Atleet Theo van der Veer moet het nog I altijd hebben van zijn loopvermogen..., j „Donar heeft me over de streep getrokken' £eidóe6outfmt IN TWEE JAAR TIJD VAN REDELIJK VOETBALLER TOT SUCCESVOL LANGE AFSTANDSLOPER LIEUWE VAN DER MEULEN: SPORT ZATERDAG -15 JANUARI 1983 PAGB NOORDWIJK Als voetballer was hij niet zo'n succes. Theo van der Veer bereikte weliswaar een redelijk niveau, het eerste team van het Leid- se Docos, maar een echt goede voetballer was hij niet. Verdienstelijk, dat wel. „Ik moest het hebben van m'n loopvermogen. Altijd daar zijn waar de bal zich bevond, of dat nou op linksachter of op rechtsbuiten was. In een wedstrijdverslag werd ik eens de voetballende Miel Puttemans genoemd". Hoewel die vergelijking met de beste lange-af- standsloper van onze zui derburen niet de directe aanleiding was om met volkssport nummer één te stoppen, hing Van der Veer de voetbalschoenen toch in de wilgen om zich te bekwamen in de sport waarin hij zijn kwaliteiten meer kon uitbuiten, atle tiek. En ook al is er in let terlijke zin niet zoveel heel veel veranderd, de 28-jarige onderwijzer moet het immers nog steeds van z'n loopvermogen hebben, de overstap naar de atle- tiekwereld is hem prima afgegaan. Dankzij klin kende overwinningen (waaronder de Kralinger- houtloop) en goede tijden heeft Van der Veer zich in de subtop van de Ne derlandse lange-afstands- loperij weten te nestelen. Voorwaar geen geringe prestatie voor iemand die zich pas twee jaar serieus met atletiek bezighoudt. „De overstap van het voetbal len naar de atletiek was eigen lijk een vrij logische", zegt Theo van der Veer, net beko men van zijn woensdagse trai ningsmiddag op dicteersnel- heid. „Zoals gezegd was ik in het veld een echte draver. Daarbij trainde ik naast de ge bruikelijke twee maal in de week bij de club, voor mezelf. Niet zozeer om conditie op te doen, als wel om m'n rug klachten, die iets met de groei te maken hadden, te verhel pen. Ik had gemerkt dat ik na een uurtje lopen minder last had". Dat was, al wist Van der die aan de competitie deelnam. De nieuwe hobby lokte der halve, er viel nog eer te beha len, er vielen nog grenzen te verleggen. Want daar draait het allemaal om. „Ja, het is een steeds weer opnieuw kij ken wanneer je aan je plafond zit. En dat moet je helemaal alleen doen. Ik heb geen eigen trainer, er gaat wel altijd ie mand van de club (Gijs Hoope, ook al oud-voetballer, een soort Gerard Bakker van de atletiekwereld) mee naar de wedstrijden, maar de trai- ningsarbeid moet je zelf ver richten. De oefenschema's richt ik overigens wel in over leg in. Meestal samen met Piet Waaning, die vroeger een pri ma loper was en nu trainer is bij De Bataven. Hij leerde mij wedstrijdgericht te trainen. Dat wil zeggen dat je niet al leen maar duurlopen doet, het accent meer op de kwaliteit dan op de kwantiteit legt. Het is nou eenmaal niet zo, dat wie er de meeste trainingskilome ters op heeft zitten de wed strijd wint. Waar het op aan komt is een combinatie van uithoudingsvermogen, snel heid en tempo-hardheid. Met dat laatste begrip bedoel ik het lang kunnen vasthouden van een hoog tempo. Dat vind ik nog één van de mooiste kan ten van de atletiek, het zoeken naar de meest ideale trainings- vorm". Luchpauze «r Theo van der Veer: „Atletiek kost niet alleen veel tijd, maar veel ook geld. Ik heb alleen al tien paar verschillende schoenen. Nu ik onlangs een sponsor heb gevonden is het allemaal wat dragelijker geworden". Veer dat toen nog niet, eigen lijk de eerste aanzet tot de overstap. Vervolgens dreef de dienstplicht hem verder van het voetballen af en dichter naar de atletiek toe. Om te voorkomen dat hij zijn vrije tijd, zoals de gemiddelde landsverdediger, drinkend door zou brengen, wierp sol daat Van der Veer zich volle dig op sport. Basketballen, voetballen, hardlopen, je kon het zo gek niet verzinnen of hij deed er aan mee. Met name bij de looponderdelen trad hij zoals te verwachten was op de voorgrond. Al snel kwam dan ook het advies van wel-atleten om hem heen, het voetballen maar te staken. Na na zijn diensttijd nog een half jaar zowel bij Docos als bij AV' Holland te hebben getraind, volgde hij dat advies op. „Ik