CHARLES CORVER: „Misschien niet zo'n slecht ogenblik om ermee te stoppen SWat ik nu doe ris een "beetje gspelen" i J ZATERDAG 14 MEI 1983 RBURG Het voorstel het in eerste instantie niet te hebben over de epunten, dieptepunten dere opvallende gebeur en in zijn 22 jaar duren- n bijna afgelopen loop als scheidsrechter be- Charles Corver haast enthousiasme. Die reactie precies aan bij zijn aan- ;elijke opstelling als hem It gevraagd of hij bereid fr gelegenheid van het na- nde slot van zijn carrière :ijn vierde Europa Cupfi- I volgende week in Lissa- nog eens een interview te en. Het gaat niet van har- reserves voeren de boven- l in zijn antwoord, maar na aandringen gaat hij ak- rd. hij wil het verhaal wel eerst <ess^ voor jlet jn jg krant komt. die houding is niet zo zeer ge- erd op slechte ervaringen - vel die er ook zijn geweest, t hij later tijdens het onder- jti toe - maar eerder om de rem ijn uitlatingen weg te nemen, hij weet dat hij de tekst eerst eens onder ogen krijgt vóór pu- en eventueel nog wat kantjes kan wegvijlen kan lieer vrijuit praten. De intervie- Ktemt na het horen van dat ar- ent in, zij het niet van harte. it aangenaam Iotmoeting vindt plaats op een Corver voorgesteld punt, een ssement in Voorburg, vlak bij itvalsweg naar de Utrechtse de aanzet tot onder meer de reg die de, scheidsrechter bijna ijks rijdt op weg naar zijn in Bunnik. Het is half vijf 's ags en grijze regensluiers ma- een verblijf buiten niet aange- i. Even eerder heeft een wat F echtpaar, dat wat somber elkaar ogend de enige overige lizie vormde, de naar betere terugverlangende horeca-ge- heid verlaten. De ene kelner wat mistroostig tegen de tap. Jar s op een wat neutraal achter- t, hejmuziekje na stil. s'inQ lijkt er buiten enige opwin- Jte ontstaan. Een wat al te ge- e automobilist heeft bij het in- :ren bijna een doornatte Ifietser tegen de trottoir-rand gereden en het bijna-slachtof- de bestuurder van het overi- ran i nieuwe vehikel argumenteren nielkaar. Binnen is er niets van oorktren. Maar de man aan de bar 4pelt tegen een inmiddels het fifek binnengekomen andere er, kennelijk blij met een ver- dat het niet veel had ge- zeèld of die bromfietser was te rn vde vlakte geklapt. De ander s sirit instemmend. tekenend is wonbetekenend incidentje, zoals kul het verkeer tientallen in een Bke straat voorkomen. Dan de automobilist uit, het is Corver. Nog enigszins ge- mogt en lichtjes opgewonden be- ze h °njATLETIEK-TALENT no^RIK DE BRUIN: ir ee' :t he n m schaatsen voor spikes verruilde, onlangs de Haagse hoofdklasser Sparta verkoos boven Typhoon uit Gorinchem, zijn tweede club. Een overgang waarop de nodige geruchten volgden, als zou De Bruin, die trouwens ooit op de hon derd meter een - gezien zijn li chaamsbouw - verdienstelijke tijd van 10.9 seconde liep, uit geldelijk belang voor Sparta hebben geko zen. „Die geruchten kan ik niet op zij schuiven", meldt hij op haast kribbige toon. „Het is namelijk gro te onzin. Bij Sparta zouden ze wel gek zijn als ze mij zouden betalen". Recreanten De werkelijke reden ligt dus op een ander vlak? „Typhoon is een club van recreanten. Ik voelde me tus sen die mensen steeds minder pret tig. Als ik in de winter in de sneeuw aan het trainen was, dan ging de deur van de kantine open en maakte men mij voor uitslover uit. Dat irriteert natuurlijk wel. En luister, als ik met goede uitslagen in de krant word vermeld, staat er tussen haakjes Typhoon achter. Dat heb ik liever niet meer. Ik maak voor zo'n club geen reclame. Ze doen niets voor mij, dus ik ook niet voor hen". Dus Sparta doet toch iets voor Erik de Bruin? „Nee kijk. daar heerst een andere mentaliteit. Sparta heeft me een tijdje geleden al ge vraagd. Een paar weken terüg vroegen ze het weer en toen heb ik toegestemd. Daar zitten atleten die iets voor hun sport over hebben. Ook dagelijks trainen. Dat