleutel in het slot. Vanaf z'n geboorte heeft er een fatum bo ven zijn hoofd gehangen. Faber droeg het noodlot bij zich. God zij dank zijn er zeer waardevolle za ken overgebleven. Zoals „Teneinde in Dublin", een spy-special die we samen geschreven hebben en die inmiddels al in zes landen vertaald werd. Dat blijft. En aangezien de tijd de strengste criticus isWat de tand des tijds doorstaat, is meer dan de moeite waarde. En dat geldt nu al voor Faber". Vechtmachine Hij laat zich een door bruisend Spa water gelengde kop zwarte koffie serveren, steekt alweer een filtersi garet aan, inhaleert diep en loopt vervolgens enige minuten handen wringend en stil door de kamer. Ondertussen bedenk ik, dat Heere Heeresma, zoon toch van een her vormd godsdienstleraar, een bijna jiddische wijze heeft van het tonen van zijn emoties. Later in ons ge sprek, als ik hem er naar vraag, blijft hij er vaag over. Meer dan „Ik heb inderdaad wat joods bloed in m'n aderen", wil hij er niet over kwijt. Vooralsnog reageert hij, on verwacht de stilte doorbrekend, op mijn kennelijk verwonderde blik in~de richting van die wel zeer on gewone koffie-mix, die schuimend op de tafel wacht. „Ik heb mezelf op een streng dieet gezet. Doe aan karate. Wil m n der- de-dan-graad halen. In Rotterdam werd ik eens, op klaarlichte dag, door een stelletje potige knapen te grazen genomen. Ze pakten alles van me af. M'n geld, m'n horloge, ja, zelfs m'n colbertje. Toen ze een paar meter verderop lachend de buit stonden te verdelen, voelde ik me zo godvergeten vernederd Ruim honderd kilo woog ik des tijds. Om precies te zijn tweehon derd acht pond. Voor dat tuig een goedmoedige lobbes, een eenvoudi ge prooi". „Een tijdje later rijd ik door Ant werpen. Zie ik plotseling zo'n goor en ondefinieerbaar bordje hangen: „Body-building". M'n auto op de stoep en ik naar binnên. Een in dringende zweetlucht kwam me te gemoet. De tl-buizen in het smalle gangetje maakten me nog omvang rijker dan ik al was. Plotseling stond-ie tegenover me. Ome Jan Verwey. „Wat moet je Hollander?", vroeg-ie. Ik pakte al m'n Amster damse lef bij elkaar en repliceerde: „Wat kost het me om van deze jon gen een afgetrainde vechtmachine te maken?" Hij weg. Kwam even later terug in gezelschap van een klein Aziaatje. Een jonge Thai. Zonder één woord te zeggen schop te dat ventje me pardoes en trefze ker in de maagstreek. Nu ben ik links en aangezien het reactiever mogen van de mens toevallig door die kant van het lichaam gestuurd wordt, had ik „pats" dat pootje klemvast in m'n linkerhand". „Ome Jan Verwey knikte goedkeu rend en zei alleen maar: „Dat kost je een half jaar van je leven". Hij heeft gelijk gekregen en het is me later goed te stade gekomen. In dat smalle steegje tussen het voormali ge Handelsblad en Scheltema, die typisch Amsterdamse sneuveltent, hebben ze me nog eens te pakken willen nemen. Ome Jan Verwey had z'n werk goed gedaan. Sinds dien blijf ik in training. En op dieet. Al bijna twintig jaar sta ik droog. Vele malen ter ontnuchte ring ingesloten geweest. Zelfs naar zo'n kliniek. Met de directeur er van verzeild geraakt in Hotel Po len, die chique zaak, die een paar jaar geleden uitbrandde. De ver borgen verleider sloeg daar ander maal toe. Zo erg, dat ik de goede man 's avonds op een handkar naar huis heb gereden. Het zijn wel mijn laatste slokken geweest". Instabiliteit Tussen 1962 en nu publiceerde Heere