kreeg in die tijd dat ik beide sporten beoefende blessures. Niets duidelijks, maar vast stond wel dat die werden ver oorzaakt door de combinatie van sporten. En als een atleet ergens angst voor heeft dan zijn het wel blessures. Mijn eerste atletiektrainer, Gé Mul ders, heeft me toen duidelijk gemaakt dat ik moest kiezen". Grenzen Moeilijk was de keuze niet. Al bij Van der Veer's eerste atle tiek optreden maakte hij in druk en werd direct opgeno men in de AV Holland ploeg, Stoeien met gewichten behoort niet tot de oefenstof van Van der Veer. Uitgebalanceerde maaltijden al evenmin. („Spe ciaal voedsel eet ik niet. Wél gezond en veel"). Roken doet de „meester" van de derde klas van de Oegstgeester Flo- raschool uit principe niet en met een biertje in de hand zal hij zelden of nooit gezien wor den. Het enige waarop hij wel te betrappen valt, is het eten van een boterham in de klas. Want zijn dagelijkse lunchpau ze besteedt hij aan lopen. Tus sen de middag hult Van der Veer zich in trainingspak om in gestrekte draf Oegstgeest rond te rennen. Vroeger ge beurde dat onder luid gejoel van schoolkinderen. Tegen woordig is de rennende onder wijzer een allerwegen geac cepteerde verschijning in Oegstgeest. Tijd om te eten ontbreekt hem derhalve. „Pure noodzaak, dat lopen tus sen de middag", zegt Van der Veer, die niet alleen zijn „Nationaal gezien mogen mijn prestaties aanspreken, internationaal gezien stelt het natuurlijk helemaal niets voor". lunchpauzes maar onlangs ook zijn wintersportvakantie onei genlijk gebruikte door de loop schoenen aan te trekken, in plaats van de lange latten on der te binden. „Anders kom ik niet aan m'n trainingskilome ters. Ik loop gemiddeld zo'n 120 kilometer per week. Dat lijkt heel wat, maar om echt door te dringen tot de vader landse top is dat te weinig. Misschien komt het er ooit nog eens van dat ik 's morgens om zes uur opsta om voor school tijd nog wat te trainen, maar dan heb je het wel gehad. Om echt een topper te worden zou. je de hele dag de tijd moeten hebben. Dat heb ik niet. Bo vendien mag het schoolwerk er niet onder lijden". Beperkingen Ondanks die beperkingen heeft Theo van der Veer als lange-afstandsloper een alles zins behoorlijke reputatie op gebouwd. Op de weg mag hij zich tot de subtop van Neder land rekenen en tijdens cros ses is hij regelmatig in het voorste gelid te vinden. Op de baan behoort hij tot de 25 beste lange afstandsatleten van Ne derland. Hoewel hij in alle ca- tegoriën nog wel voortuitgang denkt te boeken, weet hij ze ker dat hij op de baan nooit een echte „grote" zal worden. „Daarvoor mis ik basissnel heid, daarvoor ben ik gewoon te laat met atletiek begonnen. Een goede vijftienhonderd meter zal ik dan ook nooit lo pen. Maar ik blijf voorlopig wel actief op de baan, juist om aan die basissnelheid te wer ken. Daarvan kan je bij weg wedstrijden en crosses alleen maar profijt hebben. Overi gens gaat mijn voorkeur uit naar de weg. Maar daarop wil ik me nog niet gaann toeleg gen. Ik kijk niet zo heel ver vooruit, ga me niet vastpin nen, zo van „ik moet binnen twee jaar kampioen zijn". Ik stel me voorlopige doelen. Zo bereid ik me nu voor! Nederlands crosskau schap, dat in het laatst/' end van februari wordt den. In die voorbereidiL sen de open Leidse kaïL schappen, die op het l* van de Keukenhof worC gewerkt. Ja, ik denk dl te kunnen winnen. Voer dat ik onlangs voor hL Bram Wassenaar veJ heb en hij de belan_ concurent is. Na het zoen komt het baanwr wil dit jaar mijn tijden. 1500, 3000, 5000 en 10.fi ter aanscherpen". Oi eens aan te geven hoe v top nog weg is, zegt L Holland-atleet relatifi „Toen ik met atletiek' liep ik de 5000 meter ii nu staat mijn persoonL cord op 14.38. De grog gens, Klaas Lok en Jool lopen die afstand in die onder de veertien tu, ligt. Mijn doel is dit jaaj. 14.30 te duiken, veel|f zal ik niet komen, warig daar heb je het weer basissnelheid. Trouweif prestaties lijken aardigu tionaal niveau, maar L tionaal gezien stelt het lijk niets voor". 