lijkt me voor mezelf een prettiger klimaat om tot goede prestaties te komen". Overigens zal De Bruin niet al te veel in Den Haag verschijnen. „Wat moet ik daai' doen? Ik ga er echt niet trainen. Vlak bij mijn huis heb ik daar de gelegenheid toe. En op het terrein van Typhoon kan ik ook nog steeds terecht". Zo'n twintig uur per week steekt hij in zijn sport. Driemaal in de week is hij thuis met gewichten in de weer - volgens een schema van Bulgaarse makelij - en verder de buitentraining, waarbij zijn vader als adviseur-trainer optreedt. „Dat is nodig als je prestaties wilt neer zetten", verklaart De Bruin zijn in tensieve trainingsarbeid. „Als ik ben geslaagd voor school, ga ik misschien wel twee keer per dag trainen. Dus nog meer, ja. Maar dat is allemaal nog onzeker. Het kan zijn dat ik me een jaartje alleen maar met atletiek bezig ga houden, maar misschien ga ik er toch iets bij doen. Louter atletiek zou best een beetje te eentonig kunnen zijn". Eentonig Over eentonig gesproken, zou je het stoten van een kogel of het werpen van een discus ook niet als zodanig kunnen omschrijven? Erik de Bruin vindt van niet. „En voet bal dan, dat is toch ook achter een bal aan lopen. Tennis? Een dingetje over een net heenslaan. Nee, men sen die vinden dat wat ik doe. een tonig is, moeten het zelf maar eens proberen". Erik de Bruin, die naar eigen zeg gen nog nooit een dieptepunt heeft meegemaakt („Die zullen dan nog wel komen") en een derde plaats bij de Europese jeugdkampioen schappen in '81 als een hoogtepunt omschrijft („Toen wist ik dat ik niet voor niets trainde"), stelde het eigen nationale record bij het ko gelstoten met een worp van 18,26 meter opnieuw scherper. De op merking dat het de laatste tijd best snel gaat met de prestatiecurve, schijnt echter nergens op te slaan. „Wat nou snel", vraagt hij zich af, terwijl hij de lengte van de vooruit gang met zijn handen aangeeft. „Het is nauwelijks een voet. Moet ik bij iedere centimeter dan gaan juichen? Ja natuurlijk, er zijn atle ten die dat wel doen. maar die be reiken niets, komen nergens". Waar hij zelf ooit terecht komt, blijft voorlopig nog een vraag. „Ik heb natuurlijk voor mezelf wel een doel gesteld. Maar dat gaat verder niemand iets aan. Want als ik roep van „ik wil dit en ik wil dat" en het lukt niet, word ik daar later aan herinnerd. Dat wil ik gewoon voorkomen". Als de spierversterkende middelen ter sprake komen, blijkt De Bruin andermaal over een uitgesproken oordeel te beschikken. „Er is een lijst en daarop staan dingen die je niet mag gebruiken. Doe ik dus niet. Anderen misschien wel. Maar dat moeten ze zelf weten, ik maak m'n lichaam niet kapot". Maar - nu toch even wat duidelij ker - wat kunnen we de komende jaren nog van hem verwachten? „Jullie, we, of men. verwacht maar. Dat maakt me niet uit. Ik heb wat in mijn hoofd. Hoe veel dat is, zal de tijd leren. Die kogel en discus moeten gewoon verder. Zo simpel ligt het. Mijn prestaties van nu zijn nationaal gezien mis schien aardig, maar op internatio naal niveau stelt het niets voor. Ik heb ook nog wat nationale jeugdre- cords op mijn naam staan, maar dat zijn lachertjes. Wat dat betreft kun je best stellen, dat het nu nog alle maal maar spelen is". DENNIS MULKENS treedt hij de vrijwel lege gelagka mer, onderwijl zijn regenjas uit trekkend en op zijn gesprekspart ner aflopend. Het nauwelijks ver meldenswaardige voorval is een aardige binnenkomer voor beide partijen. Na de kennismaking zegt Corver: „Die man zat fout. Hij reed door het rode licht". Dat de bijna- botsing zich een vijftiental meters verwijderd van het verkeerslicht voordeed en de automobilist op dat punt op zijn minst wat onzorgvul dig de belangen van zijn medeweg gebruiker in het oog had gehouden wordt verder in het midden gela ten. Charles Corver, gestoken in een onberispelijk sportief ogend kos