Heeresma 28 boeken, beleef de zijn werk ongeveer 200 her drukken, staan „Autobiografisch I en II" op de verplichte leeslijsten van ons vaderlandse middelbaar onderwijs en werd hij in niet min der dan zestien landen vertaald. Vanuit zijn min of meer vaste woonplaats, het in de oude Ardèche gelegen Les Combes Basses, is hij even terug in Nederland. Om wat zaken voor z'n zieke moeder te re gelen. Even terug dus ook in de Speerstraat 5, zijn ouderlijk huis, waar hij niet alleen geboren werd, maar van waaruit ook alles begon nen is. Zijn door hem zeer hoog ge achte vader „Ik zie hem nog steeds in al zijn luminatie voor me staan" stierf jong. Pleegouders. Tehuizen. Veel baantjes. Nog meer brokken. Leerling-typograaf bij De Bussy, loopjongen van een spiritus fabriek, duizendpoot met twee linkse handen in een kruideniers- bedrijf, verkoper van lederwaren, vertegenwoordiger in kauwgom, kantoorbediende bij het Neder lands Padvindersgilde, potplanter bij De Groot in Heerde en afge keurd voor militaire dienst wegens algehele instabiliteit. Z'n eerste pu- blikatie, de bundel „Kinderkamer", leidde het herstel van die instabili teit schoorvoetend in. Hoewel „Dat was in '62. Ik was in die tijd een van de best betaalde copywri ters in ons land. Het geld stroomde binnen. Op een dag, ik weet het nog exact, Eerste Kerstdag 19^4, des morgens om half tien, was ik hel spuugzat. Ik was bezig met het schrijven van een tekst voor foun dations en plotseling kwamen die voorgevormde beha's en baleinloze korsetten me de strot uit. Ik zeg te gen een van de meiden: „Heere is het zat. Heere stopt er mee. Heere gaat alleen nog maar boeken schrij ven". En dat heb ik, tot veler ver bazing en verbijstering, gedaan". „Maatschappelijk gezien maakte ik daarmee een peilloos diepe val. Al gauw liep ik met plastic zakjes om m'n lekkende schoenen. Armoe dus. Maar toch Als kind leer je, nog eer je iets van deze wereld be seft, dqt je van een pen niet kunt leven. Ik heb dat altijd absurd ge vonden. Schrijven is toch een ui terst fatsoenlijke manier van leven. Ik heb ook nooit de ambitie gehad literator te worden. Zijn er veel van, maar de meesten worden maar matig verkocht. Oplagen van vierduizend, vijfduizend boeken, dat is al heel wat. Reve en Wolkers zijn schrijvers. Zij bereiken een groot publiek. Dat is ook altijd mijn uitgangspunt geweest Schrijven als een manier van leven". „Toch duurde het tot 1967 eer ik die plastic boterhamzakjes weer van m'n schoenen kon halen. Toen was het echter direct raak. En om dat scheppend werk je altijd in een soort stress-toestand brengt, zocht ik naar iets ontspannends. Een winkeltje of zo. En dus begon ik in Enschede een winkel in witgoed. Binnen de kortste keren had ik vier zaken. Vanuit die veilige posi tie kon ik heerlijk verder schrij ven. In 1977 vermoedde ik echter al, dat we in de jaren tachtig met z'n allen de economische mist in zouden schuiven. Dat de welvaart, die ons al die gekunstelde vrijheid en doorbrekingen van taboes had opgeleverd, in elkaar zou gaan don deren. Weg dus die zaken. Toen ook ben ik in Frankrijk, in Les Combes Basses, gaan wonen". „Inmiddels was „Een dagje naar het strand" al door Polanski ver filmd en had ik in Amerika nog wat filmscenario's geschreven, zo dat ik ook daar een poot aan de grond had. Een appartement in New Yorks 96e straat. Dus pendel ik de laatste jaren een beetje heen en weer tussen Frankrijk, Amerika