0 Schoolmeester Zoals vele sporters heic Theo van der Veer krii de geringe aandacht <e sport in de media krijr een schoolmeester do stout kind de les leest: Bi bijvoorbeeld in Egmoic Zee, hoeveel mensen e daar wel niet op de L wat zie je er van teru" kranten en op televisifc wel niets. Ja vorig jaar iemand onderweg eer- aanval had gekregen erf te overlijden, toen sprog media er bovenop. Ee door het lopen. Schanek er gesproken van het zo'n ongezond iemand i een dergelijke onderj (halve marathon) waa^ op mijn beurt zeg dan, Q mensen gaan er niet dc dat ze juist niet lopen.^ dat maar eens op. En wat er ook nog in mo, ze, toen ik op voetbal* tegen me zeiden, ga jij tl Duindigt lopen. Nou nJJ later liep ik daar incl tijdens de Duindigt-cr| noteer dat maar, datL leuk". c Goed meester.... MAARTEN N^ Onfortuinlijk Nee, de dames van NSV '46 speelden beslist een onfor tuinlijke partij, afgelopen zondag. De zusjes van de zo sterk in de derde klasse van de KNVB debuterende Noor- dense broertjes, mochten dan in koploper Celeritas geen makkelijke tegenstander ont moeten, een 4-0 nederlaag was bij voorbaat beslist niet ingecalculeerd. Het feit ech ter dat de ploeg zelf zeer reële mogelijkheden niet be nutte en het Noordense team de Haagse dames aan de an dere kant met drie eigen doelpunten behulpzaam was, toch een 75 procent score, deed de ploeg wel op die ne gatieve score belanden. Waarmee het meest ongeluk kige elftal van 1983 met aan zekerheid grenzende waar schijnlijkheid dus nu al be kend is. Want vier eigen tref fers: wij van Hutspo(r)t zien het dit voetbaljaar niet meer gebeuren... Onder redactie van Gert Jan Onvlee Aanmoedingingen Kijk eens, in principe moet je natuurlijk gelukkig zijn met een aanmoedigingsprijs. Het vormt een erkenning voor een stuk werk, het is een sti mulans om op de ingeslagen weg verder te gaan. Maar: werken aanmoedi gingsprijzen wel altijd zo po sitief door? Neem nu voetbal ler Ron de Roode en hand balclub Saturn us, afgelopen vrijdag door de jury van de Leida to-sportprijsui treiking met aanmoedigingen be dacht. Ron de Roode maakte, zo lezen we in het verslag van onze oorlogscorrespon dent, „een wat angstige in druk" en Saturnus besloot maar direct zijn tweede ne derlaag van het seizoen te lij den. Natuurlijk: een weggevlogen zwaluw maakt in dit geval nog niet direct winter. Zeker dit jaar niet. Maar met het voorbeeld van DIOK nog vers voor ogen (na het ont vangen van de Zilveren Sleutels is de Leidse sport ploeg van 1981 ver, zeer ver weggezakt) is een waarschu wing voor beide prijswin naars toch wel op z'n plaats. Immers: het is nog altijd be ter ten halve te keren dan ten hele te dwalen. Verschillen Zo af en toe wil de redactie van dit rubriekje, ook wel Wij van Hutspo(r)t genaamd, zich wel eens buigen over de door de diverse verenigingen gefabriceerde clubbladen. Zelden echter hebben wij STÜDlE ftNNmGVSEfcJTE* LtXÜT -TUT ET*UT\t dergelijke enorme verschil len kunnen constateren als afgelopen week. Wij praten nu over Drieslag, het nieuw ontwikkelde maandblad van de Honkbal, Softball en Pea- nutballvereniging Alphians uit Alphen aan den Rijn en Torgaan tje, het zeer onregel matig verschijnende ander halve maandblad van LUSV, de Leidse Universitaire Sport Vereniging, de afdeling vol leybal. Waar men in Alphen aan alle kanten heeft getracht - en daarin is geslaagd - het eer der jarenlang door Rob van Tuyl verrichte, zeker niet slechte werk te verbeteren met perfecte covers, lange in terviews, goede foto's en een uitstekende druk, daar houdt de redactie van Torgaantje zich slechts bezig met het af en toe weer eens opknappen van de gebruikte stencilma chine en het zeer regelmatig aanvullen van de nietmachi ne, om het vervolgens aan de vaak zeer puntige tekst over te laten „beeldbepalend" te zijn. Enorme verschillen, maar één overeenkomst. En wij zouden Wij niet zijn als we ook dat niet even zou den memoreren: beide bla den zijn zeer amusant om te lezen. En daar gaat het toch om. Erelid Ook gelezen, donderdag? Over dat briefje dat record- korfbalinternational Gerard Bos aan het einde van vorig seizoen toegezonden kreeg van het bestuur van HKV, de club waarvan hij 27 jaar lid is geweest? Dat briefje waarin hem werd gevraagd of hij, na de over- Drieslag. ST i UK tfmmr. smm t Orgaantje. winning van het door Bos ge trainde Fides Pacta op HKV, een zege die de Hagenaars