tuum, de ondanks zijn 47 jaar nog immer donkere haardos in een or dentelijke coupe, bestelt een glaasje bronwater, met koolzuur en gaat in een enigszins afwachtende houding aan het tafeltje zitten. Verklaart vervolgens nog eens waarom hij zo gereserveerd was bij het verzoek voor een vraaggesprek, maar stemt bijna gretig in met de suggestie om eerst eens over andere dan voetbal zaken te praten. Politiek Het wordt politiek. Niet zo verwon derlijk, want Charles Corver maak te bijna tien jaar geleden zijn en tree op lokaal politiek niveau: in de gemeenteraad van zijn toenmalige woonplaats Voorburg. Toen werd hij lid van de puur plaatselijk geö- rientieerde „Onafhankelijken" - in middels is hij, verhuisd, een klein jaar afgevaardigde voor de VVD in Leidschendam. Die politieke activi teiten gevoegd bij zijn normale baan én zijn sportieve bezigheden hebben, zo laat Corver weten, een behoorlijke aanslag op zijn licha melijke en geestelijke weerbaar heid betekend. „Ik heb dit jaar op mijn tenen gelopen", laat hij zich verrassend openhartig ontvallen. Zo'n combinatie van allerlei zaken én de verplichtingen aan zijn gezin hebben, zegt hij, niet nagelaten hun invloed te doen gelden. Maar, zo vervolgt de fluitende politicus, dat werk in de gemeenteraad boeit hem. Hij acht het een voordeel dat hij bij sommige probleemstellingen met een praktische oplossing te voorschijn komt. „Dank zij mijn commerciële*- ervaring", deelt hij mee. Om er met enige trots aan toe te voegen dat hij inmiddels vice- fractievoorzitter van zijn partij is. En dat hij zijn partijgenoten erken telijk is voor de soepele wijze waar op sommige absenties van hem werden geaccepteerd als hij weer eens naar het buitenland moest voor het leiden van een voetbal wedstrijd. „Maar dat wisten ze toen ik er aan begon", stelt hij tamelijk resoluut. Met enige voldoening in zijn stem vertelt Charles Corver voorts dat hij in de Leidschendamse gemeen te-politiek verzeild raakte op voor spraak van de burgemeester van Voorburg, mevrouw Den Haan. „Zij had de VVD in mijn nieuwe woonplaats ingelicht dat ik mij daar zou vestigen. Doordat ik enige ervaring had in het werk op dit ge bied wilden ze mij graag er bij heb ben. Ik stond vierde op de kieslijst, maar inmiddels ben ik tweede man. Mede doordat ik natuurlijk het voordeel heb nogal eens in het openbaar te spreken. Ik heb ten Charles Corver: „Ik ben een sociale slotte enige keren per maand een uitgebreide bespreking met mijn vertegenwoordigers, bovendien houd ik regelmatig spreekbeurten. Een nieuw fractielid, dat dan vorig jaar werd gekozen mag dan heel intelligent zijn - in de gemeente raad een bepaalde zaak verdedigen of bepleiten is natuurlijk heel wat anders dan in een commissie mee praten over iets. De laatste jaren bij de Onafhankelijken heb ik steeds het woord gevoerd". De laatste zin wordt niet zonder enig hoorbaar genoegen uitgespro llberaal". ken. Maar aan de stem van Corver valt verder nauwelijks iets snoeve rigs of opschepperigs te ontdekken. Hij beantwoordt in vrijwel alle op zichten aan het beeld, dat de bui tenwacht zich in de loop der jaren van hem heeft gevormd: dat van de niet van zelfvertrouwen gespeende, een behoorlijke portie zelfverze kerdheid uitstralende succesvolle zakenman. De in het maatschappe lijk leven geslaagde (nu eind-)veer- tiger, die er - zoals hij in de niet zo talrijk verschenen interviews met hem regelmatig verklaarde - eigen lijk niet zo'n behoefte aan heeft in de publiciteit te komen. „Het kost me alleen maar tijd", heeft hij ooit eens verklaard. Ook tijdens dit gesprek kijkt hij enige keren op zijn horloge om na de derde keer min of meer veront schuldigend te verklaren dat hij la ter nog moet gaan trainen. Waarna hij toch weer ruimschoots de tijd neemt om in te gaan op enige, poli tieke, thema's. De veel besproken opkomst en afgang als