en Nederland. Het leven van een zwerver, dat wel. Maar man, wat geniet ik van dat leven". Leerplicht Ondanks zijn herhaalde bezoeken aan ons land is het de laatste jaren tamelijk stil rond de schrijver Heere Heeresma. Weinig of geen interviews; nauwelijks in opspraak dus. Toch manifesteerde hij zich telkens weer, zij het op een geheel ander terrein. Zo onttrok hij zijn zoon, tijdens een wat langer ver blijf in de Bijlmer, aan onze strenge leerplichtwet. Met alle heisa van dien. „Over die beslissing heb ik heel lang nagedacht. Je kunt op allerlei zaken wel een visie hebben, maar je weet nooit of het de juiste is. Toch heb ik uiteindelijk de knoop doorgehakt. Mezelf donders goed realiserend welke nare gevolgen dat ook voor mij kon hebben. Maar ik laat m'n kind op zo'n ontvanke lijke leeftijd niet door deze samen leving conditioneren". „De rechter kwam er aan te pas. Zei de officier van justitie: „Edel achtbare, honderdduizenden Ne derlanders sturen hun kinderen naar school, maar hier staat een man, die het beter weet". „Is dat zo, meneer Heeresma?", vroeg de rechter. „Ik heb me er nooit op willen beroemen, maar het is in derdaad de waarheid, edelachtba re". Na veel gedonder werd de zaak geseponeerd. Is ook nooit in m'n strafregister, dat ik veel later in het bijzijn van twee politiemen sen heb mogen inzien, gekomen". „Nu lig ik weer overhoop met die Postbank in oprichting. Bij het re gelen van wat zaken voor m'n moeder stuitte ik op een spaar bankboekje. Een paragraaf daarin zegt dat de PTT een bepaald be drag garandeert. Straks echter is diezelfde PTT een bank als alle an dere. Wat dan? Heeft vier brieven geduurd eer ik antwoord van Tante Pos kreeg. Inderdaad, die paragraaf zal moeten verdwijnen als de Post bank tot stand komt". Die laatste instelling getuigt van zakelijk inzicht, een, gezien je maatschappelijke voorgeschiedenis, onvermoed talent? Voorde gein „Van nature ben ik niet zakelijk. De hardheid des levens heeft het me gemaakt. Toch doe ik zulke dingen als met de Postbank alleen maar voor de gein. Natuurlijk, juist als schrijver moet je zakelijk zijn. Wat te denken van de verkoop van filmrechten? Toen Polanski „Een dagje naar het strand" ging verfil men, heb ik dat al geleerd. Zoals ik ook geleerd heb me niet met de verfilming van mijn boeken in te laten. Filmen is het concretiseren van abstracte zaken. Een totaal an der vak dan schrijven. Ik verkoop de rechten en daarmee basta. Ove rigens, Theo van Gogh, een recht streekse afstammeling ja, gaat dat verhaal opnieuw verfilmen. In ok tober begint-ie te draaien. Van dat boek zijn inmiddels in vijftien ta len, tot in Japan toe, twee miljoen exemplaren verkocht. Niet gek hè? Zoals in Italië mijn thrillers het heel goed doen. Van Monda Dori, mijn uitgever daar, kreeg ik be richt dat ze er al 120.000 van ver kocht hebben". „Ik heb een breed lezerspubliek, maar de meesten van m'n Neder landse collega's nemen me dat al lerminst in dank af. Typisch Hol lands. Johan Cruijff, Rudy Carrell, het succes in het buitenland is ze nooit gegund. Als Toon Hermans of Herman van Veen in Amerika op zijn bek valt, lacht de hele natie zfch rot. Ik heb me altijd doelbe wust aan dat enge wereldje ont trokken. Mag wel graag pesten, jennen ja. Als ik door m'n Amster damse kapper Lex Meijer van de Marathonweg weer eens bijna kaal geknipt ben en Lex vraagt: „Goed geknipt?", vraag ik 'm of ie soms op