de titel had gekost, of hij na die wedstrijd nog wel erelid wil de zijn van HKV? Ook gelezen? Ook zo gelachen? K(I)apstuk Kees: „Zeg dat contract met de LOI. Zou Roodenburg daar nu wijzer van worden?" NOORDWIJK Lieuwe van der Meulen stond zes jaar geleden bekend als een talentvol volleyballer. „Alles wat met een bal te maken had, ging wel", zegt de Noordwijker zelf, want ook bij voetbalclub Noordwijk had hij het als doelman tot de b-regiona- len „gestopt". Toen trai ner Arie Duyndam Van der Meulen vroeg voor het voetbal te kiezen en de andere „grote liefde" het kaatsen te laten schie ten, haakte hij af. De van oorsprong Friese sport werd door Lieuwe veruit geprefereerd en in plaats van voetbal koos de Noordwijker voor het be ter met kaatsen te combi neren volleybal. Het ging Van der Meulen goed af; als kaatser behoorde hij bij de beste dertig spelers, als volleyballer kreeg hij een aanbieding om eredi visieclub Starlift/(toen nog) Blokkeer te komen versterken. In 1980 maak te een schouderblessure een einde aan een veelbe lovende sportcarriëre. Degradatieperikelen en blessu res bij het Leidse Donar zijn er inmiddels de oorzaak van, dat de 23-jarige leraar het volley ballen weer gaat proberen. Donar-speler Rolf Groen, ver twijfeld op zoek naar verster king, kwam op 27 december bij de Noordwijker terecht: „Rolf belde op en vroeg hoe veel kilo ik was aangekomen. Ik merkte, dat hij een beetje gespannen was en eigenlijk niet goed durfde te vragen of ik wilde komen spelen. Ik heb hem uitgelegd, hoe het met de blessure zit en daarbij, dat ik verplichtingen heb tegenover het meisjesjunioren team van NOVO, waar ik trainer en coach van ben; Ik heb toen ex- NOVO speler Frans van der Berg opgebeld en samen zijn we s'avonds gaan trainen. Ik zou zelf niet op het idee geko men zijn om weer te beginnen, Donar heeft me echt over de streep getrokken". Duiken Wat de blessure betreft is Lieuwe van der Meulen bij het grotendeels uit oudere heren bestaande Donar aan het goe de adres. Het duiken naar een bal moet de Noordwijker zo veel mogelijk laten en dat komt zijn teamgenoten wel goed uit. „Dan hoeven wij dat ook niet te doen en daarbij kunnen we daar helemaal niet tegen, wanneer mensen links en rechts over de grond schui ven", merkt aanvoerder Adri- aan Timmers schertsend op. De fatale blessure is ontstaan, toen de ex-NOVO speler een ongelukkige buiteling maakte bij een kaatswedstrijd. Van der Meulens interesse in het kaatsspel werd gewekt door de berichtgeving in de Zeekant over Noordwijker Veldstra, die in Holland kaats- wedstrijdjes speelde. De actie ve beoefening van de Friese sport ging goed en Lieuwe trok elk weekeinde naar Friesland om daar in wedstrij den uit te komen. Van der Meulen: „Het hele Friese sfeertje stond^ me aan, het ge- Lieuwe van der Meulen: „Ik sluit niet uit, dat ik v seizoen weer naar NOVO ga. moedelijke. Daarbij is er met kaatsen geen lichaamscontact met de tegenstander net als met het volleyballen". De kersverse Donar-speler kwam drie maal uit op de PC, de be langrijkste kaatsstrijd, waar de beste 48 kaatsers aan mee doen en veroverde met zijn partuur één keer de vierde prijs. „De PC is het Wimbeldon van het kaatsen, er komen mensen uit Amerika en Australië om te kijken. Het is het hoogtepunt van het kaatsseizoen met dui zenden toeschouwers in hoge tribunes om het veld. Je leeft er echt naar toe, het is een eer om er aan mee te mogen doen" vindt de ex-kaatser. Aanbieding Het kaatsen was ook één van de redenen om de aanbieding van Starlift af te slaan: „Daar naast ging ik stude Utrecht en het was ni brengen om de Noordwijk, Utrecht, V met het openbaar ver te reizen". Vier klassi moet Lieuwe van der nu proberen Donar v gradatie te behoede hoop, dat het goed bli en dat Donar erin blij ik sluit toch niet uit, naar NOVO terugga eind van het seizoen, n bevalt me nu prima bij Lekkere training, het ik er al tijden rondl heerst een leuke sfee de meeste spelers is ningsavond echt een uit. Ik ken de tegeni niet goed genoeg om te delen of we zullen degi Tot nu toe heeft Do steeds gered, soms op tie af WILLEM SPIÖ

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidse Courant | 1983 | | pagina 10