staatssecre taris van zijn partijgenoot Schwie- tert („Onverstandig wat-ie heeft gedaan, maar die zaak is wel erg opgeblazen"), de vooral goed bij de jeugdige kiezers in de markt lig gende Nijpels („Hij is in het begin wat onzorgvuldig te werk gegaan, maar ik gun hem het voordeel van de twijfel"), de spectaculaire aan was van zijn partij bij de verkiezin gen vorig jaar („Dan komen er wel eens figuren in de Kamer van wie je je afvraagt of er geen betere zijn") en zijn eigen politieke ambi ties. Het etablissement is nog immer leeg, buiten gutst de regen nog steeds neer, de muziek is uitge draaid en achter de bar staan in middels drie personeelsleden van de zaak. Van wie één later zal zeg gen dat „die Corver net zo'n type is als de hier vaak komende Lau van Ravens", een vroegere collega van de binnenkort afscheid nemende Leidschendamse scheidsrechter, die overigens in zijn dagen de publici teit nimmer schuwde. Waarop een ander achter de bar hem in de rede valt en zegt van zijn vader te heb ben gehoord dat „die Corver vroe ger CDA heeft gestemd". Sociale liberaal Maar terug naar Charles Corver, die zich ergens in het gesprek pro fileert als „sociale liberaal". En voorts vertelt dat hij zich op zijn werk, bij een grote drankenfirma, immer zo collegiaal en sociaal mo gelijk opstelt waar het gaat om be langen van ander personeel. „Wij verkeren gelukkig in de omstan digheid dat we niet bij wat mindere resultaten mensen moeten ont slaan. Wel heb ik echter te maken met teruglopende produktiviteit bij oudere medewerkers. Als ik de or ders zie van iemand die een stuk in de vijftig is en ik vergelijk die met de prestaties van een ander die half zo oud is, veel meer bestellingen binnenhaalt maar slechts de helft aan salaris kost, dan ga je wel eens nadenken. Maar ik probeer me zo redelijk mogelijk op te stellen. Ik werk nu al ruim 29 jaar bij die zaak en dan ontstaat er een bepaalde band met degenen met wie je werkt. Die laat je niet zo maar val len". Corver zegt het op dezelfde rustige manier, waarop hij ook wat later over zijn sportieve carriere conver seert. Maar ook dan verliest hij nimmer zijn wat voorzichtige stel lingen, ontspant zijn bijna wat arg wanende houding, die echter af en toe toch ook door een glimlach wordt onderbroken, niet één keer totaal. Hij spreekt met een stem, die wat minder gezag en overtui gingskracht verklankt dan je zou verwachten nadat je hem jarenlang in actie hebt gezien als de nogal au toritair ogende voetbalscheidsrech ter. Maar een lichte mate van ijdelheid is hem toch ook niet vreemd. Waarbij hij evenwel nog gunstig af steekt bij enige van zijn collega's als bijvoorbeeld de in het buiten land eveneens over een goede re putatie beschikkende Volendam- mer Jan Keizer. Die als exponent van de zich bijna in zelfverheerlij king wentelende egotrippers, die de sportwereld nu eenmaal onvermij delijk voortbrengt, voor zichzelf een receptie organiseerde toen hij 25 jaar als fluitist actief was. Zo kan Corver, die een kleine hon derd internationale wedstrijden floot, aan twee WK's deelnam, drie Europa Cupfinales en een duel om de wereldbeker in Zuid-Amerika leidde, het niet nalaten nog even te verwijzen naar Leo Hom. Deze nog immer middels een rubriek in een televisieblad actieve oud-fluiter, die voortdurend de kritische vinger in de richting van het huidige voet- balgebeuren priemt en niet schroomt zijn opvolgers regelmatig de les te lezen, heeft maar één Eu ropa Cupfinale gefloten, laat Cor ver niet geheel vrij van zelfvol daanheid weten. Waarmee Charles Corver, die zich in eerdere interviews een fervent tegenstander toonde van het in het buitenland nogal gebruikelijke vooraf aanbieden van stoffelijke en/of persoonlijke attenties, die nog steeds geen namen wil noemen van voetballers die hij absoluut niet hoog heeft zitten, die één van de meest ergerlijke dingen