de flap van m n boek wil. „Lijkt me wel leuk ja", roept Lex en dus staat er in de flap van m'n laatste boeken: hairstyling Lex Meijer, Amsterdam. Vallen ze allemaal weer over me heen. Alleen voor de gein. Meer niet. Zoals ik m'n zoon destijds op school niet langer liet conditioneren door deze samenle ving, zo laat ik mezelf niet door m'n collega's conditioneren. Ik heb altijd m'n eigen baan getrokken en dat bevalt tot nu toe prima". Wasserettes Het pakje filtersigaretten is prak tisch leeg en de asbak dus vol. Zo als vroeger al het geval was, zo weet ik ook nu nog steeds niet hoe met hem om te springen. Hoe hem te plaatsen. Een aardige, maar zeer zelfingenomen schrijver? Een taal- begaafde ego-tripper? Of toch die niet te peilen, maar wel échte gab ber uit Plan-Zuid? Vast staat, dat Heere Heeresma nog steeds ver warring rond zich zaait en daar een waarneembaar behagen in schept bovendien. Alleen maar voor de gein. Voor ik mijn gedachten heb kunnen herschikken, dondert hij met alweer een nieuw verhaal de kamer in. „Moet ik je vertellen", gilt-ie van de lach. „In april open ik drie za ken aan de Rivièra. Een jaar of wat geleden zit ik op een terrasje in Juan les Pins. Naast me een luid ruchtig Duits stel, aan de andere kant een schuchter Hollands paar tje. Hoor ik die Duitsers schelden, dat het wassen van kleding, che misch reinigen zo je wilt, daar tien dagen vergt. Waarop die Hollandse vrouw berustend tegen haar man zegt: „Henk, dan zullen we maar proberen de kleren van de kinde ren zelf te wassen". Kort daarna kom ik bij een boomkwekerij in Les Combes Basses en hoor ik een man aan die kweker vertellen, dat ie binnenkort werkloos wordt in verband met een op handen zijnd faillissement van z'n zaak. Op z'n auto lees ik, dat het om een bedrijf in sproei-apparatuur en bedrijfs- wasmachines ging. Ik die zaak op gebeld en nog geen twee weken la ter ben ik voor een habbekrats ei genaar van honderd tien bedrijfs- wasmachines". „Je begrijpt het al? Juist, in april opent Heere Heeresma in Cannes en in Juan les Pins drie wasseret tes. Heeresma gaat chemisch reini gen. Schoon en snel. Een wissel op de toekomst? Wie zal het zeggen? Toen ik echt begon te schrijven, heb ik bewust een van m'n voeten uit deze samenleving getrokken. Uit de min of meer Griekse ge voelswereld en in de Hebreeuwse denkwereld. Na m'n laatste boek trek ik ook die tweede voet er bij. En dat duurt niet zo lang meer. Ik heb zo'n beetje alles gerealiseerd, waar ik eens van droomde. Zit dus dicht bij het einde van m'n schrij versloopbaan. Ik heb in m'n leven heel bewust zelf die deur openge daan, ik wil hem ook bij leven en welzijn weer bewust sluiten". „Binnenkort komen er bij Villa nog twee nieuwe boeken uit. „Gajes" en „Wortel en tak". Het eerste boek bevat een selectie verhalen, waarin de mens die door een groep mis handeld wordt, geminacht en ver volgd, centraal staat En niet in Zuid-Amerika, maar hier, tussen ons. „Wortel en tak" heeft surrea listische elementen. Een spannend boek. Mooi. De pikorde doorbre ken. Met de-Ajax-das in dit vak vol Feyenoorders zitten Misschien is het m'n voorlaatste werk. In elk geval heb ik m'n laatste boek al ge schreven. „Kaddisj voor een buurt" gaat het heten. Gebed voor een buurt. Gebed voor Plan-Zuid. De jaren 1939 tot 1946. Onze jaren dus". Ik ben benieuwd. KEES JAGERS

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1983 | | pagina 17