van het huidige voetbal spelers vindt die tegenstander er bij proberen te lap pen, die met enige trots meldt dat hij eigenlijk een anti-thuisfluiter is. die nog eens desgevraagd bevestigt dat hij inderdaad geen zenuwen kent, die in Zeist niet bekend staat als een lastpost, die tweemaal werd geplaagd door een ernstige achilles peesblessure als gevolg van overbe lasting door de twee WK-optre- dens, die kort na zijn entree in de Voorburgse politieke arena weiger de om wethouder te worden, waar mee Charles Corver ook maar een gewoon mens blijkt te zijn. Een mens met een zekere mate van ij delheid, een soms wat overdreven lijkende voorzichtigheid, een rede lijke portie zelfvertrouwen en een zekere hoeveelheid zowel maat schappelijke als sportieve voor spoed. Geen ambities Die combinatie van factoren, hier en daar voorzien van nog wat min- der zwaar wegende elementen, heeft Charles Corver in elk geval gemaakt tot een opmerkelijke ver schijning in de voetbalwereld. Of hij die kwalifikatie ook nog ooit eens op politiek gebied zal verdie nen is niet uitgesloten. „Ik heb voorlopig geen ambities in de rich ting van de landelijke politiek. Een Kamerlidmaatschap zou misschien best wel eens tot de mogelijkheden kunnen behoren. Maar dat is een dagtaak. Dan zou ik m'n huidige baan moeten opgeven en daar voel ik niets voor. En bovendien is er de onzekerheid of het na vier jaar niet 1 weer afgelopen is. Maar ik zeg niet dat het nóóit zou kunnen gebeuren. Het kan best zijn dat ik over een jaar of tien ook minder produktief ben, er nog verder vervroegde uit treding bestaat. Misschien dat het er dan nog eens van komt. Ik kan me nu in elk geval, nadat ik straks ben gestopt als scheidsrechter, meer gaan wijden aan de politiek in mijn eigen gemeente. En dat doe ik graag". „Ik neem misschien wel op een goed moment afscheid. Het respect en de waardering voor de scheids rechter is in vergelijking met tien, vijftien jaar geleden enorm afgeno men. Het hele Nederlandse voetbal is teruggevallen. Bovendien heb ik eigenlijk alles meegemaakt. Ja, misschien is dit niet zo'n slecht tijd stip om er mee op te houden". FRANK WERKMAN HARDINXVELD Erik de Bruin heeft nét de laatste onderdelen voor het atheneum-examen achter de rug. Nederlands grootste atle-' tiek-talent van dit moment ver keert nog in onzekerheid over de afloop, maar dit even terzijde. Zijn progressie op de onderdelen kogel stoten - vooral daarop - en discus werpen zijn de onderwerpen van gesprek. Zijn gestalte is op zijn zachtst ge zegd imponerend. Bijna twintig jaar oud, 1.84 meter lang, maar wel goed voor bijna honderd kilo. Zo te zien geen grammetje vet, maar vooral veel spieren, die hem overi gens in de komende jaren nog meer vooruitgang in zijn prestaties moe ten opleveren. Hij heeft de benen lui uitgestrekt op tafel in de ouder lijke woning in het nabij Gorin chem gelegen Hardinxveld en wacht rustig af. Spreekt vervolgens met een nauwelijks te omschrijven (Hardinxvelds?) accent. Een tijd lang heeft hij geen inter views gegeven en hij is na afloop ook benieuwd hoe dit gesprek op schrift wordt gesteld. De opmer king „je leest, wat je zei", levert enig wenkbrauwgefrons op, eerde re onprettige ervaringen zijn daar van kennelijk de oorzaak. „Maar ik ben er toch maar weer aan begon nen, want anders zeggen ze dat je vedette-neigingen hebt". Niet dat Erik de Bruin daar al te zeer over in zal zitten, want het interesseert hem verder allemaal weinig. „Vroeger vond ik het niet leuk als iets niet klopte, nu maakt het me niets meer uit. Ze doen maar". Een karaktertrekje kennelijk, want ook De Bruins interesse in zijn mede-atleten blijkt beperkt. „Ik handel hoe het mij het beste uit komt. Dat moeten anderen ook maar doen". Vandaar ook dat De Bruin, die zo'n acht jaar geleden de

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1983 | | pagina 19